archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Ergernissen delen printen terug
Diepvriesfiguur Peter Schröder

0912BZ Roel
Op 6 april 2012 presenteerde Roel van Duijn in het Max Euwe Centrum in Amsterdam zijn laatste boek: ‘Diepvriesfiguur’. In dat boek beschrijft Roel zijn zoektocht naar informatie over zijn Leven en Werken zoals geregistreerd door de Nederlandse Inlichtingendiensten. Bij die presentatie hield ik de inleiding die hieronder te vinden is.

Maatschappelijke archeologie
Toen Roel eind 2008 AOW ging ontvangen verschool hij zich niet achter de geraniums, maar ging hij naast zijn activiteiten als Liefdesverdrietconsulent aan de slag als sociaal-politiek archeoloog. Zijn werkterrein werd bepaald door de sporen die hij vanaf 1960 had nagelaten in de dossiers van de Nederlandse inlichtingendiensten. Archeologen proberen een samenhangend beeld te reconstrueren van een voorbije cultuur aan de hand van een vaak willekeurige verzameling vondsten. Er zit weinig anders op als de makers niet meer geraadpleegd kunnen worden omdat ze zijn uitgestorven.
Ook Roel heeft moeten werken met een fragmentarische verzameling tekstvondsten. Een groot verschil met de reguliere archeologie is dat de vondsten waarmee Roel moest werken moedwillig zijn beschadigd en soms uitgewist. Terwijl de makers van de vondsten vaak nog wel leven, maar hun spraakvermogen verloren lijken te hebben.
Hoe idioot veel onnodige moeite het Roel heeft gekost om zijn door de inlichtingendiensten geregistreerde levensloop te reconstrueren is te lezen in de 384 pagina’s van het boek dat nu ten doop wordt gehouden. Een surrealistisch staaltje van contraspionage.

Wat is het nieuws?
Vandaag is Provo gecanoniseerd als vernieuwende jeugdbeweging, die in de jaren 60 met zijn vasthoudende speelse energie en onorthodoxe strategie een succesvolle stormloop begon tegen een gevestigde orde die zichzelf had overleefd. Het begon met raadselachtige happenings en onduidelijke optochten. Het niet altijd begrijpelijke gedachtegoed werd verspreid met rumoerige pamfletten en het zelf gestencilde, in steentjespapier gekafte blaadje Provo. De beweging en het blad stootten direct door naar landelijke bekendheid en wekten verbazing en afschuw. Provo dankte zijn succes aan een grote virtuositeit in het laten struikelen van Het Gezag. Het hielp de gevestigde orde zichzelf te laten ontsporen. Gemeengoed, nietwaar. Roel is niet voor niets geridderd.
Het Nieuws is dat niet alleen bestuur en politiek zich in het openbaar vastbeten in een vergeefse strijd tegen een noodlot aan verandering, maar dat het bestuur ook radeloos genoeg raakte om zijn geheime organisaties aan het werk te zetten tegen Provo.

Zijn ze gek geworden?
Wat hadden de inlichtingendiensten te zoeken bij Provo? Welke aanwijzingen waren er voor geheime staatsvijandigheid? Was er meer dan er dagelijks in de krant te lezen was? Konden de bovengrondse politie en justitie het zonder spionnen niet meer af? In het boek van Roel wordt duidelijk welke smoezen er door de verantwoordelijke ambtenaren werden verkocht. Maar als we afstand nemen blijkt het motief van de bemoeierij uiteindelijk steeds weer de behoefte aan inzicht in de voor bestuurders onbegrijpelijke ontwikkelingen. Wat is hier in godsnaam aan de hand? Zijn ze gek geworden? En na de schrik en de woede: Hoe moeten we dit varkentje wassen? Terug in je hok!
Vandaag zouden bestuurders een sociaalwetenschappelijk onderzoekinstituut op pad sturen om wat meer te weten te komen van een nieuwe jeugdbeweging. Toen vonden de ministers en burgemeesters dat het een zaak voor de inlichtingendiensten was.
Als we afstand nemen is de aanpak en de uitvoering ervan vooral potsierlijk: burgemeester Dikkerdak en commissaris Bulle Bak gaan in vol ornaat in Rommeldam schooljongens arresteren op verdenking van belletje trekken. De manier waarop onvervalste regenten als Van Hall en Samkalden in kwaadaardige onmacht vervielen doet vooral tragikomisch aan.

