archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Taalterroristen Mabel Amber

Er is iets ergs gebeurd. Je moet je niet opwinden over erge dingen. Er gebeuren voortdurend erge dingen en wanneer je je daar voortdurend over opwindt zul je het niet lang maken. Maar het ‘erge’ waar ik het nu over wil hebben vond ik zó erg dat ik het gevoel had even te moeten stoppen met leven. Zó erg vond ik het. Het is al enige tijd geleden gebeurd maar de gevolgen, of liever het gevolg ervan bevindt zich nog onder ons.

Ik heb het nu over een boek. Een slecht boek? Een half slecht boek. Kijk, dat een schrijver een slecht boek schrijft is niet zo heel erg, bovendien: over smaak valt niet te twisten. De een vindt Shakespeare geschikt voor intelligente kleuters, de ander zal hem om die opmerking neerschieten, een derde meent dat Heleen van Royen een brede literaire stijl heeft, maar nummer vier denkt dat haar veredelde boeketreeksromannetjes, met een snufje trend en een mespuntje hip, over dik vijf jaar in het gunstigste geval vergeten zullen zijn.
Een half slecht boek zoals ik al zei, namelijk een vertaald boek. De ene helft van het boek bevat de regels van de schrijver zelf, de andere helft laat zien wat de vertalers ervan hebben gebakken. Aangebrand, te lang doorgekookt, slijmerig bovenop, niet gaar van binnen, veel te zout, ingezakt, bitter en doodgewoon mislukt eten, dat schotelen de vertalers van Bob Dylans verzen ons voor. Onze koekenbakkers heten Erik Bindervoet en Robbert-Jan Henkes en hun slachtoffer is (het levenswerk van) de begenadigde songschrijver, zanger, muzikant Bob Dylan, de troubadour die in de jaren zestig en zeventig zijn stempel op de muziek drukte.
Voor mij op tafel ligt een dik boek met op de omslag een prachtige foto van Bob - alles wat hij heeft bijgedragen aan het boek is helemaal goed, maar al het andere is meer dan helemaal fòut. Het werk is een uitgave van Nijgh&Van Ditmar en heet voluit:
Bob Dylan – LIEDTEKSTEN 1962-1973
en deze teksten zijn ofwel achteloos ofwel zorgvuldig, daar ben ik nog niet uit, verkracht door het reeds genoemd duo Bindervoet en Henkes, dat met afgewende gezichten op de achterflap staat afgebeeld. Inderdaad, als ik zulk een schandalig broddelwerkje op mijn naam zou hebben gebracht zou ik van schaamte niemand meer in de ogen durven zien.

Terzake: een vertaler dient zich zoveel mogelijk aan de tekst van het origineel te houden, alleen in het uiterste geval is het hem gepermitteerd om tot ‘hertalen’ over te gaan en dan nog is het oppassen geblazen, want voor je het weet staat er iets geheel anders en dat mag nooit en te nimmer de bedoeling zijn. De uitdrukking it loses in translation zal niet betekenen it changes in translation, waarvan akte. Door het al dan niet opzettelijke gerotzooi van Bindervoet & Henkes it does indeed change in translation, overal en aldoor. Voorbeeld (pg. 239): ‘Subterranean homesickblues’ ... waarom vertaald als ‘Onderzeese heimwee blues’? Want ‘subterranean’ betekent ‘ondergronds’ en niet ‘onderzees’. Waarom in godsnaam??
Waarom is, in hetzelfde lied, een’trenchcoat’ ineens ‘stofjas’? Want een ‘trenchcoat’ is een ‘regenjas’ maar je kunt het ook onvertaald laten, een ingeburgerde aanduiding voor een alom bekend kledingstuk. ‘I’m on the pavement’ (nog steeds dezelfde tekst) wordt vertaald als ‘Ik sta op het schoolplein’, waarom??
Nu een paar voorbeelden uit ‘Maggie’s Farm’(pg. 245): de titel wordt omgedoopt tot ‘Greta’s stal’, waarom? Van eigennamen dien je zoveel mogelijk af te blijven, en hoezo eigenlijk ‘stal’??
‘I ain’t gonna work on Maggie’s farm no more’ luidt in deze gruwelijke vertaling ‘Ik staak nou me werk in Greta‘s stal voorgoed’... Maar ‘I ain’t’ is straattaal, dat kun je van ‘staak’ niet zeggen. Ik kan wel -tig alternatieven verzinnen die alle Dylans regels beter zouden weergeven.

