archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Een rustig mens delen printen terug
Peter Felix wil af van alibi's Frits Hoorweg

0414BS Peter Felix
Peter Felix is organisatieadviseur. Hoewel hij al een paar jaar met pensioen is lijkt gebruik van de verleden tijd ongepast. Hij wordt nog regelmatig gevraagd voor interessante opdrachten en heeft dan moeite met nee zeggen. Waarom zou je ook als je er plezier in hebt? Dat is een opvallend persoonskenmerk: hij straalt altijd goeie zin uit. Zelfs temidden van de grootst mogelijke rotzooi is op zijn gezicht te lezen: ‘Goh, wat fijn dat ik het hier mag opruimen.’
De afspraak een keer te praten over de productiviteit van de overheid stond daardoor al een tijdje, zonder dat het er echt van kwam. Nu hij gedwongen thuis zat om te revalideren van een heupoperatie zag ik mijn kans schoon. Hij wachtte me bovenaan de trap van zijn Amsterdamse grachtenhuis op met een stok in de ene hand en een briefje in de andere. Daarop bleek zijn programma ter verbetering van de productiviteit van de overheid te staan.

‘Ja, het is inderdaad frappant hoe ver de productiviteit van de overheid achterblijft. In de particuliere sector groeide die van 1995 tot 2005 met 3,5% per jaar en bij de overheid (in ruime zin) was dat nul of nagenoeg nul, met hele kleine variaties. Goed rapport overigens van het SCP waar die gegevens uitkomen. In dat soort dingen is de overheid nu juist wel heel goed. Fundamentele studies over onderliggende trends die kom je in het bedrijfsleven veel te weinig tegen, of ze zijn van een bedenkelijk niveau. Nee, deze analyse is heel goed.’

‘Wat eraan te doen is een ander hoofdstuk. De richting waarin we moeten is eigenlijk niet zo ingewikkeld. Je moet het sectorgewijs bekijken. Bij ons zit het onderwijs in het slop. In Finland doen ze het heel goed. En wat is het verschil? Daar hebben ze gekozen voor kleinschalige onderwijsinstellingen en hoog betaalde leerkrachten. Hoe je precies van de dwaalweg die wij zijn ingeslagen afkomt is moeilijker, maar de richting is duidelijk.
De gezondheidszorg is ook zoiets. Voor mij staat vast dat we moeten ophouden die alleen maar als kostenpost te behandelen. We moeten voor onszelf een ambitieniveau vaststellen en dan investeren. Wat maakt het nou uit als we 20% van ons inkomen uitgeven aan gezondheidszorg? Waar geven we het anders aan uit? Als je maar zorgt dat mensen zelf afwegingen kunnen maken. Er valt echt niet te ontkomen aan marktwerking in die sector (in het onderwijs zie ik dat nauwelijks als een mogelijkheid). Natuurlijk moet die gereguleerd worden, zodat de solidariteit gewaarborgd wordt. Maar dat kan toch?’

‘Het moet wel op een verstandige manier gebeuren. Niet zoals bij het railvervoer is gebeurd, waar de NS monopolist in een quasi private markt is geworden. Ze hadden al die miljoenen beter kunnen gebruiken om een goede concurrent in het leven te roepen. Nu is dat spoor een bolwerk gebleven van de bonden, gestaalde kaders van mannen met te grote snorren.
Ik ben ervan overtuigd dat je per sector een benadering kunt ontwikkelen die recht doet aan de bijzonderheden van die sector. Maar je bent er niet met een paar leuke privatiseringsexperimenten. Er is meer nodig. Daar heb ik over nagedacht.’

Het briefje wordt tevoorschijn gehaald en valt vervolgens op de grond. Mijn aanbod om het op te rapen wordt vrolijk van de hand gewezen. Er volgt een demonstratie van op verantwoorde wijze iets van de grond rapen als je net een nieuwe heup hebt.
‘Wist je dat ze al die spieren doorsnijden bij zo’n operatie. Ik kan me niet voorstellen dat ze dat over 20 jaar nog op deze manier doen. Dan zal er toch hopelijk wel iets bedacht zijn met laserstalen, of weet ik wat. Dit is toch te gek, joh.’

