archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Ergernissen delen printen terug
Over het gevoel van (on)geluk Haitze Meurs

1610BZ GevoelTerugkerend van een weekje Brazilië, nog met de hete Braziliaanse zon in het achterhoofd, is het verrassend te merken hoe aangenaam de temperatuur in Nederland al in februari kan zijn. Dat is des te beter merkbaar vanwege het feit dat de passagiers van de Boeing 747 met de bus naar een terminal vervoerd worden en daarom gelijk aan de buitenlucht blootgesteld. De reden hiervoor wordt me later duidelijk: de betreffende vlucht uit Brazilië geldt in vaktermen als een vuile vlucht, dat wil zeggen dat de passagiers na aankomst niet in contact mogen komen met andere reizigers op Schiphol om te voorkomen dat er goederen, lees drugs, uitgewisseld worden.

De passagiers worden derhalve via een speciale busterminal op de E-pier geleid, waar men na het overwinnen van twee roltrappen bij een sluis komt waar douanemedewerkers handmatig een eerste controle op de reisdocumenten uitvoeren. Met de reisdocumenten in mijn zwarte leren handtasje paraat, vormt dat geen probleem. Gelijk na de controle het tasje en de trolley op een bank gelegd om daar mijn bodywarmer uit te halen en aan te trekken, want alleen een overhemd met korte mouwen is toch iets te zomers. Daarna snel door naar de uitgang naar band nummer 14 voor het oppakken van de koffer. Dat is het idee.

Verrassend hoe snel de passagiers door een sluis op weg kunnen naar de bagageafhandeling. O ja, eerst nog even de balie met de marechaussees passeren. Bij een vuile vlucht doen de zelfhulploketten het niet, want men wil iedereen persoonlijk controleren. Prima georganiseerd. Het paspoort even pakken … bliksems, mijn handtasje. Op de bank laten liggen. Oeioei, paniek, dat wordt rennen voordat een ander mijn tasje met rijbewijs, paspoort, creditcards, betaalpasjes, twee portefeuilles met inhoud en nog wat nuttige zaken meeneemt. Het is niet ver, twee trappen op tot aan de enige sluis. Een metertje of twintig daarachter moet het nog liggen als alles goed is. Verboden tegen de richting in te lopen melden de borden. Ja, ammehoela, mijn tasje ligt daar voor de grijp en dat heb ik nodig. Wat een ellende als je alles moet blokkeren en weer moet aanvragen. Een schadepost van € 500,- is al snel in beeld.

Men kan zeggen van Schiphol wat men wil, maar die sluizen werken effectief. Er snel doorheen rennen mislukt doordat de laatste deur onverbiddelijk dichtklapt en mij de doorgang verspert. Mijn actie roept nogal verwarring op bij passagiers die vanaf de andere kant naar de uitgang willen en ook geblokkeerd worden. Dat moet ik anders aanpakken. Ik moet hulp inschakelen van bevoegde zijde. Er zit een knop met intercom. Gelukkig. Hulp is nabij.

Nog buiten adem leg ik het probleem voor aan de beveiliger aan de andere kant van de intercom. Aardige vrouw, maar even onverbiddelijk als de sluis. Ze verwijst me door naar de marechaussee. Mijn tasje ligt er inmiddels al een slordige 10 minuten onbeheerd, Als het er nog ligt. Ik ren terug naar de uitgang en meld me bij de balie waarachter enkele marechaussees hun werk zitten te doen: uit alle macht bewaken. Een serieus werk waar niet mee te spotten valt en dat niet door flauwekulletjes als een vergeten tasje onderbroken kan worden. In eerste instantie word ik, na uitgelegd te hebben wat me is overkomen, doorverwezen naar de afdeling gevonden voorwerpen bij de ontvangsthal. Oh, geen paspoort ook bij je? Nee, dat zeg ik. Zit ook in dat tasje. De stress slaat toe, ondertussen bekijk ik aandachtig elke passagier die bij de rij voor de paspoortcontrole aanschuift om te zien of ze mijn tasje ‘gevonden’ hebben. Niet dus.