En voorts: steeds worden woorden en begrippen uit de originele teksten gewoon weggelaten, alsof het niks is. ‘It’s a shame the way she makes me scrub the floor’ wordt ‘Op de vloer die ik van haar schrobben moet ‘; nergens staat een verwijzing naar het kennelijk schandalige van Maggie‘s eisen.
Ik kan wel doorgaan en doorgaan, maar daarvoor biedt dit magazine geen ruimte en trouwens, nergens nooit niet is genoeg plaats om al het onjuiste in deze vertaling aan te halen. Elke vertaalde song verliest de bodem en de naden scheuren wanneer je hem optilt, net als een verkeerd geprepareerde vuilniszak.
Nog één voorbeeld uit de tien vuilniszakken vol Binderrvoet & Henkes, ook uit Maggie’s Farm: ‘She’s sixty-eight but she says she’s twenty-four´, wordt vertaald als: ´Ze is heel gemeen maar ze zegt0406VG LitMA ik doe toch goed´ …… Ja?
Het is kiezen uit twee mogelijkheden om deze absurde, kant noch wal rakende vertaling te verklaren: A. onze beide vertalers hebben werkelijk ontzèttend hun best gedaan, zich van hun falen in de verste verte niet bewust, voorzien van evenveel vakbekwaamheid als een eerstejaars VMBO-leerling (met excuses aan de laatste plus de kanttekening dat hij of zij het er misschien nog wel beter had afgebracht ook), en mogelijkheid B: ons duo heeft zich er met een jantje-van-leiden afgemaakt en maar wat neergezet, onder het motto ‘maakt niet uit, als er maar wat staat joh!´
In dat geval zijn de heren Bindervoet en Henkes twee taalkundige terroristen, hondsbrutaal en arrogant bovendien, die kennelijk menen dat ze er wel mee weg kunnen komen.
En bij Nijgh & Van Ditmar lukt dat wonderwel! Degeen die ‘erover’ gaat aldaar schijnt het allemaal prachtig te vinden, hetzij uit onverschilligheid of misschien omdat er, jawel hooggeacht publiek, omdat er Bindervoet & Henkes op staat, kan-ie? Ja! hij kan, kassa!!
Te vrezen valt voor de toekomst want op het programma staat voorts: ’Liedteksten 1974-2001, Forever Young’. Doelwit, wéér Bob Dylan.

Nee, het kan absoluut niet! Deze vertaling stinkt en ik zou hem nog niet bij mijn andere vuilnis willen dumpen, ik zou hun rotte geklooi, een smet op het blazoen van Bob Dylan, het liefst in een bak vol ongebluste kalk willen laten verteren, tot hun laatste foute regel van de aardbodem is verdwenen. Helaas bestaan er geen celstraffen voor taalterroristen.
 
******************************************
Literatuur en beeldende kunst onder één dak
bij Buddenbrooks aan het Noordeinde in Den Haag.
 
Reactie
 
GLAD
Er is iets leuks gebeurd. Mijn artikeltje ‘Taalterroristen’ werd beantwoord door de ‘daders’, in NRC/Handelsblad van 9 februari 2007. Zij hebben hierop ingespeeld door de achternamen van mij en hun andere critici aan te duiden met een initiaal, net als bij verdachten in de krant. Tenzij dit gebruikelijk is in literaire kringen, ik denk eigenlijk van niet.
Maar goed, wat staat er in hun verweer ? Kwalijke suggesties, dat ten eerste. Zij beweren dat ik beweer dat mijn held zou zijn verkracht, Bob Dylan in dit geval. Neen, zijn werk werd verkracht, dat is toch een wezenlijk verschil. Punt twee: ik heb nergens bedreigingen aan het adres van de heren Bindervoet en Henkes geuit. Mijn gal betrof, alweer, hun werk, wat ik inderdaad in krachtige bewoordingen heb verwenst. Nergens staat te lezen dat ik hen op enigerlei wijze zou toetakelen of anderszins benadelen. U moet wel goed lezen heren, niet alleen wanneer u achter de vertaaltafel zit maar ook wanneer u kritieken leest! Zorgvuldigheid is een eerste vereiste voor hen die omgaan met het woord. (Afkloppen.)

