archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 17
Jaargang 4
5 juli 2007
Bezigheden > In de tuin delen printen terug
Geruisloos maaien Theo Capel

0001 BZ Capel
‘De mechanische handmaaier sterft uit,’ zei de man aan de telefoon en zuchtte nog eens toen ik zei dat ik op zoek was naar een Husqvarna Novolette 540 Silent de Luxe. Zou ik niet een Diamant 400 van dezelfde fabrikant willen hebben? Die had hij op voorraad. Het verschil in lawaai was verwaarloosbaar en als ik echt een machine met vrijloop van de messenkooi wou hebben, dan had hij een Brill voor me klaar staan. Duitse perfectie sinds tientallen jaren. Daar kon geen Zweed tegenop. Oké, als ik er echt op stond, wou hij de Novolette wel voor me bestellen.

Er was een klein probleem, de leverancier zat in Rotterdam en mijn tuin is in Amsterdam, maar misschien was het afhalen wel te combineren met een andere afspraak. Bij nader inzien zag ik daarvan af. Ik had namelijk een afspraak in een café en je wist maar nooit wat er zou gebeuren als je daar met een klassieke handmaaier je entree maakte. Een jolige bezoeker zou de machine kunnen grijpen en de Perzische kleedjes op de tafeltjes een maaibeurt geven. Iemand zou beschonken de duwstang van de machine tegen zijn voorhoofd laten slaan. Er zou ruzie kunnen uitbreken of de machine wel echt geruisloos was. Dat zou men dan wel eens willen zien. Het was beter om het café te mijden.

De leverancier was gevestigd in een onderstuk in een volkswijk waar in de wijde omtrek geen gazon te vinden was, noch een plantsoen. Elk pleintje dat ik tegenkwam was als een moderne gemakstuin volledig bestraat. Het adres had wel vertrouwenwekkend geklonken. In de Zaagstraat moest je toch deugdelijk gereedschap kunnen kopen. En de winkelier wist duidelijk waarover hij het had. Hij maakte de machine zonder enig probleem voor me bedrijfsklaar. Toen ik zei dat ik nog met tram en trein naar Amsterdam moest leek het hem ook beter alles maar in de doos te laten. Als ik de stelschroeven van de vrijloop maar met ‘een doppie elf’ zou aandraaien zou alles pico bello werken. Ik moest beginnen met één-zestiende slag te geven, want het luisterde nauw. Eventueel zou een ringsleutel, of als het echt niet anders kon een steeksleutel nr. 11, ook kunnen dienen, maar een dopsleutel was toch te prefereren. Dan had je grip en verkrachtte je de kop van de bout niet.

Op de tuin slaagde ik er eerst nog in de duwstang achterstevoren te monteren. Dat kwam door het vreemde vierkante handvat dat lijkt op het stuur dat wielrenners ook wel op hun fiets hebben. Maar daarna kon ik constateren dat de Zweedse fabrikant niet had gelogen over het geluidsniveau van de machine. Nou verwacht je van een trouwhartig, somber ingesteld volk als de Zweden ook niet meteen opschepperij, fantasie of leugens. Geen geratel van de messenkooi tegen het onderblad, maar vrijloop, die inderdaad op de millimeter afgesteld moest worden. Het gras merkte nauwelijks dat het werd gemaaid.

Misschien moet ik zeggen dat de machine nauwelijks merkte dat hij het gras raakte, want het gazon is nog lang niet wat het wezen moet. Nu het al weer een tijd aanhoudend regent zou je vergeten dat we ook een uiterst droge periode achter ons hebben. Dat was precies de tijd dat ik het gazon inzaaide. Het gras kwam wel op, geholpen door veel sproeien, maar dat water wekte ook alle onkruidzaden weer tot leven. Als ik niet uitkijk ontstaat er een klaverveld in plaats van een grasveld. Het zal wel een kwestie van bijzaaien en onkruid uitsteken worden. Met een gazon heb ik overigens nog nooit anders meegemaakt.

‘Silent de luxe’ lijkt me geen taal die ergens in de wereld wordt gesproken, maar het klinkt wel goed. Op zich is het geratel van de gewone messenkooimaaier goed te verdragen. Het hoort klassiek bij een tuin, maar een mens wil wel eens wat meer. Voor medetuinders betekent dat veelal dat ze een elektrische maaier willen en liefst ook nog een strimmer voor de kantjes. Wie wel eens in de kamer een boek zit te lezen terwijl een ander bezig is te stofzuigen weet hoe lawaai dat op zich niet buitenissig is, toch behoorlijk kan storen. Tegen elektra is op zich niets. Voor verlichting is het een uitkomst, maar voor aandrijving zou de tuinier toch gewoon zijn eigen kracht moeten gebruiken.

