archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Vermaak en Genot > Een omweg waard | ||||
De Kaap, koloniale herinneringen (15) | Frits Hoorweg | |||
Wie naar het Rijksmuseum gaat voor de tentoonstelling ‘Goede Hoop, Zuid-Afrika en Nederland vanaf 1600’ (t/m 21 mei a.s.) zou eigenlijk eerst het boek van Luc Panhuysen over Robert Jacob Gordon (1743-1795) moeten lezen. Diens verzameling kaarten en tekeningen vormt namelijk het interessantste deel van de tentoonstelling en het kan geen kwaad vooraf al wat meer over hem te weten. Doesburgs beroemdste zoon was beroepsmilitair, in dienst van de VOC, en besteedde een belangrijk deel van zijn tijd aan het in kaart brengen van wat toen als Nederlands grondgebied gold. Daartoe maakte hij een viertal langdurige reizen door het land. Hij vatte zijn taak ruim op en beschreef en schetste ook de natuur en de inwoners. Soms nam hij specialisten mee om de kwaliteit van de afbeeldingen omhoog te krikken. Dat alles heeft dus geresulteerd in wat nu de ‘Atlas Gordon’ wordt genoemd. De gang die zijn nalatenschap heeft gemaakt is op zich een boek waard, maar uiteindelijk is een groot deel ervan bij het Rijksmuseum beland. Dat reizen maakte het beste in hem los. Hij was goed tegen ontberingen bestand en, heel belangrijk, handig in de omgang met het volk dat hij onderweg tegenkwam. Om te beginnen waren dat de Boeren, een soort verwilderde Nederlanders, waar je makkelijk ruzie mee kon krijgen. Gordon paste zich echter soepel aan en stond niet op z’n strepen. Ook in zijn omgang met Hottentotten, Kaffers en Bosjesmannen wist hij meestal de juiste toon te raken. ‘Mag je deze mensen nog wel zo aanduiden?’ hoor ik de politiek correcte lezer voorzichtig mompelen. Nee, eigenlijk niet, heden ten dage zijn we min of meer verplicht om respectievelijk: Khoikhoi, Xhosa en San te gebruiken. Luc Panhuysen ziet daar heel terecht van af. In de tijd van Gordon kwam niemand op het idee om moeilijk te doen over die naamgeving. Nu ik het toch over politiek correct doen heb kan ik het niet nalaten een kritische noot te kraken. Het lijkt wel of de museumdirectie in eerste instantie geschrokken is van deze prachtige uitstalling in één grote zaal. Men zou zo de indruk kunnen krijgen dat wij (de directie) het kolonialisme verheerlijken! Vervolgens heeft men iemand gevraagd een ‘tegengeluid’ te bedenken voor boven de uitgestalde kaarten, schilderingen en tekeningen. Daar staan dus nu, quasi slordig op de muur gekalkt, spreuken in de geest van ‘dit is mijn land’; tenenkrommend. Taco Dibbets, de nieuwe directeur van het museum, heeft in de Volkskrant laten aantekenen dat meer dan voorheen kunst en geschiedenis samen zullen worden gepresenteerd. Zo komt er in 2020 een tentoonstelling over slavernij. Heel interessant en lovenswaardig, maar je houdt je hart vast als men nu al zo in een kramp schiet. Overigens kent de tentoonstelling nog een paar onderdelen. De rondgang begint met een aantal artefacten die herinneren aan de Portugezen, die ons voorgingen aan de Kaap. Ze waren er om dezelfde reden: het was een geschikte pleisterplaats voor reizigers naar de Oost. Na de Gordon-zaal volgt een herinnering aan de Boerenoorlog, althans vooral aan het medeleven dat deze losmaakte in ons vaderland. Iets dergelijks is aan de hand met de opstelling waarin herinneringen worden opgehaald aan de strijd tegen apartheid. Filmbeelden van een brandend benzinestation (weet u nog?) worden afgewisseld met die van Adriaan van Dis in gesprek met een boze Willem Frederik Hermans (na zijn reis naar Zuid-Afrika in weerwil van onze boycot!). Het deed mij wat gemakzuchtig aan, ik had liever iets meer willen zien over de werking van die apartheid in het land zelf. Wat dat betreft blijft het bij het tonen van wat bordjes, zoals op de foto hiernaast. Maar alleen voor Robert Jacob Gordon al is een bezoek aan deze tentoonstelling de moeite waard. En lees eerst dat boek! Iedere zichzelf respecterende boekhandel heeft het in voorraad. Hoe is het toch mogelijk dat iemand die zoveel tot stand heeft gebracht het nodig vond om in 1795 zelfmoord te plegen? In dat jaar hebben de Engelsen Zuid-Afrika bezet en naar men aannam met enige hulp van Gordon (die misschien het idee had dat hij de Prins van Oranje daarmee een dienst bewees). Voor zover dat waar was had het te maken met leugens die de Engelsen hem hadden voorgespiegeld en onduidelijkheid over wat er in Holland gebeurde, waar de Fransen rond dezelfde tijd de macht overnamen. Hoe het zij, hij was zijn werk kwijt en de goegemeente hield hem verantwoordelijk. ------ Een Nederlander in de wildernis, Luc Panhuysen, 2010, Rijksmuseum/Nieuw Amsterdam De tentoonstelling is tot 21 mei a.s. in het Rijksmuseum. -------- Voor geïnteresseerden in onze koloniale geschiedenis is het wellicht goed te melden dat het Nationaal Archief een VOC-tentoonstelling heeft die loopt tot begin 2018. Natuurlijk gaat het daar vooral om, op het eerste gezicht saaie, archiefstukken. Men heeft echter een reeks aardige trucs bedacht om die ‘toonbaar’ en inzichtelijk te maken. ------- De foto is van de schrijver |
||||
© 2017 Frits Hoorweg | ||||
powered by CJ2 |