archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Luister! delen printen terug
Shelby en Allison Henk Klaren

1809VG ShelbyOnlangs had ik het in De Leunstoel over het fraaie album Women Sing Waits. Om de een of andere reden viel mij op dat album het nummer Ol’55 op. Omdat ik dat niet alleen kende van Tom Waits, maar misschien wel vooral van The Eagles. Op Women sing Waits wordt het gezongen door Shelby Lynne en Allison Moorer, zussen. Shelby, de oudste, heeft haar achternaam laten vallen voor haar artiestennaam en gebruikt haar tweede voornaam als achternaam. De zussen vormen geen vast duo. Ze hebben allebei hun eigen carrière. Soms doen ze wat samen. Bijvoorbeeld een korte tournee onder de naam Side by Side. En ze helpen elkaar wel eens een beetje op de wederzijdse soloalbums. Stukje achtergrondzang, een liedje. Want even: het zijn niet alleen zangeressen, ze maken ook liedjes en bespelen instrumenten. Zo heeft Shelby een album uitgebracht waarop ze zelf alle instrumenten bespeelt. En ze hebben ook samen een album uitgebracht.

Ik had, voordat ik kennis nam van Women sing Waits, niet echt van Allison en Shelby gehoord. De namen kwamen me vaag bekend voor maar meer ook niet. En toen draaide ik Jerry Lee Lewis’ Rock ’n Roll Time weer eens. Daar staat een duet met een zangeres op. Here Comes that Rainbow Again van Kris Kristofferson. Ik vond het mooi en keek eens na wie de dame was. En zo kwam ik Shelby Lynne weer tegen. Die was het. Mooi nummer, goede uitvoering.

Allison en Shelby hebben nogal een geschiedenis achter de rug. Ze kwamen uit een muzikaal gezin. De vader was een plaatselijk orkestleider in Jackson, Alabama en moeder gaf les in achtergrondzang. Ik wist niet dat daar gespecialiseerde lessen voor zijn. Pa was een gewelddadige alcoholist en moeder verliet hem daarom met de dochters. Maar hij reisde ze achterna naar Mobile en schoot zijn ex dood en daarna zichzelf. Dat alles voor de ogen van de meisjes. Die waren toen 14 en 17.

Het gezamenlijke album heet Not Dark Yet, naar een nummer van Bob Dylan, dat ook op de plaat staat. Want dat is een bijzonder aspect van de plaat. Hij staat vol met nummers van anderen. Nou ja vol, het zijn maar tien nummers, maar toch. Alleen het laatste nummer is van de dames zelf, een coproductie. Verder treffen we songwriters aan als The Louvin Brothers, Townes van Zandt, Merle Haggard, Nick Cave en Kurt Cobain. Ook voor mij wat minder bekende als Jessi Colter en Jason Isbell en Amanda Shires. De laatste twee schreven (en voerden dat oorspronkelijk ook uit) The Colour of a Cloudy Day. Misschien wel het aardigste stuk op het album. En dat is nogal niet niks, want er staat ook een hartverscheurende versie op van Nick Cave’s Into my Arms.

Shelby doet ook nog wel eens wat acteerwerk. Ze speelde bijvoorbeeld de moeder van Johnny Cash in de film over diens leven: Walk the Line.


© 2021 Henk Klaren meer Henk Klaren - meer "Luister!" -
Vermaak en Genot > Luister!
Shelby en Allison Henk Klaren
1809VG ShelbyOnlangs had ik het in De Leunstoel over het fraaie album Women Sing Waits. Om de een of andere reden viel mij op dat album het nummer Ol’55 op. Omdat ik dat niet alleen kende van Tom Waits, maar misschien wel vooral van The Eagles. Op Women sing Waits wordt het gezongen door Shelby Lynne en Allison Moorer, zussen. Shelby, de oudste, heeft haar achternaam laten vallen voor haar artiestennaam en gebruikt haar tweede voornaam als achternaam. De zussen vormen geen vast duo. Ze hebben allebei hun eigen carrière. Soms doen ze wat samen. Bijvoorbeeld een korte tournee onder de naam Side by Side. En ze helpen elkaar wel eens een beetje op de wederzijdse soloalbums. Stukje achtergrondzang, een liedje. Want even: het zijn niet alleen zangeressen, ze maken ook liedjes en bespelen instrumenten. Zo heeft Shelby een album uitgebracht waarop ze zelf alle instrumenten bespeelt. En ze hebben ook samen een album uitgebracht.

Ik had, voordat ik kennis nam van Women sing Waits, niet echt van Allison en Shelby gehoord. De namen kwamen me vaag bekend voor maar meer ook niet. En toen draaide ik Jerry Lee Lewis’ Rock ’n Roll Time weer eens. Daar staat een duet met een zangeres op. Here Comes that Rainbow Again van Kris Kristofferson. Ik vond het mooi en keek eens na wie de dame was. En zo kwam ik Shelby Lynne weer tegen. Die was het. Mooi nummer, goede uitvoering.

Allison en Shelby hebben nogal een geschiedenis achter de rug. Ze kwamen uit een muzikaal gezin. De vader was een plaatselijk orkestleider in Jackson, Alabama en moeder gaf les in achtergrondzang. Ik wist niet dat daar gespecialiseerde lessen voor zijn. Pa was een gewelddadige alcoholist en moeder verliet hem daarom met de dochters. Maar hij reisde ze achterna naar Mobile en schoot zijn ex dood en daarna zichzelf. Dat alles voor de ogen van de meisjes. Die waren toen 14 en 17.

Het gezamenlijke album heet Not Dark Yet, naar een nummer van Bob Dylan, dat ook op de plaat staat. Want dat is een bijzonder aspect van de plaat. Hij staat vol met nummers van anderen. Nou ja vol, het zijn maar tien nummers, maar toch. Alleen het laatste nummer is van de dames zelf, een coproductie. Verder treffen we songwriters aan als The Louvin Brothers, Townes van Zandt, Merle Haggard, Nick Cave en Kurt Cobain. Ook voor mij wat minder bekende als Jessi Colter en Jason Isbell en Amanda Shires. De laatste twee schreven (en voerden dat oorspronkelijk ook uit) The Colour of a Cloudy Day. Misschien wel het aardigste stuk op het album. En dat is nogal niet niks, want er staat ook een hartverscheurende versie op van Nick Cave’s Into my Arms.

Shelby doet ook nog wel eens wat acteerwerk. Ze speelde bijvoorbeeld de moeder van Johnny Cash in de film over diens leven: Walk the Line.
© 2021 Henk Klaren
powered by CJ2