De marechaussee besluit uiteindelijk me te helpen. Een collega wordt opgeroepen om met me mee te gaan. Gelukkig. We zijn tien angstige minuten verder als betreffende collega zich aandient. Nog even en dan weet ik hoe groot de ramp is. Dus u loopt even met mij mee? Nee hoor, ik breng u naar de juiste afdeling! Schrik o schrik. Maar de marechaussee zei dat u even met mij mee zou lopen naar de plek waar ik mijn tasje achtergelaten heb. Nee hoor, dat kan niet, daar kan ik niet komen, ik breng u daarom naar de afdeling ‘Lost & Found’. We lopen de trappen op, slaan voor de sluis linksaf en de man wijst me hoe ik bij de afdeling ‘Lost & Found’ kan komen. Ik heb grote haast, maar daar raken de securitymedewerkers niet van onder de indruk. Eerst door de bagage-controle heen. Mijn schoenen mag ik aan houden. Eindelijk, het is gelukt binnen vijf minuten. In de verte zie ik de aanduiding ‘Lost & Found’.

Drie dames bevolken de balie en zo op het oog heeft geen van drieën wat te doen. Het is een afdeling van KLM. Wat was het vluchtnummer (KL 0708) en bij welke gate bent u aangekomen? Geen idee. Alice, zoek jij even de gate op? En wat was uw stoelnummer? Ja, ho eens, ik ben het niet in het toestel kwijtgeraakt, maar in de corridor op weg naar de uitgang. Oei, dan kunnen wij niets voor u betekenen. We kunnen alleen in de toestellen zoeken. We zijn KLM en u moet bij Schiphol zijn. Wel allemachtig, dat heeft me nu ruim een half uur gekost en dan sta ik nog steeds met lege handen.
Nu mengt Corrie zich in het gesprek dat uitzichtloos begint te worden. We kunnen toch Arie vragen of hij even de route langs loopt? Wat was de gate ook al weer. A9 weet Alice te melden. OK, Arie wordt per mobilofoon opgeroepen, krijgt de case uitgelegd en gaat op pad. Eindelijk een geautoriseerd iemand die er op af gaat. Acht lange minuten later meldt Arie zich. Ik sta hier bij pier A, maar geen gate A9 te bekennen. Wat moet het zijn?

De dames slaan op tilt. Waar is de kaart van Schiphol. De kaart wordt aan een minutieus onderzoek onderworpen en eindelijk, gate A9 wordt ontdekt op de E-pier. Ergens bij E23 in de buurt. Ja, waarom ook niet. Wie zegt dat alle A-gates op de A-pier moeten liggen? Onverstoorbaar meldt Arie dat hij dan daar wel een kijkje gaat nemen. Het is een kilometertje rijden, maar we zijn er nu bijna. Zes minuten later: Arie. Eindelijk!!! En Arie, wat heb je gevonden? Arie heeft de deur van de A9-gate gevonden!! Hoera.
Helaas, die zit op slot en Arie kan er niet in. Einde speurtocht. De balie verwijst me terug naar de marechaussee, want die twee marechaussees zullen het tasje inmiddels wel gevonden hebben en afgegeven bij de balie waar ik al geweest ben. Acht minuten lopen naar de uitgang om me weer bij de marechaussee te melden. Uitgeput, maar behoorlijk kwaad en ongerust. Er is geen tasje gebracht …

Jongens, het is een probleempje van niets. Als iemand van jullie even een paar minuten met me mee loopt dan kan ik zien of er nog wat ligt. Toch een kleine moeite?
We kunnen niet van onze post weg. Niet weg? Ik zie er hier vier zitten. Vertel me niet dat er niet eentje even een paar minuten weg kan. Tja, betreffende marechaussee kon zelf ook tellen. Hij ging in overleg en trok zich terug. Eerst koffie. Wel potverd… Reeds na tien minuten komt de gezagsdrager met het verlossende bericht dat er twee collega’s met me mee zullen lopen. Hoera, eindelijk. Heeft dan wel zeker vijf kwartier geduurd, maar dan hebben we in ieder geval zekerheid. We komen al snel weer bij de bekende sluis. Wel snotverdo…, ook marechaussees kunnen een sluis niet passeren en hebben geen autorisatie om de deur ernaast open te krijgen. Wat te doen?