Geen grap
Maar uit het boek van Roel blijkt hoeveel akelig wetteloze kanten de toenmalige acties hadden: systematische intimidatie, uitlokking van geweld, ontvoering, het planten van een bom. Daar valt niet om te lachen. Het heeft het leven van geëngageerde wereldverbeteraars ernstig ontregeld. En toen de infiltratie extreme vormen begon aan te nemen, heeft het de Kabouterbeweging behoorlijk verziekt. Minder stabiele persoonlijkheden dan Roel zouden het bijltje er al lang bij hebben neergelegd. Hoe zou u het vinden als blijkt dat u op een lijst stond van staatsgevaarlijke types die bij een vijandige overval op Nederland zonder verdere plichtplegingen zouden moeten worden opgepakt en diepgevroren?
Al met al is Roel blijven zitten met het gevoel dat rond zijn politieke activiteiten het recht zijn loop nog moet hebben. Actueel bij zijn onbehagen is het ontbreken van een adequate controle op het functioneren van de inlichtingendiensten. Inlichtingendiensten zijn in de moderne westerse wereld een noodzakelijk kwaad, maar de politieke verantwoording van hun doeleinden en werkwijzen is vaak te mager vormgegeven: noodzaak tot geheimhouding kan makkelijk worden misbruikt om feilen af te schermen.

Institutionele verloedering
De terreuracties van Al Quaeda op 11 september 2001 kwamen voor de Amerikaanse regering als een volkomen verrassing omdat de inlichtingendiensten hadden zitten suffen. Het werd duidelijk dat de best gekwalificeerde en meest ervaren deskundigen in de gevarenzones van Afghanistan nauwelijks te vinden waren. Ze zaten thuis in Arlington vooral achter de computer om berichten van onervaren en onbetrouwbare lokale agenten te bekijken. De organisatie was vadsig en lui geworden bij gebrek aan adequate controle vanuit het Congres.
De treinkapingen van Molukkers en de moorden op Pim Fortuin en Theo van Gogh kwamen voor de Nederlandse regering als een verrassing omdat de inlichtingendiensten hadden zitten suffen. Liever dan zich te infiltreren bij gevaarlijke terreurorganisaties, liepen ze vergaderingen van de kabouterbeweging af om badinerende verslagjes te sturen waarin minder informatie te vinden was dan in de krant.
Het zijn duidelijke waarschuwingen: zonder gepaste democratische waakzaamheid worden inlichtingendienst voor je het weet contraproductief en dus gevaarlijk.

Wat nu
Het alsnog ophelderen van de vragen die Roel in dit boek stelt, noch het bredere probleem van het aansturen van de inlichtingendiensten lijken vandaag in de politiek de allerhoogste prioriteit te hebben. Zou wetenschappelijk onderzoek iets meer kunnen ophelderen?
De in het boek van Roel genoemde ex-BVD medewerker Dick Engelen promoveerde in 1995 (met een opdracht van de BVD) op de geschiedenis van de BVD. Aan de Universiteit van Amsterdam, in nette academische kring bij hoogleraar Hans Blom, directeur van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie. Maar de gegevens waarop het onderzoek is gebaseerd zijn niet openbaar en dus niet controleerbaar.
Hmmm, er is de laatste tijd in wetenschappelijke en bredere kringen veel rumoer ontstaan over het onderzoek van wetenschapper Diederik Stapel, dat gebaseerd bleek op onbereikbare en onbestaanbare gegevens. De door de KNAW ingestelde Commissie Levelt concludeerde dat bij Stapels onderzoek ernstig was gefraudeerd. Zou de Commissie Levelt ook niet eens moeten kijken naar de onbereikbare data waarop het proefschrift van Engelen is gebaseerd?
Zou het wat zijn als Roel het zocht in een opdracht aan het bonafide Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis voor een transparantere – zo heet dat vandaag – wetenschappelijke studie naar de rol van de inlichtingendiensten in de sociale bewegingen van de jaren 60 en 70?
 
