archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Weggooien kan altijd nog. Toch? Katharina Kouwenhoven

0418VG LitKK
Om de muur tegenover mijn bed te kunnen witten moest de boekenkast die er tegenaan staat, verplaatst worden. Dat kon alleen met veel mankracht of na eerst alle boeken eruit te halen en tijdelijk op te slaan in verhuisdozen. Ik besloot tot het laatste. Dan kon van die boekenkast en die boeken ook meteen eens een keer het stof verwijderd worden, want dat was in jaren niet gebeurd.

De twee bovenste planken in die kast bevatten een uiteenlopende collectie non-fictie; van menig exemplaar uit deze collectie kon ik mij niet herinneren het ooit gelezen te hebben. Ik had dus nog wat in voorraad voor ledige dagen, als ik per ongeluk niets te lezen had.
De vier planken daaronder waren gereserveerd voor de Nederlandse literatuur. Ook daar trof ik de nodige boeken die ik nooit gelezen had, maar die wil ik ook niet lezen. Het zijn vooral kadootjes van mensen die weten dat ik van lezen houd en daarbij blindelings aannemen, dat iemand die van lezen houdt een alleseter is en niet kieskeurig. Wat de Nederlandse literatuur betreft ben ik echter zeer kieskeurig. Die boeken staan niettemin in de boekenkast, omdat ze dienen als wisselgeld. Komen er nieuwe boeken bij, dan moeten zij eruit en gaan naar de tafel in de lifthal op mijn werk, waar iedereen boeken kan dumpen, die hij te goed vindt voor de papiercontainer, maar te slecht om uit te delen aan vrienden en bekenden. Zo kan hij daar anderen weer een plezier mee doen. Dat is overigens niet altijd een makkelijke beslissing. Lang heb ik staan dubben bij mijn zeven delen Peyton Place (the continuing story), maar uiteindelijk durfde ik die niemand aan te bieden, hoewel ze een uitkomst kunnen zijn voor een regenachtige vakantie.

Op twee planken bevonden zich verder allerlei dozen en mappen en er waren ook nog twee planken voor boeken met een afwijkend formaat. Grote boeken, die niet passen tussen de paperbacks en meestal geen lees-, maar kijkboeken. Geen kunstboeken, overigens, want die staan ergens anders, al is die indeling tamelijk arbitrair.
Tussen die grote boeken, waar ik toch dagelijks tegenaan kijk, bevonden zich de nodige verrassingen. Niet het Bomenboek en het boek met Wilde Planten, ook niet het Volkomen Vlees Boek en Volkomen Kip Boek. De Atlas niet en de fotoboeken ook niet. Al die boeken kijk ik nog wel eens in. Als ik wil weten hoe een lindeboom er eigenlijk uit ziet of het Groot hoefblad. Het Klein hoefblad ken ik wel, maar de grote variant? Daar heeft mij nooit iemand op gewezen. En wat doe je eigenlijk met een gans of hoe maak je zwezerik klaar? Waar ligt Philadelphia precies en het Baikalmeer en Koningsbergen en Mali? Je kan alles opzoeken op Internet en dat is ook leuk, maar er gaat toch niets boven een echt kookboek en een echte atlas. Dat bleek pas goed toen ik op mijn eerste verrassing stuitte: de Atlas van Nederland en de Indiën voor het 7e leerjaar, vervolgklassen, enz. Van G. Prop, 11e druk, verschenen in 1935.

Een atlas is een genoegen, maar een oude atlas is een genot. Dit exemplaar begint met - van Noord naar Zuid - de provincies. Eerst een overzichtskaart met een beschrijving ('Groningen heeft 100.000 inw. en is de 3e handelsstad van ons land; 't scheepsverkeer met Friesland en Amsterdam ,via De Lemmer, gaat langs 't Hoendiep en de Friese kanalen.'), vervolgens een blinde kaart met vragen ('Ten N. van Groningen liggen de ...., die .... keer per dag onderlopen; want 't is .... uur .... en .......'). Na de provincies volgt Nederland in zijn geheel met een kaart voor industrie, kolenvelden (onder andere bij Winterswijk!) en 'visscherij' en een kaart voor landbouw, veeteelt en tuinbouw, waaruit blijkt dat praktisch de gehele provincie Utrecht toen aan 'ooftbouw' deed. En dan krijgen we kaarten van Nederlands Oost-Indië of Insulinde en tenslotte van Curaçao, West-Indië en Suriname ('Suriname is ongeveer even warm als Oost-Indië. In de bossen tapt men balata, een stof waarvan men drijfriemen maakt.'). Als dat geen onvervalste schat is! En geen idee hoe dit wonder ooit in mijn bezit is gekomen.

