archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Stella for Star Rebecca van Putten

1001VG Stella
Vier uur 's-middags. De horizon trilt. Het bord boven de Autostrada geeft aan dat het 38 graden is. We zijn dichtbij het plaatsje Radicofani, Toscane, waar we bij een agriturismo de sleutel van ons huisje kunnen ophalen. De agriturismo is een oase van rust. We zitten in een grote kamer waar de ramen wijd open staan. De dunne gordijnen wapperen af en toe een beetje naar buiten, aangeraakt door een zuchtje wind. Er klinkt klassieke muziek. Twee beeldschone Italiaanse vrouwen in lange jurken vertroetelen ons. 'Wat zullen jullie het warm hebben'. 'Willen jullie iets drinken?'

Een van de vrouwen rijdt voor ons uit, op weg naar ons vakantiehuis. Ik zal de route meteen daarna Paris-Dakar dopen: droog zanderig, kleine hobbelige paden waar we met de auto overheen rijden. De waarschuwing van onze gastvrouw ter harte nemend blijven we bij aankomst even in de auto zitten. Ons vehikel wordt aangevallen door honderden vliegen, ze tikken agressief tegen de ramen. Na een paar minuten zijn ze weg. Later kom ik er achter dat ze steken.
Een klein huis in een verder verlaten landschap. De auto staat geparkeerd onder een pergola. In de verte zien we heuvels, cipressen. De krekels zingen de hele dag. Overdag buiten zitten is geen optie: er is een hittegolf. De luiken van het huis houden we gesloten zodat het binnen koel blijft.

Steeeeeelllllaaaaaaa!! Steeelllaaa!! Vieni qua!
Dit hoor ik de eerste vakantieochtend over de vlakte galmen. 'Stella for star' denk ik er meteen achteraan, een bekende zin uit ‘A streetcar named desire’ van Tennessee Williams. Als ik naar buiten kijk staat daar niet Marlon Brando in zijn hemd te schreeuwen. Wel een man in hemd: klein, pezig, gebruind. Om hem heen lopen wat schapen. De blonde Stella staat voor de deur te kwispelen. Ik aai de hond en raak in gesprek met de man. Hij heet geen Stanley maar Gianni en hij is de lokale herder. We drinken samen een kopje koffie. Stella rent kwispelend om ons heen.

Het wordt een vakantietraditie. Rond half 6 word ik wakker en zet ik de cafetière op het vuur. Giani, Stella en de schapen arriveren klokslag kwart voor zes. Stella krijgt een koekje en Gianni een espresso. In ruil daarvoor vertelt hij mij over zijn leven. Hij is niet veel ouder dan ik, Gianni, 45 jaar. Vanaf zijn twaalfde jaar werkt hij als herder en heeft alleen de lagere school doorlopen. Graag had hij verder willen leren, maar zijn ouders waren te arm. Schaapherder is een mooi beroep, hij kan de hele dag nadenken zegt hij. Hij houdt van de natuur. Alle bomen in de omgeving hebben een naam, hij kent alle dieren. En als hij een keer in het donker thuis komt vindt hij de weg terug door naar de sterren te kijken. Stella for star.

'Welke vrouw trouwt er nou met een herder?' antwoordt hij lachend op mijn vraag of er ook een mevrouw Gianni is. Ik zie dat hij een aantal tanden mist. 'Ik ben arm en altijd weg, daar neemt geen enkele vrouw genoegen mee'. Ondanks de trieste mededeling twinkelen zijn ogen. Hij wijst naar Stella: 'Maar ik heb haar, de meest trouwe vrouw die een man zich kan wensen'.
Vier weken lang drinken we samen in de vroege ochtend een espresso. Soms neemt hij een stukje schapenkaas mee. Alhoewel ik vaak denk dat mijn Italiaans klinkt als de hoestbui van een zware roker complimenteert hij me steeds weer. 'Wat spreek je mooi Italiaans! Waar heb je dat geleerd?' Eigenlijk wil hij ook van alles over mij weten. Waarom ik geen kinderen heb, wat mijn man verdient, waar ik woon. Ik houd me op de vlakte. Alleen op de vraag wanneer we weer terug gaan naar Olanda geef ik antwoord.

Als ik op de 1 na laatste dag naar buiten loop met de kopjes espresso, roept hij vanuit de verte 'Pak je fototoestel!' Ik moet een foto nemen van hem, Stella en de schapen. Als ik even later zijn adres op een papiertje schrijf, zodat ik de foto later naar hem kan opsturen zegt hij goedkeurend: 'Wat schrijf je mooi Italiaans!'

De eerste ochtend in Nederland word ik geconditioneerd om half 6 wakker. Geen Gianni, Stella of schapen. Alleen getingel in de verte van een voorbijrijdende tram.
Als hij nog leeft is hij nu 60, Gianni. Loopt hij nog steeds met zijn schapen door het zinderende Toscaanse landschap? Zou hij intussen misschien toch een vrouw gevonden hebben die genoegen neemt met armoede en een man die een zwervend bestaan leidt?
En Stella? Van haar weet ik zeker dat ze niet meer leeft. Die lieve, altijd kwispelende hond die de kudde en Gianni in de gaten hield. Stella. Stella for Star.
 
