archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Beschouwingen > Een rustig mens | ||||
Wouter Booij zoekt achtergrondrol | Willem Minderhout | |||
Het gaat slecht met de politieke partijen in Nederland. Sinds 1990 schommelt het aantal leden van dit soort verenigingen rond de 300.000. De voormalige grote volkspartijen zagen in die periode hun ledental halveren. Als belijdend PvdA-lid kan ik zelf constateren dat het ledenbestand vergrijst. Geheel tegen deze droevigstemmende trend in blijken de politieke jongerenorganisaties het weer goed te doen. In Den Haag is de lokale afdeling van de Jonge Socialisten (JS) zelfs, voor zover ik mij dat kan herinneren, actiever dan ooit. Drijvende kracht achter de lokale opleving van de JS is Wouter Booij. In februari neemt hij afscheid als voorzitter van de JS-afdeling Den Haag/Leiden. Voor De Leunstoel sprak ik met hem.
Ons gesprek begint geheel in de mij bekende chaotische Wouter-stijl. Als ik zijn etage aan de Valkenboslaan betreed is hij namelijk in lichte paniek. De sierkraan van zijn wastafel wil niet dicht en wat we ook proberen, het water blijft stromen. Uiteindelijk besluit ik de hoofdkraan af te sluiten. Gelukkig is er nog wel water voor koffie. Nadat Wouter op zijn sax heeft meegeblazen met een blues van Rory Gallagher kan het gesprek beginnen.
‘Ik ben opgegroeid in Nootdorp. In mijn jeugd was dat nog een echt dorp. Ik heb het langzaam maar zeker zien groeien. Nu is het een grote Vinex-zee. Ik moet altijd weer even nadenken waar nu eigenlijk die renbaan ook alweer was.
Mijn moeder komt uit het Westland, uit een orchideeën-kwekersfamilie. Mijn vader is opgegroeid in Barendrecht. Ik heb ook nog een broertje. Fantastische mensen, maar ze hebben wel wat met me te stellen gehad. Ik ben nog steeds een druk type, maar als kind was ik niet zo maar druk, maar een echt ADHD-kind.
Op het VWO was ik niet te handhaven, dus uiteindelijk kwam ik in het speciaal onderwijs terecht. Ik kwam op een VMBO in Mariahoeve. In het begin had ik daar vreselijk de pest over in, want het was ver beneden mijn niveau. Ook daar was ik lastig. Ik denk dat ik die leraren daar soms tot wanhoop heb gedreven. Fantastische leraren overigens, en dat meen ik!
Na een tijdje heb ik me er bij neergelegd. Ik zag ook wel in dat ik dat speciaal onderwijs nodig had en ik heb er het beste van gemaakt. Ik leerde me ook steeds beter beheersen en ik hielp mijn medeleerlingen. Daar zaten zeer autistische leerlingen bij die grote moeite hadden om zelfstandig te werken.
Ik was niet bij alle medeleerlingen even populair. Het was bekend dat ik homo was. Daar deed ik ook niet zo geheimzinnig over. Het resultaat was wel dat ik allemaal dreigbriefjes kreeg. Ik verdacht daar een Marokkaanse medeleerling van. Ik voelde dat hij het was omdat hij ‘de leider’ was van het schoolplein en mij altijd voor ‘homo’ uitschold. Ik voelde me onveilig. Uiteindelijk is het door kordaat optreden van de school helemaal goed gekomen, maar het was een flinke confrontatie met het feit dat sommige mensen homo's niet accepteren.
Ik word nog steeds furieus als van die stomme pubers, of wie dan ook, iemand voor ‘homo’ uitschelden. Ikzelf heb er geen last van, ik ben er immuun voor, maar hoeveel kinderen durven er daarom niet voor uit te komen? Het is verschrikkelijk en bovenal ongehoord dat mensen niet zichzelf kunnen zijn! Door je geaardheid niet kunnen zijn wie je werkelijk bent! Denk je eens in hoe erg dat is. Ik vind dat wij dat als samenleving gewoon niet mogen pikken, verdorie.
