archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > In de polder delen printen terug
Geen Havelaar zonder Slijmering Willem Minderhout

0815BS Stuuf
Het kan verkeren. Herman ‘Stuuf’ Wiardi Beckman was tot voor kort een zozeer vergeten figuur dat de naar hem genoemde stichting meestal als ‘Wiarda Beckman-stichting’ werd gespeld. Ik deed daar dan meestal een schepje bovenop door te zeggen dat het de Wiarda Nordholtstichting was. ‘Stuuf’ is momenteel in sociaaldemocratische kring weer helemaal terug. De Wiardi Beckman-stichting heeft een mooie bundel met artikelen van en over haar naamgever uitgegeven, die een kleine hit is geworden.

Vooral het artikel Onszelf Blijven kan alom op instemmende reacties rekenen. Dat is enigszins merkwaardig omdat het een oproep tot ‘volkseenheid’ is die ‘Stuuf’ in 1940 schreef, vlak na de Duitse bezetting van Nederland. In dit stuk grijpt hij terug op ‘de pioniers van ons zelfstandig volksbestaan’ als Willem van Oranje en het volk ‘dat de gevaarlijke weg van de vrijheidsstrijd koos'. Vervolgens volgt een schets van onze ‘verdraagzaamheid en vrijheidszin’ en ‘opmerkelijk zuiver gevoel voor rechtvaardigheid en recht’.

Vanwaar die plotselinge populariteit van deze tekst? Vanwaar dat plotselinge verlangen naar nationale lotsverbondenheid? Is het Vaderland weer in gevaar? Zo ja, welk gevaar bedreigt ons dan? De Europese Unie? De Moslims? De PVV?

Ik denk dat dat allemaal een beetje meespeelt. Het Nederlanderschap is blijkbaar momenteel niet meer zo vanzelfsprekend als het tot voor kort was. Zijn wij ‘Europeaan’ aan het worden? Zijn migranten eigenlijk wel echte Nederlanders en, zo ja, wanneer dan precies? Tast de PVV ons nationale zelfbeeld van tolerantie en verdraagzaamheid aan? Allemaal terechte vragen, maar de omstandigheden zijn lang niet zo dramatisch als een bezetting door de Nazi’s.

Je kunt die tekst natuurlijk helemaal kapot analyseren. Onze hang naar neutraliteit en rechterlijke oplossingen in de internationale politiek kan grotendeels verklaard worden uit het feit dat we nu eenmaal niet in staat waren om anderen met geweld onze wil op te dringen. Als ‘we’ dat wel waren lieten we ons wat dat betreft ook de kaas niet van het brood eten, zo leert ons vooral onze koloniale geschiedenis. Wie niet sterk is moet spelregels verzinnen. Onze ‘verdraagzaamheid en vrijheidszin’ laten onverlet dat fundamentalistisch calvinisme lange tijd de toon heeft gezet in ons ‘geestesleven’, ‘we’ enthousiast meededen aan slavenhandel en slavernij en dat ‘we’ de vrijheidszin van het Indonesische volk lange tijd onderdrukt hebben, om maar eens een drietal zaken te noemen.

Toch is kapot analyseren niet mijn bedoeling. Ik ben er wel voor, zo’n herleving van het Nederlands zelfbeeld als tolerante, vrijheidslievende natie. Tenminste zolang als ‘erfgoed en openheid’ samengaan, zoals Paul Scheffer terecht stelt in zijn nawoord. Ook Wiardi Beckman ziet zijn ‘volkseenheid’ als een ‘eenheid in verscheidenheid’.

In het essay ‘Geschiedenis als opdracht’ werkt hij die verscheidenheid verder uit. De twee bepalende – en regelmatige botsende - geestelijke stromingen die ons volkskarakter bepalen noemt hij de Erasmiaans-humanistische en de calvinistische stroming. Nu eens voert de ene, dan weer de andere boventoon, maar beiden ‘stuwen het leven van onze Nederlandse natie’.

