archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Ergernissen delen printen terug
Brief aan de Minister President Willem Minderhout

0916BZ Roken
Geachte Minister President,

Excellentie, leider van ons volk
Hoor mij aan vanuit mijn wolk
Van tabaksrook, pittig en gekruid
Aanhoor mijn nederig geluid.
Na een jarenlang ellendig bestaan
Leek het mij eindelijk goed te gaan
Eindelijk krijg ik nu de aandacht
Voor mijn noob’le en aloude ambacht

Ik rol, ik leg dat da’lijk uit, echt waar
Nog zelf mijn shag, tabak half zwaar
Met kerftabak en gegomde vloei
Keurig net en zonder geknoei.

‘k Ben de laatste in dit land en
Ik doe het met mijn eigen handen
Een kunststuk, al bijna vergeten
Toch iets wat ook de jeugd moet weten!

Theodorus Niemeijer, Ritmeester Buat, Elisabeth Bas
De weduwe Van Nelle en Henri Wintermans
Waren ooit de trots van Nederland
Overal ter wereld stak men ze in de brand.

Ik vertoon tegenwoordig mijn kunst met vrucht
In een museum, uiteraard in de open lucht
Met voor mij een opwekkend plakkaat
Dat men van roken sterven gaat.

Tussen klompmaker, touwslager en smid
Rol ik mijn shagjes, perfect en hagelwit
Blaas ik in de lucht rookkring na rookkring
En hoest ik hard ter leerzame afschrikking

Maar nu is alle tabak schoon op
En dat is voor mij een reuzenstrop
Hooi, hennep, gedroogde berkenbast
Het smaakt niet lekker, ik word vergast.

Dus, excellentie, volksherder in deze streken
Geef mij permissie om tabak te kweken
’t Is voor een zuiver museaal doel
Dus ik zeg het niet door en houd mijn smoel.
 
************************************
De illustratie is de afbeelding van een bladwijzer
uitgegeven door het tabaksteeltmuseum in Amerongen


© 2012 Willem Minderhout meer Willem Minderhout - meer "Ergernissen" -
Bezigheden > Ergernissen
Brief aan de Minister President Willem Minderhout
0916BZ Roken
Geachte Minister President,

Excellentie, leider van ons volk
Hoor mij aan vanuit mijn wolk
Van tabaksrook, pittig en gekruid
Aanhoor mijn nederig geluid.
Na een jarenlang ellendig bestaan
Leek het mij eindelijk goed te gaan
Eindelijk krijg ik nu de aandacht
Voor mijn noob’le en aloude ambacht

Ik rol, ik leg dat da’lijk uit, echt waar
Nog zelf mijn shag, tabak half zwaar
Met kerftabak en gegomde vloei
Keurig net en zonder geknoei.

‘k Ben de laatste in dit land en
Ik doe het met mijn eigen handen
Een kunststuk, al bijna vergeten
Toch iets wat ook de jeugd moet weten!

Theodorus Niemeijer, Ritmeester Buat, Elisabeth Bas
De weduwe Van Nelle en Henri Wintermans
Waren ooit de trots van Nederland
Overal ter wereld stak men ze in de brand.

Ik vertoon tegenwoordig mijn kunst met vrucht
In een museum, uiteraard in de open lucht
Met voor mij een opwekkend plakkaat
Dat men van roken sterven gaat.

Tussen klompmaker, touwslager en smid
Rol ik mijn shagjes, perfect en hagelwit
Blaas ik in de lucht rookkring na rookkring
En hoest ik hard ter leerzame afschrikking

Maar nu is alle tabak schoon op
En dat is voor mij een reuzenstrop
Hooi, hennep, gedroogde berkenbast
Het smaakt niet lekker, ik word vergast.

Dus, excellentie, volksherder in deze streken
Geef mij permissie om tabak te kweken
’t Is voor een zuiver museaal doel
Dus ik zeg het niet door en houd mijn smoel.
 
************************************
De illustratie is de afbeelding van een bladwijzer
uitgegeven door het tabaksteeltmuseum in Amerongen
© 2012 Willem Minderhout
powered by CJ2