archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Een omweg waard delen printen terug
Het Heimatmuseum in Leer Dik Kruithof

0911VG Leer1
Vlak over de grens bij Nieuweschans ligt Leer, op de plek waar het riviertje de Leda in de Eems vloeit. Over de Eems heeft Aafke Steenhuis een prachtig boek geschreven: ‘Het lied van de Eems’. Het is een beschrijving van het stroomgebied van de rivier met vooral aandacht voor wat de mensen de rivier hebben aangedaan. Sterkste voorbeeld hiervan is de kanalisering van de benedenloop om ervoor te kunnen zorgen dat de reusachtige cruiseschepen die op de Meyer-werf in Papenburg gebouwd worden, de zee kunnen bereiken.

Leer komt niet zo uitgebreid aan de orde in het boek omdat de schrijfster in dat gedeelte van haar reis langs de rivier vooral bezig is met haar voorouders, die uit die buurt afkomstig zijn. Dat is jammer want de geschiedenis van Leer en zijn haven is interessant genoeg. Leer kreeg in 1508 het recht een markt te houden en het monopolie op de verkoop van vlas en kwam daardoor tot bloei als handelsstad. Maar ongeveer tegelijkertijd gaf Maximiliaan I aan het noordelijker gelegen Emden het voorrecht alle passerende schepen te dwingen daar aan te leggen en hun lading te koop aan te bieden. Uiteraard werkte dit ten nadele van de haven van Leer. Het bewuste recht werd pas in 1808 ongedaan gemaakt en toen won Leer tijdelijk de strijd met Emden, dat last kreeg van verzanding van zijn haven. Echter toen in 1899, na de aanleg van het Dortmund-Eems kanaal, Emden een nieuwe zeehaven kreeg werd die tweestrijd definitief verloren. Overgebleven is een grote recreatiehaven en herinneringen aan de tijd dat zeeschepen en haringvissers in Leer aanlegden.

Een mooie oude binnenstad heeft Leer er wel aan overgehouden, en een streekmuseum dat beslist de moeite waard is. Het museum is gehuisvest in koopmanspanden uit de 18e eeuw. Die hadden een grote opslagkelder, kantoren op de begane grond met daarboven een woonverdieping en nog een tweede verdieping en een zolder als opslagruimte.
In de prachtige baksteengewelven in de kelder zit de prehistorische afdeling met vondsten, foto’s van opgravingen en een model van een heuvelgraf uit de bronstijd. De benedenverdieping geeft een mooi beeld van wonen in (vooral) de negentiende eeuw, met bijvoorbeeld een kruidenierswinkel uit 1782 zoals die tot 1934 in de binnenstad in bedrijf was. Daarnaast is er veel aandacht voor de0911VG Leer2 linnenweverij die omstreeks 1740 de bloeiendste bedrijfstak van Leer was. Overigens was dat een kortstondige bloei want in 1809 werd het toen armlastige weversgilde opgeheven.

De benedenverdieping wordt ook gebruikt voor tijdelijke exposities, zoals onlangs van een verzamelaar van blikken speelgoed van het Neurenberger merk Tippco met prachtige modellen van vrachtauto’s en vliegtuigen (maar niet van de militaire modellen uit de tweede wereldoorlog waar het merk ook bekend door is).
De eerste verdieping is vooral gewijd aan de scheepvaart met in de scheepshal twee delen, boeg en hek, van de laatste originele binnentjalk uit Oostfriesland, de Gretje van Grootveen.
Verder veel scheepsmodellen van binnenvaarders en zeetjalken en scheepstekeningen. De tweede verdieping is voor de geschiedenis van de stad, die zichtbaar wordt gemaakt in maquettes uit verschillende tijden, foto’s, verhalen en producten van bekende handwerkslieden uit Leer, zoals tingieters en zilversmeden. Op de zolder is het hijsblok te zien dat vroeger gebruikt werd om goederen in het vroegere koopmanshuis te tillen. Verder is hier de geschiedenis ondergebracht van de laatste haringvisser uit Leer.

Behalve het streekmuseum heeft Leer nog een theemuseum, gevestigd aan de rand van de binnenstad in de panden waar de theefabrikant Bünting Tee begonnen is en dat laat zien dat dit gebied de bakermat is van de Ostfriesische schwartztee. Drink het met een klontje kandijsuiker en een vleugje verse room: niet roeren heb ik daar geleerd. Een leuk museum met een uitgebreide verzameling van alles wat met thee en theedrinken te maken heeft, zelfs met een model van de Cutty Sark, de beroemdste en snelste theeclipper ooit, die vroeger in Greenwich te bezichtigen was.

Naast de oude stad heeft Leer een bloeiend en gevarieerd winkelcentrum. Voor wie eens wat anders wil dan Groningen en wil profiteren van de lagere prijzen in Duitsland is het een aanrader.

