archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Een rustig mens delen printen terug
Het scheppend vermogen van stadsdeelwethouder Guido Frankfurther Theo Capel

0201 Guido Frankfurther
Bestuurders laten graag iets blijvends na, iets ten nutte van de gemeenschap als het enigszins kan. Dat geldt ook voor het allereerste dagelijks bestuur van het stadsdeel Amsterdam-Centrum, beter bekend als de binnenstad of de grachtengordel. Maar het stadsdeel is in werkelijkheid groter dan die termen suggereren. Zo hoort ook de Jordaan erbij. Guido Frankfurther is een van de drie stadsdeelwethouders, met een portefeuille die de stad zelf betreft ( de openbare ruimte, het groen, het water, de monumenten, het verkeer inclusief het parkeren). En kom je aan de stad, dan staan er meteen stoeten Amsterdammers klaar om zich er ook mee te bemoeien.
 
"Waar hep dat nou voor nodig", ligt de Amsterdammer dan voor in de mond. Dat begon al met de vorming van het stadsdeel zelf. Via een referendum probeerde men dat te voorkomen, maar men haalde niet het vereiste quorum. En nu is er het voornemen van Frankfurther  - of beter het plan van het stadsdeelbestuur dat hij uitvoering geeft - om gedempte grachten weer open te graven.
'Ik was al lid van de gemeenteraad voor D66 toen het stadsdeel in zicht kwam. Dat was werk dat me vijf dagen per week kostte en daarnaast was ik nog voor twee dagen huisarts. Daarmee was de week op. Ik werd lijsttrekker voor mijn partij bij de deelraadverkiezingen en D66 had een goed verkiezingsresultaat. We kregen 3 van de 27 zetels. Die verkiezing leidde tot een "paars" college (VVD, PvdA, D66) dat we op landelijk niveau niet meer kennen. Ik ben toen als bestuurder aangewezen door mijn partij. Daar ben ik nu de volle zeven dagen van de week aan kwijt.
De Amsterdamse binnenstad is qua werkgelegenheid het belangrijkste gebied in de hele regio. Er wonen zo'n 80.000 mensen, maar er werken er 85.000. Er zijn grote inkomensverschillen. In de grachtengordel ligt het inkomen duidelijk hoger dan in de Jordaan of in de oude binnenstad. De Jordaan is wel weer deels veryupt. Dat merk je bijvoorbeeld op een inspraakavond over het grachtenplan. Je hebt nieuwe Jordanezen met een eigen mening en dat pikken de oude Jordanezen dan weer niet. Overigens zijn er ook veel verhuisbewegingen in Amsterdam. En ik vind dat bewoners die later zijn gekomen eveneens recht van spreken hebben. Het kan niet zo zijn dat als je hier al twintig of veertig jaar woont, dat je dan meer te vertellen zou hebben, alleen daarom. De stad is van de bewoners, dat is mijn opvatting. Maar als er plannen zijn, betekent het verder bijvoorbeeld niet dat alleen de mening van de direct omwonenden moet meetellen.'
 
In de jaren vijftig zorgde de toenmalige hoofdcommissaris van politie Kaasjager - een bizarre naam voor iemand in zijn functie - voor grote opschudding met een voorstel een deel van de Amsterdamse grachten te dempen. Dat zou nodig zijn vanwege het toenemende autoverkeer en om meer mogelijkheden tot parkeren van die auto's bieden. Een halve eeuw later ontstaat bijna dezelfde opwinding omdat er nu gedempte - overigens niet door Kaasjager - grachten open gegraven zouden worden. Ook nu weer om parkeergelegenheid te scheppen. Dat gebeurt dan niet door de auto's in die nieuwe grachten te duwen, maar door onder het water een parkeergarage aan te leggen. Als je toch moet graven, gaat dat in een moeite door. De discussie richt zich op twee voormalige grachten in de Jordaan, de Elandsgracht die anders dan de naam suggereert geen gracht meer is en de Westerstraat. 'Guido de Grachtengraver' wordt Frankfurther spottend op raambiljetten genoemd. Hij staat er als een middeleeuwse krijger met helm en maliënkolder op afgebeeld. Als je niet weet waarover het gaat, ziet het er eerder pro dan contra uit, maar het is werk van de tegenstanders. 'Ga zwemmen', is een andere kreet die hij van hen krijgt te horen. Het klinkt onlogisch, want om dat te kunnen zou er eerst weer een gracht moeten zijn. Elders zwemmen, bedoelen ze dan ook.
 
