archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Poëtisch delen printen terug
Fijne vakantie* Reinier van Delden

2120VG Fijne vakantieIk zei dat ik in het buitenland zat.
Blijkbaar had ik die behoefte.
Nou zat ik inderdaad echt in het buitenland.
Maar er was geen reden om het te zeggen.
Toch zei ik het.
Ja, u moet weten, zei ik.
Ik zit in het buitenland.
De vrouw aan de telefoon reageerde niet.
Ze nam het voor kennisgeving aan.
Ze deed gewoon haar werk.
Vroeg naar mijn naam.
En mijn adres.
Wat ze altijd moeten vragen wanneer je belt.
Het ging om een tandartsafspraak.
Of de kaakchirurg om precies te zijn.
Twee kiezen moeten er worden getrokken.
En ik had het terugbellen steeds uitgesteld.
Dus toen ik in het buitenland zat, bedacht ik het mij opeens.
Oh ja, ik moet nog bellen.
Ik vond het zelf wel wat hebben.
Dat bellen vanuit het buitenland.
Ik zit in Frankrijk, zei ik.
En ik herhaalde het nog een keer.
In Frankrijk!
Alsof het heel wat was.
Dat ik dan in Frankrijk zat en zij in Nederland.
Ik was een zakenman zogenaamd.
Die achteloos even belde.
Met zijn mobiele telefoon.
Dat gegeven vond ik gewoon wat hebben.
Ik zei natuurlijk niet dat ik in een hotel zat waar ik de douche en het toilet moest delen.
Dat zei ik er allemaal niet bij.
Nee, zei ik, ik zit in het buitenland!
In Frankrijk!
En ik bleef het maar herhalen.
Ik kon er geen genoeg van krijgen.
Ik was de man die onderweg was.
Altijd druk.
En tussendoor belde hij even naar Nederland.
Vanuit Parijs.
En dat zei ik dan ook weer.
Dat ik in Parijs zat.
In Frankrijk!
Alsof die vrouw aan de telefoon niet wist waar Parijs lag.
Ze bleef professioneel.
Zakelijk.
Vatte het gesprek nog even samen.
29 juli.
Kwart voor tien.
Voor meneer van Delden uit Meppel.
Uit Meppel ja, zei ik.
En ze wenste mij nog een fijne vakantie.

----------

Het plaatje is van Marcia Meerum Terwogt.
Meer informatie: marciamt72@gmail.com


© 2024 Reinier van Delden meer Reinier van Delden - meer "Poëtisch" -
Vermaak en Genot > Poëtisch
Fijne vakantie* Reinier van Delden
2120VG Fijne vakantieIk zei dat ik in het buitenland zat.
Blijkbaar had ik die behoefte.
Nou zat ik inderdaad echt in het buitenland.
Maar er was geen reden om het te zeggen.
Toch zei ik het.
Ja, u moet weten, zei ik.
Ik zit in het buitenland.
De vrouw aan de telefoon reageerde niet.
Ze nam het voor kennisgeving aan.
Ze deed gewoon haar werk.
Vroeg naar mijn naam.
En mijn adres.
Wat ze altijd moeten vragen wanneer je belt.
Het ging om een tandartsafspraak.
Of de kaakchirurg om precies te zijn.
Twee kiezen moeten er worden getrokken.
En ik had het terugbellen steeds uitgesteld.
Dus toen ik in het buitenland zat, bedacht ik het mij opeens.
Oh ja, ik moet nog bellen.
Ik vond het zelf wel wat hebben.
Dat bellen vanuit het buitenland.
Ik zit in Frankrijk, zei ik.
En ik herhaalde het nog een keer.
In Frankrijk!
Alsof het heel wat was.
Dat ik dan in Frankrijk zat en zij in Nederland.
Ik was een zakenman zogenaamd.
Die achteloos even belde.
Met zijn mobiele telefoon.
Dat gegeven vond ik gewoon wat hebben.
Ik zei natuurlijk niet dat ik in een hotel zat waar ik de douche en het toilet moest delen.
Dat zei ik er allemaal niet bij.
Nee, zei ik, ik zit in het buitenland!
In Frankrijk!
En ik bleef het maar herhalen.
Ik kon er geen genoeg van krijgen.
Ik was de man die onderweg was.
Altijd druk.
En tussendoor belde hij even naar Nederland.
Vanuit Parijs.
En dat zei ik dan ook weer.
Dat ik in Parijs zat.
In Frankrijk!
Alsof die vrouw aan de telefoon niet wist waar Parijs lag.
Ze bleef professioneel.
Zakelijk.
Vatte het gesprek nog even samen.
29 juli.
Kwart voor tien.
Voor meneer van Delden uit Meppel.
Uit Meppel ja, zei ik.
En ze wenste mij nog een fijne vakantie.

----------

Het plaatje is van Marcia Meerum Terwogt.
Meer informatie: marciamt72@gmail.com
© 2024 Reinier van Delden
powered by CJ2