‘Mijn programma ziet er als volgt uit. Om te beginnen moet de overheid doen wat bij grote bedrijven al in de jaren ‘80 is gebeurd: de centrale staven, de departementen, moeten tenminste gehalveerd worden. Laten we de typische overheidsreflex van eerst de taken beschrijven alsjeblieft negeren. Halvering dwingt tot keuzen en tot afstand. Dat is net wat we nodig hebben.
Die grote staven blokkeren nu de inventiviteit van de mensen in de uitvoering. Trouwens het hele idee dat er een scherp onderscheid hoort te zijn tussen beleid en uitvoering moet van de baan. De mensen in wat nu de uitvoering heet moeten juist aangezet worden zelf een strategie te bedenken en die in de praktijk te brengen. Dat geldt op allerlei niveaus. Een universiteit moet nadenken over waar ze in wil uitblinken, voor wie ze wil werken en wat de doelgroep wenst. Maar ook een dorpsschool moet daartoe worden aangezet. Zelfs voor de verschillende geledingen van een politiekorps geldt dat. Ik zeg niet dat zulke dingen nu nergens gebeuren, maar het wordt niet aangemoedigd, integendeel. Het hogere niveau,0414BS RMHalvering zoals een departement, heeft ook een strategie nodig, maar die moet heel globaal zijn. En die strategie hoeft er niet te zijn vóór de uitvoering zijn strategie bedenkt. Er moet een wisselwerking zijn tussen de niveaus.’

‘Af en toe zal dat tot ongelukken leiden, maar niet vaker dan nu het geval is. In veel meer gevallen zal sprake zijn van verbluffende resultaten, en een groei van de productiviteit. Heel belangrijk is dat we de grotere variëteit en differentiatie die het gevolg zal zijn, positief gaan waarderen. Nu is er een verstikkende neiging om iedereen hetzelfde te behandelen en daarbij zo ver te gaan dat het de mensen opgedrongen wordt. Het halveren van de departementen dient ook om via een schokeffect die neiging de kop in te drukken.’

‘Per sector moet een verstandige mix van uitbesteding, privatisering en overheidsregulering worden ontwikkeld. Heel voorzichtig is men daarmee begonnen en dat moet vooral doorgaan. Belangrijk is wel dat we goed nadenken over de wijze waarop de resultaten van het werk gemeten worden. Dat moet extern gebeuren. Kijk, er wordt nu gezegd dat de productiviteit van de politie de laatste twee jaar is gegroeid. Ik vraag mij eerlijk gezegd af of niet teveel geleund wordt op interne rapportages. Aangiftecijfers zeggen op zich natuurlijk niks. Bij de politie is het eeuwige probleem dat er te weinig directe uren worden gemaakt. Er gaat een belachelijke hoeveelheid tijd heen met opleiding, persoonlijke verzorging en overleg. Tot mijn spijt moet ik vaststellen dat ook de projecten waar ik zelf aan heb meegedaan weinig positiefs hebben opgeleverd. Er is een verlammende neiging om steeds naar anderen te wijzen. Als wij meer bekeuringen uitdelen of boeven vangen kan de rechterlijke macht het niet meer aan, dat soort geklets. Eraan voorbijgaand dat er natuurlijk wel meer dingen te bedenken zijn om de veiligheid te bevorderen.’

‘Dat was dus het externe meten, nu heb ik nog twee dingen op mijn lijstje staan. De voorlaatste gaat over structuurwijzigingen. Die zijn op het ogenblik niet in de mode. Er wordt nogal eens gezegd dat ze veel gedoe opleveren en weinig resultaat. Dat moet erkend worden, maar je moet toch ook vaststellen dat er soms niet aan te ontkomen valt. De sector openbare orde en veiligheid vind ik daar een voorbeeld van. Er is nu net weer gedoe over de bevoegdheden van de nationaal coördinator terrorismebestrijding, en niet ten onrechte. Iedereen in die sector kan zich desgewenst verschuilen achter een ander. Iedereen heeft een alibi. Volgens mij moet er een ministerie voor veiligheid en rampenbestrijding komen waarin politie, rampenbestrijding, OM en inlichtingendiensten worden samengebracht.
De rechterlijke macht moet daar buiten blijven, want die zijn juist aangesteld om wat die andere diensten doen te controleren. Volgens mij moet die samen met het meer bestuurlijke gedeelte van het ministerie van BZK worden ondergebracht in een ministerie van bestuur en rechtspraak. Ik heb nog niet zo lang geleden meegewerkt aan een rapport waar dat in stond, althans in het eerste concept. Maar ja, toen is dat idee getorpedeerd, naar mijn idee omdat traditie en belangen de overhand kregen op rationele afwegingen.’