‘Jullie kunnen toch wel iemand mobiliseren?’ roep ik vertwijfeld. Nee, ze zouden niet weten hoe. En dan komt er toevallig een securitymedewerkster aan lopen. Eén van beide marechaussees vraagt haar of zij er wel door kan en mij even kan helpen. Het is dat de marechaussee een aardige vent is, met een  eerlijk gezicht, want hoewel het protocol zich verzet tegen alles wat op enige hulp lijkt, wil de dame wel even helpen. Ergo, ze staat de beide dienders toe even met mij mee te lopen langs de sluis om die twintig meter tot aan de bewuste bank te overbruggen. De bank is haast niet zichtbaar, want er staan circa veertig passagiers voor. Met een paar passen ben ik er en verroest … daar ligt mijn tasje. Na bijna anderhalf uur heb ik mijn tasje met volledige inhoud ongeschonden terug.
Hoe gelukzalig kun je zijn. Als ik even later, zonder gecontroleerd te zijn, Schiphol uitloop, bezit ik nog steeds precies hetzelfde als waarmee ik aangekomen ben, alleen voel ik me nu een enorme geluksvogel, met dank aan de bureaucratie en de marechaussee.

Kon je elke dag maar zo’n groot geluksgevoel meemaken …

-----
Het plaatje is van Elène Klaren


© 2019 Haitze Meurs meer Haitze Meurs - meer "Ergernissen" -
Bezigheden > Ergernissen
Over het gevoel van (on)geluk Haitze Meurs
1610BZ GevoelTerugkerend van een weekje Brazilië, nog met de hete Braziliaanse zon in het achterhoofd, is het verrassend te merken hoe aangenaam de temperatuur in Nederland al in februari kan zijn. Dat is des te beter merkbaar vanwege het feit dat de passagiers van de Boeing 747 met de bus naar een terminal vervoerd worden en daarom gelijk aan de buitenlucht blootgesteld. De reden hiervoor wordt me later duidelijk: de betreffende vlucht uit Brazilië geldt in vaktermen als een vuile vlucht, dat wil zeggen dat de passagiers na aankomst niet in contact mogen komen met andere reizigers op Schiphol om te voorkomen dat er goederen, lees drugs, uitgewisseld worden.

De passagiers worden derhalve via een speciale busterminal op de E-pier geleid, waar men na het overwinnen van twee roltrappen bij een sluis komt waar douanemedewerkers handmatig een eerste controle op de reisdocumenten uitvoeren. Met de reisdocumenten in mijn zwarte leren handtasje paraat, vormt dat geen probleem. Gelijk na de controle het tasje en de trolley op een bank gelegd om daar mijn bodywarmer uit te halen en aan te trekken, want alleen een overhemd met korte mouwen is toch iets te zomers. Daarna snel door naar de uitgang naar band nummer 14 voor het oppakken van de koffer. Dat is het idee.

