archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
De saaiheid van Het Kwaad Willem Minderhout

0503VG LitWM
Ik beken het met enige schroom: als tiener was ik dol op Tolkien’s ‘In de ban van de Ring’. Toen dat hele verhaal werd verfilmd heb ik alle drie delen voorgelezen. Ik was altijd net klaar voordat er een nieuwe film uitkwam. Mijn zoon was er dol op, maar ik moet zeggen dat ik de films aanzienlijk spectaculairder vond dan die boeken. Toen ik hoorde dat de Britse lezers deze trilogie tot het beste dat ooit in het Engels was verschenen hadden uitgeroepen, was ik dan ook zeer teleurgesteld in de smaak van het Britse publiek. Ik heb in het Engels nog nooit iets saaiers gelezen dan de boeken van Tolkien.

Dat is minder het geval met de ‘Harry Potter’-serie. Die boeken zijn in tegenstelling tot Tolkiens werk op de jeugd gericht en erg leuk geschreven. Naar mate de reeks vordert vind ik het wel steeds minder leuk worden. Gelukkig hoef ik er nog maar eentje.
Toch heb ik tegen die Harry Potterboeken dezelfde bezwaren als tegen ‘Lord of the Rings’. Bezwaren die ik ook heb tegen de Star Wars-films. Die zijn, toen ze uitkwamen, volledig aan me voorbij zijn gegaan. Mijn zoon van elf is er al een paar jaar aan verslaafd, dus dan pik je dat weer op.

Mijn bezwaren zijn in te delen in een klein en een groot bezwaar.
Het kleine bezwaar betreft het gebruik van toverkunst, waardoor die boeken en films maar niet spannend worden. Je weet dat, als de nood echt aan de man komt, iemand zich wel ineens één of andere spreuk zal herinneren die de benarde situatie alsnog een wending ten goede zal geven. In Star Wars wordt weliswaar niet getoverd, maar daar heeft de toverstaf plaats gemaakt voor zwaarden die van TL-buizen gemaakt lijken te zijn. Met die zwaarden gaan dappere ruimteridders, die geleid worden door ‘The Force’, succesvol de strijd aan met ruimteschepen die in één klap een planeet kunnen vergruizelen.
Het grote bezwaar is van een andere orde. Dat is de ongelofelijke saaiheid van Het Kwaad dat bestreden wordt. Het wordt mij maar niet duidelijk wat Sauron in ‘In de ban van de Ring’, Voldemort in ‘Harry Potter’, of ‘The Dark Side of the Force’ nu eigenlijk willen. Dood en verderf zaaien, zoveel is wel duidelijk. Maar waarom? Wat hebben ze eraan? Het blijft onbegrijpelijk.

Het Kwaad in dit soort boeken en films lijkt geen doel te hebben buiten zichzelf: ‘Kwaad’ zijn. En dat is uitermate oninteressant, want daardoor missen ze iedere tragische kracht. Goethe had dat beter bekeken. In Faust stelt de duivel, Mephistopheles, zich voor als ein Teil von jener Kraft, die stets das Böse will und stets das Gute schafft. In boeken die ik goed vind, om een eigentijds voorbeeld te geven: de boeken van Rosenboom en Grunberg, is het omgekeerde het geval. Daarin zijn de hoofdpersonen ein Teil von jener Kraft, die stets das Gute will und stets das Böse schafft.

Hoe anders, ik wees daar in het stuk ‘Schapenslachtingen’ al op, is dat met de helden van Homerus gesteld. Daarin is geen duidelijk onderscheid te maken tussen ‘Het Goede’ en ‘Het Kwade’. Al is de ene hoofdpersoon misschien iets beter, of nobeler te noemen dan de andere, ze streven allemaal hun eigen ‘life and survival’ na en zijn uiteindelijk slechts een speelbal in de handen van ‘de goden’, die op hun beurt weer onderworpen zijn aan ‘het lot’. Over het drama van Shakespeare zou je hetzelfde kunnen zeggen.