En verder: wat zijn dit voor kreten: ‘Vertalie’, ‘Bewerkie’? Denken zij hiermee hun stijl op te leuken? Kennelijk. Maar leest nogal vermoeiend. Doet mij denken aan de schrijfsels van scholieren in de schoolkrant; voor hen een pardonabele jeugdzonde die z’n charme heeft, maar scribenten die al twintig jaar op z’n minst niet meer in de schoolbanken zitten moeten dit ‘ludieke’ idioom toch wel inmiddels zijn ontgroeid.

Weer verder: wat is dit voor halfzachte nonsens: een ‘leesvoorstel’?? Hiermee suggereren zij dat zij zich van enige verantwoordelijkheid voor hun inspanning ontslaan. Het is ‘maar’ een voorstel, nietwaar, ze hebben er niets mee bedoeld, ze gooien maar een balletje op, meer niet. In elk geval geven zij zich aldus wel bloot, want hun slechte vertaling leest inderdaad als een klusje wat ze tussen neus en lippen door op een paar verregende zondagmiddagen hebben geklaard. Omdat ze toch niets beters te doen hadden. Kom op, we gaan effe een leesvoorstelletje in elkaar draaien!

Nee, heren, ik voel mij helemaal niet ‘bestolen’ of op ‘criminele wijze benadeeld’ en ik heb mij niet schuldig gemaakt aan ‘levensbedreigende doodsbedreigingen’ (ook hier: u moet uw woorden zorgvuldiger kiezen, het laatste is een pleonasme, wel eens van gehoord?). Ik heb mij boos gemaakt om uw evidente gebrek aan vakmanschap en bovendien om de slappe criteria bij uitgeverij Nijgh en van Ditmar.
Uw stukje is een mooi voorbeeld van glad gedraai, compleet met als grappig bedoelde uitweidingen over uw vermeende onveiligheid.

Jawel, ik schiet wel, en met scherp. De pen is machtiger dan het zwaard. Maar dat kunnen we van uw losse flodders niet zeggen.
 


© 2007 Mabel Amber meer Mabel Amber - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Taalterroristen Mabel Amber
Er is iets ergs gebeurd. Je moet je niet opwinden over erge dingen. Er gebeuren voortdurend erge dingen en wanneer je je daar voortdurend over opwindt zul je het niet lang maken. Maar het ‘erge’ waar ik het nu over wil hebben vond ik zó erg dat ik het gevoel had even te moeten stoppen met leven. Zó erg vond ik het. Het is al enige tijd geleden gebeurd maar de gevolgen, of liever het gevolg ervan bevindt zich nog onder ons.

Ik heb het nu over een boek. Een slecht boek? Een half slecht boek. Kijk, dat een schrijver een slecht boek schrijft is niet zo heel erg, bovendien: over smaak valt niet te twisten. De een vindt Shakespeare geschikt voor intelligente kleuters, de ander zal hem om die opmerking neerschieten, een derde meent dat Heleen van Royen een brede literaire stijl heeft, maar nummer vier denkt dat haar veredelde boeketreeksromannetjes, met een snufje trend en een mespuntje hip, over dik vijf jaar in het gunstigste geval vergeten zullen zijn.
Een half slecht boek zoals ik al zei, namelijk een vertaald boek. De ene helft van het boek bevat de regels van de schrijver zelf, de andere helft laat zien wat de vertalers ervan hebben gebakken. Aangebrand, te lang doorgekookt, slijmerig bovenop, niet gaar van binnen, veel te zout, ingezakt, bitter en doodgewoon mislukt eten, dat schotelen de vertalers van Bob Dylans verzen ons voor. Onze koekenbakkers heten Erik Bindervoet en Robbert-Jan Henkes en hun slachtoffer is (het levenswerk van) de begenadigde songschrijver, zanger, muzikant Bob Dylan, de troubadour die in de jaren zestig en zeventig zijn stempel op de muziek drukte.
Voor mij op tafel ligt een dik boek met op de omslag een prachtige foto van Bob - alles wat hij heeft bijgedragen aan het boek is helemaal goed, maar al het andere is meer dan helemaal fòut. Het werk is een uitgave van Nijgh&Van Ditmar en heet voluit:
Bob Dylan – LIEDTEKSTEN 1962-1973
en deze teksten zijn ofwel achteloos ofwel zorgvuldig, daar ben ik nog niet uit, verkracht door het reeds genoemd duo Bindervoet en Henkes, dat met afgewende gezichten op de achterflap staat afgebeeld. Inderdaad, als ik zulk een schandalig broddelwerkje op mijn naam zou hebben gebracht zou ik van schaamte niemand meer in de ogen durven zien.

