archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Galerie delen printen terug
Adri de Groots vogeldagboek Jack Luiten

0711BZ Vogeltje
Zijn Vogeldagboek wordt door zevenduizend belangstellenden bekeken. Elke week krijgt hij er zo'n honderd 'abonnees' bij. In België worden postzegels met zijn werk uitgegeven. Via internet dringt zijn dagboek door in vele landen ter wereld. Wat hem drijft? ‘De ongekende schoonheid van en liefde voor de natuur.’
Adri de Groot (63) uit Benthuizen blijft er nuchter en bescheiden onder. ‘Ik ben er door omstandigheden ook maar ingerold. De liefde voor de natuur zat er bij mij van jongs af aan al een beetje in. Als ik later geen burn-out had gekregen, was het misschien anders gelopen. Mijn rust vind ik nu in de natuur en achter de computer.’

Duizenden mensen genieten drie tot vier keer per week van zijn gangen in de natuur. Het resultaat kunnen ze thuis via email bekijken op het beeldscherm. Gratis en voor niks! Het zijn vooral de vele soorten vogels, die hij op de gevoelige plaat vastlegt. Zijn dagboek bestaat meestal uit zes tot acht foto's die indruk maken, haarscherp en de volle kleurenpracht van de natuur etalerend.
De Groot volgt met zijn lens ook het gedrag van vogels en geeft bij elke foto een korte beschrijving van wat, waar, wanneer en onder welke omstandigheden hij de foto's maakte. De schutkleuren van de roerdomp, de bijzondere verschijning van de pestvogel, de rietgors, witte reiger, krakeend, brilduiker en ransuil, het is maar een greep uit de vele vogels in zijn Vogeldagboek.
Dagelijks krijgt hij dertig, veertig mailtjes, die hij alle beantwoordt. ‘Tot nu toe is het nog net te behappen. Ik krijg wel meer foto's toegestuurd van mensen die menen iets bijzonders gezien te hebben. Zoals laatst van overvliegende kraanvogels. Die heb ik er ook op gezet.’

Zijn vader was korenmolenaar in de Alblasserwaard. De boeren kwamen bij de familie De Groot veel over de vloer. Het weidse polderland was voor de kinderen een el dorado. Adri blikt terug: ‘Het is prachtig om 's morgens vroeg door het weiland te lopen. Dat deden we toen ook, op zoek naar nestjes van karekieten en patrijzen. Met een roeibootje over het water. Of in alle rust de vogeltjes bekijken in de volière van mijn oudere broer.’
Na zijn werk als journalist van een managementtijdschrift werd hij hoofd voorlichting van een ambtenarenvakbond. Dagelijks twaalf uur in touw, tot 's avonds aan de telefoon. Vaak ook in het weekend. Zelden of nooit rust. Mede hierdoor belandde hij op vijftigjarige leeftijd in een zwart gat. Wat bij die depressie speelde was een zogenoemd tweede generatiesyndroom. Beide ouders zaten in de oorlog in het verzet. De Groot wil over die stoornis liever niet uitweiden.

‘Na drie, vier jaar ben ik er na vele behandelingen en met behulp van zware medicijnen langzaam maar zeker bovenop gekomen. In 1999 kon ik weer de deur uit. Naar buiten om rust te zoeken en evenwicht in het leven. Zo is het dagboek eigenlijk begonnen. Ik maakte met een videocamera wat beelden in de natuur, van vogels, planten en landschap. In die eerste jaren waren er zo'n zestig mensen om me heen die daar belangstelling voor hadden.’
Wat hem in de natuur nu vooral fascineert zijn vogels en insecten. ‘De variëteit, de veranderende kleuren, het gedrag, de communicatie en de intelligentie van vogels. Kijk eens goed naar insecten, hun kleuren, tekeningen en hun 'bouw'. Het is allemaal zo boeiend en fascinerend. Ik ben ook een liefhebber van kunst en cultuur, mensen kunnen schitterende dingen maken. De natuur is echter vele malen mooier en boeiender.’