'Als stadsbeschermers als Geurt Brinkgreve zich veertig jaar geleden niet hadden geroerd tegen verkeersdoorbraken en stadsvernieuwing, dan was een groot deel van de Jordaan nu gesloopt voor nieuwbouw. Die Jordaangrachten zijn overigens al veel langer geleden gedempt, onder meer vanwege de hygiëne. Nu zijn we in staat de oorspronkelijke stedebouwkundige structuur te herstellen. Dat is een beleid dat in D66 al meer dan tien jaar leeft. In heel Amsterdam zijn ooit tientallen grachten gedempt. Wij hebben een onderzoek laten doen waar vier van die grachten als mogelijkheid om open te graven uitkwamen. Uiteindelijk is dat toegespitst op twee Jordaangrachten. Daarover gaat nu de discussie. Opengraving draagt niet alleen bij aan verfraaiing van het stadsbeeld. Het leidt bijvoorbeeld ook tot extra waterberging en meer mogelijkheden voor passagiervervoer over water waar wij ook een voorstander van zijn. En het biedt de kans om het te combineren met de bouw van een parkeergarage. Natuurlijk geeft zo'n project overlast, maar het kan allemaal in anderhalf jaar achter de rug zijn. Vergelijk dat eens met de aanleg van de nieuwe metrolijn van Noord naar Zuid die is gestart. Dat werk gaat tot ongeveer 2010 duren.'
 
Uit een door Frankfurther ingesteld onderzoek kwam naar voren dat 75% van de ondervraagden nieuwe grachten een goed idee vonden, maar net als zo vaak zijn de tegenstanders luidruchtiger en roeren die zich meer. Voor een partij als D66 waar de redelijkheid hoog staat aangeschreven en inspraak voor de burger een van de grondbeginselen is, lijkt zo'n beroering altijd voor een dilemma te zorgen. Inspraak is een onderdeel van procedures en besluitvorming en niet de macht van de straat. Zo lijkt het te moeten zijn, maar zo is het vaak niet. Frankfurther blijft er voorlopig kalm onder. Als de politiek het plan uiteindelijk het fiat geeft, is er voor de burger nog de mogelijkheid van een correctief referendum. Dat speelde ook bij de instelling van de deelraad en bij een referendum blijkt beter hoeveel voor- en tegenstanders er zijn.
Als er uiteindelijk gegraven gaat worden, zal dat overigens in een nieuwe collegeperiode gebeuren. En zal Frankfurther er dan bij zijn?
'Op dit moment hebben we drie zetels in de deelraad en dat heeft geleid tot deelname aan het bestuur. Dat zetelaantal halen we nog steeds in peilingen. En peilingen in de Amsterdamse binnenstad zijn voor D66 in het algemeen een belangrijke graadmeter. Daar begint voor onze partij de victorie. Zo is het ooit begonnen, nadat D66 er werd opgericht. Als het in Amsterdam goed gaat met D66, dan gaat het landelijk ook goed.
Tijdens de campagne voor de afgelopen verkiezingen voor de deelraad, groeven we symbolisch een stukje Elandsgracht uit. Nee, ik had daarvoor geen speciale schep laten maken. We hadden gewoon een paar scheppen geregeld. Je zag toen de mensen denken: "Ach, laat die jongens, laat ze maar".'
 
Die mensen die dat dachten, vergisten zich in de bestuurder Frankfurther. Hij is geen wilde plannen maker, maar een weloverwogen stadsdeelwethouder die bezig is met de uitvoering van politiek-bestuurlijke besluitvorming. Een volksmenner of een luidruchtige actievoerder is hij totaal niet.
'Volksmennen daar doe ik niet aan. Op de inspraakavond over het plan voor de Elandsgracht was een man die de zaal als een dirigent opzweepte met gebaren en tekst als: "En wat vinden wij van de gemeente….? Olie …!" Je begrijpt dat de zaal doorhad, wat het ontbrekende woord moest zijn. Nee, dat is niet mijn stijl.'


