archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Galerie delen printen terug
Mini-exposities In Heerenveen Dik Kruithof

1802BZ Mini-expo1Museum Belvédère in Heerenveen heeft binnen de eigen collectie een aantal mini-exposities gewijd aan kunstenaars die een speciale betekenis of een speciale band hebben met het museum. Zo heeft het museum als langdurig bruikleen werk van Hendrik Werkman gekregen, dat afkomstig is uit de voormalige collectie van een vriend van Werkman, de schilder Job Hansen. Werkman was een belangrijk lid van de Groningse Kunstkring De Ploeg, had een eigen drukkerij en experimenteerde met ‘druksels’, zoals hij ze noemde, waarmee hij één van de belangrijkste grafisch kunstenaars van ons land werd.

Hier te zien is één van zijn vroegste schilderijen, een volledige serie van de vroege druksels Schoorstenen en diverse andere composities die zijn ontwikkeling laten zien. Maar ook nog al het drukwerk voor The Next Call, een tijdschrift waarmee hij in de periode 1923-1926 Groningen liet meedoen in de internationale kunstbeweging waar bij voorbeeld ook Dada een rol in speelde. Werkman stuurde zijn tijdschrift aan vooraanstaande actieve kunstenaars in Europese steden. Voor het museum is het een eerbetoon aan de particuliere verzamelaars die deze collectie hebben bewaard, zoals de dochter van Hansen dat graag wilde en daarnaast natuurlijk aan de kunstenaar Werkman, die er zijn persoonlijke vrijheid in vond.

Honderd jaar geleden overleed Jan Mankes op dertigjarige leeftijd aan de gevolgen van tbc. Hij maakte zo’n 150, meest kleine schilderijen en daarnaast nog evenveel tekeningen en prenten. Belvédère kreeg in dit jubileumjaar vier werken van Mankes van de verzamelaar Cees Röling. Twee ervan, Puttertjes in avondschemering uit 1911 en Vrouw in interieur uit 1913, had het museum al enige tijd in bruikleen. De andere twee zijn Stilleven met boek en fles en Pruimenboompje in bloei, een tot nog toe onbekend gebleven, vroeg1802BZ Mini expo schilderijtje. Het museum toont nu zestien schilderijen van Mankes bij elkaar en het is een indrukwekkende ervaring. Je wordt er stil van.

Johan Haanstra was succesvol portretschilder en docent toen hij uit Twente verhuisde naar Friesland en onder indruk van de vrijheid of weidsheid van het Friese platteland tot een heel nieuwe manier van schilderen kwam. Het zijn abstracte en kleurige schilderijen, vernoemd naar Friese dorpen. Eppie Dam schreef gedichten naar aanleiding van de schilderijen en Belvédère maakt er een mooie mini-tentoonstelling van.

De grote tentoonstelling is van Olphaert den Otter en het is de eerste (grote) overzichtsexpositie van zijn werk. Het thema Aarde en Wereld krijgt vorm in werk behorende tot vijf series schilderijen waaraan de kunstenaar werkt. Zo maakt hij ieder jaar een schilderij voor de verjaardag van zijn vrouw over een plek waar ze geweest zijn. Drie van die landschappen uit de serie ‘been there, done that’ zijn te zien. Ook zijn er 62 van de 175 kleine schilderijen uit de ‘phoebusserie’, waarin het steeds wisselende kleurenspel van lucht en licht boven een vlakke horizon wordt vastgelegd. Van ‘home made’ is de volledige serie van 20 werken te zien over behuizing op de grens van dakloosheid. ‘Een zelfgebouwde plek, soms uit vrije wil, soms gedwongen, maar altijd is er de krachtige wil tot overleving.’ Uiterst realistisch geschilderd, het zouden foto’s kunnen zijn, maar zo gaaf en mooi gemaakt dat het moeilijk bij het onderwerp lijkt te passen. Hetzelfde geldt voor de ‘postcodeserie’ van 40 werken (die allemaal te zien zijn) waarin een dakloze kijkt naar het afval dat de mensen weggooien. ‘Een pijnlijke reeks, vol creatieve vondsten op de rand van de vulkaan’ volgens de museumtekst. In ieder geval een intrigerende tentoonstelling.

