archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Bij ons in de straat delen printen terug
Vroeger Joop Quint

1207BS VroegerMet Martin praat ik graag over vroeger. Dat komt omdat hij er zoveel verstand van heeft. Hij is van 1925. Vrijwel elke donderdagmiddag zitten we bij hem thuis met whisky en sigaren. Dat praat makkelijker. Tot voor kort was Joop Gaatje er ook altijd. Die had wat minder verstand van vroeger. Hij was van 1930. Maar Joop is overleden. Zijn foto staat op het tafeltje. Als ik er ben steekt Martin, die in het geheel niet sentimenteel is, een kaarsje aan bij de foto van Joop.

Joop kwam altijd wat later. Dat kwam doordat hij twee bussen moest nemen, helemaal uit Osdorp. Ik noem dat de ‘Far West’. Als hij er dan was, nam hij, voor zijn whisky, eerst een kopje thee. Om uit te rusten en om op adem te komen. Hij heette Joop Gaatje omdat hij sprak en ademde door een gaatje in zijn keel. Het gevolg van een operatie, lang geleden, aan een tumor. Toen ik hem nog niet zo lang kende vroeg ik of ik hem ook Joop Gaatje mocht noemen. ‘Natuurlijk, jongen. Mijn dochter zegt: mijn vader lult uit zijn nek.’

Martin en Joop, beiden geboren Amsterdammers, waren allebei middenstander. Joop had een fotozaak en Martin deed in bladen en snoep. Het verbazende is dat hun verhalen over die winkels vroeger eigenlijk niets nieuws zijn. Het ging toen ook al over inbraken, diefstal en onbegrijpelijke regels van de gemeente. Martin had wel iets nieuws: porno in de jaren zestig. Hij verkocht bladen als de Lach en de Bolero onder de toonbank. Nog veel ergere dingen importeerde hij uit Frankrijk. Die werden gebracht door een man die met de motor uit Brussel kwam, en daar kwamen ze per auto uit Parijs. De verhalen van Martin over de blaadjes die hij voor homo’s had en over hun kopers zijn een beetje komisch, maar eigenlijk diep triest.

Voor mij begint het vroeger van Martin eigenlijk bij zijn grootvader. Die had een café in de Dapperstraat. Martin kwam daar als jongetje graag. Hij heeft een prachtige foto, uit ongeveer 1920. Daar staat voor het café, de hele visclub voor het jaarlijkse uitje; allemaal met overhemd, das, pet en een hengel in de hand, meer dan 90 jaar geleden.    

Martin had twee oudere broers en een jonger zusje. In het midden van de jaren dertig ging de hele familie kamperen op de hei in de buurt van Bussum. Op de fiets, tent mee en slapen op strozakken. Martins vader fietste elke dag heen en terug naar Amsterdam. Om te stempelen, hij was werkloos.

Uit dezelfde periode is een foto van een groep mannen; sommigen in pak, anderen in broek en hemd. Ze zijn, net als Martins vader, werkloos en graven de Bosbaan. Zo heeft die tijd toch iets moois opgeleverd. Maar je stond daar niet zo maar te graven. Als je een kantoorbaan had kwam je in pak, verschil moet er zijn.

De oorlog was voor Martin vooral avontuur. Kolen verzamelen langs het spoor; een Nederlandse agent die een keer op ze schoot en hun steenkolen afpakte voor eigen gebruik. De ‘politionele acties’ in Indië heeft hij niet meegemaakt. Zijn vader was communist en met steun van zijn vader heeft hij zich laten afkeuren.

Martin komt uit een goed nest.

-----------------------------------------
De tekening is van Linda Hulshof
Meer informatie op: www.lindahulshof.nl
--------------------------------------------------
Bestel uw boeken, CD's en nog veel meer
bij bolcom, via de banner rechts.
Dan steunt u De Leunstoel!


