archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Ergernissen delen printen terug
Het parkeergaragesyndroom Katharina Kouwenhoven

1319BZ P-garageToen er nog niet zoveel tunnels waren in het Nederlandse wegennet, had je te maken met het tunnelsyndroom: zodra je de tunnel inreed trad er een aanzienlijke vertraging op in de verkeersstroom, omdat er zoveel tunnelgebruikers op de rem gingen staan. Zagen ze het licht aan het einde, dan durfden ze wel weer een beetje gas te geven. Hier bleek voor het eerst dat half Nederland tunnelvrees had. De tunnelfobici liggen inmiddels onder de groene zoden en hun kinderen hebben hun angst niet geërfd. Kort geleden bleek mij echter dat ook parkeergarages aanleiding voor syndromen kunnen zijn.

Nu weet ik uit eigen ervaring dat daar soms ook rare dingen gebeuren. Onder het gebouw waarin ik een tijd gewerkt heb bevond zich een parkeergarage. De ingang bestond uit een korte vrij steile helling, waarna je een scherpe bocht naar links diende te maken, anders knalde je tegen een blinde muur op. Iedereen die van die garage gebruik maakte wist dat en het ging ook altijd goed, behalve bij een collega van mij die frontaal tegen die muur botste. Geen lichamelijk letsel, auto helaas total loss.

De slagboom bij de uitgang vertoonde nogal eens kuren. Toen onze bibliothecaresse op een dag de parkeergarage uitreedt, ging de slagboom weliswaar omhoog, maar onmiddellijk weer naar beneden, zodat met een scheurend geluid haar dak werd opengereten. Ze kwam met de schrik vrij, maar is nooit meer zelf de garage uitgereden. Dat liet ze aan de portier over.

Zelf was ik altijd bevreesd dat na het opeten van het betaalde bonnetje de slagboom niet omhoog zou gaan. En dat is me ook echt een keer overkomen, met zo’n honderd boze automobilisten achter me en geen personeel om redding te bieden.

Sindsdien mijd ik daarom parkeergarages. Als ik er inga rijdt er iemand anders. Zo bevond ik mij laatst met mijn dochter in de garage van het Onze Lieve Vrouwen Ziekenhuis, op zoek naar een plekje. Wij werden achtervolgd  door een zwetende zigzaggende automobilist die steeds bijna tegen onze bumper aan reed. Wat hij wilde was onduidelijk. Soms probeerde hij ons te passeren, dan weer binnendoor te schuiven tot hij opeens vol gas gaf en de garage weer uitreed. Een gevalletje van parkeergaragefobie constateerden wij.

We hadden het nog niet gezegd of er doemde een auto op die aan de verkeerde kant reed en bijna een frontale botsing veroorzaakte. Hij remde op het laatste moment en schoof dwars over het rijpad. We lieten hem maar even bijkomen alvorens te proberen om hem heen te rijden, maar dat stond hij niet toe en hij begon heen en weer te schuiven om ons de doorgang te belemmeren. Mijn dochter stond op het punt om de portier te bellen toen hij zijn neus weer recht zette en aanstalten maakte weg te rijden, nog steeds aan de verkeerde kant.

‘Komt dit vaak voor?’ vroeg ik mijn dochter. Zij meende van wel. Parkeergarages zijn eng en bedreigend en veel mensen weten niet precies wat ze doen moeten bij het in- en uitrijden, dus krijgen ze het op hun zenuwen. ‘Dat er dan nooit ongelukken gebeuren in die parkeergarages!’ was mijn reactie. Nou er blijken wel degelijk ongelukken te gebeuren in parkeergarages, veroorzaakt door in paniek geraakte automobilisten.

Mijn voornemen om nooit in een parkeergarage te parkeren, blijkt achteraf gebaseerd te zijn geweest op verstandige overwegingen.