Vogels kennen is vooral het herkennen van hun zang en roepgeluiden. ‘Zo'n driekwart van de vogels herken ik op hun geluid,’ zegt De Groot. ‘In het veld merk je de meeste vogels pas op als ze roepen of zingen. Anders zie je ze vaak niet eens tussen de bladeren of hoog in de lucht. Laatst nog heb ik foto's gepubliceerd van kleine, overvliegende zwanen, op weg naar Siberië. Drieduizend kilometer ver. Kenmerkend is hun wat melancholieke roep, fantastisch om te horen. ‘En passant meldt De Groot dat deze vogels elkaar begroeten en veel intensiever communiceren dan de knobbelzwaan.
Goed luisteren is één, goed kijken is twee. Kennis, gevoel en ervaring helpen om de biotoop van vogels te herkennen. ‘Als ik hoogstam-fruitbomen zie in de buurt van een boerderij met weiland, dan zitten daar geheid steenuilen.’ En in een naburig natuurgebied zitten ransuilen. Kerkuilen weet hij te zitten bij boeren in de polder. Hij zegt het niet, maar denkt het wel: de meeste mensen hebben geen notie wat de natuur allemaal te bieden heeft.

De huidige praktijk van de landbouw is hem een doorn in het oog. ‘De boeren maak ik geen verwijten. Maar het systeem van stimuleren en intensiveren brengt de natuur verder in de verdrukking. Ik vind wel dat de boeren met hun organisaties meer tegengas moeten geven. In de combinatie 'boeren en natuur' is veel meer balans nodig. Neem het afschieten van ganzen, absurd dat het gebeurt. Als boeren schade hebben door ganzen, moet die schade gewoon worden vergoed. Eigenlijk is het heel simpel.’

Adri de Groot zegt weinig energie te hebben (hij slaapt dagelijks twaalf tot veertien uur) maar put veel energie uit de vele enthousiaste reacties die hij dagelijks krijgt. ‘Ik krijg veel dankbaarheid terug, van mensen die niet meer naar buiten kunnen. Van mensen die begaan zijn met de natuur. Anderen met het vogeldagboek blij maken geeft een goed gevoel. Want een wereld zonder vogels zou een dode wereld zijn.’

Aanmelden op: www.vogeldagboek.nl
 
************************************
Pepijn Lampe is product & grafisch ontwerper.
Informatie op: www.pepdesign.be


© 2010 Jack Luiten meer Jack Luiten - meer "Galerie" -
Bezigheden > Galerie
Adri de Groots vogeldagboek Jack Luiten
0711BZ Vogeltje
Zijn Vogeldagboek wordt door zevenduizend belangstellenden bekeken. Elke week krijgt hij er zo'n honderd 'abonnees' bij. In België worden postzegels met zijn werk uitgegeven. Via internet dringt zijn dagboek door in vele landen ter wereld. Wat hem drijft? ‘De ongekende schoonheid van en liefde voor de natuur.’
Adri de Groot (63) uit Benthuizen blijft er nuchter en bescheiden onder. ‘Ik ben er door omstandigheden ook maar ingerold. De liefde voor de natuur zat er bij mij van jongs af aan al een beetje in. Als ik later geen burn-out had gekregen, was het misschien anders gelopen. Mijn rust vind ik nu in de natuur en achter de computer.’

Duizenden mensen genieten drie tot vier keer per week van zijn gangen in de natuur. Het resultaat kunnen ze thuis via email bekijken op het beeldscherm. Gratis en voor niks! Het zijn vooral de vele soorten vogels, die hij op de gevoelige plaat vastlegt. Zijn dagboek bestaat meestal uit zes tot acht foto's die indruk maken, haarscherp en de volle kleurenpracht van de natuur etalerend.
De Groot volgt met zijn lens ook het gedrag van vogels en geeft bij elke foto een korte beschrijving van wat, waar, wanneer en onder welke omstandigheden hij de foto's maakte. De schutkleuren van de roerdomp, de bijzondere verschijning van de pestvogel, de rietgors, witte reiger, krakeend, brilduiker en ransuil, het is maar een greep uit de vele vogels in zijn Vogeldagboek.
Dagelijks krijgt hij dertig, veertig mailtjes, die hij alle beantwoordt. ‘Tot nu toe is het nog net te behappen. Ik krijg wel meer foto's toegestuurd van mensen die menen iets bijzonders gezien te hebben. Zoals laatst van overvliegende kraanvogels. Die heb ik er ook op gezet.’