Is het een typisch twintigste (en in het geval Potter ook één en twintigste) eeuws gebruik om ‘Het Kwaad’ te verabsoluteren? Misschien wel. Hitler, Stalin, Mao, Pol Pot en Osama Bin Laden lijken dit absolute Kwaad te incorporeren. Is het dus niet helemaal verzonnen?
Ik heb een hypothese, die echter verder terug gaat dan de twintigste eeuw. Ik denk namelijk dat de verabsolutering van ‘Het Kwaad’ samenhangt met de verabsolutering van ‘Het Goede’, zoals dat wordt beleden in het monotheïsme. Het monotheïsme erkent namelijk, de naam zegt het al, slechts één god, die bovendien per definitie ‘Goed’ is. De vraag waar dan ‘Het Kwaad’, dat toch alom aanwezig was, vandaan kwam bleef daarin een onopgelost raadsel. Daarvoor moest de schimmige figuur ‘Duivel’ worden uitgevonden, een wezen dat vrijwel godgelijkend was in zijn macht, maar toch geen god mocht heten, want daar was er immers maar één van.

In de gezellige Griekse godenwereld, die door net zulke schuinsmarcheerders werd bewoond als het ondermaanse, was dat niet zo’n probleem. Zeus was weliswaar Oppergod, maar zijn waarden en normen waren nogal rekbaar en er waren altijd ‘countervailing powers’ in de vorm van andere goden. Een echte Duivel kent de Griekse godenwereld ook niet. Goed en kwaad blijft wat diffuus over de goden verdeeld. De Griekse goden waren wat dat betreft net mensen. Zelfs Hades, de god van de onderwereld, zou je hooguit een wat schimmige figuur kunnen noemen. De Tartaros, die hij onder zijn beheer had, was een soort privé martelkamer voor de goden, om af te rekenen met wel heel boosaardige mensenkinderen die de goden naar de kroon hadden willen steken. De overgrote meerderheid der overledenen verveelde zich gewoon te pletter of viel aan vergetelheid ten prooi door een slokje van het water van de rivier Lethe te nemen.

Ook de Hindoes doen niet zo moeilijk over Het Kwaad. Zij hebben Shiva, maar deze ‘vernietiger’ wordt niet als duivel gehaat, maar juist aanbeden. Verder hebben ze een hoeveelheid godheden dat het aantal dat de Grieken er op na hield minstens naar de kroon steekt. Indiase literatuur lijkt me daarom in potentie tragisch en over een grote dramatische kracht te beschikken. Ik heb daar echter, op Rushdie en Naipaul (maar kun je die twee nog Indiërs noemen?) na, geen kennis van. De Bhagavad Ghita vind ik net zo interessant als de sprookjes van Moeder de Gans, dus misschien valt het tegen.
‘Het absolute Kwaad’ is, als mijn hypothese juist is, dus een product van de vooronderstelling dat er een ‘Absoluut Goed’ is, lees: God/Jaweh/Allah, of, in zijn atheïstische varianten, het ‘Duizend Jarige Arische Reich’, of de ‘Communistische Heilstaat’ bestaat.

Tolkien, Rowlings en Lucas gaan dus au fond van het orthodoxe monotheïstisch goed/kwaad-schema uit. Het grappige is dat er ieder jaar een ritueel protest van orthodoxe christenen plaatsvindt als er weer een Harry Potterboek uitkomt. Die boeken zouden ‘het occulte’, lees: toverij en hekserij, promoten. Dat soort lieden gelooft immers nog steeds dat de Satan en zijn trawanten, en dus ‘het occulte’, echt bestaan. Op zich is dat wel ‘Bijbelvast’. Lees de handelingen der apostelen er maar op na, waarin menige geest uitgedreven wordt. De Koran is zelfs expliciet zowel voor mensen als voor ‘djinns’ geschreven. Djinns zijn geesten, zowel goede als kwade, die de controle over je lichaam zouden kunnen overnemen en zich bij voorkeur in toverlampen verstoppen. Ik weet niet precies hoe het er heden ten dage met het geloof aan djinns en engelen voorstaat, maar het zou me niets verbazen als dat nog wijdverbreid is, ook al is er nog nooit zoiets in Blijdorp ten toon gesteld. Waarom zou men dan niet geloven niet in kabouters en elfen, of voor mijn part Orks en Siths?

Belangrijker nog lijkt mij de conclusie dat hoe fanatieker ‘Het Goede’ wordt nagestreefd, hoe sterker ‘Het Kwaad’ wordt. Dat noopt tot nader onderzoek.
 
****************************************
Literatuur en beeldende kunst onder één dak
bij Buddenbrooks aan het Noordeinde in Den Haag.
Zondag 18 november, 15.00 uur, is er een
literaire salon over Carry van Bruggen!