Zelf heb ik mijn homoseksualiteit altijd gewoon gevonden. Als twaalfjarige heb ik wel mijn beste vriendin Inger gevraagd of ze verkering met me wilde hebben omdat ik verliefd op haar was. Dat wilde ze wel zei ze. Ik kon er niet van slapen zo blij was ik. De dag erna bleek het een grapje van haar te zijn geweest en was het niks meer. Ik ontdekte dat ik homo was. Inger en ik zijn tot op de dag van vandaag wel de beste vrienden gebleven. Het is heerlijk om iemand te hebben die je zo goed kent en zo lief is. Ze heeft ook niets te maken met mijn 'politieke cirkel' en dat is af en toe ook wel eens lekker.
Mijn ouders hebben er ook nooit moeilijk over gedaan. Ze komen allebei uit tamelijk orthodox christelijke milieus waarin de acceptatie van homo’s niet zo vanzelfsprekend is. Mijn moeder is hervormd. Mijn vader is van oorsprong christelijk gereformeerd, maar die gelooft niet meer. Mijn grootouders zijn nog steeds heel gelovig, maar ook die hebben mij altijd in mijn waarde gelaten. Fantastische mensen zijn het!
Ik ben zelf ook wel op zoek geweest naar het geloof. Ik trok zelfs anderhalf jaar op met Jehova’s Getuigen. Ik vond dat fantastische mensen. Bijeenkomsten in de Koninkrijkszaal, bijbelles, ik heb het allemaal gedaan. Maar uiteindelijk ben ik toch niet toegetreden. Mijn ouders vonden het vreemd, maar ze hebben me ook daarin niets in de weg gelegd.
In Nootdorp is iets voorgevallen dat mijn leven diepgaand beïnvloed heeft. M’n beste vriend Danny is op een gegeven ogenblik verongelukt. Hij was nog maar vijftien jaar oud. Hij stak de spoorbaan over toen er net een trein voorbij was. Helaas kwam er nog een andere trein. Pats boem weg.
In het begin drong dat op een of andere manier niet tot me door. We hebben op de plek waar het gebeurd is dagenlang zitten treuren met ons vriendenclubje. Dat waren vreemde bijeenkomsten: het ene moment zaten we te gillen van het lachen, het volgende moment waren we weer dodelijk bedroefd. Niet zo lang daarna zijn we van Nootdorp naar Ypenburg verhuisd. Vanuit Ypenburg ontdekte ik de rest van Den Haag. Ik maakte een heleboel nieuwe vrienden. Ik zat ondertussen op een gewone HAVO. Het ging best goed met mij. We organiseerden van alles, we hadden zelfs een basketbalclub met de buurtkinderen in Ypenburg: de Blauw Glidkruid Basketbal Vereniging, BGBV. Een van mijn buurmeisjes, Emma van den Meerendonk, was ook actief lid van de JS. Daar was ik ook lid van. Dat was ik al geworden toen ik 14 was, maar daar had ik nooit wat aan gedaan. Ik voelde me aangetrokken tot het socialisme, de sociaaldemocratie, of hoe je het wil noemen. Internationale solidariteit, opkomen voor de zwakken. Dat soort dingen. Ik was een keer, toen ik net lid was, naar een congres in Utrecht geweest, maar dat vond ik niks. Ik zat, druk als ik was, de dwaas uit te hangen. Toen zei iemand dat ik moest stoppen omdat het hem zou schaden in zijn politieke carrière. Ik heb me toen rotgelachen.
Toen Emma me meenam naar de JS Den Haag bleken er bestuursverkiezingen voor de deur te staan. Ik heb me onmiddellijk kandidaat gesteld als voorzitter. Dat zag niet iedereen zitten, zullen we maar zeggen. Maar Emma had tegen die tijd half Haganum – het gymnasium waar ze opzat – lid gemaakt van de JS en die stemden allemaal op mij. Voorzitter!
