archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Gelijk hebben, gelijk krijgen; vervolg Gerbrand Muller

0520VG Gelijk
Hebben wij een ziel?*
Ook in dromen blijk ik zelden gelijk te hebben. Ik droomde dat ik door een groot warenhuis zwierf, waar alle koopwaar ter wereld leek te zijn bijeengebracht. Wat ik zag nam me zo in beslag dat ik vergat dat ik naar iets bepaalds op zoek was. Via zalen met reukwaren, manufacturen, alles voor de school, ameublementen, sanitair en electronica bereikte ik een vide. In glazen schachten schoten liften naar boven en naar beneden. Poppen in clownspakken klommen langs touwen omhoog en omlaag. Dick Swaab keek vanaf de hoogste verdieping naar beneden en zwaaide naar me.
'Ik heb geen ziel!' riep hij terwijl hij zich gevaarlijk over de balustrade heenboog.
'Dat weet ik!' riep ik terug.
Ik verwachtte dat Swaab zich in de diepte zou storten, want zonder ziel had hij niets te verliezen, maar hij richtte zich weer op en verdween achter de balustrade. Even later stond hij voor me.
'Jij hebt ook geen ziel.'
'Dat weet ik.'
Ik hield me voor dat het niet gaf dat ik geen ziel had, want ik had in ieder geval mezelf nog.

Ik vervolgde mijn tocht door het warenhuis. Zalen met serviesgoed uit alle wereldstreken werden afgewisseld met interieurs van halve kastelen en zalen met kleding van beroemde modehuizen. Ik begaf me met een kostuum naar een paskamer - kleren maken de man, in een pak van Yves Saint Laurent zou ik weer iemand zijn - toen Swaab opnieuw voor me opdook.
'Als je denkt dat je jezelf hebt, vergis je je.'
'Ik weet het wel. Je bént jezelf.'
Swaab glimlachte en schudde zijn hoofd.
Wat zou je nu anders kunnen zijn dan jezelf, wilde ik opmerken, maar Swaab was alweer in de lucht opgelost.

Terwijl ik verder naar de paskamer liep probeerde ik te begrijpen wat Swaab me aan mijn verstand had willen brengen, en wat er eventueel tegenin viel te brengen, maar ik kon me niet concentreren, mijn gedachten gingen alle kanten uit. Het gejoel van kinderen leidde me bovendien af, in plaats van in een warenhuis bevond ik me nu in een zwembad. Twee jongens worstelden met elkaar op de hoge springplank, hun natte, gebruinde lichamen glansden in de zon. Ze vermoorden elkaar nog, dacht ik, maar voordat het zover kwam tuimelden ze in het water. Toen meende ik de kern van de zaak te vatten. De kern lag besloten in het isgelijkteken. Wie zegt: je ziel = het resultaat van het functioneren van onze 100 miljard hersencellen - had Swaab me dat niet willen inprenten? - , zegt ook: het resultaat van het functioneren van onze 100 miljard hersencellen = je ziel. Ofwel: geest = stof, dan ook: stof = geest. Het gaat niet aan het een tegen het ander weg te strepen, dus als het resultaat van de 100 miljard functionerende hersencellen (een fenomeen van de stof) bestaat, dan bestaat de ziel ook. Ga maar na: indien 1 + 1 = 2, → dan ook 2 = 1 + 1. Of a²-b² = (a+b)(a-b), → dan ook (a+b)(a-b) = a²-b². Of E = mc2, → dan ook: mc2 = E. Niemand zal ontkennen dat energie eigenlijk niet bestaat omdat zij identiek is aan de massa maal de lichtsnelheid in het kwadraat. Of omgekeerd dat er geen massa maal de lichtsnelheid in het kwadraat bestaat omdat die gelijk kan worden gesteld aan energie. Waarom zou iemand dan wel kunnen zeggen dat de ziel niet bestaat omdat die identiek is aan een fenomeen van de stof, of (wat weinigen doen) dat het fenomeen van de stof niet bestaat omdat die gelijk kan worden gesteld aan de ziel?

Ik keek om me heen: geen Swaab. Maar goed ook, want ik begon alweer te twijfelen en zou hem al niet meer durven vertellen wat ik bedacht had. Als het een het ander is, en het ander het een, wil dat dan misschien niet juist zeggen dat ze uiteindelijk geen van beide bestaan? Geest is niets anders dan stof, vergeet de geest dus. Maar dan ook: stof is niets anders dan geest, vergeet de stof. En als geen van beide bestaan, wat bestaat er dan nog wel?

Ik glipte een badhokje in en begon me te ontkleden. Waarom nu weer mijn hersens afpijnigen over zaken die mijn verstand te boven gingen? Ik was hier gekomen om te zwemmen.

* Een onnozele vraag. 'De ziel bestaat niet,' schrijft Dick Swaab. 'Bij het sterven houden 100 miljard hersencellen ermee op.' ('Swaab over hersenen', 'De 21 gram', NRC-Handelsblad 30 augustus 2008.)
 