*********************************
De tekening is van Renée van den Kerkhof
Illustratrice in opleiding: http://www.neetje.nl


© 2012 Rebecca van Putten meer Rebecca van Putten - meer "De wereldliteratuur roept"
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Stella for Star Rebecca van Putten
1001VG Stella
Vier uur 's-middags. De horizon trilt. Het bord boven de Autostrada geeft aan dat het 38 graden is. We zijn dichtbij het plaatsje Radicofani, Toscane, waar we bij een agriturismo de sleutel van ons huisje kunnen ophalen. De agriturismo is een oase van rust. We zitten in een grote kamer waar de ramen wijd open staan. De dunne gordijnen wapperen af en toe een beetje naar buiten, aangeraakt door een zuchtje wind. Er klinkt klassieke muziek. Twee beeldschone Italiaanse vrouwen in lange jurken vertroetelen ons. 'Wat zullen jullie het warm hebben'. 'Willen jullie iets drinken?'

Een van de vrouwen rijdt voor ons uit, op weg naar ons vakantiehuis. Ik zal de route meteen daarna Paris-Dakar dopen: droog zanderig, kleine hobbelige paden waar we met de auto overheen rijden. De waarschuwing van onze gastvrouw ter harte nemend blijven we bij aankomst even in de auto zitten. Ons vehikel wordt aangevallen door honderden vliegen, ze tikken agressief tegen de ramen. Na een paar minuten zijn ze weg. Later kom ik er achter dat ze steken.
Een klein huis in een verder verlaten landschap. De auto staat geparkeerd onder een pergola. In de verte zien we heuvels, cipressen. De krekels zingen de hele dag. Overdag buiten zitten is geen optie: er is een hittegolf. De luiken van het huis houden we gesloten zodat het binnen koel blijft.

Steeeeeelllllaaaaaaa!! Steeelllaaa!! Vieni qua!
Dit hoor ik de eerste vakantieochtend over de vlakte galmen. 'Stella for star' denk ik er meteen achteraan, een bekende zin uit ‘A streetcar named desire’ van Tennessee Williams. Als ik naar buiten kijk staat daar niet Marlon Brando in zijn hemd te schreeuwen. Wel een man in hemd: klein, pezig, gebruind. Om hem heen lopen wat schapen. De blonde Stella staat voor de deur te kwispelen. Ik aai de hond en raak in gesprek met de man. Hij heet geen Stanley maar Gianni en hij is de lokale herder. We drinken samen een kopje koffie. Stella rent kwispelend om ons heen.

Het wordt een vakantietraditie. Rond half 6 word ik wakker en zet ik de cafetière op het vuur. Giani, Stella en de schapen arriveren klokslag kwart voor zes. Stella krijgt een koekje en Gianni een espresso. In ruil daarvoor vertelt hij mij over zijn leven. Hij is niet veel ouder dan ik, Gianni, 45 jaar. Vanaf zijn twaalfde jaar werkt hij als herder en heeft alleen de lagere school doorlopen. Graag had hij verder willen leren, maar zijn ouders waren te arm. Schaapherder is een mooi beroep, hij kan de hele dag nadenken zegt hij. Hij houdt van de natuur. Alle bomen in de omgeving hebben een naam, hij kent alle dieren. En als hij een keer in het donker thuis komt vindt hij de weg terug door naar de sterren te kijken. Stella for star.

'Welke vrouw trouwt er nou met een herder?' antwoordt hij lachend op mijn vraag of er ook een mevrouw Gianni is. Ik zie dat hij een aantal tanden mist. 'Ik ben arm en altijd weg, daar neemt geen enkele vrouw genoegen mee'. Ondanks de trieste mededeling twinkelen zijn ogen. Hij wijst naar Stella: 'Maar ik heb haar, de meest trouwe vrouw die een man zich kan wensen'.
Vier weken lang drinken we samen in de vroege ochtend een espresso. Soms neemt hij een stukje schapenkaas mee. Alhoewel ik vaak denk dat mijn Italiaans klinkt als de hoestbui van een zware roker complimenteert hij me steeds weer. 'Wat spreek je mooi Italiaans! Waar heb je dat geleerd?' Eigenlijk wil hij ook van alles over mij weten. Waarom ik geen kinderen heb, wat mijn man verdient, waar ik woon. Ik houd me op de vlakte. Alleen op de vraag wanneer we weer terug gaan naar Olanda geef ik antwoord.

Als ik op de 1 na laatste dag naar buiten loop met de kopjes espresso, roept hij vanuit de verte 'Pak je fototoestel!' Ik moet een foto nemen van hem, Stella en de schapen. Als ik even later zijn adres op een papiertje schrijf, zodat ik de foto later naar hem kan opsturen zegt hij goedkeurend: 'Wat schrijf je mooi Italiaans!'

De eerste ochtend in Nederland word ik geconditioneerd om half 6 wakker. Geen Gianni, Stella of schapen. Alleen getingel in de verte van een voorbijrijdende tram.
Als hij nog leeft is hij nu 60, Gianni. Loopt hij nog steeds met zijn schapen door het zinderende Toscaanse landschap? Zou hij intussen misschien toch een vrouw gevonden hebben die genoegen neemt met armoede en een man die een zwervend bestaan leidt?
En Stella? Van haar weet ik zeker dat ze niet meer leeft. Die lieve, altijd kwispelende hond die de kudde en Gianni in de gaten hield. Stella. Stella for Star.
 
*********************************
De tekening is van Renée van den Kerkhof
Illustratrice in opleiding: http://www.neetje.nl
© 2012 Rebecca van Putten
powered by CJ2