Een andere onverwachte vondst: een nummer van Provo, Provo nr. 6 van 24 januari 1966, getiteld Frisse Lucht. Ik kocht wel eens een Provo, maar ik bewaarde ze eigenlijk nooit. En waarom nu uitgerekend nummer 6 bewaard? Er staat niets bijzonders in, behalve de tekeningetjes van Bernard Holtrop (Willem). Geheimzinnig.
Nog geheimzinniger is de vondst van het eerste nummer van het 'nieuw maandboek voor iedereen' KNIJP (september 1967). Wie herinnert zich KNIJP? Voor die tijd zag dat blad er helemaal niet slecht uit, maar het is volstrekt onduidelijk wat KNIJP wil, wie het maakt en waarom we het moeten lezen. Er staat een lijstje met namen in van mensen die een bijdrage hebben geleverd, waaronder enkele mensen uit mijn kennissenkring, maar wat zij hebben bijgedragen valt niet te achterhalen, behalve het Knijp-plan van Wim Noordhoek om automatieken in de trein te plaatsen en rieten stoelen op de perrons en nog zo wat van die flauwe kul. Voorzover ik mij herinner was KNIJP geen lang leven beschoren, maar ik heb er een.

Tussen Haken met Plezier, een Engels breiboek, het Groot Handwerkboek uit Grootmoeders Tijd en Exotische Stijlen uit de Handwerkserie van Time/Life vond ik de 'Complete Works' van Bob Dylan, terwijl ik nooit van B. D. gehouden heb, een plakboek gewijd aan mijn eerste reis naar Parijs met foto's en knullige tekeningetjes en bonnetjes en metrokaartjes (jasses!), een Groot Kruiswoordraadselboek, een nummer van muziekkrant OOR (19 oktober 1991), ongetwijfeld vanwege een interview met Eric Clapton, de enige popster waar ik ooit een zekere idolatrie voor heb gekoesterd en een nummer van het Tijdschrift voor Hoger Onderwijs (juni 1991), natuurlijk bewaard vanwege het feit dat ik er zelf een bijdrage aan heb geleverd. Een bijdrage over een onderwerp - Studievaardigheden - dat ik eigenlijk altijd heb verfoeid.

Vreemde, vergeten aanwezigen, zoals een bouwplaat van de Arena, een complete kopie van de 'Tapisserie de Bayeux', de Franse versie van Asterix en het Vreemdelingenlegioen, die ik altijd zo leuk vond, omdat de Gothen in Gothische letters spreken en de Egyptenaar in hieroglyfen, het bijzondere Schetsboek van Robinson Crusoë en het kleurboek van Keith Haring, dat ik ooit op Koninginnedag op straat vond en dat maar gedeeltelijk is ingekleurd en waar mijn kleinzoon dus nog veel plezier aan kan beleven, rolden ook de kast uit.
Je rakelt nogal wat op, als je een boekenkast ontruimt. Wat bewaart een mens en waarom? Binnenkort kan ik die kast weer inruimen. Moeilijke beslissingen wachten mij dan weer, want ik kan dit toch echt niet allemaal bewaren. Er is geen ruimte voor. Hoewel, het neemt niet echt veel ruimte in en weggooien kan altijd nog. Toch?
 
************************************************************
Boekhandel van Rossum is gevestigd aan de Beethovenstraat 32 in Amsterdam.
Ga voor informatie naar www.boekhandelvanrossum.nl .
Donderdag 20 september om 20.00 uur is er een boekpresentatie van
'Springveren, het beste uit De Leunstoel.'