Verrassend hoe snel de passagiers door een sluis op weg kunnen naar de bagageafhandeling. O ja, eerst nog even de balie met de marechaussees passeren. Bij een vuile vlucht doen de zelfhulploketten het niet, want men wil iedereen persoonlijk controleren. Prima georganiseerd. Het paspoort even pakken … bliksems, mijn handtasje. Op de bank laten liggen. Oeioei, paniek, dat wordt rennen voordat een ander mijn tasje met rijbewijs, paspoort, creditcards, betaalpasjes, twee portefeuilles met inhoud en nog wat nuttige zaken meeneemt. Het is niet ver, twee trappen op tot aan de enige sluis. Een metertje of twintig daarachter moet het nog liggen als alles goed is. Verboden tegen de richting in te lopen melden de borden. Ja, ammehoela, mijn tasje ligt daar voor de grijp en dat heb ik nodig. Wat een ellende als je alles moet blokkeren en weer moet aanvragen. Een schadepost van € 500,- is al snel in beeld.

Men kan zeggen van Schiphol wat men wil, maar die sluizen werken effectief. Er snel doorheen rennen mislukt doordat de laatste deur onverbiddelijk dichtklapt en mij de doorgang verspert. Mijn actie roept nogal verwarring op bij passagiers die vanaf de andere kant naar de uitgang willen en ook geblokkeerd worden. Dat moet ik anders aanpakken. Ik moet hulp inschakelen van bevoegde zijde. Er zit een knop met intercom. Gelukkig. Hulp is nabij.

Nog buiten adem leg ik het probleem voor aan de beveiliger aan de andere kant van de intercom. Aardige vrouw, maar even onverbiddelijk als de sluis. Ze verwijst me door naar de marechaussee. Mijn tasje ligt er inmiddels al een slordige 10 minuten onbeheerd, Als het er nog ligt. Ik ren terug naar de uitgang en meld me bij de balie waarachter enkele marechaussees hun werk zitten te doen: uit alle macht bewaken. Een serieus werk waar niet mee te spotten valt en dat niet door flauwekulletjes als een vergeten tasje onderbroken kan worden. In eerste instantie word ik, na uitgelegd te hebben wat me is overkomen, doorverwezen naar de afdeling gevonden voorwerpen bij de ontvangsthal. Oh, geen paspoort ook bij je? Nee, dat zeg ik. Zit ook in dat tasje. De stress slaat toe, ondertussen bekijk ik aandachtig elke passagier die bij de rij voor de paspoortcontrole aanschuift om te zien of ze mijn tasje ‘gevonden’ hebben. Niet dus.

De marechaussee besluit uiteindelijk me te helpen. Een collega wordt opgeroepen om met me mee te gaan. Gelukkig. We zijn tien angstige minuten verder als betreffende collega zich aandient. Nog even en dan weet ik hoe groot de ramp is. Dus u loopt even met mij mee? Nee hoor, ik breng u naar de juiste afdeling! Schrik o schrik. Maar de marechaussee zei dat u even met mij mee zou lopen naar de plek waar ik mijn tasje achtergelaten heb. Nee hoor, dat kan niet, daar kan ik niet komen, ik breng u daarom naar de afdeling ‘Lost & Found’. We lopen de trappen op, slaan voor de sluis linksaf en de man wijst me hoe ik bij de afdeling ‘Lost & Found’ kan komen. Ik heb grote haast, maar daar raken de securitymedewerkers niet van onder de indruk. Eerst door de bagage-controle heen. Mijn schoenen mag ik aan houden. Eindelijk, het is gelukt binnen vijf minuten. In de verte zie ik de aanduiding ‘Lost & Found’.

Drie dames bevolken de balie en zo op het oog heeft geen van drieën wat te doen. Het is een afdeling van KLM. Wat was het vluchtnummer (KL 0708) en bij welke gate bent u aangekomen? Geen idee. Alice, zoek jij even de gate op? En wat was uw stoelnummer? Ja, ho eens, ik ben het niet in het toestel kwijtgeraakt, maar in de corridor op weg naar de uitgang. Oei, dan kunnen wij niets voor u betekenen. We kunnen alleen in de toestellen zoeken. We zijn KLM en u moet bij Schiphol zijn. Wel allemachtig, dat heeft me nu ruim een half uur gekost en dan sta ik nog steeds met lege handen.
Nu mengt Corrie zich in het gesprek dat uitzichtloos begint te worden. We kunnen toch Arie vragen of hij even de route langs loopt? Wat was de gate ook al weer. A9 weet Alice te melden. OK, Arie wordt per mobilofoon opgeroepen, krijgt de case uitgelegd en gaat op pad. Eindelijk een geautoriseerd iemand die er op af gaat. Acht lange minuten later meldt Arie zich. Ik sta hier bij pier A, maar geen gate A9 te bekennen. Wat moet het zijn?

