archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Een rustig mens delen printen terug
Amal Farhane Willem Minderhout

0716BS Amal
'Ik begrijp niet dat die meiden het laten gebeuren.'

Amal zit in het derde jaar van de opleiding Bestuurskunde en Overheidsmanagement. Ze heeft momenteel een leerarbeidsplaats bij Rijkswaterstaat in Lelystad. Omdat ze in mijn coachgroepje (leerkring) zit moet ik haar af en toe bezoeken. Na afloop van het gesprek blijkt dat ze nog naar school moet. Ze biedt me een lift aan in haar auto-tje. Een uitgelezen moment om haar te interviewen dient zich aan.
Amal is een prachtige jongedame van Marokkaanse afkomst die me van begin af aan was opgevallen. In innige samenwerking met haar hartsvriendinnen Jacqueline de Rooij en Ahlam Amrani is ze heel serieus en gedreven met haar studie bezig. Niet dat de dames alleen maar serieus zijn, want er wordt ook veel lol gemaakt.

'Die vriendschap met Jacqueline en Ahlam was er echt niet vanaf het begin. Ik woon in Heerhugowaard en in het begin kwam ik alleen naar school om de lessen te volgen. Ik wilde helemaal geen kennissen, ik wilde alleen maar studeren. Jacqueline vond ik in het begin zelfs nogal irritant. Ze is altijd zo vreselijk druk met van alles en nog wat. Nu vind ik dat juist leuk. Op een gegeven moment leer je toch je medestudenten kennen en dan is het wel erg leuk om wat meer samen op te trekken. Er zijn veel studenten waar ik het mee kan vinden, maar die meiden zijn toch wel heel speciaal. Ahlam heeft min of meer dezelfde achtergrond als ik. We worstelen met dezelfde dingen. Jacqueline is gewoon een heerlijk mens. Ze heeft overal een mening over, maar ze is heel ruimdenkend en neemt iedereen zoals hij is. Ik heb die steun wel nodig. Mijn ouders zijn gescheiden en dat kan ik maar moeilijk accepteren. Ik weet ook nog niet precies wat ik wil met mijn leven. Het is fijn dat ik over dat soort dingen met ze kan praten.

Ik ben geboren in Heerhugowaard. Mijn moeder is Arabisch en mijn vader is een Berber. Je hoort nu veel verhalen dat Marokkaanse Arabieren en Berbers het niet met elkaar zouden kunnen vinden. Daar kan ik me niets bij voorstellen. Het is in ieder geval niet de reden dat mijn ouders gescheiden zijn.
Mijn moeder woont hier al vanaf haar twaalfde. Mijn opa werkte bij Hoogovens en mijn oma bij een kaasfabriek. Mijn moeder heeft de Mavo gedaan en is momenteel operationeel directeur van een schoonmaakbedrijf. Ze stuurt zo’n driehonderdvijftig mensen aan! Mijn vader kwam hier op zijn twintigste zijn geluk zoeken. Hij werkt als productiemedewerker bij een drukkerij. Als ik al die verhalen hoor over de ‘kosten van de allochtonen’ dan kan ik me daar persoonlijk niets bij voorstellen. Dat gaat in ieder geval niet over ons.

Thuis spreken we Arabisch. Berbers spreek ik niet. Ik weet eigenlijk niet precies hoe ik Nederlands heb geleerd, maar we woonden als enige Marokkaanse gezin in die buurt, dus het zal wel spelenderwijs gebeurd zijn. Ik heb in ieder geval nooit een taalachterstand gehad. En mijn tijd op de basisschool was gewoon leuk.
Ik kreeg een VMBO-advies. Dat vond ik een ramp. Ik wilde minstens Havo doen. Mijn moeder heeft me toen uitgelegd dat je na het VMBO door kan stromen. Vanaf dat moment heb ik me er bij neergelegd. Ik wist toen al dat ik uiteindelijk naar het HBO wilde.
Op het VMBO en later op het MBO in Alkmaar kwam ik andere kinderen van ‘gastarbeiders’ en vluchtelingen tegen. Dat vond ik een verrijking. Vooral de omgang met andere Marokkaanse meiden vond ik prettig. We deelden dezelfde ervaringen. Niet uit mogen gaan, bijvoorbeeld. Ik verzette me daar niet echt tegen. Ja, huilen! Verder niet. Ik was altijd een heel braaf meisje.