*************************
Abonneert u op de Nieuwsbrief.


© 2012 Peter Schröder meer Peter Schröder - meer "Ergernissen" -
Bezigheden > Ergernissen
Diepvriesfiguur Peter Schröder
0912BZ Roel
Op 6 april 2012 presenteerde Roel van Duijn in het Max Euwe Centrum in Amsterdam zijn laatste boek: ‘Diepvriesfiguur’. In dat boek beschrijft Roel zijn zoektocht naar informatie over zijn Leven en Werken zoals geregistreerd door de Nederlandse Inlichtingendiensten. Bij die presentatie hield ik de inleiding die hieronder te vinden is.

Maatschappelijke archeologie
Toen Roel eind 2008 AOW ging ontvangen verschool hij zich niet achter de geraniums, maar ging hij naast zijn activiteiten als Liefdesverdrietconsulent aan de slag als sociaal-politiek archeoloog. Zijn werkterrein werd bepaald door de sporen die hij vanaf 1960 had nagelaten in de dossiers van de Nederlandse inlichtingendiensten. Archeologen proberen een samenhangend beeld te reconstrueren van een voorbije cultuur aan de hand van een vaak willekeurige verzameling vondsten. Er zit weinig anders op als de makers niet meer geraadpleegd kunnen worden omdat ze zijn uitgestorven.
Ook Roel heeft moeten werken met een fragmentarische verzameling tekstvondsten. Een groot verschil met de reguliere archeologie is dat de vondsten waarmee Roel moest werken moedwillig zijn beschadigd en soms uitgewist. Terwijl de makers van de vondsten vaak nog wel leven, maar hun spraakvermogen verloren lijken te hebben.
Hoe idioot veel onnodige moeite het Roel heeft gekost om zijn door de inlichtingendiensten geregistreerde levensloop te reconstrueren is te lezen in de 384 pagina’s van het boek dat nu ten doop wordt gehouden. Een surrealistisch staaltje van contraspionage.

Wat is het nieuws?
Vandaag is Provo gecanoniseerd als vernieuwende jeugdbeweging, die in de jaren 60 met zijn vasthoudende speelse energie en onorthodoxe strategie een succesvolle stormloop begon tegen een gevestigde orde die zichzelf had overleefd. Het begon met raadselachtige happenings en onduidelijke optochten. Het niet altijd begrijpelijke gedachtegoed werd verspreid met rumoerige pamfletten en het zelf gestencilde, in steentjespapier gekafte blaadje Provo. De beweging en het blad stootten direct door naar landelijke bekendheid en wekten verbazing en afschuw. Provo dankte zijn succes aan een grote virtuositeit in het laten struikelen van Het Gezag. Het hielp de gevestigde orde zichzelf te laten ontsporen. Gemeengoed, nietwaar. Roel is niet voor niets geridderd.
Het Nieuws is dat niet alleen bestuur en politiek zich in het openbaar vastbeten in een vergeefse strijd tegen een noodlot aan verandering, maar dat het bestuur ook radeloos genoeg raakte om zijn geheime organisaties aan het werk te zetten tegen Provo.

Zijn ze gek geworden?
Wat hadden de inlichtingendiensten te zoeken bij Provo? Welke aanwijzingen waren er voor geheime staatsvijandigheid? Was er meer dan er dagelijks in de krant te lezen was? Konden de bovengrondse politie en justitie het zonder spionnen niet meer af? In het boek van Roel wordt duidelijk welke smoezen er door de verantwoordelijke ambtenaren werden verkocht. Maar als we afstand nemen blijkt het motief van de bemoeierij uiteindelijk steeds weer de behoefte aan inzicht in de voor bestuurders onbegrijpelijke ontwikkelingen. Wat is hier in godsnaam aan de hand? Zijn ze gek geworden? En na de schrik en de woede: Hoe moeten we dit varkentje wassen? Terug in je hok!
Vandaag zouden bestuurders een sociaalwetenschappelijk onderzoekinstituut op pad sturen om wat meer te weten te komen van een nieuwe jeugdbeweging. Toen vonden de ministers en burgemeesters dat het een zaak voor de inlichtingendiensten was.
Als we afstand nemen is de aanpak en de uitvoering ervan vooral potsierlijk: burgemeester Dikkerdak en commissaris Bulle Bak gaan in vol ornaat in Rommeldam schooljongens arresteren op verdenking van belletje trekken. De manier waarop onvervalste regenten als Van Hall en Samkalden in kwaadaardige onmacht vervielen doet vooral tragikomisch aan.