© 2007 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Weggooien kan altijd nog. Toch? Katharina Kouwenhoven
0418VG LitKK
Om de muur tegenover mijn bed te kunnen witten moest de boekenkast die er tegenaan staat, verplaatst worden. Dat kon alleen met veel mankracht of na eerst alle boeken eruit te halen en tijdelijk op te slaan in verhuisdozen. Ik besloot tot het laatste. Dan kon van die boekenkast en die boeken ook meteen eens een keer het stof verwijderd worden, want dat was in jaren niet gebeurd.

De twee bovenste planken in die kast bevatten een uiteenlopende collectie non-fictie; van menig exemplaar uit deze collectie kon ik mij niet herinneren het ooit gelezen te hebben. Ik had dus nog wat in voorraad voor ledige dagen, als ik per ongeluk niets te lezen had.
De vier planken daaronder waren gereserveerd voor de Nederlandse literatuur. Ook daar trof ik de nodige boeken die ik nooit gelezen had, maar die wil ik ook niet lezen. Het zijn vooral kadootjes van mensen die weten dat ik van lezen houd en daarbij blindelings aannemen, dat iemand die van lezen houdt een alleseter is en niet kieskeurig. Wat de Nederlandse literatuur betreft ben ik echter zeer kieskeurig. Die boeken staan niettemin in de boekenkast, omdat ze dienen als wisselgeld. Komen er nieuwe boeken bij, dan moeten zij eruit en gaan naar de tafel in de lifthal op mijn werk, waar iedereen boeken kan dumpen, die hij te goed vindt voor de papiercontainer, maar te slecht om uit te delen aan vrienden en bekenden. Zo kan hij daar anderen weer een plezier mee doen. Dat is overigens niet altijd een makkelijke beslissing. Lang heb ik staan dubben bij mijn zeven delen Peyton Place (the continuing story), maar uiteindelijk durfde ik die niemand aan te bieden, hoewel ze een uitkomst kunnen zijn voor een regenachtige vakantie.

Op twee planken bevonden zich verder allerlei dozen en mappen en er waren ook nog twee planken voor boeken met een afwijkend formaat. Grote boeken, die niet passen tussen de paperbacks en meestal geen lees-, maar kijkboeken. Geen kunstboeken, overigens, want die staan ergens anders, al is die indeling tamelijk arbitrair.
Tussen die grote boeken, waar ik toch dagelijks tegenaan kijk, bevonden zich de nodige verrassingen. Niet het Bomenboek en het boek met Wilde Planten, ook niet het Volkomen Vlees Boek en Volkomen Kip Boek. De Atlas niet en de fotoboeken ook niet. Al die boeken kijk ik nog wel eens in. Als ik wil weten hoe een lindeboom er eigenlijk uit ziet of het Groot hoefblad. Het Klein hoefblad ken ik wel, maar de grote variant? Daar heeft mij nooit iemand op gewezen. En wat doe je eigenlijk met een gans of hoe maak je zwezerik klaar? Waar ligt Philadelphia precies en het Baikalmeer en Koningsbergen en Mali? Je kan alles opzoeken op Internet en dat is ook leuk, maar er gaat toch niets boven een echt kookboek en een echte atlas. Dat bleek pas goed toen ik op mijn eerste verrassing stuitte: de Atlas van Nederland en de Indiën voor het 7e leerjaar, vervolgklassen, enz. Van G. Prop, 11e druk, verschenen in 1935.

Een atlas is een genoegen, maar een oude atlas is een genot. Dit exemplaar begint met - van Noord naar Zuid - de provincies. Eerst een overzichtskaart met een beschrijving ('Groningen heeft 100.000 inw. en is de 3e handelsstad van ons land; 't scheepsverkeer met Friesland en Amsterdam ,via De Lemmer, gaat langs 't Hoendiep en de Friese kanalen.'), vervolgens een blinde kaart met vragen ('Ten N. van Groningen liggen de ...., die .... keer per dag onderlopen; want 't is .... uur .... en .......'). Na de provincies volgt Nederland in zijn geheel met een kaart voor industrie, kolenvelden (onder andere bij Winterswijk!) en 'visscherij' en een kaart voor landbouw, veeteelt en tuinbouw, waaruit blijkt dat praktisch de gehele provincie Utrecht toen aan 'ooftbouw' deed. En dan krijgen we kaarten van Nederlands Oost-Indië of Insulinde en tenslotte van Curaçao, West-Indië en Suriname ('Suriname is ongeveer even warm als Oost-Indië. In de bossen tapt men balata, een stof waarvan men drijfriemen maakt.'). Als dat geen onvervalste schat is! En geen idee hoe dit wonder ooit in mijn bezit is gekomen.