© 2004 Theo Capel meer Theo Capel - meer "Een rustig mens"
Beschouwingen > Een rustig mens
Het scheppend vermogen van stadsdeelwethouder Guido Frankfurther Theo Capel
0201 Guido Frankfurther
Bestuurders laten graag iets blijvends na, iets ten nutte van de gemeenschap als het enigszins kan. Dat geldt ook voor het allereerste dagelijks bestuur van het stadsdeel Amsterdam-Centrum, beter bekend als de binnenstad of de grachtengordel. Maar het stadsdeel is in werkelijkheid groter dan die termen suggereren. Zo hoort ook de Jordaan erbij. Guido Frankfurther is een van de drie stadsdeelwethouders, met een portefeuille die de stad zelf betreft ( de openbare ruimte, het groen, het water, de monumenten, het verkeer inclusief het parkeren). En kom je aan de stad, dan staan er meteen stoeten Amsterdammers klaar om zich er ook mee te bemoeien.
 
"Waar hep dat nou voor nodig", ligt de Amsterdammer dan voor in de mond. Dat begon al met de vorming van het stadsdeel zelf. Via een referendum probeerde men dat te voorkomen, maar men haalde niet het vereiste quorum. En nu is er het voornemen van Frankfurther  - of beter het plan van het stadsdeelbestuur dat hij uitvoering geeft - om gedempte grachten weer open te graven.
'Ik was al lid van de gemeenteraad voor D66 toen het stadsdeel in zicht kwam. Dat was werk dat me vijf dagen per week kostte en daarnaast was ik nog voor twee dagen huisarts. Daarmee was de week op. Ik werd lijsttrekker voor mijn partij bij de deelraadverkiezingen en D66 had een goed verkiezingsresultaat. We kregen 3 van de 27 zetels. Die verkiezing leidde tot een "paars" college (VVD, PvdA, D66) dat we op landelijk niveau niet meer kennen. Ik ben toen als bestuurder aangewezen door mijn partij. Daar ben ik nu de volle zeven dagen van de week aan kwijt.
De Amsterdamse binnenstad is qua werkgelegenheid het belangrijkste gebied in de hele regio. Er wonen zo'n 80.000 mensen, maar er werken er 85.000. Er zijn grote inkomensverschillen. In de grachtengordel ligt het inkomen duidelijk hoger dan in de Jordaan of in de oude binnenstad. De Jordaan is wel weer deels veryupt. Dat merk je bijvoorbeeld op een inspraakavond over het grachtenplan. Je hebt nieuwe Jordanezen met een eigen mening en dat pikken de oude Jordanezen dan weer niet. Overigens zijn er ook veel verhuisbewegingen in Amsterdam. En ik vind dat bewoners die later zijn gekomen eveneens recht van spreken hebben. Het kan niet zo zijn dat als je hier al twintig of veertig jaar woont, dat je dan meer te vertellen zou hebben, alleen daarom. De stad is van de bewoners, dat is mijn opvatting. Maar als er plannen zijn, betekent het verder bijvoorbeeld niet dat alleen de mening van de direct omwonenden moet meetellen.'
 
In de jaren vijftig zorgde de toenmalige hoofdcommissaris van politie Kaasjager - een bizarre naam voor iemand in zijn functie - voor grote opschudding met een voorstel een deel van de Amsterdamse grachten te dempen. Dat zou nodig zijn vanwege het toenemende autoverkeer en om meer mogelijkheden tot parkeren van die auto's bieden. Een halve eeuw later ontstaat bijna dezelfde opwinding omdat er nu gedempte - overigens niet door Kaasjager - grachten open gegraven zouden worden. Ook nu weer om parkeergelegenheid te scheppen. Dat gebeurt dan niet door de auto's in die nieuwe grachten te duwen, maar door onder het water een parkeergarage aan te leggen. Als je toch moet graven, gaat dat in een moeite door. De discussie richt zich op twee voormalige grachten in de Jordaan, de Elandsgracht die anders dan de naam suggereert geen gracht meer is en de Westerstraat. 'Guido de Grachtengraver' wordt Frankfurther spottend op raambiljetten genoemd. Hij staat er als een middeleeuwse krijger met helm en maliënkolder op afgebeeld. Als je niet weet waarover het gaat, ziet het er eerder pro dan contra uit, maar het is werk van de tegenstanders. 'Ga zwemmen', is een andere kreet die hij van hen krijgt te horen. Het klinkt onlogisch, want om dat te kunnen zou er eerst weer een gracht moeten zijn. Elders zwemmen, bedoelen ze dan ook.
 
