archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Op de fiets delen printen terug
Een relaas van vriendschap en onttakeling Johan Swager

1819BZ Vriendschap
Een keer per jaar voltrekt zich een merkwaardig natuurfenomeen. Dan gaan mannen fietsen. Dan nemen ze tijdelijk afscheid van hun bedaagde leventje in de provincie, met hun lieve vrouwtje op de bank. Er voltrekt zich in korte tijd een metamorfose. Jongens worden mannen en mannen worden leeuwen. Brave burgers gooien alle remmen los, althans verbaal. Want fysiek is het wel zo’n beetje klaar.

Overdag een paar rondjes rond de kerk en dan aan het bier! De groep ontwaakt en ontspant zienderogen. Daarna het diner. Na de eerste gangen en de eerste fles wijn p.p. worden de stemmen luider, de argumenten vager en het gemoed feestelijker. Nu geldt: the sky is the limit en soms zelfs dat nog niet eens. Later, als de nacht zijn intrede doet, laten de mannen zich voldaan in bed vallen voor een welverdiende nachtrust.
De volgende ochtend weer vroeg op, want dit is geen specialistenuitje, er moet wel gekoerst worden! De wegcaptains maken zich op voor een zware dag. 

Gedurende de rit wijkt de navigator niet van zijn schermpje. Voor hem geen ANWB paddenstoel, alleen het scherm telt. De godganse dag vooruit turend en wat zich achter hem beweegt, dat moeten zij maar weten.
Later in het bejaardenhuis, op de rand van dementie, zal hij met een VR-bril op telkens en telkens opnieuw de koers herrijden, zijn ogen blijven glimmen. ‘Zuster, serveert u ook een Skuumkoppe?’ En hij zeek spontaan in het matras.

De andere captain heeft zich door de jaren geoefend in achterom kijken. Geen detail van de zwoegende ploeg achter hem ontgaat hem. Het schijnt dat hij door alle training zijn nek nu 180 graden kan draaien, bijkans een kermisattractie! Eenmaal een lekke band in het peloton, dan is hij als eerste ter plaatse en verricht acute zorg. Hij dirigeert de mannen in een haag om het rijwiel, zodat de reanimatie in alle rust, met alle respect en privacy kan plaatsvinden. Desnoods belt hij nog even met de vriendin van de ongelukkige, om te bezweren dat alles goed is. Maak je geen zorgen, alles in de hand. Op latere leeftijd kreeg hij zijn nek niet meer teruggedraaid en na twee jaar achteruitlopen eindigde hij in een sloot naast de kas.

Inderdaad, dit is morbide humor. Na het overlijden van onze grootste schreeuwlelijk, met zijn kleine hartje, waar ik een In Memoriam aan gewijd heb op de groepsapp, houdt dat mij op de been. Als je de woorden vindt, vind je troost. NB Als mijn tijd gekomen is, stap ik eruit vanuit het pontje over de Waal bij Wamel bij zonsopkomst.
Terug naar het peloton. De rest is eigenlijk een zootje ongeregeld. Een blijde rijder, die vrijblijvend vooraan puft op elektra en een gezicht trekt alsof hij zelfstandig op kop rijdt. Een specialist, die voortdurend pleisters op zijn gevoelige achterste plakt, en omvalt bij iedere pontjeswal omhoog. Een intellectueel, die tot voor kort het begrip racefiets alleen uit de wereldliteratuur kende. Een ratelende en kotsende  theoretisch fysicus, die alleen nog maar met meewind vooruit komt. Nee, dit is niet de fine fleur van sportief Nederland boven de vijftig.
Maar wat geeft het? Eenmaal in de koers verdwijnen alle zorgen als sneeuw voor de zon. De weg is de bestemming en ZEN nestelt zich in het peloton. Go boys, go with the flow …

Aan al het goede komt een eind en na een week bikkelen gaan de mannen vermoeid maar herijkt huiswaarts. En bij toverslag, bij het betreden van het ouderlijk huis en de begroeting van het vrouwtje thuis, veranderen de leeuwen in mannen en worden de mannen weer lieve jongens. Het kan verkeren!