Je gaat je op die leeftijd natuurlijk toch afvragen wie je nu eigenlijk bent. We gingen vrijwel elk jaar naar Marokko. Dat vond ik enerzijds leuk, maar aan de andere kant voelde ik me daar een vreemde eend in de bijt. Ik dat dorp van mijn moeder zie je vrijwel geen vrouwen op straat. En je moet op de grond zitten. Dat moet je dan ook nog een beetje netjes doen, want anders krijg je aanmerkingen. Mijn moeder siste dan altijd tegen me: ‘Pas je nou maar aan, over drie dagen zijn we weer weg en dan kan je doen en laten wat je wilt.’ Dat deed ik dan maar. Je komt er zo wel achter dat je heel erg Nederlands geworden bent.

Ik heb in die tijd ook met het geloof geworsteld. Was ik wel een moslim? Ik was wel naar de Koranschool geweest, maar dat had eigenlijk nooit zo’n indruk op me gemaakt. Dat hoorde er gewoon bij. Ik heb toen veel gesprekken gevoerd met een vrouw die me wegwijs in de Islam heeft gemaakt. Uiteindelijk ben ik tot de conclusie gekomen dat ik wel degelijk moslim ben. Op mijn manier. Voor mij is de kern van het geloof dat je goed bent voor anderen. Naastenliefde. Bij terreur uit naam van het geloof kan ik me niets voorstellen. Ik heb overwogen om een hoofddoek te dragen, alleen nu heb ik die behoefte niet meer. Ik sluit niet uit dat ik ooit weer een hoofddoek zal dragen. Maar dat zal dan mijn besluit zijn, niet omdat een man dat van me zal eisen. Met superorthodoxe Moslims discussieer ik niet meer. Dat heeft geen zin. Zij weten alles zo zeker. Voor mij zijn weten en geloven twee gescheiden zaken.

De scheiding van mijn ouders kwam eigenlijk niet als een verrassing. Mijn moeder had al vaker gezegd dat ze niet oud wilde worden met mijn vader. Toen het menens werd was het toch een schok. Als kind wil je dat het gezin bij elkaar blijft. Toch begrijp ik mijn moeder wel. Zij heeft zich ontwikkeld en wil verder in het leven. Mijn vader vond het wel best. Hij gaat naar zijn werk, komt thuis en kijkt TV. In het weekeinde gaat hij naar de rommelmarkt en bezoekt hij Marokkaanse vrienden. Dat vond mijn moeder allemaal veel te beperkt.
De scheiding heeft wel een knauw gegeven aan mijn geloof in de liefde. Ik zit daar heel dubbel in. Ik zie zoveel vrouwen die zich in een ongelukkig huwelijk storten. Ze doen het zichzelf aan! Als ze getrouwd zijn dan doen ze ineens helemaal niets meer omdat dat zogenaamd niet mag van hun man. Daar zijn ze toch zelf bij! Ik begrijp niet dat die meiden het laten gebeuren. Als je zo’n kerel altijd zijn zin geeft houd je zelf geen leven meer over.

Eigenlijk weet ik momenteel helemaal nog niet precies wat ik met mijn leven wil. Mijn grote droom, het HBO halen, is me gelukt. Dat was wel een schok, want ik moest ineens echt hard gaan leren. Gelukkig bleek me dat best goed af te gaan. Mijn studie afmaken is nu prioriteit. En dan zien we wel weer wat het leven me te bieden heeft.’
 