De dames slaan op tilt. Waar is de kaart van Schiphol. De kaart wordt aan een minutieus onderzoek onderworpen en eindelijk, gate A9 wordt ontdekt op de E-pier. Ergens bij E23 in de buurt. Ja, waarom ook niet. Wie zegt dat alle A-gates op de A-pier moeten liggen? Onverstoorbaar meldt Arie dat hij dan daar wel een kijkje gaat nemen. Het is een kilometertje rijden, maar we zijn er nu bijna. Zes minuten later: Arie. Eindelijk!!! En Arie, wat heb je gevonden? Arie heeft de deur van de A9-gate gevonden!! Hoera.
Helaas, die zit op slot en Arie kan er niet in. Einde speurtocht. De balie verwijst me terug naar de marechaussee, want die twee marechaussees zullen het tasje inmiddels wel gevonden hebben en afgegeven bij de balie waar ik al geweest ben. Acht minuten lopen naar de uitgang om me weer bij de marechaussee te melden. Uitgeput, maar behoorlijk kwaad en ongerust. Er is geen tasje gebracht …

Jongens, het is een probleempje van niets. Als iemand van jullie even een paar minuten met me mee loopt dan kan ik zien of er nog wat ligt. Toch een kleine moeite?
We kunnen niet van onze post weg. Niet weg? Ik zie er hier vier zitten. Vertel me niet dat er niet eentje even een paar minuten weg kan. Tja, betreffende marechaussee kon zelf ook tellen. Hij ging in overleg en trok zich terug. Eerst koffie. Wel potverd… Reeds na tien minuten komt de gezagsdrager met het verlossende bericht dat er twee collega’s met me mee zullen lopen. Hoera, eindelijk. Heeft dan wel zeker vijf kwartier geduurd, maar dan hebben we in ieder geval zekerheid. We komen al snel weer bij de bekende sluis. Wel snotverdo…, ook marechaussees kunnen een sluis niet passeren en hebben geen autorisatie om de deur ernaast open te krijgen. Wat te doen?

‘Jullie kunnen toch wel iemand mobiliseren?’ roep ik vertwijfeld. Nee, ze zouden niet weten hoe. En dan komt er toevallig een securitymedewerkster aan lopen. Eén van beide marechaussees vraagt haar of zij er wel door kan en mij even kan helpen. Het is dat de marechaussee een aardige vent is, met een  eerlijk gezicht, want hoewel het protocol zich verzet tegen alles wat op enige hulp lijkt, wil de dame wel even helpen. Ergo, ze staat de beide dienders toe even met mij mee te lopen langs de sluis om die twintig meter tot aan de bewuste bank te overbruggen. De bank is haast niet zichtbaar, want er staan circa veertig passagiers voor. Met een paar passen ben ik er en verroest … daar ligt mijn tasje. Na bijna anderhalf uur heb ik mijn tasje met volledige inhoud ongeschonden terug.
Hoe gelukzalig kun je zijn. Als ik even later, zonder gecontroleerd te zijn, Schiphol uitloop, bezit ik nog steeds precies hetzelfde als waarmee ik aangekomen ben, alleen voel ik me nu een enorme geluksvogel, met dank aan de bureaucratie en de marechaussee.

Kon je elke dag maar zo’n groot geluksgevoel meemaken …

-----
Het plaatje is van Elène Klaren
© 2019 Haitze Meurs
powered by CJ2