------
Het plaatje is van de schrijver


© 2021 Johan Swager meer Johan Swager - meer "Op de fiets"
Bezigheden > Op de fiets
Een relaas van vriendschap en onttakeling Johan Swager
1819BZ Vriendschap
Een keer per jaar voltrekt zich een merkwaardig natuurfenomeen. Dan gaan mannen fietsen. Dan nemen ze tijdelijk afscheid van hun bedaagde leventje in de provincie, met hun lieve vrouwtje op de bank. Er voltrekt zich in korte tijd een metamorfose. Jongens worden mannen en mannen worden leeuwen. Brave burgers gooien alle remmen los, althans verbaal. Want fysiek is het wel zo’n beetje klaar.

Overdag een paar rondjes rond de kerk en dan aan het bier! De groep ontwaakt en ontspant zienderogen. Daarna het diner. Na de eerste gangen en de eerste fles wijn p.p. worden de stemmen luider, de argumenten vager en het gemoed feestelijker. Nu geldt: the sky is the limit en soms zelfs dat nog niet eens. Later, als de nacht zijn intrede doet, laten de mannen zich voldaan in bed vallen voor een welverdiende nachtrust.
De volgende ochtend weer vroeg op, want dit is geen specialistenuitje, er moet wel gekoerst worden! De wegcaptains maken zich op voor een zware dag. 

Gedurende de rit wijkt de navigator niet van zijn schermpje. Voor hem geen ANWB paddenstoel, alleen het scherm telt. De godganse dag vooruit turend en wat zich achter hem beweegt, dat moeten zij maar weten.
Later in het bejaardenhuis, op de rand van dementie, zal hij met een VR-bril op telkens en telkens opnieuw de koers herrijden, zijn ogen blijven glimmen. ‘Zuster, serveert u ook een Skuumkoppe?’ En hij zeek spontaan in het matras.

De andere captain heeft zich door de jaren geoefend in achterom kijken. Geen detail van de zwoegende ploeg achter hem ontgaat hem. Het schijnt dat hij door alle training zijn nek nu 180 graden kan draaien, bijkans een kermisattractie! Eenmaal een lekke band in het peloton, dan is hij als eerste ter plaatse en verricht acute zorg. Hij dirigeert de mannen in een haag om het rijwiel, zodat de reanimatie in alle rust, met alle respect en privacy kan plaatsvinden. Desnoods belt hij nog even met de vriendin van de ongelukkige, om te bezweren dat alles goed is. Maak je geen zorgen, alles in de hand. Op latere leeftijd kreeg hij zijn nek niet meer teruggedraaid en na twee jaar achteruitlopen eindigde hij in een sloot naast de kas.

Inderdaad, dit is morbide humor. Na het overlijden van onze grootste schreeuwlelijk, met zijn kleine hartje, waar ik een In Memoriam aan gewijd heb op de groepsapp, houdt dat mij op de been. Als je de woorden vindt, vind je troost. NB Als mijn tijd gekomen is, stap ik eruit vanuit het pontje over de Waal bij Wamel bij zonsopkomst.
Terug naar het peloton. De rest is eigenlijk een zootje ongeregeld. Een blijde rijder, die vrijblijvend vooraan puft op elektra en een gezicht trekt alsof hij zelfstandig op kop rijdt. Een specialist, die voortdurend pleisters op zijn gevoelige achterste plakt, en omvalt bij iedere pontjeswal omhoog. Een intellectueel, die tot voor kort het begrip racefiets alleen uit de wereldliteratuur kende. Een ratelende en kotsende  theoretisch fysicus, die alleen nog maar met meewind vooruit komt. Nee, dit is niet de fine fleur van sportief Nederland boven de vijftig.
Maar wat geeft het? Eenmaal in de koers verdwijnen alle zorgen als sneeuw voor de zon. De weg is de bestemming en ZEN nestelt zich in het peloton. Go boys, go with the flow …

Aan al het goede komt een eind en na een week bikkelen gaan de mannen vermoeid maar herijkt huiswaarts. En bij toverslag, bij het betreden van het ouderlijk huis en de begroeting van het vrouwtje thuis, veranderen de leeuwen in mannen en worden de mannen weer lieve jongens. Het kan verkeren!

------
Het plaatje is van de schrijver
© 2021 Johan Swager
powered by CJ2