******************************
Abonneert u op de Nieuwsbrief.


© 2010 Willem Minderhout meer Willem Minderhout - meer "Een rustig mens" -
Beschouwingen > Een rustig mens
Amal Farhane Willem Minderhout
0716BS Amal
'Ik begrijp niet dat die meiden het laten gebeuren.'

Amal zit in het derde jaar van de opleiding Bestuurskunde en Overheidsmanagement. Ze heeft momenteel een leerarbeidsplaats bij Rijkswaterstaat in Lelystad. Omdat ze in mijn coachgroepje (leerkring) zit moet ik haar af en toe bezoeken. Na afloop van het gesprek blijkt dat ze nog naar school moet. Ze biedt me een lift aan in haar auto-tje. Een uitgelezen moment om haar te interviewen dient zich aan.
Amal is een prachtige jongedame van Marokkaanse afkomst die me van begin af aan was opgevallen. In innige samenwerking met haar hartsvriendinnen Jacqueline de Rooij en Ahlam Amrani is ze heel serieus en gedreven met haar studie bezig. Niet dat de dames alleen maar serieus zijn, want er wordt ook veel lol gemaakt.

'Die vriendschap met Jacqueline en Ahlam was er echt niet vanaf het begin. Ik woon in Heerhugowaard en in het begin kwam ik alleen naar school om de lessen te volgen. Ik wilde helemaal geen kennissen, ik wilde alleen maar studeren. Jacqueline vond ik in het begin zelfs nogal irritant. Ze is altijd zo vreselijk druk met van alles en nog wat. Nu vind ik dat juist leuk. Op een gegeven moment leer je toch je medestudenten kennen en dan is het wel erg leuk om wat meer samen op te trekken. Er zijn veel studenten waar ik het mee kan vinden, maar die meiden zijn toch wel heel speciaal. Ahlam heeft min of meer dezelfde achtergrond als ik. We worstelen met dezelfde dingen. Jacqueline is gewoon een heerlijk mens. Ze heeft overal een mening over, maar ze is heel ruimdenkend en neemt iedereen zoals hij is. Ik heb die steun wel nodig. Mijn ouders zijn gescheiden en dat kan ik maar moeilijk accepteren. Ik weet ook nog niet precies wat ik wil met mijn leven. Het is fijn dat ik over dat soort dingen met ze kan praten.

Ik ben geboren in Heerhugowaard. Mijn moeder is Arabisch en mijn vader is een Berber. Je hoort nu veel verhalen dat Marokkaanse Arabieren en Berbers het niet met elkaar zouden kunnen vinden. Daar kan ik me niets bij voorstellen. Het is in ieder geval niet de reden dat mijn ouders gescheiden zijn.
Mijn moeder woont hier al vanaf haar twaalfde. Mijn opa werkte bij Hoogovens en mijn oma bij een kaasfabriek. Mijn moeder heeft de Mavo gedaan en is momenteel operationeel directeur van een schoonmaakbedrijf. Ze stuurt zo’n driehonderdvijftig mensen aan! Mijn vader kwam hier op zijn twintigste zijn geluk zoeken. Hij werkt als productiemedewerker bij een drukkerij. Als ik al die verhalen hoor over de ‘kosten van de allochtonen’ dan kan ik me daar persoonlijk niets bij voorstellen. Dat gaat in ieder geval niet over ons.

Thuis spreken we Arabisch. Berbers spreek ik niet. Ik weet eigenlijk niet precies hoe ik Nederlands heb geleerd, maar we woonden als enige Marokkaanse gezin in die buurt, dus het zal wel spelenderwijs gebeurd zijn. Ik heb in ieder geval nooit een taalachterstand gehad. En mijn tijd op de basisschool was gewoon leuk.
Ik kreeg een VMBO-advies. Dat vond ik een ramp. Ik wilde minstens Havo doen. Mijn moeder heeft me toen uitgelegd dat je na het VMBO door kan stromen. Vanaf dat moment heb ik me er bij neergelegd. Ik wist toen al dat ik uiteindelijk naar het HBO wilde.
Op het VMBO en later op het MBO in Alkmaar kwam ik andere kinderen van ‘gastarbeiders’ en vluchtelingen tegen. Dat vond ik een verrijking. Vooral de omgang met andere Marokkaanse meiden vond ik prettig. We deelden dezelfde ervaringen. Niet uit mogen gaan, bijvoorbeeld. Ik verzette me daar niet echt tegen. Ja, huilen! Verder niet. Ik was altijd een heel braaf meisje.