Ik heb toen wel een pijnlijke keus moeten maken. Ik was coach van een waterpoloteam van PZPC in Pijnacker. Ik heb dat een jaar met het JS-voorzitterschap gecombineerd maar ik had er uiteindelijk geen tijd meer voor. Ik heb echt gouden tijden meegemaakt met dat team. We speelden een keer tegen de koploper, ZDHC, in Overbosch. Wij stonden ergens onderaan en zij waren koploper, maar ik had het gevoel dat we konden winnen. Iedereen verklaarde me voor gek, maar uiteindelijk speelden we gelijk. Geweldig!
De rest van het bestuur was ook heel erg enthousiast en we gingen hard aan de slag. Het belangrijkste was om een goede communicatie tot stand te brengen. Er was een groep die toch wel kwam en een groep leden die nooit kwam, daar staken we niet zoveel energie in. We richten ons vooral op de mensen die af en toe kwamen. Bellen, mailen, SMS-en, daardoor werd de groep actieve leden steeds groter en kwamen er steeds meer nieuwe leden bij. En dingen organiseren natuurlijk. Meedoen met de verkiezingscampagnes, discussieavonden organiseren acties voor Koninginne Nach’ en de jongerenzender FunX ... Ik haalde iedereen naar ons toe: Jan Pronk, Sjoera Dikkers, Job Cohen om een paar kanonnen te noemen. Tanja Jadnanansing, de woordvoerder hoger onderwijs in de Tweede Kamer, belt me tegenwoordig regelmatig uit mijn bed.
Sinds een half jaar hebben we nu ook jou als hopman. Je had je natuurlijk al opgeworpen als zodanig, maar nu is het ook officieel. Je Sarah Palin/Rodney Spinmeister act voorafgaand aan de benoeming was legendarisch. Ik ga ervan uit, weet het zelfs zeker, dat de volgende voorzitter de benoeming aanhoudt!
Ook andere politieke jongenverenigingen zijn actief in Den Haag: de JOVD, de JD, DWARS. Maar wij zijn de enige PJO die zich ook actief met de lokale politiek bemoeit. We zitten bij alle fractievergaderingen en Manon van de Leur, een van de beleidsmedewerkers, helpt ons in haar vrije tijd met allerlei dingen. We hebben haar een prijs gegeven: De Jeltje!
Pierre Heijnen, Gerard Verspuij, Tanja Jadnanansing en jij waren ook genomineerd. Allemaal mensen die de JS fantastisch helpen, maar er kan er maar eentje winnen! We hebben ‘De Jeltje’ uitgereikt tijdens een bijeenkomst die we georganiseerd hadden in Het Proeflokaal. Die avond discussieerden Thomas von der Dunk jr. en Bert Brussen met elkaar en er waren ook veel leden van andere PJO’s aanwezig. Een geweldige avond!
Die prijs – ‘De Jeltje’– hebben we ook aan de naamgever Jeltje van Nieuwenhoven zelf uitgereikt als ‘lifetime achievement award’. Een van mijn mooiste en indrukwekkendste belevenissen als voorzitter was dat ik een dag lang bij haar thuis ben geweest. Ze vertelde me prachtige herinneringen aan Drees, Den Uyl, Theo van Gogh, Mandela, de Japanse Keizer en wie al niet. Zij heeft mij zo geïnspireerd. Ze is echt mijn favoriete partijcoryfee.
Wat ook ontzettend leuk is, zijn de internationale contacten die je opdoet bij de JS. Je voelt je echt verbonden met elkaar. Die verschrikkelijke moordpartij in Noorwegen hakt er daardoor wel extra in. Ik denk wel dat die ramp jonge socialisten en sociaaldemocraten over de hele wereld nog dichter bij elkaar gebracht heeft. Ik vind dat we ter nagedachtenis aan onze zevenenzeventig vermoorde kameraden het socialistische progressieve geluid nog duidelijker moeten laten horen. Zij kunnen dat zelf helaas niet meer doen.