© 2007 Willem Minderhout meer Willem Minderhout - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
De saaiheid van Het Kwaad Willem Minderhout
0503VG LitWM
Ik beken het met enige schroom: als tiener was ik dol op Tolkien’s ‘In de ban van de Ring’. Toen dat hele verhaal werd verfilmd heb ik alle drie delen voorgelezen. Ik was altijd net klaar voordat er een nieuwe film uitkwam. Mijn zoon was er dol op, maar ik moet zeggen dat ik de films aanzienlijk spectaculairder vond dan die boeken. Toen ik hoorde dat de Britse lezers deze trilogie tot het beste dat ooit in het Engels was verschenen hadden uitgeroepen, was ik dan ook zeer teleurgesteld in de smaak van het Britse publiek. Ik heb in het Engels nog nooit iets saaiers gelezen dan de boeken van Tolkien.

Dat is minder het geval met de ‘Harry Potter’-serie. Die boeken zijn in tegenstelling tot Tolkiens werk op de jeugd gericht en erg leuk geschreven. Naar mate de reeks vordert vind ik het wel steeds minder leuk worden. Gelukkig hoef ik er nog maar eentje.
Toch heb ik tegen die Harry Potterboeken dezelfde bezwaren als tegen ‘Lord of the Rings’. Bezwaren die ik ook heb tegen de Star Wars-films. Die zijn, toen ze uitkwamen, volledig aan me voorbij zijn gegaan. Mijn zoon van elf is er al een paar jaar aan verslaafd, dus dan pik je dat weer op.

Mijn bezwaren zijn in te delen in een klein en een groot bezwaar.
Het kleine bezwaar betreft het gebruik van toverkunst, waardoor die boeken en films maar niet spannend worden. Je weet dat, als de nood echt aan de man komt, iemand zich wel ineens één of andere spreuk zal herinneren die de benarde situatie alsnog een wending ten goede zal geven. In Star Wars wordt weliswaar niet getoverd, maar daar heeft de toverstaf plaats gemaakt voor zwaarden die van TL-buizen gemaakt lijken te zijn. Met die zwaarden gaan dappere ruimteridders, die geleid worden door ‘The Force’, succesvol de strijd aan met ruimteschepen die in één klap een planeet kunnen vergruizelen.
Het grote bezwaar is van een andere orde. Dat is de ongelofelijke saaiheid van Het Kwaad dat bestreden wordt. Het wordt mij maar niet duidelijk wat Sauron in ‘In de ban van de Ring’, Voldemort in ‘Harry Potter’, of ‘The Dark Side of the Force’ nu eigenlijk willen. Dood en verderf zaaien, zoveel is wel duidelijk. Maar waarom? Wat hebben ze eraan? Het blijft onbegrijpelijk.

Het Kwaad in dit soort boeken en films lijkt geen doel te hebben buiten zichzelf: ‘Kwaad’ zijn. En dat is uitermate oninteressant, want daardoor missen ze iedere tragische kracht. Goethe had dat beter bekeken. In Faust stelt de duivel, Mephistopheles, zich voor als ein Teil von jener Kraft, die stets das Böse will und stets das Gute schafft. In boeken die ik goed vind, om een eigentijds voorbeeld te geven: de boeken van Rosenboom en Grunberg, is het omgekeerde het geval. Daarin zijn de hoofdpersonen ein Teil von jener Kraft, die stets das Gute will und stets das Böse schafft.

Hoe anders, ik wees daar in het stuk ‘Schapenslachtingen’ al op, is dat met de helden van Homerus gesteld. Daarin is geen duidelijk onderscheid te maken tussen ‘Het Goede’ en ‘Het Kwade’. Al is de ene hoofdpersoon misschien iets beter, of nobeler te noemen dan de andere, ze streven allemaal hun eigen ‘life and survival’ na en zijn uiteindelijk slechts een speelbal in de handen van ‘de goden’, die op hun beurt weer onderworpen zijn aan ‘het lot’. Over het drama van Shakespeare zou je hetzelfde kunnen zeggen.