Terzake: een vertaler dient zich zoveel mogelijk aan de tekst van het origineel te houden, alleen in het uiterste geval is het hem gepermitteerd om tot ‘hertalen’ over te gaan en dan nog is het oppassen geblazen, want voor je het weet staat er iets geheel anders en dat mag nooit en te nimmer de bedoeling zijn. De uitdrukking it loses in translation zal niet betekenen it changes in translation, waarvan akte. Door het al dan niet opzettelijke gerotzooi van Bindervoet & Henkes it does indeed change in translation, overal en aldoor. Voorbeeld (pg. 239): ‘Subterranean homesickblues’ ... waarom vertaald als ‘Onderzeese heimwee blues’? Want ‘subterranean’ betekent ‘ondergronds’ en niet ‘onderzees’. Waarom in godsnaam??
Waarom is, in hetzelfde lied, een’trenchcoat’ ineens ‘stofjas’? Want een ‘trenchcoat’ is een ‘regenjas’ maar je kunt het ook onvertaald laten, een ingeburgerde aanduiding voor een alom bekend kledingstuk. ‘I’m on the pavement’ (nog steeds dezelfde tekst) wordt vertaald als ‘Ik sta op het schoolplein’, waarom??
Nu een paar voorbeelden uit ‘Maggie’s Farm’(pg. 245): de titel wordt omgedoopt tot ‘Greta’s stal’, waarom? Van eigennamen dien je zoveel mogelijk af te blijven, en hoezo eigenlijk ‘stal’??
‘I ain’t gonna work on Maggie’s farm no more’ luidt in deze gruwelijke vertaling ‘Ik staak nou me werk in Greta‘s stal voorgoed’... Maar ‘I ain’t’ is straattaal, dat kun je van ‘staak’ niet zeggen. Ik kan wel -tig alternatieven verzinnen die alle Dylans regels beter zouden weergeven.

En voorts: steeds worden woorden en begrippen uit de originele teksten gewoon weggelaten, alsof het niks is. ‘It’s a shame the way she makes me scrub the floor’ wordt ‘Op de vloer die ik van haar schrobben moet ‘; nergens staat een verwijzing naar het kennelijk schandalige van Maggie‘s eisen.
Ik kan wel doorgaan en doorgaan, maar daarvoor biedt dit magazine geen ruimte en trouwens, nergens nooit niet is genoeg plaats om al het onjuiste in deze vertaling aan te halen. Elke vertaalde song verliest de bodem en de naden scheuren wanneer je hem optilt, net als een verkeerd geprepareerde vuilniszak.
Nog één voorbeeld uit de tien vuilniszakken vol Binderrvoet & Henkes, ook uit Maggie’s Farm: ‘She’s sixty-eight but she says she’s twenty-four´, wordt vertaald als: ´Ze is heel gemeen maar ze zegt0406VG LitMA ik doe toch goed´ …… Ja?
Het is kiezen uit twee mogelijkheden om deze absurde, kant noch wal rakende vertaling te verklaren: A. onze beide vertalers hebben werkelijk ontzèttend hun best gedaan, zich van hun falen in de verste verte niet bewust, voorzien van evenveel vakbekwaamheid als een eerstejaars VMBO-leerling (met excuses aan de laatste plus de kanttekening dat hij of zij het er misschien nog wel beter had afgebracht ook), en mogelijkheid B: ons duo heeft zich er met een jantje-van-leiden afgemaakt en maar wat neergezet, onder het motto ‘maakt niet uit, als er maar wat staat joh!´
In dat geval zijn de heren Bindervoet en Henkes twee taalkundige terroristen, hondsbrutaal en arrogant bovendien, die kennelijk menen dat ze er wel mee weg kunnen komen.
En bij Nijgh & Van Ditmar lukt dat wonderwel! Degeen die ‘erover’ gaat aldaar schijnt het allemaal prachtig te vinden, hetzij uit onverschilligheid of misschien omdat er, jawel hooggeacht publiek, omdat er Bindervoet & Henkes op staat, kan-ie? Ja! hij kan, kassa!!
Te vrezen valt voor de toekomst want op het programma staat voorts: ’Liedteksten 1974-2001, Forever Young’. Doelwit, wéér Bob Dylan.