Zijn vader was korenmolenaar in de Alblasserwaard. De boeren kwamen bij de familie De Groot veel over de vloer. Het weidse polderland was voor de kinderen een el dorado. Adri blikt terug: ‘Het is prachtig om 's morgens vroeg door het weiland te lopen. Dat deden we toen ook, op zoek naar nestjes van karekieten en patrijzen. Met een roeibootje over het water. Of in alle rust de vogeltjes bekijken in de volière van mijn oudere broer.’
Na zijn werk als journalist van een managementtijdschrift werd hij hoofd voorlichting van een ambtenarenvakbond. Dagelijks twaalf uur in touw, tot 's avonds aan de telefoon. Vaak ook in het weekend. Zelden of nooit rust. Mede hierdoor belandde hij op vijftigjarige leeftijd in een zwart gat. Wat bij die depressie speelde was een zogenoemd tweede generatiesyndroom. Beide ouders zaten in de oorlog in het verzet. De Groot wil over die stoornis liever niet uitweiden.

‘Na drie, vier jaar ben ik er na vele behandelingen en met behulp van zware medicijnen langzaam maar zeker bovenop gekomen. In 1999 kon ik weer de deur uit. Naar buiten om rust te zoeken en evenwicht in het leven. Zo is het dagboek eigenlijk begonnen. Ik maakte met een videocamera wat beelden in de natuur, van vogels, planten en landschap. In die eerste jaren waren er zo'n zestig mensen om me heen die daar belangstelling voor hadden.’
Wat hem in de natuur nu vooral fascineert zijn vogels en insecten. ‘De variëteit, de veranderende kleuren, het gedrag, de communicatie en de intelligentie van vogels. Kijk eens goed naar insecten, hun kleuren, tekeningen en hun 'bouw'. Het is allemaal zo boeiend en fascinerend. Ik ben ook een liefhebber van kunst en cultuur, mensen kunnen schitterende dingen maken. De natuur is echter vele malen mooier en boeiender.’

Vogels kennen is vooral het herkennen van hun zang en roepgeluiden. ‘Zo'n driekwart van de vogels herken ik op hun geluid,’ zegt De Groot. ‘In het veld merk je de meeste vogels pas op als ze roepen of zingen. Anders zie je ze vaak niet eens tussen de bladeren of hoog in de lucht. Laatst nog heb ik foto's gepubliceerd van kleine, overvliegende zwanen, op weg naar Siberië. Drieduizend kilometer ver. Kenmerkend is hun wat melancholieke roep, fantastisch om te horen. ‘En passant meldt De Groot dat deze vogels elkaar begroeten en veel intensiever communiceren dan de knobbelzwaan.
Goed luisteren is één, goed kijken is twee. Kennis, gevoel en ervaring helpen om de biotoop van vogels te herkennen. ‘Als ik hoogstam-fruitbomen zie in de buurt van een boerderij met weiland, dan zitten daar geheid steenuilen.’ En in een naburig natuurgebied zitten ransuilen. Kerkuilen weet hij te zitten bij boeren in de polder. Hij zegt het niet, maar denkt het wel: de meeste mensen hebben geen notie wat de natuur allemaal te bieden heeft.

De huidige praktijk van de landbouw is hem een doorn in het oog. ‘De boeren maak ik geen verwijten. Maar het systeem van stimuleren en intensiveren brengt de natuur verder in de verdrukking. Ik vind wel dat de boeren met hun organisaties meer tegengas moeten geven. In de combinatie 'boeren en natuur' is veel meer balans nodig. Neem het afschieten van ganzen, absurd dat het gebeurt. Als boeren schade hebben door ganzen, moet die schade gewoon worden vergoed. Eigenlijk is het heel simpel.’

Adri de Groot zegt weinig energie te hebben (hij slaapt dagelijks twaalf tot veertien uur) maar put veel energie uit de vele enthousiaste reacties die hij dagelijks krijgt. ‘Ik krijg veel dankbaarheid terug, van mensen die niet meer naar buiten kunnen. Van mensen die begaan zijn met de natuur. Anderen met het vogeldagboek blij maken geeft een goed gevoel. Want een wereld zonder vogels zou een dode wereld zijn.’

Aanmelden op: www.vogeldagboek.nl
 
************************************
Pepijn Lampe is product & grafisch ontwerper.
Informatie op: www.pepdesign.be
© 2010 Jack Luiten
powered by CJ2