archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Een rustig mens delen printen terug
'Die hemel ben ik vergeten, maar ik zal het regelen' Jack Luiten

2102BS Hemel1Hij belt soms drie keer per dag, dan weer eens in de twee of drie weken. Het doel is altijd hetzelfde: hij wil naar buiten. Adriaan is 85 jaar en woont nog zelfstandig, althans, hij woont op zichzelf in een verzorgingshuis. Met rondom hem heen alle noodzakelijke voorzieningen en zorg. Na een akelige val in zijn vorige behuizing is hij aan de rolstoel gekluisterd. Wel zorgt hij er zélf voor, dat vrijwel elke dag iemand uit zijn omgeving met hem een ommetje maakt in het dorp.

Adriaan is maar liefst 54 jaar koster geweest in de plaatselijke katholieke dorpskerk. Hij heeft ruim de tijd gehad om na te denken over hemel, hel en ook het vagevuur. Een tussentijdse reiniging van de ziel is immers nooit weg. ‘Kom je volgende week weer?’, vroeg hij onlangs onder een rondje-rolstoel in het dorp. Mijn antwoord had hij niet verwacht: ‘Jij hebt dicht bij het vuur gezeten, dus jij weet hoe het zit. Als jij regelt dat ik later in de hemel kom, dan kom ik jou weer ophalen.’ Hij dacht even na en zei toen: ‘Dat ga ik regelen.’
Sindsdien maken we van tijd tot tijd samen een rondje door het dorp. Onder een kop koffie vertelt hij dan over zijn jeugd, zijn familie en over zijn boot. Hij komt uit een schippersfamilie, die vooral kolen en mest vervoerde. Aan de muur thuis hangt nog een foto van het imposante jacht, waar hij nog steeds trots op is. Allemaal verleden tijd, zegt ie. Met z’n hart zit hij nog steeds in z’n geboortedorp, waar hij op 8-jarige leeftijd al hielp bij het koeien melken. ‘Boer Onderwater had toen twaalf koeien. ’s Middags molk hij er zes en ik ook. Voor een gulden per week. Toen mijn moeder zich ermee bemoeide, kreeg ik voortaan een rijksdaalder. Na het melken moest ik nog de polder in om wat kranten te bezorgen.’

Spierziekte

Hij trouwde met Ria en samen kregen ze drie kinderen. Hun beide zoons Maurice en Arno leden aan een ernstige, erfelijke spierziekte, die alleen via de mannelijke lijn overdraagbaar was. De jongens brachten hun jeugd door in een rolstoel en overleden op 17- en 21-jarige leeftijd. Dochter Jolanda is er gelukkig nog en bezoekt regelmatig haar vader. Zijn eerste vrouw Ria overleed aan hartproblemen en met z’n tweede vrouw Truus2102BS Hemel2 is hij negentien jaar samen geweest. In en rondom de kerk heeft hij veel meegemaakt, waar hij niet veel over praat. De ene pastoor lag hem beter dan de andere, maar bij iedereen deed hij min of meer onverstoorbaar zijn werk. ‘Ik wist wat ik moest doen en wat er van me verwacht werd. Mijn broer Jan was ook koster geweest en mijn broer Nico ook, in Wateringen. Zat in de familie. Dat vak lag ons wel, ook omdat je een zekere vrijheid had.’
Elk rondje door het dorp vindt hij leuk. Hij geniet zichtbaar als hij op nieuwe plekken komt en nieuwe mensen tegenkomt. Van de oude klompenmaker, de oude pastorie en de nieuwbouwwijk tot de plaatselijke kunstkring en de compleet vernieuwde locatie voor mensen met een verstandelijke beperking (‘Het lijkt hier wel een heel dorp’). Zijn geheugen werkt nog prima. Oude bekenden die hij tegenkomt, kan hij snel koppelen aan naam en plaats.

Geen medelijden

Adriaan was in z’n jeugd een zorgenkindje. Zijn broertje kreeg op jeugdige leeftijd ooit de lompe vraag: ‘Jullie hebben er thuis toch ook eentje, die niet goed is?’ De vraag kwam van een boer, die zelf - zoals dat toen werd gezegd - een ’ongelukkig kind’ had. Het ongelukkige kind Adriaan heeft alle stormen overleefd. Hij kijkt vooral vooruit en kan zich op z’n woonplek met wat hulp uitstekend redden. Het lijstje met vijf, zes namen die hij voor een buitenwandeling kan bellen, heeft hij altijd binnen bereik. Dat inschakelen van mensen lukt hem zó goed, dat andere bewoners wel eens opmerken, dat je ‘met hem geen medelijden hoeft te hebben’.
Er zijn heel veel ouderen, die een betrekkelijke eenzaam leven leiden en dezelfde behoefte (naar buiten) hebben. Met een gestructureerde aanpak vanuit de tehuizen zélf valt nog een wereld te winnen. Adriaan regelt zijn eigen uitjes en dat doet hij goed. Hij slaagt erin zijn ‘rolstoellopers’ aan zich te binden. Telkens als ik bij hem kom, vraag ik het nog maar eens. Al was het maar voor de zekerheid. ‘Je hebt het toch wel geregeld, die hemel?’ Hij biecht het eerlijk op: ‘Die hemel ben ik vergeten, maar ik zal het regelen.’

---------

De foto's komen van de auteur.



