|
Felix Valloton, Le Feu sous la Glace, Parijs, Grand Palais 2 oktober 2013 - 20 januari 2014
Schok
der kennismaking Loop
een museumzaal met schilderijen door en je aandacht voor wat er hangt wordt al
gauw bepaald door een flinke hoeveelheid voorkennis. Aha, dat moet een Marquet
zijn, even kijken, de haven van Toulon, mooi hoor. En dat is natuurlijk een
Monet, waar zit het ‘m toch in dat het beeld van zo’n zonnig zeegezicht altijd
blijft hangen? Om maar niet te spreken van Jan Steen of Rubens. Vaak begint schilderijen
zien met de herkenning van een bekend patroon met een bekende naam en daarna volgt
verder kijken.
Soms
gaat het andersom, bij mij een jaar of 25 geleden: hee, wat zie ik daar? Een
klein juweeltje dat schilderijtje! Een jongetje met strohoed hollend over het
grind achter een knalrode bal, wat een vaart! Een bovenaanzicht, het groene gras
holt met hem mee, en die groene bomen zorgen voor het contrast; een
statische berg bladeren. En daarin dan
weer, in de verte, twee vrouwen die toch in gesprek moeten zijn. Geheimzinnig. Wat
prachtig, zoiets vergeet je niet meer.
Wie
heeft dat gemaakt? Het was een schilderijtje van 48 x 61 cm, in het kleine-
schilderijtjes-zaaltje van het Musée d’ Orsay, het heette ‘Le
Ballon’ en de schilder is de in Zwitserland geboren Fransman
Felix Valloton (1865 Lausanne - 1925 Parijs). Hij maakte het in 1899. Valloton,
nooit bewust eerder gezien, maar na zo’n kennismaking kom je hem, vaak
enigszins verstopt, voortaan op veel meer plaatsen tegen.
Veelzijdig
en omvangrijk Is
er een onmiskenbare Vallotonstijl? Er blijken minstens 10 Vallotonpatronen
te vinden in zijn enorme oeuvre van 1700 schilderijen, 200 houtsneden en dan
nog flink wat tekeningen en wat beeldjes. Het moet voor de kunsthandel, die
graag werkt met herkenbaarheid, een lastige productie zijn geweest.
Galeriehouders zullen vaak gezegd hebben: ‘Felix, al die verschillende stijlen
en technieken, het is allemaal prachtig, maar als je zo weinig herkenbaar bent,
blijf je onbekend en verkoop je slecht. Nu eens landschappen, dan weer naakten,
en dan weer stillevens, en dan ook nog eens zowel kleine prentjes als
megadoeken van zo’n 5 m2, kan je niet
wat sterker zeg maar, focusseren? Dat zien de critici en de
klanten veel liever’. Tussen
zijn tijdgenoten is Valloton voor een breder publiek dan ook een stuk minder
bekend gebleven. Zou dat veranderen door de tentoonstelling die nu (tot 20
januari volgend jaar) te zien is in het Parijse
Grand Palais?
Het
is een Grote tentoonstelling, 170 schilderijen en houtsneden, uit een Groot
oeuvre, van een Groot kunstenaar. Er is door de organisatie stevig uitgepakt en
hard op de trommels geslagen en in de deskundige reacties is nu steeds iets
terug te vinden van een vanzelfsprekend en verdiend eerbetoon aan een lang
verborgen gebleven Franse artistieke schat. Overweldigend
veel prachtig werk op die tentoonstelling, veel verrassingen, veel schilderijen
die nog nauwelijks te zien zijn geweest, gaat het zien!
Jongen
uit Zwitserland Zien
is kennen, de rest is toch een vorm van ondergeschikt geklep. Bij Valloton toch
ook maar iets vertellen over de mens
achter de kunstenaar en zijn loopbaan. De titel van de tentoonstelling is
‘Het vuur onder het ijs’, denk aan een vulkaan onder een gletsjer, laten we
zeggen: bevroren hartstocht. Man van tegenstellingen. Geen onbevangen
levensgenieter. In Lausanne groeide hij op in een eenvoudig gezin, maar hij kon
wel zonder veel problemen een schildersopleiding volgen. Na die opleiding
vertrok hij als 17 jarige naar Parijs voor een artistiek zolderkamerbestaan.
