archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Bij ons in de straat delen printen terug
Een multiculturele bacterie Peter Riemersma

0403Bs Straat
Tramreizigers die in het centrum van Den Haag opstappen en naar het Statenkwartier rijden in lijn 17 ‘missen’ tegenwoordig vaak de halte Van Speijkstraat. Dat komt doordat zij het Prins Hendrikplein onopgemerkt voorbij rijden. Dit plein is in de beleving van veel mensen vanouds een ‘groen plein’, maar sinds er begin juli vier monumentale paardenkastjes zijn gekapt zijn bewoners hun vertrouwde uitzicht kwijt en tramreizigers hun oriëntatie. Ze wachten tot zij de bomen van het Prins Hendrikplein zien om te drukken op de stopknop voor de halte Van Speijkstraat. Maar de bomen zijn uit het zicht verdwenen. De gemeente Den Haag heeft ze laten kappen omdat zij een gevaar vormden. Als gevolg van de alom in Den Haag heersende bloedingziekte waren deze vier bomen zo ernstig aangetast dat er ‘spontaan’ takken zouden kunnen afbreken. En dit alles vanwege een bacterie die met het blote oog niet eens is waar te nemen. Een bacterie waarvan onderzoekers onlangs definitief hebben vastgesteld dat deze de primaire oorzaak is van de bloedingziekte onder paardenkastanjes. Vorig jaar sprak de werkgroep Aesculaap al de verdenking uit tegen een bacterie uit de groep van de Pseudomonas syringae.
 
In de werkgroep Aesculaap werken samen: Praktijkonderzoek Plant en Omgeving (PPO) van de rijksuniversiteit Wageningen, Groenadvies Amsterdam BV, de Plantenziektekundige Dienst van het ministerie van LNV en de gemeenten Den Haag, Utrecht, Haarlemmersmeer en Houten. De bloedingziekte onder paardenkastanjes heeft niet alleen Den Haag getroffen maar veel meer gemeenten in Nederland. Ook in Groot-Brittannië en zelfs in Japan wordt de ziekte aangetroffen. Hoe de dodelijke bacterie terecht komt in de bomen is nog niet precies bekend. Wel is duidelijk dat als paardenkastanjes beschadigd zijn, of verwond, het risico op besmetting groter is. Er zijn nog geen afdoende bestrijdingsmiddelen beschikbaar en dat is voor een stad als Den Haag, waar al de helft van de vijfduizend paardenkastanjes besmet is geraakt, een zorgelijk vooruitzicht.
 
De verantwoordelijke wethouder Rabin Baldewsingh van de dienst Stadsbeheer is zich van de gang zaken rond het Prins Hendrikplein rot geschrokken. Hoewel er in de loop van de tijd al vaker bomen waren gesneuveld is daar in juli in twee nachten tijd het hele stadsbeeld grondig veranderd. Als dit een voorbode is van wat de rest van Den Haag staat te wachten komt het imago van Den Haag als ‘groene stad aan zee’ op de tocht te staan. Aan de bewonersorganisatie De Groene Eland die 35 jaar geleden uit woede over het kappen van bomen aan de Elandstraat is opgericht, heeft Baldewsingh dan ook snelle herplant beloofd van maar liefst veertien nieuwe bomen. Dat zullen geen nieuwe paardenkastanjes zijn maar vermoedelijk Turkse eiken.
 
Het ziet er naar uit, dat de gemeente iets moet ‘goed maken’, want er is gerede twijfel mogelijk over de drastische kap van maar liefst vier monumentale kastanjes tegelijk. Er was inderdaad van één boom enige tijd geleden een tak afgebroken. Het zou dus voor de hand hebben gelegen dat die boom zou zijn omgezaagd. Maar wat geschiedde in de nacht van 2 op 3 juli? De boom ernaast sneuvelde en de zieke bleef staan. De boomzagers verdwenen dan ook als dieven in de nacht en lieten de andere bomen die de overgang van Prins Hendrikplein naar Zoutmanstraat al een eeuw lang markeren ongemoeid. Maar de volgende nacht werden bewoners toch weer opgeschikt in hun slaap door ratelende kettingzagen. De zieke boom legde nu wel het loodje en in één moeite door werden nog twee bomen aan de andere kant van het Plein meegenomen. De kaalslag was nagenoeg voltooid. Nog twee, ook min of meer aangetaste kastanjes, en een pas ter vervanging van een oude reus geplante jonge lindeboom moeten nu het groene karakter van het Prins Hendrikplein hooghouden totdat zij steun krijgen van de veertien Turkse eiken die de bewoners hebben uitgekozen.
 
Maar was deze drastische ingreep wel nodig geweest? Op basis van de onderzoeksresultaten die tot nu toe bekend zijn geworden, adviseert de werkgroep Aesculaap gemeenten en particulieren paardenkastanjes zoveel mogelijk met rust te laten en het advies op te blijven volgen, zoals vermeld op de website, www.kastanjeziekte.wur.nl. Alleen kappen in uiterste noodzaak is het devies. Op het Prins Hendrikplein is het om welke redenen dan ook anders gelopen en kan de conclusie worden getrokken dat een bacterie die paardenkastanjes velt, de grondslag heeft gelegd voor een multicultureel beplantingsplan. Past wel bij een wijk waar meer dan 25 nationaliteiten huizen. Is dit nu toeval of getuigt dit van visie?