© 2023 Jack Luiten meer Jack Luiten - meer "Een rustig mens" -
Beschouwingen > Een rustig mens
'Die hemel ben ik vergeten, maar ik zal het regelen' Jack Luiten
2102BS Hemel1Hij belt soms drie keer per dag, dan weer eens in de twee of drie weken. Het doel is altijd hetzelfde: hij wil naar buiten. Adriaan is 85 jaar en woont nog zelfstandig, althans, hij woont op zichzelf in een verzorgingshuis. Met rondom hem heen alle noodzakelijke voorzieningen en zorg. Na een akelige val in zijn vorige behuizing is hij aan de rolstoel gekluisterd. Wel zorgt hij er zélf voor, dat vrijwel elke dag iemand uit zijn omgeving met hem een ommetje maakt in het dorp.

Adriaan is maar liefst 54 jaar koster geweest in de plaatselijke katholieke dorpskerk. Hij heeft ruim de tijd gehad om na te denken over hemel, hel en ook het vagevuur. Een tussentijdse reiniging van de ziel is immers nooit weg. ‘Kom je volgende week weer?’, vroeg hij onlangs onder een rondje-rolstoel in het dorp. Mijn antwoord had hij niet verwacht: ‘Jij hebt dicht bij het vuur gezeten, dus jij weet hoe het zit. Als jij regelt dat ik later in de hemel kom, dan kom ik jou weer ophalen.’ Hij dacht even na en zei toen: ‘Dat ga ik regelen.’
Sindsdien maken we van tijd tot tijd samen een rondje door het dorp. Onder een kop koffie vertelt hij dan over zijn jeugd, zijn familie en over zijn boot. Hij komt uit een schippersfamilie, die vooral kolen en mest vervoerde. Aan de muur thuis hangt nog een foto van het imposante jacht, waar hij nog steeds trots op is. Allemaal verleden tijd, zegt ie. Met z’n hart zit hij nog steeds in z’n geboortedorp, waar hij op 8-jarige leeftijd al hielp bij het koeien melken. ‘Boer Onderwater had toen twaalf koeien. ’s Middags molk hij er zes en ik ook. Voor een gulden per week. Toen mijn moeder zich ermee bemoeide, kreeg ik voortaan een rijksdaalder. Na het melken moest ik nog de polder in om wat kranten te bezorgen.’

Spierziekte

Hij trouwde met Ria en samen kregen ze drie kinderen. Hun beide zoons Maurice en Arno leden aan een ernstige, erfelijke spierziekte, die alleen via de mannelijke lijn overdraagbaar was. De jongens brachten hun jeugd door in een rolstoel en overleden op 17- en 21-jarige leeftijd. Dochter Jolanda is er gelukkig nog en bezoekt regelmatig haar vader. Zijn eerste vrouw Ria overleed aan hartproblemen en met z’n tweede vrouw Truus2102BS Hemel2 is hij negentien jaar samen geweest. In en rondom de kerk heeft hij veel meegemaakt, waar hij niet veel over praat. De ene pastoor lag hem beter dan de andere, maar bij iedereen deed hij min of meer onverstoorbaar zijn werk. ‘Ik wist wat ik moest doen en wat er van me verwacht werd. Mijn broer Jan was ook koster geweest en mijn broer Nico ook, in Wateringen. Zat in de familie. Dat vak lag ons wel, ook omdat je een zekere vrijheid had.’
Elk rondje door het dorp vindt hij leuk. Hij geniet zichtbaar als hij op nieuwe plekken komt en nieuwe mensen tegenkomt. Van de oude klompenmaker, de oude pastorie en de nieuwbouwwijk tot de plaatselijke kunstkring en de compleet vernieuwde locatie voor mensen met een verstandelijke beperking (‘Het lijkt hier wel een heel dorp’). Zijn geheugen werkt nog prima. Oude bekenden die hij tegenkomt, kan hij snel koppelen aan naam en plaats.

Geen medelijden

Adriaan was in z’n jeugd een zorgenkindje. Zijn broertje kreeg op jeugdige leeftijd ooit de lompe vraag: ‘Jullie hebben er thuis toch ook eentje, die niet goed is?’ De vraag kwam van een boer, die zelf - zoals dat toen werd gezegd - een ’ongelukkig kind’ had. Het ongelukkige kind Adriaan heeft alle stormen overleefd. Hij kijkt vooral vooruit en kan zich op z’n woonplek met wat hulp uitstekend redden. Het lijstje met vijf, zes namen die hij voor een buitenwandeling kan bellen, heeft hij altijd binnen bereik. Dat inschakelen van mensen lukt hem zó goed, dat andere bewoners wel eens opmerken, dat je ‘met hem geen medelijden hoeft te hebben’.
Er zijn heel veel ouderen, die een betrekkelijke eenzaam leven leiden en dezelfde behoefte (naar buiten) hebben. Met een gestructureerde aanpak vanuit de tehuizen zélf valt nog een wereld te winnen. Adriaan regelt zijn eigen uitjes en dat doet hij goed. Hij slaagt erin zijn ‘rolstoellopers’ aan zich te binden. Telkens als ik bij hem kom, vraag ik het nog maar eens. Al was het maar voor de zekerheid. ‘Je hebt het toch wel geregeld, die hemel?’ Hij biecht het eerlijk op: ‘Die hemel ben ik vergeten, maar ik zal het regelen.’

---------

De foto's komen van de auteur.

© 2023 Jack Luiten
powered by CJ2