‘Dan nog even het laatste punt op mijn lijstje: roulatie. Er moet veel meer uitwisseling komen tussen overheid en bedrijfsleven. In Nederland is het helaas zo dat het zelfs binnen adviesbureaus gescheiden werelden zijn. Een hele slechte zaak is dat. Huurt de overheid een adviseur in en dan krijgen ze een ex-ambtenaar die een paar jaar geleden is overgestapt. Nou, die is natuurlijk geneigd om de gebruikelijke aanpak te volgen. De Angelsaksiche bureaus als McKinsey en BoozAllen doen dat nadrukkelijk niet, maar ja, die vindt de Nederlandse overheid te duur. Zelf ben ik er gelukkig altijd in geslaagd om een redelijke spreiding te realiseren.’

‘Zullen we het lijstje nog even doornemen? Daar gaan we.

Staven inkrimpen
Beleid naar uitvoerend niveau
Variëteit en differentiatie accepteren
Sectorspecifieke aanpak met mix van:
verzelfstandiging, privatisering en marktregulering
Extern meten
Rouleren

Zo moet het wel lukken. Ach, als wij het toch eens voor het zeggen hadden.’

De laatste zinnen worden met een vrolijke lach uitgesproken. Wat niet wil zeggen dat het slechts ironie is.
 
*************************************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl 


© 2007 Frits Hoorweg meer Frits Hoorweg - meer "Een rustig mens" -
Beschouwingen > Een rustig mens
Peter Felix wil af van alibi's Frits Hoorweg
0414BS Peter Felix
Peter Felix is organisatieadviseur. Hoewel hij al een paar jaar met pensioen is lijkt gebruik van de verleden tijd ongepast. Hij wordt nog regelmatig gevraagd voor interessante opdrachten en heeft dan moeite met nee zeggen. Waarom zou je ook als je er plezier in hebt? Dat is een opvallend persoonskenmerk: hij straalt altijd goeie zin uit. Zelfs temidden van de grootst mogelijke rotzooi is op zijn gezicht te lezen: ‘Goh, wat fijn dat ik het hier mag opruimen.’
De afspraak een keer te praten over de productiviteit van de overheid stond daardoor al een tijdje, zonder dat het er echt van kwam. Nu hij gedwongen thuis zat om te revalideren van een heupoperatie zag ik mijn kans schoon. Hij wachtte me bovenaan de trap van zijn Amsterdamse grachtenhuis op met een stok in de ene hand en een briefje in de andere. Daarop bleek zijn programma ter verbetering van de productiviteit van de overheid te staan.

‘Ja, het is inderdaad frappant hoe ver de productiviteit van de overheid achterblijft. In de particuliere sector groeide die van 1995 tot 2005 met 3,5% per jaar en bij de overheid (in ruime zin) was dat nul of nagenoeg nul, met hele kleine variaties. Goed rapport overigens van het SCP waar die gegevens uitkomen. In dat soort dingen is de overheid nu juist wel heel goed. Fundamentele studies over onderliggende trends die kom je in het bedrijfsleven veel te weinig tegen, of ze zijn van een bedenkelijk niveau. Nee, deze analyse is heel goed.’

