archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 13
Jaargang 1
22 april 2004
Bezigheden > In de tuin delen printen terug
Dronken lorren Theo Capel

0113 Dronken lorrenIn het voorjaar kom je ogen tekort voor alle pracht en praal van de natuur. 's Ochtends ben ik meestal nog niet zo ver, maar de twee kleppende dames in bus zetten me op scherp. Al vele seizoenen rijd ik bijna elke dag met de bus langs een vaart met aan de overkant een rijtje prunussen. Ze staan langs het water met achter zich lage huizen, behalve vlak bij de brug. Daar staat een flatgebouw en juist de bomen die ervoor staan, raken elk voorjaar minstens twee weken eerder in bloei. Dat had ik al vaker met een half oog gezien, maar nooit echt geregistreerd. Tot de twee vrouwen me er ongewild op wezen. De een zit al in de bus als ik instap, samen met de ander. Ik denk dat ze een huishoudelijke functie in een verder gelegen bejaardenhuis vervullen, maar over de dagelijkse arbeid hoor ik ze eigenlijk nooit, behalve in algemene zin. Ik probeer altijd enige afstand te houden, omdat ze onafgebroken vanaf het moment dat ze elkaar treffen aan het kleppen slaan over alle dingen des levens, zoals de haaruitval van de kat, de prijs van bloemkool, de onverwacht gure wind, de gezondheidstoestand van wederzijdse kennissen en de grillen van hogergeplaatsen die altijd maar denken dat ze kunnen doen wat ze willen. Dat wil te hard aankomen als de dag begint, maar onlangs zat ik ongewild te dicht achter hen en hoorde ik de een de ander wijzen op de bloesem van de prunussen.
Waarom zou de ene prunus in het rijtje sneller in bloei staan dan de andere. Ze lijken namelijk allemaal sprekend op elkaar. Zouden het toch verschillende soorten zijn? Of komt het door de beschutting van het flatgebouw? Die vraag haakte zich in mijn hoofd. Gelukkig bestond er een vriendelijke en deskundige meneer van de gemeente om het antwoord te geven.
De bomen zijn allemaal van dezelfde soort prunus serrulata - de Japanse sierkers - en van de variëteit Kanzan (ook wel Kansan of Kwanzan genoemd). Het is een zeer bekende boom met een roze bloesem, in dit geval met dubbele bloemen. Dat de bomen vooraan in het rijtje eerder in bloei komen, zou veroorzaakt worden door het feit dat dit exemplaren van een net iets andere variëteit zijn. Er zijn tientallen hybriden van de prunus die meestal op eenzelfde onderstam worden geënt. Het moment van aankoop ligt in het najaar, wanneer ze kaal zijn en er allemaal praktisch gelijk uitzien. Een sorteerfout bij de boomkweker is dan niet uit te sluiten en dat heeft hier plaatsgevonden.
Zo lang de bomen nog niet in bloei staan, valt hun warrige kroon op. Die is sterk vertakt en de dunne takken wijzen alle kanten op. Diverse bomen in het rijtje staan ook zo scheef als een dronken lor. Bezuinigde de gemeente bij het planten ooit op een boompaal? Die suggestie wierp de ambtenaar verre van zich. Het zit hem ingebakken in de soort. De prunus behoort tot de familie van de rosacea en heeft net als de meidoorn (cretaegus) en de meelbes (sorbus) de neiging tot scheefzakken. Als ze een jaar of dertig zijn sterven ze vaak af, als ze al niet eerder het slachtoffer zijn geworden van aanrijschade. Dat is een populaire doodsoorzaak van bomen, die ik uit eigen waarneming bij ons in de buurt kan bevestigen.
De Kwanzan behoort tot de boom van de 3e categorie, de kleinste soort voor de gemeentelijke groenvoorziening. Bomen worden blijkbaar naar hoogte ingedeeld. Dat geeft soms problemen bij de plaatsing, omdat de regels voorschrijven dat bomen langs de rijweg tot vier meter moeten worden 'opgekruind', een vakterm voor het afzagen van lagere takken. Die regel zou een prunus ernstig kunnen verminken, want ze worden niet echt hoog. Langs de vaart staan ze in de berm, een eindje van de stoep vandaan en doen ze niemand kwaad. De dubbelbloemige Kwanzan heeft nog als speciaal voordeel dat er geen vruchten ontstaan. Alle energie gaat in de bloesem zitten en dat zien omwonenden graag. Die willen geen 'viezigheid' op straat en helemaal niet op hun auto. De malus met zijn sierappeltjes verliest het daarom van de prunus. En de linde is een gehate boom, omdat hij de neiging heeft bij droog weer te gaan druipen. Je kan een autobezitter wel vertellen dat een regenbuitje het kleverige sap er allemaal afwast, maar gelooft die dat ook? Gelukkig zijn er tegenwoordig speciaal gekweekte lindesoorten die geen echte druipers zijn.