'Als stadsbeschermers als Geurt Brinkgreve zich veertig jaar geleden niet hadden geroerd tegen verkeersdoorbraken en stadsvernieuwing, dan was een groot deel van de Jordaan nu gesloopt voor nieuwbouw. Die Jordaangrachten zijn overigens al veel langer geleden gedempt, onder meer vanwege de hygiëne. Nu zijn we in staat de oorspronkelijke stedebouwkundige structuur te herstellen. Dat is een beleid dat in D66 al meer dan tien jaar leeft. In heel Amsterdam zijn ooit tientallen grachten gedempt. Wij hebben een onderzoek laten doen waar vier van die grachten als mogelijkheid om open te graven uitkwamen. Uiteindelijk is dat toegespitst op twee Jordaangrachten. Daarover gaat nu de discussie. Opengraving draagt niet alleen bij aan verfraaiing van het stadsbeeld. Het leidt bijvoorbeeld ook tot extra waterberging en meer mogelijkheden voor passagiervervoer over water waar wij ook een voorstander van zijn. En het biedt de kans om het te combineren met de bouw van een parkeergarage. Natuurlijk geeft zo'n project overlast, maar het kan allemaal in anderhalf jaar achter de rug zijn. Vergelijk dat eens met de aanleg van de nieuwe metrolijn van Noord naar Zuid die is gestart. Dat werk gaat tot ongeveer 2010 duren.'
 
Uit een door Frankfurther ingesteld onderzoek kwam naar voren dat 75% van de ondervraagden nieuwe grachten een goed idee vonden, maar net als zo vaak zijn de tegenstanders luidruchtiger en roeren die zich meer. Voor een partij als D66 waar de redelijkheid hoog staat aangeschreven en inspraak voor de burger een van de grondbeginselen is, lijkt zo'n beroering altijd voor een dilemma te zorgen. Inspraak is een onderdeel van procedures en besluitvorming en niet de macht van de straat. Zo lijkt het te moeten zijn, maar zo is het vaak niet. Frankfurther blijft er voorlopig kalm onder. Als de politiek het plan uiteindelijk het fiat geeft, is er voor de burger nog de mogelijkheid van een correctief referendum. Dat speelde ook bij de instelling van de deelraad en bij een referendum blijkt beter hoeveel voor- en tegenstanders er zijn.
Als er uiteindelijk gegraven gaat worden, zal dat overigens in een nieuwe collegeperiode gebeuren. En zal Frankfurther er dan bij zijn?
'Op dit moment hebben we drie zetels in de deelraad en dat heeft geleid tot deelname aan het bestuur. Dat zetelaantal halen we nog steeds in peilingen. En peilingen in de Amsterdamse binnenstad zijn voor D66 in het algemeen een belangrijke graadmeter. Daar begint voor onze partij de victorie. Zo is het ooit begonnen, nadat D66 er werd opgericht. Als het in Amsterdam goed gaat met D66, dan gaat het landelijk ook goed.
Tijdens de campagne voor de afgelopen verkiezingen voor de deelraad, groeven we symbolisch een stukje Elandsgracht uit. Nee, ik had daarvoor geen speciale schep laten maken. We hadden gewoon een paar scheppen geregeld. Je zag toen de mensen denken: "Ach, laat die jongens, laat ze maar".'
 
Die mensen die dat dachten, vergisten zich in de bestuurder Frankfurther. Hij is geen wilde plannen maker, maar een weloverwogen stadsdeelwethouder die bezig is met de uitvoering van politiek-bestuurlijke besluitvorming. Een volksmenner of een luidruchtige actievoerder is hij totaal niet.
'Volksmennen daar doe ik niet aan. Op de inspraakavond over het plan voor de Elandsgracht was een man die de zaal als een dirigent opzweepte met gebaren en tekst als: "En wat vinden wij van de gemeente….? Olie …!" Je begrijpt dat de zaal doorhad, wat het ontbrekende woord moest zijn. Nee, dat is niet mijn stijl.'
© 2004 Theo Capel
powered by CJ2