-----------
Het plaatje is van Katharina Kouwenhoven


© 2016 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "Ergernissen" -
Bezigheden > Ergernissen
Het parkeergaragesyndroom Katharina Kouwenhoven
1319BZ P-garageToen er nog niet zoveel tunnels waren in het Nederlandse wegennet, had je te maken met het tunnelsyndroom: zodra je de tunnel inreed trad er een aanzienlijke vertraging op in de verkeersstroom, omdat er zoveel tunnelgebruikers op de rem gingen staan. Zagen ze het licht aan het einde, dan durfden ze wel weer een beetje gas te geven. Hier bleek voor het eerst dat half Nederland tunnelvrees had. De tunnelfobici liggen inmiddels onder de groene zoden en hun kinderen hebben hun angst niet geërfd. Kort geleden bleek mij echter dat ook parkeergarages aanleiding voor syndromen kunnen zijn.

Nu weet ik uit eigen ervaring dat daar soms ook rare dingen gebeuren. Onder het gebouw waarin ik een tijd gewerkt heb bevond zich een parkeergarage. De ingang bestond uit een korte vrij steile helling, waarna je een scherpe bocht naar links diende te maken, anders knalde je tegen een blinde muur op. Iedereen die van die garage gebruik maakte wist dat en het ging ook altijd goed, behalve bij een collega van mij die frontaal tegen die muur botste. Geen lichamelijk letsel, auto helaas total loss.

De slagboom bij de uitgang vertoonde nogal eens kuren. Toen onze bibliothecaresse op een dag de parkeergarage uitreedt, ging de slagboom weliswaar omhoog, maar onmiddellijk weer naar beneden, zodat met een scheurend geluid haar dak werd opengereten. Ze kwam met de schrik vrij, maar is nooit meer zelf de garage uitgereden. Dat liet ze aan de portier over.

Zelf was ik altijd bevreesd dat na het opeten van het betaalde bonnetje de slagboom niet omhoog zou gaan. En dat is me ook echt een keer overkomen, met zo’n honderd boze automobilisten achter me en geen personeel om redding te bieden.

Sindsdien mijd ik daarom parkeergarages. Als ik er inga rijdt er iemand anders. Zo bevond ik mij laatst met mijn dochter in de garage van het Onze Lieve Vrouwen Ziekenhuis, op zoek naar een plekje. Wij werden achtervolgd  door een zwetende zigzaggende automobilist die steeds bijna tegen onze bumper aan reed. Wat hij wilde was onduidelijk. Soms probeerde hij ons te passeren, dan weer binnendoor te schuiven tot hij opeens vol gas gaf en de garage weer uitreed. Een gevalletje van parkeergaragefobie constateerden wij.

We hadden het nog niet gezegd of er doemde een auto op die aan de verkeerde kant reed en bijna een frontale botsing veroorzaakte. Hij remde op het laatste moment en schoof dwars over het rijpad. We lieten hem maar even bijkomen alvorens te proberen om hem heen te rijden, maar dat stond hij niet toe en hij begon heen en weer te schuiven om ons de doorgang te belemmeren. Mijn dochter stond op het punt om de portier te bellen toen hij zijn neus weer recht zette en aanstalten maakte weg te rijden, nog steeds aan de verkeerde kant.

‘Komt dit vaak voor?’ vroeg ik mijn dochter. Zij meende van wel. Parkeergarages zijn eng en bedreigend en veel mensen weten niet precies wat ze doen moeten bij het in- en uitrijden, dus krijgen ze het op hun zenuwen. ‘Dat er dan nooit ongelukken gebeuren in die parkeergarages!’ was mijn reactie. Nou er blijken wel degelijk ongelukken te gebeuren in parkeergarages, veroorzaakt door in paniek geraakte automobilisten.

Mijn voornemen om nooit in een parkeergarage te parkeren, blijkt achteraf gebaseerd te zijn geweest op verstandige overwegingen.

-----------
Het plaatje is van Katharina Kouwenhoven
© 2016 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2