Bij al dat gedelibereer zou je vergeten hoe fraai de bloesemtijd van de prunus is, helemaal als er een rij of groep bomen in volle bloei staan. Helaas miste ik het kersenbloesemfestival dat de gemeenten Amstelveen en Amsterdam in samenwerking met de Japan Women's Club in Nederland hadden georganiseerd. De club heeft een paar jaar geleden in het kader van 400 vriendschap tussen Nederland en Japan 400 kerselaars geschonken die in het Amsterdamse bos in een weide zijn geplant. Het festival vindt plaats met zang en voorlezen van gedichten, zoals in Japan gebruikelijk is.
In Japan is het begin van de bloesemtijd een groot volksfeest. Hele volksstammen gaan dan picknicken onder de bomen met speciale lentehapjes (o-bento picnic), waarin ook bloesemblaadjes zijn verwerkt. En er is kersenbloesemijs te koop dat een zout-zoete smaak zou hebben. Een volksfeest is niet compleet zonder drank. Ons eigen ministerie van Landbouw vond het nodig een persbericht uit te geven waarin stond dat bij het bloesemfestijn wel 55 Japanners met alcoholvergiftiging in het ziekenhuis moesten worden opgenomen. Nee, dan Nederlanders op Koninginnedag, om een ander volksfeest te noemen. Dan beperkt iedereen zich tot één oranjebittertje en een driewerf hoera voor de koningin. Dat weten we allemaal, maar niet heus. Zou het Japanse ministerie van Landbouw dan ook vol leedvermaak een persbericht doen uitgaan?
De prunus Kanzan heeft een klein probleem. De bloesem is nogal windgevoelig. Al bij een onverwacht gure wind of lichte storm dartelen de duizenden bloesemblaadjes door de lucht en is de boom opeens weer kaal. Stel het je voor: de lucht roze van de bloesemblaadjes en de lentezon die er doorheen probeert te breken. Je zou spontaan gaan zingen, een dansje maken of een gedicht componeren, nooit meer aan de prijs van bloemkool denken en uit de bus stappen en het kantoor die dag laten voor wat het is, misschien zelfs wel enige drank tot je nemen op een uur dat het hard aankomt en in winkels onbekende dames aanspreken met in het achterhoofd onzedige bedoelingen. Dan weet je dat het weer lente is.

© 2004 Theo Capel meer Theo Capel - meer "In de tuin"
Bezigheden > In de tuin
Dronken lorren Theo Capel
0113 Dronken lorrenIn het voorjaar kom je ogen tekort voor alle pracht en praal van de natuur. 's Ochtends ben ik meestal nog niet zo ver, maar de twee kleppende dames in bus zetten me op scherp. Al vele seizoenen rijd ik bijna elke dag met de bus langs een vaart met aan de overkant een rijtje prunussen. Ze staan langs het water met achter zich lage huizen, behalve vlak bij de brug. Daar staat een flatgebouw en juist de bomen die ervoor staan, raken elk voorjaar minstens twee weken eerder in bloei. Dat had ik al vaker met een half oog gezien, maar nooit echt geregistreerd. Tot de twee vrouwen me er ongewild op wezen. De een zit al in de bus als ik instap, samen met de ander. Ik denk dat ze een huishoudelijke functie in een verder gelegen bejaardenhuis vervullen, maar over de dagelijkse arbeid hoor ik ze eigenlijk nooit, behalve in algemene zin. Ik probeer altijd enige afstand te houden, omdat ze onafgebroken vanaf het moment dat ze elkaar treffen aan het kleppen slaan over alle dingen des levens, zoals de haaruitval van de kat, de prijs van bloemkool, de onverwacht gure wind, de gezondheidstoestand van wederzijdse kennissen en de grillen van hogergeplaatsen die altijd maar denken dat ze kunnen doen wat ze willen. Dat wil te hard aankomen als de dag begint, maar onlangs zat ik ongewild te dicht achter hen en hoorde ik de een de ander wijzen op de bloesem van de prunussen.
Waarom zou de ene prunus in het rijtje sneller in bloei staan dan de andere. Ze lijken namelijk allemaal sprekend op elkaar. Zouden het toch verschillende soorten zijn? Of komt het door de beschutting van het flatgebouw? Die vraag haakte zich in mijn hoofd. Gelukkig bestond er een vriendelijke en deskundige meneer van de gemeente om het antwoord te geven.
