archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Lopen delen printen terug
De toegewijde tobber Frits Hoorweg

0311BZ Lopen
Als U dit leest is de lente waarschijnlijk gearriveerd, maar op vrijdag 17 maart was het nog niet zover. Het leek mij hoog tijd dat er eens een eind aan de winter kwam. Zat het chagrijn alleen maar in mijn hoofd of was er ook objectief gezien reden om te klagen? Later thuis sloeg ik het Natuurdagboek van Nescio er op na en zag dat er 50 jaar geleden half maart steevast sprake was van een fijn zonnetje en blauwe luchten. En ik kan u verzekeren dat die Nescio geen vrolijke Frans was die de wereld mooier voorstelde dan hij was. Hoe zit dat eigenlijk met de voorspelde opwarming van de aarde? Misschien kloppen de berichten dat het eerst kouder wordt alvorens de wereld aan de kook wordt gebracht door onze broeikasgassen. Het kan ook zijn dat we in snel tempo afstevenen op een nieuwe ijstijd en dat het weinig uitmaakt wat wij doen en laten. David Lodge (een Engelse auteur) heeft eens ergens geschreven dat het voor de echte toegewijde tobber nooit te laat is om zich zorgen te maken.

Ik was in Den Dolder uit de trein gestapt en had meteen beschutting gezocht in Café de Egelantier. Drie mannen hingen er tegen de bar aan en spraken op gedempte toon over ditjes en datjes met de mevrouw er achter. Het viel mij op dat er blijkbaar tot in Den Dolder Utrechts gesproken wordt, een taal die zich trouwens goed leent voor het bespreken van ditjes en datjes. Ik bezocht het toilet, dronk koffie en bestudeerde mijn routebeschrijving. Die had ik uit een boek gehaald dat Spoorzoeken heet. Mooi boek, het ligt inmiddels in de ramsj, maar niet omdat de kwaliteit van de tekst en de plaatjes tekortschiet. Kees Volkers, de schrijver, doet verslag van zijn speurtochten naar in onbruik geraakte en vaak ook opgebroken spoorlijnen. Tussen Bilthoven en Zeist hebben ooit treinen gereden; van 1901 tot 1961 om precies te zijn, maar na de Tweede Wereldoorlog waren het alleen nog maar goederentreinen. Het was mijn bedoeling om een wandeling te maken over en langs de restanten van die spoorlijn.

Van Den Dolder liep ik naar het Zuiden. Even voor Bilthoven hield ik links aan en kwam in een nieuwbouwwijkje terecht met fantasieloze rechthoekige huizen. Lag het alleen aan het weer dat ik er treurig van werd? Bilthoven zal overigens vast een fijne woonplaats zijn. Er staan veel bomen. Ik meende zelfs vogels te horen die een nieuw repertoire aan het instuderen waren. Niet uit te sluiten is dat de wens de vader van de gedachte was. Aan het einde van het wijkje begon het fietspad naar Zeist dat is aangelegd over het talud van de voormalige spoorlijn. Het voordeel van zo’n pad is dat je niet hoeft na te denken of op een kaart te kijken. De weg wijst zich vanzelf. Maar het nadeel daarvan is dat je te veel tijd hebt om te somberen over de kou en over pijntjes die je hier en daar meent te voelen.

Is dat nou mijn maag, de milt of toch weer het hart? Ach, ik voel verder geen benauwdheid dus het zal wel meevallen. Laat ik mijn armen eens een poosje in de lucht steken, misschien gaat het dan wel over. Net als ik met deze lichaamsoefening ben begonnen komen er twee meisjes op de fiets, vanuit de tegenovergestelde richting, in mijn gezichtsveld; en ik natuurlijk in hun gezichtsveld. Ik laat mijn armen schielijk weer zakken en probeer mijzelf een passende gelaatsuitdrukking aan te meten. De vraag is natuurlijk wat een bij deze situatie passende gelaatsuitdrukking is. Ik oefen op diverse grimassen, maar wordt voor een praktijktest gespaard doordat ze beiden bij nadering de blik afwenden. Waarschijnlijk hebben ze thuis de instructie gekregen oogcontact te mijden met mannen die met hun armen omhoog door het bos lopen. Ik haal opgelucht adem. De pijn is verdwenen.