Nee, het kan absoluut niet! Deze vertaling stinkt en ik zou hem nog niet bij mijn andere vuilnis willen dumpen, ik zou hun rotte geklooi, een smet op het blazoen van Bob Dylan, het liefst in een bak vol ongebluste kalk willen laten verteren, tot hun laatste foute regel van de aardbodem is verdwenen. Helaas bestaan er geen celstraffen voor taalterroristen.
 
******************************************
Literatuur en beeldende kunst onder één dak
bij Buddenbrooks aan het Noordeinde in Den Haag.
 
Reactie
 
GLAD
Er is iets leuks gebeurd. Mijn artikeltje ‘Taalterroristen’ werd beantwoord door de ‘daders’, in NRC/Handelsblad van 9 februari 2007. Zij hebben hierop ingespeeld door de achternamen van mij en hun andere critici aan te duiden met een initiaal, net als bij verdachten in de krant. Tenzij dit gebruikelijk is in literaire kringen, ik denk eigenlijk van niet.
Maar goed, wat staat er in hun verweer ? Kwalijke suggesties, dat ten eerste. Zij beweren dat ik beweer dat mijn held zou zijn verkracht, Bob Dylan in dit geval. Neen, zijn werk werd verkracht, dat is toch een wezenlijk verschil. Punt twee: ik heb nergens bedreigingen aan het adres van de heren Bindervoet en Henkes geuit. Mijn gal betrof, alweer, hun werk, wat ik inderdaad in krachtige bewoordingen heb verwenst. Nergens staat te lezen dat ik hen op enigerlei wijze zou toetakelen of anderszins benadelen. U moet wel goed lezen heren, niet alleen wanneer u achter de vertaaltafel zit maar ook wanneer u kritieken leest! Zorgvuldigheid is een eerste vereiste voor hen die omgaan met het woord. (Afkloppen.)

En verder: wat zijn dit voor kreten: ‘Vertalie’, ‘Bewerkie’? Denken zij hiermee hun stijl op te leuken? Kennelijk. Maar leest nogal vermoeiend. Doet mij denken aan de schrijfsels van scholieren in de schoolkrant; voor hen een pardonabele jeugdzonde die z’n charme heeft, maar scribenten die al twintig jaar op z’n minst niet meer in de schoolbanken zitten moeten dit ‘ludieke’ idioom toch wel inmiddels zijn ontgroeid.

Weer verder: wat is dit voor halfzachte nonsens: een ‘leesvoorstel’?? Hiermee suggereren zij dat zij zich van enige verantwoordelijkheid voor hun inspanning ontslaan. Het is ‘maar’ een voorstel, nietwaar, ze hebben er niets mee bedoeld, ze gooien maar een balletje op, meer niet. In elk geval geven zij zich aldus wel bloot, want hun slechte vertaling leest inderdaad als een klusje wat ze tussen neus en lippen door op een paar verregende zondagmiddagen hebben geklaard. Omdat ze toch niets beters te doen hadden. Kom op, we gaan effe een leesvoorstelletje in elkaar draaien!

Nee, heren, ik voel mij helemaal niet ‘bestolen’ of op ‘criminele wijze benadeeld’ en ik heb mij niet schuldig gemaakt aan ‘levensbedreigende doodsbedreigingen’ (ook hier: u moet uw woorden zorgvuldiger kiezen, het laatste is een pleonasme, wel eens van gehoord?). Ik heb mij boos gemaakt om uw evidente gebrek aan vakmanschap en bovendien om de slappe criteria bij uitgeverij Nijgh en van Ditmar.
Uw stukje is een mooi voorbeeld van glad gedraai, compleet met als grappig bedoelde uitweidingen over uw vermeende onveiligheid.

Jawel, ik schiet wel, en met scherp. De pen is machtiger dan het zwaard. Maar dat kunnen we van uw losse flodders niet zeggen.
 
© 2007 Mabel Amber
powered by CJ2