‘Wat eraan te doen is een ander hoofdstuk. De richting waarin we moeten is eigenlijk niet zo ingewikkeld. Je moet het sectorgewijs bekijken. Bij ons zit het onderwijs in het slop. In Finland doen ze het heel goed. En wat is het verschil? Daar hebben ze gekozen voor kleinschalige onderwijsinstellingen en hoog betaalde leerkrachten. Hoe je precies van de dwaalweg die wij zijn ingeslagen afkomt is moeilijker, maar de richting is duidelijk.
De gezondheidszorg is ook zoiets. Voor mij staat vast dat we moeten ophouden die alleen maar als kostenpost te behandelen. We moeten voor onszelf een ambitieniveau vaststellen en dan investeren. Wat maakt het nou uit als we 20% van ons inkomen uitgeven aan gezondheidszorg? Waar geven we het anders aan uit? Als je maar zorgt dat mensen zelf afwegingen kunnen maken. Er valt echt niet te ontkomen aan marktwerking in die sector (in het onderwijs zie ik dat nauwelijks als een mogelijkheid). Natuurlijk moet die gereguleerd worden, zodat de solidariteit gewaarborgd wordt. Maar dat kan toch?’

‘Het moet wel op een verstandige manier gebeuren. Niet zoals bij het railvervoer is gebeurd, waar de NS monopolist in een quasi private markt is geworden. Ze hadden al die miljoenen beter kunnen gebruiken om een goede concurrent in het leven te roepen. Nu is dat spoor een bolwerk gebleven van de bonden, gestaalde kaders van mannen met te grote snorren.
Ik ben ervan overtuigd dat je per sector een benadering kunt ontwikkelen die recht doet aan de bijzonderheden van die sector. Maar je bent er niet met een paar leuke privatiseringsexperimenten. Er is meer nodig. Daar heb ik over nagedacht.’

Het briefje wordt tevoorschijn gehaald en valt vervolgens op de grond. Mijn aanbod om het op te rapen wordt vrolijk van de hand gewezen. Er volgt een demonstratie van op verantwoorde wijze iets van de grond rapen als je net een nieuwe heup hebt.
‘Wist je dat ze al die spieren doorsnijden bij zo’n operatie. Ik kan me niet voorstellen dat ze dat over 20 jaar nog op deze manier doen. Dan zal er toch hopelijk wel iets bedacht zijn met laserstalen, of weet ik wat. Dit is toch te gek, joh.’

‘Mijn programma ziet er als volgt uit. Om te beginnen moet de overheid doen wat bij grote bedrijven al in de jaren ‘80 is gebeurd: de centrale staven, de departementen, moeten tenminste gehalveerd worden. Laten we de typische overheidsreflex van eerst de taken beschrijven alsjeblieft negeren. Halvering dwingt tot keuzen en tot afstand. Dat is net wat we nodig hebben.
Die grote staven blokkeren nu de inventiviteit van de mensen in de uitvoering. Trouwens het hele idee dat er een scherp onderscheid hoort te zijn tussen beleid en uitvoering moet van de baan. De mensen in wat nu de uitvoering heet moeten juist aangezet worden zelf een strategie te bedenken en die in de praktijk te brengen. Dat geldt op allerlei niveaus. Een universiteit moet nadenken over waar ze in wil uitblinken, voor wie ze wil werken en wat de doelgroep wenst. Maar ook een dorpsschool moet daartoe worden aangezet. Zelfs voor de verschillende geledingen van een politiekorps geldt dat. Ik zeg niet dat zulke dingen nu nergens gebeuren, maar het wordt niet aangemoedigd, integendeel. Het hogere niveau,0414BS RMHalvering zoals een departement, heeft ook een strategie nodig, maar die moet heel globaal zijn. En die strategie hoeft er niet te zijn vóór de uitvoering zijn strategie bedenkt. Er moet een wisselwerking zijn tussen de niveaus.’

‘Af en toe zal dat tot ongelukken leiden, maar niet vaker dan nu het geval is. In veel meer gevallen zal sprake zijn van verbluffende resultaten, en een groei van de productiviteit. Heel belangrijk is dat we de grotere variëteit en differentiatie die het gevolg zal zijn, positief gaan waarderen. Nu is er een verstikkende neiging om iedereen hetzelfde te behandelen en daarbij zo ver te gaan dat het de mensen opgedrongen wordt. Het halveren van de departementen dient ook om via een schokeffect die neiging de kop in te drukken.’