Bij een weg passeerde ik een van de hoogtepunten van deze wandeling: een houten huis dat is opgetrokken rondom een spoorwegwagon. Als je de voordeur zou binnengaan loop je, volgens mijn boek, ineens in het gangpad van een rijtuig. Verderop, aan de Amersfoortse Weg, is er weer een hoogtepunt: het oude stationsgebouwtje van Huis ter Heide. Inmiddels is het een café-restaurant en het draagt de naam Spitfire. Zo te zien was het nog in functie, maar helaas niet geopend toen ik er langs kwam. Na dit tweede hoogtepunt veranderde de wandeling sterk van karakter. Het fietspad hield op of ik was het kwijt. Er was minder natuur en meer wegen, bedrijven en huizen.

De oude spoorlijn had vroeger zijn eindpunt in het centrum van Zeist. Ik besloot door te lopen naar het station Driebergen-Zeist en probeerde een landelijke route te vinden tussen de provinciale weg en de spoorweg. Dat lukte maar zeer ten dele omdat veel grond in privé-bezit is en niet toegankelijk. Op den duur kwam ik op het fietspad langs de provinciale weg terecht. Maar niet getreurd, want in de vijver van Slot Zeist had ik het werkelijk hoogtepunt van deze wandeling aanschouwd. De kapmeeuwen bleken weer kappen te hebben! Het voorjaar is blijkbaar toch nabij.
 
***************************************************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij persoonlijke en professionele ontwikkeling
op het werk. Ga voor informatie naar: www.ijzermans.org .


© 2006 Frits Hoorweg meer Frits Hoorweg - meer "Lopen" -
Bezigheden > Lopen
De toegewijde tobber Frits Hoorweg
0311BZ Lopen
Als U dit leest is de lente waarschijnlijk gearriveerd, maar op vrijdag 17 maart was het nog niet zover. Het leek mij hoog tijd dat er eens een eind aan de winter kwam. Zat het chagrijn alleen maar in mijn hoofd of was er ook objectief gezien reden om te klagen? Later thuis sloeg ik het Natuurdagboek van Nescio er op na en zag dat er 50 jaar geleden half maart steevast sprake was van een fijn zonnetje en blauwe luchten. En ik kan u verzekeren dat die Nescio geen vrolijke Frans was die de wereld mooier voorstelde dan hij was. Hoe zit dat eigenlijk met de voorspelde opwarming van de aarde? Misschien kloppen de berichten dat het eerst kouder wordt alvorens de wereld aan de kook wordt gebracht door onze broeikasgassen. Het kan ook zijn dat we in snel tempo afstevenen op een nieuwe ijstijd en dat het weinig uitmaakt wat wij doen en laten. David Lodge (een Engelse auteur) heeft eens ergens geschreven dat het voor de echte toegewijde tobber nooit te laat is om zich zorgen te maken.

Ik was in Den Dolder uit de trein gestapt en had meteen beschutting gezocht in Café de Egelantier. Drie mannen hingen er tegen de bar aan en spraken op gedempte toon over ditjes en datjes met de mevrouw er achter. Het viel mij op dat er blijkbaar tot in Den Dolder Utrechts gesproken wordt, een taal die zich trouwens goed leent voor het bespreken van ditjes en datjes. Ik bezocht het toilet, dronk koffie en bestudeerde mijn routebeschrijving. Die had ik uit een boek gehaald dat Spoorzoeken heet. Mooi boek, het ligt inmiddels in de ramsj, maar niet omdat de kwaliteit van de tekst en de plaatjes tekortschiet. Kees Volkers, de schrijver, doet verslag van zijn speurtochten naar in onbruik geraakte en vaak ook opgebroken spoorlijnen. Tussen Bilthoven en Zeist hebben ooit treinen gereden; van 1901 tot 1961 om precies te zijn, maar na de Tweede Wereldoorlog waren het alleen nog maar goederentreinen. Het was mijn bedoeling om een wandeling te maken over en langs de restanten van die spoorlijn.

