archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Vermaak en Genot > Een omweg waard | ||||
Halla | Dik Kruithof | |||
Het Westfälisches Pferdemuseum is een gratis toetje - of in ons geval voorgerecht - bij de dierentuin aan de Aasee in Münster. Westfalen, de bovenste en landelijke helft van de dichtstbevolkte Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen, is het Paardenmekka van Duitsland en er is dus ook een museum aan het dier gewijd. Het museum toont de bezoeker eerst de voorgeschiedenis aan de hand van het waarschijnlijk oudste paardenras, dat inmiddels uitgestorven is. Daarna worden verwante dieren als de zebra en de ezel getoond. Via legendarische verwanten als het zeepaard en de eenhoorn kwamen we uit bij het oudste nog bestaande ras: het Przewalskipaard. Tot de collectie behoort een prachtige foto van zijn Russische naamgever Nikolai Mikailowitsch Przewalski. Dan komt de geschiedenis van het paard in Westfalen aan de orde. Het paard blijkt al zo'n tweeduizend jaar in Westfalen rond te galopperen. In de Middeleeuwen leefden paarden in zogenaamde ‘Wildbahnen’, ruige ongebruikte gebieden die bij grote landgoederen hoorden. Daar werden de voorouders van de hedendaagse Westfaalse paarden, zoals het Senner ras, gevonden. Er is een mooi overzicht van wat het dier voor deze regio heeft betekent. Eerst als werkkracht in de landbouw, daarnaast als werkpaard en rijpaard voor het leger. De laatste vijftig jaar is er vooral sprake van drie soorten rijpaarden: een betrouwbaar en vriendelijk rijpaard voor vrijetijdsrijders; een dressuurpaard en een paard voor springruiters. De Westfaal, zoals het paardenras dat hier door doelgericht fokken ontstaan is genoemd wordt, voldoet aan al deze verwachtingen. Polydor is een van de beroemdste dekhengsten uit de streek en staat levensgroot opgezet in het museum. Rijpaard, werkpaard, trekpaard: alle activiteiten met paarden zijn uitgebreid terug te vinden in documenten, vooral diploma’s en ereprijzen maar ook in voorbeelden en modellen. De mens eromheen wordt ook niet vergeten; er is een hele wand vol foto’s van de rijverenigingen waarin het paard als bindend element belangrijk is. Tot slot besteedt het museum aandacht aan de grote successen die met de paarden uit deze regio zijn behaald. Het oudste en voor mij mooiste verhaal is dat van Halla. Ik kwam haar tegen in een rijtje mooie paardenmodellen en zei voor mij zelf: 'Hans Günther Winkler met Halla!' Toen ik negen was keek ik kennelijk al naar het springen op de televisie, want toen ik het ging opzoeken kwam het weer helemaal terug. Bij de Olympische Spelen van 1956 moest Hans Günther Winkler op Halla de laatste rit rijden van het Concours Hippique voor landenploegen. Winkler was echter in een eerdere rit gewond geraakt en kon eigenlijk niet rijden en zeker niet sturen. Maar vervanging was onmogelijke en dus werd hij, zwaar verdoofd, op Halla gehesen en begonnen ze aan het rondje. Halla liep en sprong prachtig en toen de laatste moeilijke hindernis naderde kwam de commentator met de in Duitsland legendarisch geworden zin: ‘Und Halla lacht, als wüsste sie, um was es geht.’ Snelste tijd, Olympisch goud en een legende was geboren. ----------- De foto's zijn van de schrijver, achterenvolgens Polydor, Halla en het zadel van Winkler. |
||||
© 2024 Dik Kruithof | ||||
powered by CJ2 |