‘Per sector moet een verstandige mix van uitbesteding, privatisering en overheidsregulering worden ontwikkeld. Heel voorzichtig is men daarmee begonnen en dat moet vooral doorgaan. Belangrijk is wel dat we goed nadenken over de wijze waarop de resultaten van het werk gemeten worden. Dat moet extern gebeuren. Kijk, er wordt nu gezegd dat de productiviteit van de politie de laatste twee jaar is gegroeid. Ik vraag mij eerlijk gezegd af of niet teveel geleund wordt op interne rapportages. Aangiftecijfers zeggen op zich natuurlijk niks. Bij de politie is het eeuwige probleem dat er te weinig directe uren worden gemaakt. Er gaat een belachelijke hoeveelheid tijd heen met opleiding, persoonlijke verzorging en overleg. Tot mijn spijt moet ik vaststellen dat ook de projecten waar ik zelf aan heb meegedaan weinig positiefs hebben opgeleverd. Er is een verlammende neiging om steeds naar anderen te wijzen. Als wij meer bekeuringen uitdelen of boeven vangen kan de rechterlijke macht het niet meer aan, dat soort geklets. Eraan voorbijgaand dat er natuurlijk wel meer dingen te bedenken zijn om de veiligheid te bevorderen.’

‘Dat was dus het externe meten, nu heb ik nog twee dingen op mijn lijstje staan. De voorlaatste gaat over structuurwijzigingen. Die zijn op het ogenblik niet in de mode. Er wordt nogal eens gezegd dat ze veel gedoe opleveren en weinig resultaat. Dat moet erkend worden, maar je moet toch ook vaststellen dat er soms niet aan te ontkomen valt. De sector openbare orde en veiligheid vind ik daar een voorbeeld van. Er is nu net weer gedoe over de bevoegdheden van de nationaal coördinator terrorismebestrijding, en niet ten onrechte. Iedereen in die sector kan zich desgewenst verschuilen achter een ander. Iedereen heeft een alibi. Volgens mij moet er een ministerie voor veiligheid en rampenbestrijding komen waarin politie, rampenbestrijding, OM en inlichtingendiensten worden samengebracht.
De rechterlijke macht moet daar buiten blijven, want die zijn juist aangesteld om wat die andere diensten doen te controleren. Volgens mij moet die samen met het meer bestuurlijke gedeelte van het ministerie van BZK worden ondergebracht in een ministerie van bestuur en rechtspraak. Ik heb nog niet zo lang geleden meegewerkt aan een rapport waar dat in stond, althans in het eerste concept. Maar ja, toen is dat idee getorpedeerd, naar mijn idee omdat traditie en belangen de overhand kregen op rationele afwegingen.’

‘Dan nog even het laatste punt op mijn lijstje: roulatie. Er moet veel meer uitwisseling komen tussen overheid en bedrijfsleven. In Nederland is het helaas zo dat het zelfs binnen adviesbureaus gescheiden werelden zijn. Een hele slechte zaak is dat. Huurt de overheid een adviseur in en dan krijgen ze een ex-ambtenaar die een paar jaar geleden is overgestapt. Nou, die is natuurlijk geneigd om de gebruikelijke aanpak te volgen. De Angelsaksiche bureaus als McKinsey en BoozAllen doen dat nadrukkelijk niet, maar ja, die vindt de Nederlandse overheid te duur. Zelf ben ik er gelukkig altijd in geslaagd om een redelijke spreiding te realiseren.’

‘Zullen we het lijstje nog even doornemen? Daar gaan we.

Staven inkrimpen
Beleid naar uitvoerend niveau
Variëteit en differentiatie accepteren
Sectorspecifieke aanpak met mix van:
verzelfstandiging, privatisering en marktregulering
Extern meten
Rouleren

Zo moet het wel lukken. Ach, als wij het toch eens voor het zeggen hadden.’

De laatste zinnen worden met een vrolijke lach uitgesproken. Wat niet wil zeggen dat het slechts ironie is.
 
*************************************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl 
© 2007 Frits Hoorweg
powered by CJ2