--------
De plaatjes zijn van de schrijver


© 2020 Dik Kruithof meer Dik Kruithof - meer "Galerie" -
Bezigheden > Galerie
Mini-exposities In Heerenveen Dik Kruithof
1802BZ Mini-expo1Museum Belvédère in Heerenveen heeft binnen de eigen collectie een aantal mini-exposities gewijd aan kunstenaars die een speciale betekenis of een speciale band hebben met het museum. Zo heeft het museum als langdurig bruikleen werk van Hendrik Werkman gekregen, dat afkomstig is uit de voormalige collectie van een vriend van Werkman, de schilder Job Hansen. Werkman was een belangrijk lid van de Groningse Kunstkring De Ploeg, had een eigen drukkerij en experimenteerde met ‘druksels’, zoals hij ze noemde, waarmee hij één van de belangrijkste grafisch kunstenaars van ons land werd.

Hier te zien is één van zijn vroegste schilderijen, een volledige serie van de vroege druksels Schoorstenen en diverse andere composities die zijn ontwikkeling laten zien. Maar ook nog al het drukwerk voor The Next Call, een tijdschrift waarmee hij in de periode 1923-1926 Groningen liet meedoen in de internationale kunstbeweging waar bij voorbeeld ook Dada een rol in speelde. Werkman stuurde zijn tijdschrift aan vooraanstaande actieve kunstenaars in Europese steden. Voor het museum is het een eerbetoon aan de particuliere verzamelaars die deze collectie hebben bewaard, zoals de dochter van Hansen dat graag wilde en daarnaast natuurlijk aan de kunstenaar Werkman, die er zijn persoonlijke vrijheid in vond.

Honderd jaar geleden overleed Jan Mankes op dertigjarige leeftijd aan de gevolgen van tbc. Hij maakte zo’n 150, meest kleine schilderijen en daarnaast nog evenveel tekeningen en prenten. Belvédère kreeg in dit jubileumjaar vier werken van Mankes van de verzamelaar Cees Röling. Twee ervan, Puttertjes in avondschemering uit 1911 en Vrouw in interieur uit 1913, had het museum al enige tijd in bruikleen. De andere twee zijn Stilleven met boek en fles en Pruimenboompje in bloei, een tot nog toe onbekend gebleven, vroeg1802BZ Mini expo schilderijtje. Het museum toont nu zestien schilderijen van Mankes bij elkaar en het is een indrukwekkende ervaring. Je wordt er stil van.

Johan Haanstra was succesvol portretschilder en docent toen hij uit Twente verhuisde naar Friesland en onder indruk van de vrijheid of weidsheid van het Friese platteland tot een heel nieuwe manier van schilderen kwam. Het zijn abstracte en kleurige schilderijen, vernoemd naar Friese dorpen. Eppie Dam schreef gedichten naar aanleiding van de schilderijen en Belvédère maakt er een mooie mini-tentoonstelling van.

De grote tentoonstelling is van Olphaert den Otter en het is de eerste (grote) overzichtsexpositie van zijn werk. Het thema Aarde en Wereld krijgt vorm in werk behorende tot vijf series schilderijen waaraan de kunstenaar werkt. Zo maakt hij ieder jaar een schilderij voor de verjaardag van zijn vrouw over een plek waar ze geweest zijn. Drie van die landschappen uit de serie ‘been there, done that’ zijn te zien. Ook zijn er 62 van de 175 kleine schilderijen uit de ‘phoebusserie’, waarin het steeds wisselende kleurenspel van lucht en licht boven een vlakke horizon wordt vastgelegd. Van ‘home made’ is de volledige serie van 20 werken te zien over behuizing op de grens van dakloosheid. ‘Een zelfgebouwde plek, soms uit vrije wil, soms gedwongen, maar altijd is er de krachtige wil tot overleving.’ Uiterst realistisch geschilderd, het zouden foto’s kunnen zijn, maar zo gaaf en mooi gemaakt dat het moeilijk bij het onderwerp lijkt te passen. Hetzelfde geldt voor de ‘postcodeserie’ van 40 werken (die allemaal te zien zijn) waarin een dakloze kijkt naar het afval dat de mensen weggooien. ‘Een pijnlijke reeks, vol creatieve vondsten op de rand van de vulkaan’ volgens de museumtekst. In ieder geval een intrigerende tentoonstelling.

--------
De plaatjes zijn van de schrijver
© 2020 Dik Kruithof
powered by CJ2