Is het een typisch twintigste (en in het geval Potter ook één en twintigste) eeuws gebruik om ‘Het Kwaad’ te verabsoluteren? Misschien wel. Hitler, Stalin, Mao, Pol Pot en Osama Bin Laden lijken dit absolute Kwaad te incorporeren. Is het dus niet helemaal verzonnen?
Ik heb een hypothese, die echter verder terug gaat dan de twintigste eeuw. Ik denk namelijk dat de verabsolutering van ‘Het Kwaad’ samenhangt met de verabsolutering van ‘Het Goede’, zoals dat wordt beleden in het monotheïsme. Het monotheïsme erkent namelijk, de naam zegt het al, slechts één god, die bovendien per definitie ‘Goed’ is. De vraag waar dan ‘Het Kwaad’, dat toch alom aanwezig was, vandaan kwam bleef daarin een onopgelost raadsel. Daarvoor moest de schimmige figuur ‘Duivel’ worden uitgevonden, een wezen dat vrijwel godgelijkend was in zijn macht, maar toch geen god mocht heten, want daar was er immers maar één van.

In de gezellige Griekse godenwereld, die door net zulke schuinsmarcheerders werd bewoond als het ondermaanse, was dat niet zo’n probleem. Zeus was weliswaar Oppergod, maar zijn waarden en normen waren nogal rekbaar en er waren altijd ‘countervailing powers’ in de vorm van andere goden. Een echte Duivel kent de Griekse godenwereld ook niet. Goed en kwaad blijft wat diffuus over de goden verdeeld. De Griekse goden waren wat dat betreft net mensen. Zelfs Hades, de god van de onderwereld, zou je hooguit een wat schimmige figuur kunnen noemen. De Tartaros, die hij onder zijn beheer had, was een soort privé martelkamer voor de goden, om af te rekenen met wel heel boosaardige mensenkinderen die de goden naar de kroon hadden willen steken. De overgrote meerderheid der overledenen verveelde zich gewoon te pletter of viel aan vergetelheid ten prooi door een slokje van het water van de rivier Lethe te nemen.

Ook de Hindoes doen niet zo moeilijk over Het Kwaad. Zij hebben Shiva, maar deze ‘vernietiger’ wordt niet als duivel gehaat, maar juist aanbeden. Verder hebben ze een hoeveelheid godheden dat het aantal dat de Grieken er op na hield minstens naar de kroon steekt. Indiase literatuur lijkt me daarom in potentie tragisch en over een grote dramatische kracht te beschikken. Ik heb daar echter, op Rushdie en Naipaul (maar kun je die twee nog Indiërs noemen?) na, geen kennis van. De Bhagavad Ghita vind ik net zo interessant als de sprookjes van Moeder de Gans, dus misschien valt het tegen.
‘Het absolute Kwaad’ is, als mijn hypothese juist is, dus een product van de vooronderstelling dat er een ‘Absoluut Goed’ is, lees: God/Jaweh/Allah, of, in zijn atheïstische varianten, het ‘Duizend Jarige Arische Reich’, of de ‘Communistische Heilstaat’ bestaat.

Tolkien, Rowlings en Lucas gaan dus au fond van het orthodoxe monotheïstisch goed/kwaad-schema uit. Het grappige is dat er ieder jaar een ritueel protest van orthodoxe christenen plaatsvindt als er weer een Harry Potterboek uitkomt. Die boeken zouden ‘het occulte’, lees: toverij en hekserij, promoten. Dat soort lieden gelooft immers nog steeds dat de Satan en zijn trawanten, en dus ‘het occulte’, echt bestaan. Op zich is dat wel ‘Bijbelvast’. Lees de handelingen der apostelen er maar op na, waarin menige geest uitgedreven wordt. De Koran is zelfs expliciet zowel voor mensen als voor ‘djinns’ geschreven. Djinns zijn geesten, zowel goede als kwade, die de controle over je lichaam zouden kunnen overnemen en zich bij voorkeur in toverlampen verstoppen. Ik weet niet precies hoe het er heden ten dage met het geloof aan djinns en engelen voorstaat, maar het zou me niets verbazen als dat nog wijdverbreid is, ook al is er nog nooit zoiets in Blijdorp ten toon gesteld. Waarom zou men dan niet geloven niet in kabouters en elfen, of voor mijn part Orks en Siths?

Belangrijker nog lijkt mij de conclusie dat hoe fanatieker ‘Het Goede’ wordt nagestreefd, hoe sterker ‘Het Kwaad’ wordt. Dat noopt tot nader onderzoek.
 
****************************************
Literatuur en beeldende kunst onder één dak
bij Buddenbrooks aan het Noordeinde in Den Haag.
Zondag 18 november, 15.00 uur, is er een
literaire salon over Carry van Bruggen!
© 2007 Willem Minderhout
powered by CJ2