Daar zit wel wat in. De Nederlandse cultuur als een schilderij van Rembrandt: de schitterende kleuren van het humanisme komen des te beter tot hun recht dankzij de donkere calvinistische achtergrond. Met ‘calvinisme’ doel ik dan niet uitsluitend op het geloof van zwaar gereformeerden, maar op alle bekrompenheid, (geloofs-)fanatisme, kleinburgerlijkheid en xenofobie die momenteel hoogtij beleven in ons geliefde Vaderland.

Geen Willem van Oranje zonder Philips II. Geen Arminius zonder Gomarus. Geen Havelaar zonder Slijmering. Geen Lucebert zonder Aafjes. Geen Marcouch zonder Fahwaz. Geen Peter Breedveld zonder Geert Wilders.

Vervelend is wel dat er perioden zijn waarin het ‘calvinisme’ op de voorgrond treedt en de schitterende kleuren op de achtergrond geraken, zoals – naar mijn mening – vandaag de dag het geval is.

Zo wij iets kunnen leren van de geschiedenis dan weten we dat dit soort beklemmende periodes weer overdrijven. En dat is een rustgevende gedachte.

H.B. Wiardi Beckman, Onszelf Blijven, WBS/Bert Bakker, Amsterdam, 2011.
 
****************************************************
De Leunstoel wordt uitgegeven door Het Genootschap De Leunstoel.
Leden van het Genootschap zijn: Jaap van Lakerveld, Jan Hoorweg, Katharina Kouwenhoven, Henk Klaren, Dik Kruithof, Gábor Budavári, Michiel van der Mast, Maeve van der Steen, Willem Minderhout, Barbara Muller, Joop Quint, Gerda-Joke Zwart, Michiel Hoorweg, Hans Meijer, Gerbrand Muller, Peter Schröder, Carlo van Praag, Rob Kieft, Ruud van Ruijven, Frits Hoorweg, Tom Duijkers en Ruud Klein.


© 2011 Willem Minderhout meer Willem Minderhout - meer "In de polder" -
Beschouwingen > In de polder
Geen Havelaar zonder Slijmering Willem Minderhout
0815BS Stuuf
Het kan verkeren. Herman ‘Stuuf’ Wiardi Beckman was tot voor kort een zozeer vergeten figuur dat de naar hem genoemde stichting meestal als ‘Wiarda Beckman-stichting’ werd gespeld. Ik deed daar dan meestal een schepje bovenop door te zeggen dat het de Wiarda Nordholtstichting was. ‘Stuuf’ is momenteel in sociaaldemocratische kring weer helemaal terug. De Wiardi Beckman-stichting heeft een mooie bundel met artikelen van en over haar naamgever uitgegeven, die een kleine hit is geworden.

Vooral het artikel Onszelf Blijven kan alom op instemmende reacties rekenen. Dat is enigszins merkwaardig omdat het een oproep tot ‘volkseenheid’ is die ‘Stuuf’ in 1940 schreef, vlak na de Duitse bezetting van Nederland. In dit stuk grijpt hij terug op ‘de pioniers van ons zelfstandig volksbestaan’ als Willem van Oranje en het volk ‘dat de gevaarlijke weg van de vrijheidsstrijd koos'. Vervolgens volgt een schets van onze ‘verdraagzaamheid en vrijheidszin’ en ‘opmerkelijk zuiver gevoel voor rechtvaardigheid en recht’.

Vanwaar die plotselinge populariteit van deze tekst? Vanwaar dat plotselinge verlangen naar nationale lotsverbondenheid? Is het Vaderland weer in gevaar? Zo ja, welk gevaar bedreigt ons dan? De Europese Unie? De Moslims? De PVV?

Ik denk dat dat allemaal een beetje meespeelt. Het Nederlanderschap is blijkbaar momenteel niet meer zo vanzelfsprekend als het tot voor kort was. Zijn wij ‘Europeaan’ aan het worden? Zijn migranten eigenlijk wel echte Nederlanders en, zo ja, wanneer dan precies? Tast de PVV ons nationale zelfbeeld van tolerantie en verdraagzaamheid aan? Allemaal terechte vragen, maar de omstandigheden zijn lang niet zo dramatisch als een bezetting door de Nazi’s.

