archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Doe toch een spelletje mee delen printen terug
Jeroen kampioen? Claude Aendenboom

2020VG Jeroen kampioenVanmorgen zag ik buurman beeldhouwer Jeroen naar zijn camionette stappen met een reiskoffer en allerlei materiaal onder zijn arm. We kennen elkaar nu twee jaar, hij woont al een tijdje in het appartement vlak onder mij. Zoals altijd babbelden we even over onze nieuwste bezigheden. Ja, Jeroen en ik hebben veel raakpunten gemeen, hij houdt net als ik van de chansonniers Jacques Brel en Georges Brassens, is ook een liefhebber van jazz, kent eveneens de grote filosofen en bezoekt graag musea.
 
Jeroen zou deze ochtend vertrekken naar de Vlaamse Ardennen. Blij dat we een tiental minuten met elkaar hadden gepraat, wensten we elkaar een fijne dag. Maar dan liet hij een kartonnen doos uit zijn handen op de grond vallen. Ik hielp hem met het oprapen en toen viel mij iets op: in de doos zat een schaakspel. Ik gaf hem te kennen dat ik ook weleens schaak. Hij keek mij verrast aan. Zo daagden we elkaar uit en spraken we af voor een partij snelschaken komende zondagavond in zijn atelier. Onze inzet: een mooi Delfts blauw bord, eentje uit De Gouden Eeuw, gemaakt door de kunstenaar J. van Goyen.
 
Vannacht had ik echter weer een bizarre droom: zondagavond zat ik in een oud leeg kasteel aan een rond tafeltje klaar om een potje te schaken met Jeroen terwijl het hevig onweerde in het omliggende park. Ik speelde met wit. Ik deed de Colle-openingszet maar Jeroen lokte meteen een damegambiet uit. Wat later had zijn paard mijn toren en loper vast in een vork. Ik offerde mijn toren op en probeerde zo met mijn dame de welbekende coup de Berger maar tevergeefs, zwart rokeerde. Met deze zet wordt beoogd de koning op een van de flanken in veiligheid te brengen en tevens de toren aan die kant te ontwikkelen. Beide spelers kunnen dat hooguit eenmaal per partij doen. Het begon intussen flink te regenen terwijl de nacht viel.
 
Ik deed dus een wachtzet. Dat is een zet die geen nut heeft maar de tegenstander tot een bepaalde zet dwingt. Ik zag mijn vriend Jeroen ver vooruitdenken, z'n voorhoofd klam van het zweet. Ik ruilde heel wat van mijn schaakstukken af. Zo kon ik toch nog drie stukken slaan: twee pionnen en een loper. Tot de vijand mijn dame veroverde en zo mijn koning bijna schaakmat kreeg. Een bliksemflits buiten bracht even klaarheid op deze krachtmeting. Ik had alle mogelijkheden gecheckt en had een sterke tegenzet in gedachten.
 
Deze schaakstelling leek precies op de beroemde partij tussen de grootmeesters Akiba Rubinstein (1882-1961) en Gersz Rotlewi (1889-1920) in Lódz, Polen op 26 december 1907. Plots schoot ik wakker door de donder. Jammer, ik had graag deze schaakpartij beëindigd. Want jawel, ik droom om te winnen van mijn vriend Jeroen. Bovendien zou dat Delfts Blauw bord mooi passen in mijn interieur.

----------

De illustratie is van Petra Busstra.
Meer informatie: www.petrabusstra.com




© 2023 Claude Aendenboom meer Claude Aendenboom - meer "Doe toch een spelletje mee" -
Vermaak en Genot > Doe toch een spelletje mee
Jeroen kampioen? Claude Aendenboom
2020VG Jeroen kampioenVanmorgen zag ik buurman beeldhouwer Jeroen naar zijn camionette stappen met een reiskoffer en allerlei materiaal onder zijn arm. We kennen elkaar nu twee jaar, hij woont al een tijdje in het appartement vlak onder mij. Zoals altijd babbelden we even over onze nieuwste bezigheden. Ja, Jeroen en ik hebben veel raakpunten gemeen, hij houdt net als ik van de chansonniers Jacques Brel en Georges Brassens, is ook een liefhebber van jazz, kent eveneens de grote filosofen en bezoekt graag musea.
 
Jeroen zou deze ochtend vertrekken naar de Vlaamse Ardennen. Blij dat we een tiental minuten met elkaar hadden gepraat, wensten we elkaar een fijne dag. Maar dan liet hij een kartonnen doos uit zijn handen op de grond vallen. Ik hielp hem met het oprapen en toen viel mij iets op: in de doos zat een schaakspel. Ik gaf hem te kennen dat ik ook weleens schaak. Hij keek mij verrast aan. Zo daagden we elkaar uit en spraken we af voor een partij snelschaken komende zondagavond in zijn atelier. Onze inzet: een mooi Delfts blauw bord, eentje uit De Gouden Eeuw, gemaakt door de kunstenaar J. van Goyen.
 
Vannacht had ik echter weer een bizarre droom: zondagavond zat ik in een oud leeg kasteel aan een rond tafeltje klaar om een potje te schaken met Jeroen terwijl het hevig onweerde in het omliggende park. Ik speelde met wit. Ik deed de Colle-openingszet maar Jeroen lokte meteen een damegambiet uit. Wat later had zijn paard mijn toren en loper vast in een vork. Ik offerde mijn toren op en probeerde zo met mijn dame de welbekende coup de Berger maar tevergeefs, zwart rokeerde. Met deze zet wordt beoogd de koning op een van de flanken in veiligheid te brengen en tevens de toren aan die kant te ontwikkelen. Beide spelers kunnen dat hooguit eenmaal per partij doen. Het begon intussen flink te regenen terwijl de nacht viel.
 
Ik deed dus een wachtzet. Dat is een zet die geen nut heeft maar de tegenstander tot een bepaalde zet dwingt. Ik zag mijn vriend Jeroen ver vooruitdenken, z'n voorhoofd klam van het zweet. Ik ruilde heel wat van mijn schaakstukken af. Zo kon ik toch nog drie stukken slaan: twee pionnen en een loper. Tot de vijand mijn dame veroverde en zo mijn koning bijna schaakmat kreeg. Een bliksemflits buiten bracht even klaarheid op deze krachtmeting. Ik had alle mogelijkheden gecheckt en had een sterke tegenzet in gedachten.
 
Deze schaakstelling leek precies op de beroemde partij tussen de grootmeesters Akiba Rubinstein (1882-1961) en Gersz Rotlewi (1889-1920) in Lódz, Polen op 26 december 1907. Plots schoot ik wakker door de donder. Jammer, ik had graag deze schaakpartij beëindigd. Want jawel, ik droom om te winnen van mijn vriend Jeroen. Bovendien zou dat Delfts Blauw bord mooi passen in mijn interieur.

----------

De illustratie is van Petra Busstra.
Meer informatie: www.petrabusstra.com


© 2023 Claude Aendenboom
powered by CJ2