Geen grap
Maar uit het boek van Roel blijkt hoeveel akelig wetteloze kanten de toenmalige acties hadden: systematische intimidatie, uitlokking van geweld, ontvoering, het planten van een bom. Daar valt niet om te lachen. Het heeft het leven van geëngageerde wereldverbeteraars ernstig ontregeld. En toen de infiltratie extreme vormen begon aan te nemen, heeft het de Kabouterbeweging behoorlijk verziekt. Minder stabiele persoonlijkheden dan Roel zouden het bijltje er al lang bij hebben neergelegd. Hoe zou u het vinden als blijkt dat u op een lijst stond van staatsgevaarlijke types die bij een vijandige overval op Nederland zonder verdere plichtplegingen zouden moeten worden opgepakt en diepgevroren?
Al met al is Roel blijven zitten met het gevoel dat rond zijn politieke activiteiten het recht zijn loop nog moet hebben. Actueel bij zijn onbehagen is het ontbreken van een adequate controle op het functioneren van de inlichtingendiensten. Inlichtingendiensten zijn in de moderne westerse wereld een noodzakelijk kwaad, maar de politieke verantwoording van hun doeleinden en werkwijzen is vaak te mager vormgegeven: noodzaak tot geheimhouding kan makkelijk worden misbruikt om feilen af te schermen.

Institutionele verloedering
De terreuracties van Al Quaeda op 11 september 2001 kwamen voor de Amerikaanse regering als een volkomen verrassing omdat de inlichtingendiensten hadden zitten suffen. Het werd duidelijk dat de best gekwalificeerde en meest ervaren deskundigen in de gevarenzones van Afghanistan nauwelijks te vinden waren. Ze zaten thuis in Arlington vooral achter de computer om berichten van onervaren en onbetrouwbare lokale agenten te bekijken. De organisatie was vadsig en lui geworden bij gebrek aan adequate controle vanuit het Congres.
De treinkapingen van Molukkers en de moorden op Pim Fortuin en Theo van Gogh kwamen voor de Nederlandse regering als een verrassing omdat de inlichtingendiensten hadden zitten suffen. Liever dan zich te infiltreren bij gevaarlijke terreurorganisaties, liepen ze vergaderingen van de kabouterbeweging af om badinerende verslagjes te sturen waarin minder informatie te vinden was dan in de krant.
Het zijn duidelijke waarschuwingen: zonder gepaste democratische waakzaamheid worden inlichtingendienst voor je het weet contraproductief en dus gevaarlijk.

Wat nu
Het alsnog ophelderen van de vragen die Roel in dit boek stelt, noch het bredere probleem van het aansturen van de inlichtingendiensten lijken vandaag in de politiek de allerhoogste prioriteit te hebben. Zou wetenschappelijk onderzoek iets meer kunnen ophelderen?
De in het boek van Roel genoemde ex-BVD medewerker Dick Engelen promoveerde in 1995 (met een opdracht van de BVD) op de geschiedenis van de BVD. Aan de Universiteit van Amsterdam, in nette academische kring bij hoogleraar Hans Blom, directeur van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie. Maar de gegevens waarop het onderzoek is gebaseerd zijn niet openbaar en dus niet controleerbaar.
Hmmm, er is de laatste tijd in wetenschappelijke en bredere kringen veel rumoer ontstaan over het onderzoek van wetenschapper Diederik Stapel, dat gebaseerd bleek op onbereikbare en onbestaanbare gegevens. De door de KNAW ingestelde Commissie Levelt concludeerde dat bij Stapels onderzoek ernstig was gefraudeerd. Zou de Commissie Levelt ook niet eens moeten kijken naar de onbereikbare data waarop het proefschrift van Engelen is gebaseerd?
Zou het wat zijn als Roel het zocht in een opdracht aan het bonafide Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis voor een transparantere – zo heet dat vandaag – wetenschappelijke studie naar de rol van de inlichtingendiensten in de sociale bewegingen van de jaren 60 en 70?
 
*************************
Abonneert u op de Nieuwsbrief.
© 2012 Peter Schröder
powered by CJ2