Je kunt die tekst natuurlijk helemaal kapot analyseren. Onze hang naar neutraliteit en rechterlijke oplossingen in de internationale politiek kan grotendeels verklaard worden uit het feit dat we nu eenmaal niet in staat waren om anderen met geweld onze wil op te dringen. Als ‘we’ dat wel waren lieten we ons wat dat betreft ook de kaas niet van het brood eten, zo leert ons vooral onze koloniale geschiedenis. Wie niet sterk is moet spelregels verzinnen. Onze ‘verdraagzaamheid en vrijheidszin’ laten onverlet dat fundamentalistisch calvinisme lange tijd de toon heeft gezet in ons ‘geestesleven’, ‘we’ enthousiast meededen aan slavenhandel en slavernij en dat ‘we’ de vrijheidszin van het Indonesische volk lange tijd onderdrukt hebben, om maar eens een drietal zaken te noemen.

Toch is kapot analyseren niet mijn bedoeling. Ik ben er wel voor, zo’n herleving van het Nederlands zelfbeeld als tolerante, vrijheidslievende natie. Tenminste zolang als ‘erfgoed en openheid’ samengaan, zoals Paul Scheffer terecht stelt in zijn nawoord. Ook Wiardi Beckman ziet zijn ‘volkseenheid’ als een ‘eenheid in verscheidenheid’.

In het essay ‘Geschiedenis als opdracht’ werkt hij die verscheidenheid verder uit. De twee bepalende – en regelmatige botsende - geestelijke stromingen die ons volkskarakter bepalen noemt hij de Erasmiaans-humanistische en de calvinistische stroming. Nu eens voert de ene, dan weer de andere boventoon, maar beiden ‘stuwen het leven van onze Nederlandse natie’.

Daar zit wel wat in. De Nederlandse cultuur als een schilderij van Rembrandt: de schitterende kleuren van het humanisme komen des te beter tot hun recht dankzij de donkere calvinistische achtergrond. Met ‘calvinisme’ doel ik dan niet uitsluitend op het geloof van zwaar gereformeerden, maar op alle bekrompenheid, (geloofs-)fanatisme, kleinburgerlijkheid en xenofobie die momenteel hoogtij beleven in ons geliefde Vaderland.

Geen Willem van Oranje zonder Philips II. Geen Arminius zonder Gomarus. Geen Havelaar zonder Slijmering. Geen Lucebert zonder Aafjes. Geen Marcouch zonder Fahwaz. Geen Peter Breedveld zonder Geert Wilders.

Vervelend is wel dat er perioden zijn waarin het ‘calvinisme’ op de voorgrond treedt en de schitterende kleuren op de achtergrond geraken, zoals – naar mijn mening – vandaag de dag het geval is.

Zo wij iets kunnen leren van de geschiedenis dan weten we dat dit soort beklemmende periodes weer overdrijven. En dat is een rustgevende gedachte.

H.B. Wiardi Beckman, Onszelf Blijven, WBS/Bert Bakker, Amsterdam, 2011.
 
****************************************************
De Leunstoel wordt uitgegeven door Het Genootschap De Leunstoel.
Leden van het Genootschap zijn: Jaap van Lakerveld, Jan Hoorweg, Katharina Kouwenhoven, Henk Klaren, Dik Kruithof, Gábor Budavári, Michiel van der Mast, Maeve van der Steen, Willem Minderhout, Barbara Muller, Joop Quint, Gerda-Joke Zwart, Michiel Hoorweg, Hans Meijer, Gerbrand Muller, Peter Schröder, Carlo van Praag, Rob Kieft, Ruud van Ruijven, Frits Hoorweg, Tom Duijkers en Ruud Klein.
© 2011 Willem Minderhout
powered by CJ2