© 2006 Peter Riemersma meer Peter Riemersma - meer "Bij ons in de straat" -
Beschouwingen > Bij ons in de straat
Een multiculturele bacterie Peter Riemersma
0403Bs Straat
Tramreizigers die in het centrum van Den Haag opstappen en naar het Statenkwartier rijden in lijn 17 ‘missen’ tegenwoordig vaak de halte Van Speijkstraat. Dat komt doordat zij het Prins Hendrikplein onopgemerkt voorbij rijden. Dit plein is in de beleving van veel mensen vanouds een ‘groen plein’, maar sinds er begin juli vier monumentale paardenkastjes zijn gekapt zijn bewoners hun vertrouwde uitzicht kwijt en tramreizigers hun oriëntatie. Ze wachten tot zij de bomen van het Prins Hendrikplein zien om te drukken op de stopknop voor de halte Van Speijkstraat. Maar de bomen zijn uit het zicht verdwenen. De gemeente Den Haag heeft ze laten kappen omdat zij een gevaar vormden. Als gevolg van de alom in Den Haag heersende bloedingziekte waren deze vier bomen zo ernstig aangetast dat er ‘spontaan’ takken zouden kunnen afbreken. En dit alles vanwege een bacterie die met het blote oog niet eens is waar te nemen. Een bacterie waarvan onderzoekers onlangs definitief hebben vastgesteld dat deze de primaire oorzaak is van de bloedingziekte onder paardenkastanjes. Vorig jaar sprak de werkgroep Aesculaap al de verdenking uit tegen een bacterie uit de groep van de Pseudomonas syringae.
 
In de werkgroep Aesculaap werken samen: Praktijkonderzoek Plant en Omgeving (PPO) van de rijksuniversiteit Wageningen, Groenadvies Amsterdam BV, de Plantenziektekundige Dienst van het ministerie van LNV en de gemeenten Den Haag, Utrecht, Haarlemmersmeer en Houten. De bloedingziekte onder paardenkastanjes heeft niet alleen Den Haag getroffen maar veel meer gemeenten in Nederland. Ook in Groot-Brittannië en zelfs in Japan wordt de ziekte aangetroffen. Hoe de dodelijke bacterie terecht komt in de bomen is nog niet precies bekend. Wel is duidelijk dat als paardenkastanjes beschadigd zijn, of verwond, het risico op besmetting groter is. Er zijn nog geen afdoende bestrijdingsmiddelen beschikbaar en dat is voor een stad als Den Haag, waar al de helft van de vijfduizend paardenkastanjes besmet is geraakt, een zorgelijk vooruitzicht.
 
De verantwoordelijke wethouder Rabin Baldewsingh van de dienst Stadsbeheer is zich van de gang zaken rond het Prins Hendrikplein rot geschrokken. Hoewel er in de loop van de tijd al vaker bomen waren gesneuveld is daar in juli in twee nachten tijd het hele stadsbeeld grondig veranderd. Als dit een voorbode is van wat de rest van Den Haag staat te wachten komt het imago van Den Haag als ‘groene stad aan zee’ op de tocht te staan. Aan de bewonersorganisatie De Groene Eland die 35 jaar geleden uit woede over het kappen van bomen aan de Elandstraat is opgericht, heeft Baldewsingh dan ook snelle herplant beloofd van maar liefst veertien nieuwe bomen. Dat zullen geen nieuwe paardenkastanjes zijn maar vermoedelijk Turkse eiken.
 
Het ziet er naar uit, dat de gemeente iets moet ‘goed maken’, want er is gerede twijfel mogelijk over de drastische kap van maar liefst vier monumentale kastanjes tegelijk. Er was inderdaad van één boom enige tijd geleden een tak afgebroken. Het zou dus voor de hand hebben gelegen dat die boom zou zijn omgezaagd. Maar wat geschiedde in de nacht van 2 op 3 juli? De boom ernaast sneuvelde en de zieke bleef staan. De boomzagers verdwenen dan ook als dieven in de nacht en lieten de andere bomen die de overgang van Prins Hendrikplein naar Zoutmanstraat al een eeuw lang markeren ongemoeid. Maar de volgende nacht werden bewoners toch weer opgeschikt in hun slaap door ratelende kettingzagen. De zieke boom legde nu wel het loodje en in één moeite door werden nog twee bomen aan de andere kant van het Plein meegenomen. De kaalslag was nagenoeg voltooid. Nog twee, ook min of meer aangetaste kastanjes, en een pas ter vervanging van een oude reus geplante jonge lindeboom moeten nu het groene karakter van het Prins Hendrikplein hooghouden totdat zij steun krijgen van de veertien Turkse eiken die de bewoners hebben uitgekozen.
 
Maar was deze drastische ingreep wel nodig geweest? Op basis van de onderzoeksresultaten die tot nu toe bekend zijn geworden, adviseert de werkgroep Aesculaap gemeenten en particulieren paardenkastanjes zoveel mogelijk met rust te laten en het advies op te blijven volgen, zoals vermeld op de website, www.kastanjeziekte.wur.nl. Alleen kappen in uiterste noodzaak is het devies. Op het Prins Hendrikplein is het om welke redenen dan ook anders gelopen en kan de conclusie worden getrokken dat een bacterie die paardenkastanjes velt, de grondslag heeft gelegd voor een multicultureel beplantingsplan. Past wel bij een wijk waar meer dan 25 nationaliteiten huizen. Is dit nu toeval of getuigt dit van visie?
© 2006 Peter Riemersma
powered by CJ2