*************************************************
Aafke Steenhuis, Het lied van de Eems, Uitgeverij Contact 2011


© 2012 Dik Kruithof meer Dik Kruithof - meer "Een omweg waard" -
Vermaak en Genot > Een omweg waard
Het Heimatmuseum in Leer Dik Kruithof
0911VG Leer1
Vlak over de grens bij Nieuweschans ligt Leer, op de plek waar het riviertje de Leda in de Eems vloeit. Over de Eems heeft Aafke Steenhuis een prachtig boek geschreven: ‘Het lied van de Eems’. Het is een beschrijving van het stroomgebied van de rivier met vooral aandacht voor wat de mensen de rivier hebben aangedaan. Sterkste voorbeeld hiervan is de kanalisering van de benedenloop om ervoor te kunnen zorgen dat de reusachtige cruiseschepen die op de Meyer-werf in Papenburg gebouwd worden, de zee kunnen bereiken.

Leer komt niet zo uitgebreid aan de orde in het boek omdat de schrijfster in dat gedeelte van haar reis langs de rivier vooral bezig is met haar voorouders, die uit die buurt afkomstig zijn. Dat is jammer want de geschiedenis van Leer en zijn haven is interessant genoeg. Leer kreeg in 1508 het recht een markt te houden en het monopolie op de verkoop van vlas en kwam daardoor tot bloei als handelsstad. Maar ongeveer tegelijkertijd gaf Maximiliaan I aan het noordelijker gelegen Emden het voorrecht alle passerende schepen te dwingen daar aan te leggen en hun lading te koop aan te bieden. Uiteraard werkte dit ten nadele van de haven van Leer. Het bewuste recht werd pas in 1808 ongedaan gemaakt en toen won Leer tijdelijk de strijd met Emden, dat last kreeg van verzanding van zijn haven. Echter toen in 1899, na de aanleg van het Dortmund-Eems kanaal, Emden een nieuwe zeehaven kreeg werd die tweestrijd definitief verloren. Overgebleven is een grote recreatiehaven en herinneringen aan de tijd dat zeeschepen en haringvissers in Leer aanlegden.

Een mooie oude binnenstad heeft Leer er wel aan overgehouden, en een streekmuseum dat beslist de moeite waard is. Het museum is gehuisvest in koopmanspanden uit de 18e eeuw. Die hadden een grote opslagkelder, kantoren op de begane grond met daarboven een woonverdieping en nog een tweede verdieping en een zolder als opslagruimte.
In de prachtige baksteengewelven in de kelder zit de prehistorische afdeling met vondsten, foto’s van opgravingen en een model van een heuvelgraf uit de bronstijd. De benedenverdieping geeft een mooi beeld van wonen in (vooral) de negentiende eeuw, met bijvoorbeeld een kruidenierswinkel uit 1782 zoals die tot 1934 in de binnenstad in bedrijf was. Daarnaast is er veel aandacht voor de0911VG Leer2 linnenweverij die omstreeks 1740 de bloeiendste bedrijfstak van Leer was. Overigens was dat een kortstondige bloei want in 1809 werd het toen armlastige weversgilde opgeheven.

De benedenverdieping wordt ook gebruikt voor tijdelijke exposities, zoals onlangs van een verzamelaar van blikken speelgoed van het Neurenberger merk Tippco met prachtige modellen van vrachtauto’s en vliegtuigen (maar niet van de militaire modellen uit de tweede wereldoorlog waar het merk ook bekend door is).
De eerste verdieping is vooral gewijd aan de scheepvaart met in de scheepshal twee delen, boeg en hek, van de laatste originele binnentjalk uit Oostfriesland, de Gretje van Grootveen.
Verder veel scheepsmodellen van binnenvaarders en zeetjalken en scheepstekeningen. De tweede verdieping is voor de geschiedenis van de stad, die zichtbaar wordt gemaakt in maquettes uit verschillende tijden, foto’s, verhalen en producten van bekende handwerkslieden uit Leer, zoals tingieters en zilversmeden. Op de zolder is het hijsblok te zien dat vroeger gebruikt werd om goederen in het vroegere koopmanshuis te tillen. Verder is hier de geschiedenis ondergebracht van de laatste haringvisser uit Leer.

Behalve het streekmuseum heeft Leer nog een theemuseum, gevestigd aan de rand van de binnenstad in de panden waar de theefabrikant Bünting Tee begonnen is en dat laat zien dat dit gebied de bakermat is van de Ostfriesische schwartztee. Drink het met een klontje kandijsuiker en een vleugje verse room: niet roeren heb ik daar geleerd. Een leuk museum met een uitgebreide verzameling van alles wat met thee en theedrinken te maken heeft, zelfs met een model van de Cutty Sark, de beroemdste en snelste theeclipper ooit, die vroeger in Greenwich te bezichtigen was.

Naast de oude stad heeft Leer een bloeiend en gevarieerd winkelcentrum. Voor wie eens wat anders wil dan Groningen en wil profiteren van de lagere prijzen in Duitsland is het een aanrader.

*************************************************
Aafke Steenhuis, Het lied van de Eems, Uitgeverij Contact 2011
© 2012 Dik Kruithof
powered by CJ2