Van Den Dolder liep ik naar het Zuiden. Even voor Bilthoven hield ik links aan en kwam in een nieuwbouwwijkje terecht met fantasieloze rechthoekige huizen. Lag het alleen aan het weer dat ik er treurig van werd? Bilthoven zal overigens vast een fijne woonplaats zijn. Er staan veel bomen. Ik meende zelfs vogels te horen die een nieuw repertoire aan het instuderen waren. Niet uit te sluiten is dat de wens de vader van de gedachte was. Aan het einde van het wijkje begon het fietspad naar Zeist dat is aangelegd over het talud van de voormalige spoorlijn. Het voordeel van zo’n pad is dat je niet hoeft na te denken of op een kaart te kijken. De weg wijst zich vanzelf. Maar het nadeel daarvan is dat je te veel tijd hebt om te somberen over de kou en over pijntjes die je hier en daar meent te voelen.

Is dat nou mijn maag, de milt of toch weer het hart? Ach, ik voel verder geen benauwdheid dus het zal wel meevallen. Laat ik mijn armen eens een poosje in de lucht steken, misschien gaat het dan wel over. Net als ik met deze lichaamsoefening ben begonnen komen er twee meisjes op de fiets, vanuit de tegenovergestelde richting, in mijn gezichtsveld; en ik natuurlijk in hun gezichtsveld. Ik laat mijn armen schielijk weer zakken en probeer mijzelf een passende gelaatsuitdrukking aan te meten. De vraag is natuurlijk wat een bij deze situatie passende gelaatsuitdrukking is. Ik oefen op diverse grimassen, maar wordt voor een praktijktest gespaard doordat ze beiden bij nadering de blik afwenden. Waarschijnlijk hebben ze thuis de instructie gekregen oogcontact te mijden met mannen die met hun armen omhoog door het bos lopen. Ik haal opgelucht adem. De pijn is verdwenen.

Bij een weg passeerde ik een van de hoogtepunten van deze wandeling: een houten huis dat is opgetrokken rondom een spoorwegwagon. Als je de voordeur zou binnengaan loop je, volgens mijn boek, ineens in het gangpad van een rijtuig. Verderop, aan de Amersfoortse Weg, is er weer een hoogtepunt: het oude stationsgebouwtje van Huis ter Heide. Inmiddels is het een café-restaurant en het draagt de naam Spitfire. Zo te zien was het nog in functie, maar helaas niet geopend toen ik er langs kwam. Na dit tweede hoogtepunt veranderde de wandeling sterk van karakter. Het fietspad hield op of ik was het kwijt. Er was minder natuur en meer wegen, bedrijven en huizen.

De oude spoorlijn had vroeger zijn eindpunt in het centrum van Zeist. Ik besloot door te lopen naar het station Driebergen-Zeist en probeerde een landelijke route te vinden tussen de provinciale weg en de spoorweg. Dat lukte maar zeer ten dele omdat veel grond in privé-bezit is en niet toegankelijk. Op den duur kwam ik op het fietspad langs de provinciale weg terecht. Maar niet getreurd, want in de vijver van Slot Zeist had ik het werkelijk hoogtepunt van deze wandeling aanschouwd. De kapmeeuwen bleken weer kappen te hebben! Het voorjaar is blijkbaar toch nabij.
 
***************************************************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij persoonlijke en professionele ontwikkeling
op het werk. Ga voor informatie naar: www.ijzermans.org .
© 2006 Frits Hoorweg
powered by CJ2