© 2015 Joop Quint meer Joop Quint - meer "Bij ons in de straat" -
Beschouwingen > Bij ons in de straat
Vroeger Joop Quint
1207BS VroegerMet Martin praat ik graag over vroeger. Dat komt omdat hij er zoveel verstand van heeft. Hij is van 1925. Vrijwel elke donderdagmiddag zitten we bij hem thuis met whisky en sigaren. Dat praat makkelijker. Tot voor kort was Joop Gaatje er ook altijd. Die had wat minder verstand van vroeger. Hij was van 1930. Maar Joop is overleden. Zijn foto staat op het tafeltje. Als ik er ben steekt Martin, die in het geheel niet sentimenteel is, een kaarsje aan bij de foto van Joop.

Joop kwam altijd wat later. Dat kwam doordat hij twee bussen moest nemen, helemaal uit Osdorp. Ik noem dat de ‘Far West’. Als hij er dan was, nam hij, voor zijn whisky, eerst een kopje thee. Om uit te rusten en om op adem te komen. Hij heette Joop Gaatje omdat hij sprak en ademde door een gaatje in zijn keel. Het gevolg van een operatie, lang geleden, aan een tumor. Toen ik hem nog niet zo lang kende vroeg ik of ik hem ook Joop Gaatje mocht noemen. ‘Natuurlijk, jongen. Mijn dochter zegt: mijn vader lult uit zijn nek.’

Martin en Joop, beiden geboren Amsterdammers, waren allebei middenstander. Joop had een fotozaak en Martin deed in bladen en snoep. Het verbazende is dat hun verhalen over die winkels vroeger eigenlijk niets nieuws zijn. Het ging toen ook al over inbraken, diefstal en onbegrijpelijke regels van de gemeente. Martin had wel iets nieuws: porno in de jaren zestig. Hij verkocht bladen als de Lach en de Bolero onder de toonbank. Nog veel ergere dingen importeerde hij uit Frankrijk. Die werden gebracht door een man die met de motor uit Brussel kwam, en daar kwamen ze per auto uit Parijs. De verhalen van Martin over de blaadjes die hij voor homo’s had en over hun kopers zijn een beetje komisch, maar eigenlijk diep triest.

Voor mij begint het vroeger van Martin eigenlijk bij zijn grootvader. Die had een café in de Dapperstraat. Martin kwam daar als jongetje graag. Hij heeft een prachtige foto, uit ongeveer 1920. Daar staat voor het café, de hele visclub voor het jaarlijkse uitje; allemaal met overhemd, das, pet en een hengel in de hand, meer dan 90 jaar geleden.    

Martin had twee oudere broers en een jonger zusje. In het midden van de jaren dertig ging de hele familie kamperen op de hei in de buurt van Bussum. Op de fiets, tent mee en slapen op strozakken. Martins vader fietste elke dag heen en terug naar Amsterdam. Om te stempelen, hij was werkloos.

Uit dezelfde periode is een foto van een groep mannen; sommigen in pak, anderen in broek en hemd. Ze zijn, net als Martins vader, werkloos en graven de Bosbaan. Zo heeft die tijd toch iets moois opgeleverd. Maar je stond daar niet zo maar te graven. Als je een kantoorbaan had kwam je in pak, verschil moet er zijn.

De oorlog was voor Martin vooral avontuur. Kolen verzamelen langs het spoor; een Nederlandse agent die een keer op ze schoot en hun steenkolen afpakte voor eigen gebruik. De ‘politionele acties’ in Indië heeft hij niet meegemaakt. Zijn vader was communist en met steun van zijn vader heeft hij zich laten afkeuren.

Martin komt uit een goed nest.

-----------------------------------------
De tekening is van Linda Hulshof
Meer informatie op: www.lindahulshof.nl
--------------------------------------------------
Bestel uw boeken, CD's en nog veel meer
bij bolcom, via de banner rechts.
Dan steunt u De Leunstoel!
© 2015 Joop Quint
powered by CJ2