Een andere onverwachte vondst: een nummer van Provo, Provo nr. 6 van 24 januari 1966, getiteld Frisse Lucht. Ik kocht wel eens een Provo, maar ik bewaarde ze eigenlijk nooit. En waarom nu uitgerekend nummer 6 bewaard? Er staat niets bijzonders in, behalve de tekeningetjes van Bernard Holtrop (Willem). Geheimzinnig.
Nog geheimzinniger is de vondst van het eerste nummer van het 'nieuw maandboek voor iedereen' KNIJP (september 1967). Wie herinnert zich KNIJP? Voor die tijd zag dat blad er helemaal niet slecht uit, maar het is volstrekt onduidelijk wat KNIJP wil, wie het maakt en waarom we het moeten lezen. Er staat een lijstje met namen in van mensen die een bijdrage hebben geleverd, waaronder enkele mensen uit mijn kennissenkring, maar wat zij hebben bijgedragen valt niet te achterhalen, behalve het Knijp-plan van Wim Noordhoek om automatieken in de trein te plaatsen en rieten stoelen op de perrons en nog zo wat van die flauwe kul. Voorzover ik mij herinner was KNIJP geen lang leven beschoren, maar ik heb er een.

Tussen Haken met Plezier, een Engels breiboek, het Groot Handwerkboek uit Grootmoeders Tijd en Exotische Stijlen uit de Handwerkserie van Time/Life vond ik de 'Complete Works' van Bob Dylan, terwijl ik nooit van B. D. gehouden heb, een plakboek gewijd aan mijn eerste reis naar Parijs met foto's en knullige tekeningetjes en bonnetjes en metrokaartjes (jasses!), een Groot Kruiswoordraadselboek, een nummer van muziekkrant OOR (19 oktober 1991), ongetwijfeld vanwege een interview met Eric Clapton, de enige popster waar ik ooit een zekere idolatrie voor heb gekoesterd en een nummer van het Tijdschrift voor Hoger Onderwijs (juni 1991), natuurlijk bewaard vanwege het feit dat ik er zelf een bijdrage aan heb geleverd. Een bijdrage over een onderwerp - Studievaardigheden - dat ik eigenlijk altijd heb verfoeid.

Vreemde, vergeten aanwezigen, zoals een bouwplaat van de Arena, een complete kopie van de 'Tapisserie de Bayeux', de Franse versie van Asterix en het Vreemdelingenlegioen, die ik altijd zo leuk vond, omdat de Gothen in Gothische letters spreken en de Egyptenaar in hieroglyfen, het bijzondere Schetsboek van Robinson Crusoë en het kleurboek van Keith Haring, dat ik ooit op Koninginnedag op straat vond en dat maar gedeeltelijk is ingekleurd en waar mijn kleinzoon dus nog veel plezier aan kan beleven, rolden ook de kast uit.
Je rakelt nogal wat op, als je een boekenkast ontruimt. Wat bewaart een mens en waarom? Binnenkort kan ik die kast weer inruimen. Moeilijke beslissingen wachten mij dan weer, want ik kan dit toch echt niet allemaal bewaren. Er is geen ruimte voor. Hoewel, het neemt niet echt veel ruimte in en weggooien kan altijd nog. Toch?
 
************************************************************
Boekhandel van Rossum is gevestigd aan de Beethovenstraat 32 in Amsterdam.
Ga voor informatie naar www.boekhandelvanrossum.nl .
Donderdag 20 september om 20.00 uur is er een boekpresentatie van
'Springveren, het beste uit De Leunstoel.'
© 2007 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2