De bomen zijn allemaal van dezelfde soort prunus serrulata - de Japanse sierkers - en van de variëteit Kanzan (ook wel Kansan of Kwanzan genoemd). Het is een zeer bekende boom met een roze bloesem, in dit geval met dubbele bloemen. Dat de bomen vooraan in het rijtje eerder in bloei komen, zou veroorzaakt worden door het feit dat dit exemplaren van een net iets andere variëteit zijn. Er zijn tientallen hybriden van de prunus die meestal op eenzelfde onderstam worden geënt. Het moment van aankoop ligt in het najaar, wanneer ze kaal zijn en er allemaal praktisch gelijk uitzien. Een sorteerfout bij de boomkweker is dan niet uit te sluiten en dat heeft hier plaatsgevonden.
Zo lang de bomen nog niet in bloei staan, valt hun warrige kroon op. Die is sterk vertakt en de dunne takken wijzen alle kanten op. Diverse bomen in het rijtje staan ook zo scheef als een dronken lor. Bezuinigde de gemeente bij het planten ooit op een boompaal? Die suggestie wierp de ambtenaar verre van zich. Het zit hem ingebakken in de soort. De prunus behoort tot de familie van de rosacea en heeft net als de meidoorn (cretaegus) en de meelbes (sorbus) de neiging tot scheefzakken. Als ze een jaar of dertig zijn sterven ze vaak af, als ze al niet eerder het slachtoffer zijn geworden van aanrijschade. Dat is een populaire doodsoorzaak van bomen, die ik uit eigen waarneming bij ons in de buurt kan bevestigen.
De Kwanzan behoort tot de boom van de 3e categorie, de kleinste soort voor de gemeentelijke groenvoorziening. Bomen worden blijkbaar naar hoogte ingedeeld. Dat geeft soms problemen bij de plaatsing, omdat de regels voorschrijven dat bomen langs de rijweg tot vier meter moeten worden 'opgekruind', een vakterm voor het afzagen van lagere takken. Die regel zou een prunus ernstig kunnen verminken, want ze worden niet echt hoog. Langs de vaart staan ze in de berm, een eindje van de stoep vandaan en doen ze niemand kwaad. De dubbelbloemige Kwanzan heeft nog als speciaal voordeel dat er geen vruchten ontstaan. Alle energie gaat in de bloesem zitten en dat zien omwonenden graag. Die willen geen 'viezigheid' op straat en helemaal niet op hun auto. De malus met zijn sierappeltjes verliest het daarom van de prunus. En de linde is een gehate boom, omdat hij de neiging heeft bij droog weer te gaan druipen. Je kan een autobezitter wel vertellen dat een regenbuitje het kleverige sap er allemaal afwast, maar gelooft die dat ook? Gelukkig zijn er tegenwoordig speciaal gekweekte lindesoorten die geen echte druipers zijn.
Bij al dat gedelibereer zou je vergeten hoe fraai de bloesemtijd van de prunus is, helemaal als er een rij of groep bomen in volle bloei staan. Helaas miste ik het kersenbloesemfestival dat de gemeenten Amstelveen en Amsterdam in samenwerking met de Japan Women's Club in Nederland hadden georganiseerd. De club heeft een paar jaar geleden in het kader van 400 vriendschap tussen Nederland en Japan 400 kerselaars geschonken die in het Amsterdamse bos in een weide zijn geplant. Het festival vindt plaats met zang en voorlezen van gedichten, zoals in Japan gebruikelijk is.
In Japan is het begin van de bloesemtijd een groot volksfeest. Hele volksstammen gaan dan picknicken onder de bomen met speciale lentehapjes (o-bento picnic), waarin ook bloesemblaadjes zijn verwerkt. En er is kersenbloesemijs te koop dat een zout-zoete smaak zou hebben. Een volksfeest is niet compleet zonder drank. Ons eigen ministerie van Landbouw vond het nodig een persbericht uit te geven waarin stond dat bij het bloesemfestijn wel 55 Japanners met alcoholvergiftiging in het ziekenhuis moesten worden opgenomen. Nee, dan Nederlanders op Koninginnedag, om een ander volksfeest te noemen. Dan beperkt iedereen zich tot één oranjebittertje en een driewerf hoera voor de koningin. Dat weten we allemaal, maar niet heus. Zou het Japanse ministerie van Landbouw dan ook vol leedvermaak een persbericht doen uitgaan?
De prunus Kanzan heeft een klein probleem. De bloesem is nogal windgevoelig. Al bij een onverwacht gure wind of lichte storm dartelen de duizenden bloesemblaadjes door de lucht en is de boom opeens weer kaal. Stel het je voor: de lucht roze van de bloesemblaadjes en de lentezon die er doorheen probeert te breken. Je zou spontaan gaan zingen, een dansje maken of een gedicht componeren, nooit meer aan de prijs van bloemkool denken en uit de bus stappen en het kantoor die dag laten voor wat het is, misschien zelfs wel enige drank tot je nemen op een uur dat het hard aankomt en in winkels onbekende dames aanspreken met in het achterhoofd onzedige bedoelingen. Dan weet je dat het weer lente is.
© 2004 Theo Capel
powered by CJ2