**********************
Nieuwsgierig naar de uitgaven
van uitgeverij De Sneeuwstorm?
Verwen uzelf en vraag gratis
Het laatste Vlugschrift aan via:


© 2008 Gerbrand Muller meer Gerbrand Muller - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Gelijk hebben, gelijk krijgen; vervolg Gerbrand Muller
0520VG Gelijk
Hebben wij een ziel?*
Ook in dromen blijk ik zelden gelijk te hebben. Ik droomde dat ik door een groot warenhuis zwierf, waar alle koopwaar ter wereld leek te zijn bijeengebracht. Wat ik zag nam me zo in beslag dat ik vergat dat ik naar iets bepaalds op zoek was. Via zalen met reukwaren, manufacturen, alles voor de school, ameublementen, sanitair en electronica bereikte ik een vide. In glazen schachten schoten liften naar boven en naar beneden. Poppen in clownspakken klommen langs touwen omhoog en omlaag. Dick Swaab keek vanaf de hoogste verdieping naar beneden en zwaaide naar me.
'Ik heb geen ziel!' riep hij terwijl hij zich gevaarlijk over de balustrade heenboog.
'Dat weet ik!' riep ik terug.
Ik verwachtte dat Swaab zich in de diepte zou storten, want zonder ziel had hij niets te verliezen, maar hij richtte zich weer op en verdween achter de balustrade. Even later stond hij voor me.
'Jij hebt ook geen ziel.'
'Dat weet ik.'
Ik hield me voor dat het niet gaf dat ik geen ziel had, want ik had in ieder geval mezelf nog.

Ik vervolgde mijn tocht door het warenhuis. Zalen met serviesgoed uit alle wereldstreken werden afgewisseld met interieurs van halve kastelen en zalen met kleding van beroemde modehuizen. Ik begaf me met een kostuum naar een paskamer - kleren maken de man, in een pak van Yves Saint Laurent zou ik weer iemand zijn - toen Swaab opnieuw voor me opdook.
'Als je denkt dat je jezelf hebt, vergis je je.'
'Ik weet het wel. Je bént jezelf.'
Swaab glimlachte en schudde zijn hoofd.
Wat zou je nu anders kunnen zijn dan jezelf, wilde ik opmerken, maar Swaab was alweer in de lucht opgelost.

Terwijl ik verder naar de paskamer liep probeerde ik te begrijpen wat Swaab me aan mijn verstand had willen brengen, en wat er eventueel tegenin viel te brengen, maar ik kon me niet concentreren, mijn gedachten gingen alle kanten uit. Het gejoel van kinderen leidde me bovendien af, in plaats van in een warenhuis bevond ik me nu in een zwembad. Twee jongens worstelden met elkaar op de hoge springplank, hun natte, gebruinde lichamen glansden in de zon. Ze vermoorden elkaar nog, dacht ik, maar voordat het zover kwam tuimelden ze in het water. Toen meende ik de kern van de zaak te vatten. De kern lag besloten in het isgelijkteken. Wie zegt: je ziel = het resultaat van het functioneren van onze 100 miljard hersencellen - had Swaab me dat niet willen inprenten? - , zegt ook: het resultaat van het functioneren van onze 100 miljard hersencellen = je ziel. Ofwel: geest = stof, dan ook: stof = geest. Het gaat niet aan het een tegen het ander weg te strepen, dus als het resultaat van de 100 miljard functionerende hersencellen (een fenomeen van de stof) bestaat, dan bestaat de ziel ook. Ga maar na: indien 1 + 1 = 2, → dan ook 2 = 1 + 1. Of a²-b² = (a+b)(a-b), → dan ook (a+b)(a-b) = a²-b². Of E = mc2, → dan ook: mc2 = E. Niemand zal ontkennen dat energie eigenlijk niet bestaat omdat zij identiek is aan de massa maal de lichtsnelheid in het kwadraat. Of omgekeerd dat er geen massa maal de lichtsnelheid in het kwadraat bestaat omdat die gelijk kan worden gesteld aan energie. Waarom zou iemand dan wel kunnen zeggen dat de ziel niet bestaat omdat die identiek is aan een fenomeen van de stof, of (wat weinigen doen) dat het fenomeen van de stof niet bestaat omdat die gelijk kan worden gesteld aan de ziel?

Ik keek om me heen: geen Swaab. Maar goed ook, want ik begon alweer te twijfelen en zou hem al niet meer durven vertellen wat ik bedacht had. Als het een het ander is, en het ander het een, wil dat dan misschien niet juist zeggen dat ze uiteindelijk geen van beide bestaan? Geest is niets anders dan stof, vergeet de geest dus. Maar dan ook: stof is niets anders dan geest, vergeet de stof. En als geen van beide bestaan, wat bestaat er dan nog wel?

Ik glipte een badhokje in en begon me te ontkleden. Waarom nu weer mijn hersens afpijnigen over zaken die mijn verstand te boven gingen? Ik was hier gekomen om te zwemmen.

* Een onnozele vraag. 'De ziel bestaat niet,' schrijft Dick Swaab. 'Bij het sterven houden 100 miljard hersencellen ermee op.' ('Swaab over hersenen', 'De 21 gram', NRC-Handelsblad 30 augustus 2008.)
 
**********************
Nieuwsgierig naar de uitgaven
van uitgeverij De Sneeuwstorm?
Verwen uzelf en vraag gratis
Het laatste Vlugschrift aan via:
© 2008 Gerbrand Muller
powered by CJ2