Nooit genoeg te eten, maar al gauw, in 1889 wel zijn eigen Hélène Châtenay; ze
werkte op de fabriek maar werd zijn partner, model en muze. Valloton volgde een
klassieke schildersopleiding (hard werken aan het goed schilderen van
naaktmodellen, maar ook potjes en vaasjes) aan de beroemde Academie Julian. Daar trof hij post-impressionistische
medeleerlingen als Bonnard, Serusier, Derain, Denis en Vuillard, de latere Nabis groep, waarbij Valloton zich
aansloot. Hij schilderde mooie Nabis schilderijen – zonnige kleuren, weinig
perspectief, af en toe wat Japanse contouren.
Houtsneden Valloton
bekwaamde zich ook steeds verder in het maken van houtsneden die op grote
schaal gebruikt werden als illustraties in publieksweekbladen als L’assiette au Beurre en Le Rire en de literaire Revue Blanche van de broers Nathanson
(en niet te vergeten mevrouw, prinses Misia Nathanson). Parijs werd destijds
overspoeld door illustratietalent (denk aan Steinlen en Toulouse Lautrec,
maar ook Benjamin Rabier) dat kon werken voor de bloeiende dag- en
weekbladmarkt, maar ook voor affiches en advertenties. Als prentmaker werd hij
beroemd in Parijs, en ook in Duitsland. Er werden belangrijke exposities van
zijn werk georganiseerd en hij inspireerde het werk van in Duitsland werkende
expressionisten als Kirchner, Beckmann en Munch.
Valloton
maakte prachtige prenten van het dagelijks leven in Parijs (op straat, in de
warenhuizen, bij feesten) en van linkse,
anarchistisch demonstraties en het neerslaan daarvan door de
politie. Die onderwerpen sloten als vanzelfsprekend aan bij het leven dat
Valloton en zijn jeugdige kunstenaarsvrienden leidden. Maar al gauw raakten
zijn verdere prenten en schilderijen een tijdlang doordrongen van een drukkende
sombere atmosfeer die hij zag in de
levenswandel van de hoge (rijke) bourgeoisie.
Ingekapseld? Hij
zette zich in dat werk af tegen bedrog, verraad en overspel van de heersende
klasse, wufte monde die in Parijs de
toon aangaf , dezelfde bourgeoisie die steeds meer schilderijen en grafiek van
hem kocht. Sinds het werk van Valloton stevig in de portefeuilles zat van toonaangevende
galeriehouders als Vollard, Durand Rue en Bernheim-Jeune, verdiende de
kunstenaar steeds meer geld en bewoog hij zich steeds verder in de richting van
de haute bourgeoisie die hem zo tegenstond.
Artistiek
en zakelijk succes - en dan een nieuwe vrouw, Gabrielle, weduwe met 3 kinderen en zuster van de kunsthandelaren/broers Bernheim-Jeune, die zijn werk zo goed
verkochten. Nooit meer tochtige zolderkamers en de groepsactiviteiten van zijn
oudere schildermakkers, maar leven in een bonbondoos. De eenvoudige jongen uit
Zwitserland was er niet alleen zijn Hélène mee kwijt, maar ook de meeste van
zijn vrienden. Ziel aan de duivel verkocht voor rijkdom en roem? Valloton bleek
steeds meer een Einzelgänger, maar bleef ook als Einzelgänger een zeer
productief kunstenaar.
Wat
bedoelt de kunstenaar? Na
1900 maakte hij vooral schilderijen, veel naakten en veel landschappen,
overwegend prachtig en met persoonlijke, onverwachte elementen in beide genres.
Schitterende landschappen in ongebruikelijk perspectief en in ongebruikelijke
kleuren. Veel mooie en minder mooie naakten, soms een kaartje leggend, dan weer
lezend, soms in gezelschap van poezen of een tekkel, welja. Steeds anders,
steeds verrassend. Ga het zien.
De
schilderijen met naakten, verpakt in scènes uit de klassieke oudheid, konden monumentale
afmetingen bereiken en verbeeldden, als beide seksen vertegenwoordigd waren,
uitgesproken vijandigheid tussen man en vrouw, tot moord en doodslag aan toe. Het lijkt niet
vergezocht die strijd te vertalen naar een minder gelukkig huwelijksleven, maar
zijn problemen met de ander/de andere sekse zullen diepere wortels hebben gehad.
Geweldige
vitaliteit en creativiteit van een jongen uit de bergen, maar dan door eigen
toedoen eenzaam vastgevroren op het pluche van de Parijse salons.
************ Minder
dan 10% van het werk van Valloton is nu te zien in Parijs. 100 stukken uit die
verzameling zijn van 14
februari tot 1 juni in Amsterdam te zien in het Van Gogh Museum. Alweer een
buitenkans. ******************************************* De plaatjes komen uit de collectie van Peter Schröder
|
|