Door de regen van de laatste tijd wil het gras wel groeien, maar is het fluisterzachte maaien even minder een genot. De maaier blijft in het hok en ik binnen. In mijn huisje blader ik in ‘Tuin in de branding’, waar altijd wel een aardig verhaal of vers in te vinden is. Adriaan van Dis, K. Schippers en de andere literatoren die onder pseudoniem het tuinleven verheerlijken en van commentaar voorzien, vallen ook in de smaak bij andere lezers. Het boek is aan een herdruk toe. Met mijn nieuwe gazon had ik vooral interesse voor de verzen van Willem Woelrat, een pseudoniem van Hans Ree. Ook op ons complex schijnt dat beest gesignaleerd te zijn. Voor de liefhebbers van een strak gazon is dat natuurlijk een drama. Ree berijmde de verzen op de wijs van bekende liederen. Het begint met ‘Sympathie voor de Woelrat’, naar het bijna gelijknamige nummer van The Rolling Stones (‘Mag ik me even voorstellen, Willem Woelrat is de naam’). Fluiten en zingen zijn toegestaan op de tuin, uiteraard onder het werk.
 
Op www.trouw.nl is 'Trouw is niet te koop' te beluisteren, een journalistieke thriller die ik schreef ter gelegenheid van het afscheid van Frits van Exter als hoofdredacteur. De thriller is ook gratis als pdf te krijgen en zo eveneens te lezen (minimaal op je scherm). Stuur een e-mail aan theocapel@deleunstoel.nl met 'Frits' als onderwerp.
 
*************************************
Floris Wiegerinck is ontwerper en tekenaar.
Ga voor informatie naar www.floriswiegerinck.nl
 
'Springveren, het beste uit de leunstoel’ is nu te koop. Luister ook naar 'De mannenpil' , een van de bijdragen, voorgelezen door Maeve van der Steen. Zie www.eburon.nl/product_details.php?item_id=472



© 2007 Theo Capel meer Theo Capel - meer "In de tuin"
Bezigheden > In de tuin
Geruisloos maaien Theo Capel
0001 BZ Capel
‘De mechanische handmaaier sterft uit,’ zei de man aan de telefoon en zuchtte nog eens toen ik zei dat ik op zoek was naar een Husqvarna Novolette 540 Silent de Luxe. Zou ik niet een Diamant 400 van dezelfde fabrikant willen hebben? Die had hij op voorraad. Het verschil in lawaai was verwaarloosbaar en als ik echt een machine met vrijloop van de messenkooi wou hebben, dan had hij een Brill voor me klaar staan. Duitse perfectie sinds tientallen jaren. Daar kon geen Zweed tegenop. Oké, als ik er echt op stond, wou hij de Novolette wel voor me bestellen.

Er was een klein probleem, de leverancier zat in Rotterdam en mijn tuin is in Amsterdam, maar misschien was het afhalen wel te combineren met een andere afspraak. Bij nader inzien zag ik daarvan af. Ik had namelijk een afspraak in een café en je wist maar nooit wat er zou gebeuren als je daar met een klassieke handmaaier je entree maakte. Een jolige bezoeker zou de machine kunnen grijpen en de Perzische kleedjes op de tafeltjes een maaibeurt geven. Iemand zou beschonken de duwstang van de machine tegen zijn voorhoofd laten slaan. Er zou ruzie kunnen uitbreken of de machine wel echt geruisloos was. Dat zou men dan wel eens willen zien. Het was beter om het café te mijden.

De leverancier was gevestigd in een onderstuk in een volkswijk waar in de wijde omtrek geen gazon te vinden was, noch een plantsoen. Elk pleintje dat ik tegenkwam was als een moderne gemakstuin volledig bestraat. Het adres had wel vertrouwenwekkend geklonken. In de Zaagstraat moest je toch deugdelijk gereedschap kunnen kopen. En de winkelier wist duidelijk waarover hij het had. Hij maakte de machine zonder enig probleem voor me bedrijfsklaar. Toen ik zei dat ik nog met tram en trein naar Amsterdam moest leek het hem ook beter alles maar in de doos te laten. Als ik de stelschroeven van de vrijloop maar met ‘een doppie elf’ zou aandraaien zou alles pico bello werken. Ik moest beginnen met één-zestiende slag te geven, want het luisterde nauw. Eventueel zou een ringsleutel, of als het echt niet anders kon een steeksleutel nr. 11, ook kunnen dienen, maar een dopsleutel was toch te prefereren. Dan had je grip en verkrachtte je de kop van de bout niet.