Je gaat je op die leeftijd natuurlijk toch afvragen wie je nu eigenlijk bent. We gingen vrijwel elk jaar naar Marokko. Dat vond ik enerzijds leuk, maar aan de andere kant voelde ik me daar een vreemde eend in de bijt. Ik dat dorp van mijn moeder zie je vrijwel geen vrouwen op straat. En je moet op de grond zitten. Dat moet je dan ook nog een beetje netjes doen, want anders krijg je aanmerkingen. Mijn moeder siste dan altijd tegen me: ‘Pas je nou maar aan, over drie dagen zijn we weer weg en dan kan je doen en laten wat je wilt.’ Dat deed ik dan maar. Je komt er zo wel achter dat je heel erg Nederlands geworden bent.

Ik heb in die tijd ook met het geloof geworsteld. Was ik wel een moslim? Ik was wel naar de Koranschool geweest, maar dat had eigenlijk nooit zo’n indruk op me gemaakt. Dat hoorde er gewoon bij. Ik heb toen veel gesprekken gevoerd met een vrouw die me wegwijs in de Islam heeft gemaakt. Uiteindelijk ben ik tot de conclusie gekomen dat ik wel degelijk moslim ben. Op mijn manier. Voor mij is de kern van het geloof dat je goed bent voor anderen. Naastenliefde. Bij terreur uit naam van het geloof kan ik me niets voorstellen. Ik heb overwogen om een hoofddoek te dragen, alleen nu heb ik die behoefte niet meer. Ik sluit niet uit dat ik ooit weer een hoofddoek zal dragen. Maar dat zal dan mijn besluit zijn, niet omdat een man dat van me zal eisen. Met superorthodoxe Moslims discussieer ik niet meer. Dat heeft geen zin. Zij weten alles zo zeker. Voor mij zijn weten en geloven twee gescheiden zaken.

De scheiding van mijn ouders kwam eigenlijk niet als een verrassing. Mijn moeder had al vaker gezegd dat ze niet oud wilde worden met mijn vader. Toen het menens werd was het toch een schok. Als kind wil je dat het gezin bij elkaar blijft. Toch begrijp ik mijn moeder wel. Zij heeft zich ontwikkeld en wil verder in het leven. Mijn vader vond het wel best. Hij gaat naar zijn werk, komt thuis en kijkt TV. In het weekeinde gaat hij naar de rommelmarkt en bezoekt hij Marokkaanse vrienden. Dat vond mijn moeder allemaal veel te beperkt.
De scheiding heeft wel een knauw gegeven aan mijn geloof in de liefde. Ik zit daar heel dubbel in. Ik zie zoveel vrouwen die zich in een ongelukkig huwelijk storten. Ze doen het zichzelf aan! Als ze getrouwd zijn dan doen ze ineens helemaal niets meer omdat dat zogenaamd niet mag van hun man. Daar zijn ze toch zelf bij! Ik begrijp niet dat die meiden het laten gebeuren. Als je zo’n kerel altijd zijn zin geeft houd je zelf geen leven meer over.

Eigenlijk weet ik momenteel helemaal nog niet precies wat ik met mijn leven wil. Mijn grote droom, het HBO halen, is me gelukt. Dat was wel een schok, want ik moest ineens echt hard gaan leren. Gelukkig bleek me dat best goed af te gaan. Mijn studie afmaken is nu prioriteit. En dan zien we wel weer wat het leven me te bieden heeft.’
 
******************************
Abonneert u op de Nieuwsbrief.
© 2010 Willem Minderhout
powered by CJ2