Een week na die ramp in Utoya gingen we naar het IUSY-festival in Oostenrijk. IUSY is de International Union of Socialist Youth. Dat was de gaafste week die ik ooit heb meegemaakt. We discussieerden daar over wat voor mensen echt belangrijk is, in plaats van abstracte ‘beleidsdiscussies’. We hadden het over dingen waar de sociaaldemocratie om gaat, of zou moeten gaan: het bestrijden van onrecht en ongelijkheid, het in de praktijk brengen van solidariteit. Een onvergetelijk moment op dat festival was mijn ontmoeting met Arvid van de Duitse Jonge Socialisten (Jusos in der SPD). We hebben een hele avond zitten praten over onze drive voor het socialisme. We zijn om een uurtje of twee ‘s nachts buiten het kampterrein gaan wandelen. Aan de oever van de rivier hebben we de hele ijskoude nacht zitten filosoferen. Hij is hetero en er was geen liefde maar ik had nog nooit zo’n gevoel van innige vriendschap gehad. Ongelooflijk met iemand die je nog geen dag kent! Ik heb flinke tranen gelaten toen we weer naar huis gingen. Wat een prachtige week was dat met al die duizenden Jonge Socialisten uit heel Europa. Arvid is overigens al weer twee keer op bezoek geweest.. Ik vind het heerlijk om bij JUSOS (Duitse JS) of Animo (Belgische JS) te zijn. Die clubs zijn veel activistischer en radicaler dan de JS. Dat past wel bij me. Anderzijds voel ik me na een bezoek daar weer altijd heel erg thuis bij de JS. Ik mis hier soms het activisme en de ambitie om de PvdA 'links voorbij te streven’, maar het debat binnen de JS is wel gepassioneerd en van hoog niveau. Wij zijn soms weer wat realistischer in wat we willen. Dat is goed en gezond. Maar we moeten niet schuwen controversieel te zijn. De JS is echt geen bijwagen van de PvdA, zeker de JS Den Haag niet. We gaan soms recht tegen de mening van de partij en de rest van de JS in. We hebben bijvoorbeeld op een JS-congres een discussiestuk ingediend om te streven naar 100% belasting van inkomens boven de 1 miljoen. Ook verzetten we ons tegen het ontslag van weigerambtenaren. Dat was wel grappig want toen kreeg ik allemaal verwijten dat ik homodiscriminatie goedpraatte! We hebben ook actie gevoerd tegen het streven van Den Haag om ‘Culturele Hoofdstad 2018’ te worden. We schuwen het debat als JS Den Haag niet, want we geloven dat je alleen door de discussie aan te gaan stappen vooruit kunt zetten.
Na een hele dag JS, PvdA en alles wat met politiek te maken heeft kijk ik het liefst naar een reality serie met Jan Smit, de 3JS, Nick & Simon of Gooise Vrouwen ofzo. Ik heb helemaal niks met Jan Smit en consorten maar even je verstand helemaal op nul zetten vind ik heerlijk.
Ik studeer Culturele en Maatschappelijke Vorming, maar ik heb me de laatste jaren bijna fulltime voor de JS ingezet. Het wordt wel tijd dat ik een keer ga afstuderen. Bovendien: ik heb me zo ingezet in dat JS-voorzitterschap dat het mijn gezondheid in gevaar brengt. Daarom stop ik iets eerder dan ik van plan was. Ik moet leren om wat meer structuur in mijn leven te brengen.
Ik heb nu een baantje bij de Statenfractie en ik ga stage lopen bij de Gemeenteraadsfractie. Allemaal PvdA dus, maar deze keer nadrukkelijk op de achtergrond. Dat is mijn nieuwe leerpunt: op de achtergrond functioneren. Wat ik na mijn studie wil doen weet ik nog niet. Me nuttig maken voor de maatschappij, wat dat dan ook moge betekenen.’
PS: De zondag voordat dit interview verscheen vond Wouter een zeehond op het Haagse strand. Hij probeerde tevergeefs het beest weer richting zee te drijven en belde de dierenambulance. De zeehond zit nu veilig in Pieterburen. http://www.dierenambulancedenhaag.nl/2012/01/08/weer-een-zeehondje-aangespoeld/
Wouter zit vol verrassingen!
****************************
De Leunstoel wordt uitgegeven door:
Het Genootschap De Leunstoel.
Word lid! Ga naar: www.deleunstoel.nl/colofon.php |
||||
© 2012 Willem Minderhout | ||||
powered by CJ2 |