Op de tuin slaagde ik er eerst nog in de duwstang achterstevoren te monteren. Dat kwam door het vreemde vierkante handvat dat lijkt op het stuur dat wielrenners ook wel op hun fiets hebben. Maar daarna kon ik constateren dat de Zweedse fabrikant niet had gelogen over het geluidsniveau van de machine. Nou verwacht je van een trouwhartig, somber ingesteld volk als de Zweden ook niet meteen opschepperij, fantasie of leugens. Geen geratel van de messenkooi tegen het onderblad, maar vrijloop, die inderdaad op de millimeter afgesteld moest worden. Het gras merkte nauwelijks dat het werd gemaaid.

Misschien moet ik zeggen dat de machine nauwelijks merkte dat hij het gras raakte, want het gazon is nog lang niet wat het wezen moet. Nu het al weer een tijd aanhoudend regent zou je vergeten dat we ook een uiterst droge periode achter ons hebben. Dat was precies de tijd dat ik het gazon inzaaide. Het gras kwam wel op, geholpen door veel sproeien, maar dat water wekte ook alle onkruidzaden weer tot leven. Als ik niet uitkijk ontstaat er een klaverveld in plaats van een grasveld. Het zal wel een kwestie van bijzaaien en onkruid uitsteken worden. Met een gazon heb ik overigens nog nooit anders meegemaakt.

‘Silent de luxe’ lijkt me geen taal die ergens in de wereld wordt gesproken, maar het klinkt wel goed. Op zich is het geratel van de gewone messenkooimaaier goed te verdragen. Het hoort klassiek bij een tuin, maar een mens wil wel eens wat meer. Voor medetuinders betekent dat veelal dat ze een elektrische maaier willen en liefst ook nog een strimmer voor de kantjes. Wie wel eens in de kamer een boek zit te lezen terwijl een ander bezig is te stofzuigen weet hoe lawaai dat op zich niet buitenissig is, toch behoorlijk kan storen. Tegen elektra is op zich niets. Voor verlichting is het een uitkomst, maar voor aandrijving zou de tuinier toch gewoon zijn eigen kracht moeten gebruiken.

Door de regen van de laatste tijd wil het gras wel groeien, maar is het fluisterzachte maaien even minder een genot. De maaier blijft in het hok en ik binnen. In mijn huisje blader ik in ‘Tuin in de branding’, waar altijd wel een aardig verhaal of vers in te vinden is. Adriaan van Dis, K. Schippers en de andere literatoren die onder pseudoniem het tuinleven verheerlijken en van commentaar voorzien, vallen ook in de smaak bij andere lezers. Het boek is aan een herdruk toe. Met mijn nieuwe gazon had ik vooral interesse voor de verzen van Willem Woelrat, een pseudoniem van Hans Ree. Ook op ons complex schijnt dat beest gesignaleerd te zijn. Voor de liefhebbers van een strak gazon is dat natuurlijk een drama. Ree berijmde de verzen op de wijs van bekende liederen. Het begint met ‘Sympathie voor de Woelrat’, naar het bijna gelijknamige nummer van The Rolling Stones (‘Mag ik me even voorstellen, Willem Woelrat is de naam’). Fluiten en zingen zijn toegestaan op de tuin, uiteraard onder het werk.
 
Op www.trouw.nl is 'Trouw is niet te koop' te beluisteren, een journalistieke thriller die ik schreef ter gelegenheid van het afscheid van Frits van Exter als hoofdredacteur. De thriller is ook gratis als pdf te krijgen en zo eveneens te lezen (minimaal op je scherm). Stuur een e-mail aan theocapel@deleunstoel.nl met 'Frits' als onderwerp.
 
*************************************
Floris Wiegerinck is ontwerper en tekenaar.
Ga voor informatie naar www.floriswiegerinck.nl
 
'Springveren, het beste uit de leunstoel’ is nu te koop. Luister ook naar 'De mannenpil' , een van de bijdragen, voorgelezen door Maeve van der Steen. Zie www.eburon.nl/product_details.php?item_id=472

© 2007 Theo Capel
powered by CJ2