archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 6
Jaargang 3
19 januari 2006
Vermaak en Genot > Een omweg waard delen printen terug
Anthony Powell tentoonstelling Frits Hoorweg


De Wallace Collection, een Londens museum, heeft tot 5 februari 2006 een tentoonstelling gewijd aan het werk van de zes jaar geleden overleden schrijver Anthony Powell. Let op: diens naam moet uitgesproken worden zoals je hem schrijft, niet als Pauwel. Het heeft te maken met het feit dat zijn familie oorspronkelijk uit Wales kwam. De schrijver hechtte zeer aan de juiste uitspraak. Daarom was het -even een kleine komische anekdote er tussendoor, geheel in de stijl van de schrijver- nogal navrant dat de dominee het tijdens zijn herdenkingsdienst opzichtig fout deed. Volgens zijn biograaf * had Powell daar misschien wel een beetje om kunnen lachen. Zijn boeken gaan tenslotte ook vaak over misverstanden. Powell’s alter ego, de verteller Nicholas Jenkins, voert de lezer mee op een tocht die er vol van is.

Het museum had een goede aanleiding om zo’n tentoonstelling te organiseren. Powell’s levenswerk, de romancyclus A Dance to the Music of Time, is geïnspireerd op en genoemd naar een schilderij van Poussin en dat schilderij is in het bezit van het museum. Het schijnt een erg leuke tentoonstelling te zijn. Powell was zelf een verdienstelijk tekenaar en een selectie uit zijn werk is te bewonderen. In zijn werk speelt de schilderkunst een belangrijke rol en je kunt je voorstellen dat een goede conservator daar iets leuks mee weet te doen. En dan zijn er natuurlijk de omslagen van de verschillende uitgaven van zijn boeken. Dat alles wordt in de Wallace Collection tentoongesteld, samen met de gebruikelijke schrijversattributen als (in zijn tijd) de schrijfmachine. Als ik voort maak kan ik er nog heen, maar ja, ik ben pas nog in Londen geweest en om nu helemaal alleen voor die ene tentoonstelling weer te gaan, dat is toch een beetje te gek.

De 12 romans waaruit de cyclus bestaat heb ik inmiddels twee keer gelezen. Dertig jaar geleden voor het eerst. Toen was ik in het bezit gekomen van de Amerikaanse pocketuitgaven, 4 banden (met ieder 3 boeken) die genoemd waren naar de seizoenen: lente, zomer, herfst en winter; mooi verzorgd maar met een klein nadeel. De pagina’s waren zo breed bedrukt dat de tekst af en toe dreigde te verdwijnen in de rug. Je was bijna gedwongen om de band uit elkaar te trekken. Het is een wonder dat ze nog steeds intact zijn en dat bewijst hoezeer ik het bezit van die boeken op prijs stelde.

Ik besloot de hele cyclus nog een keer te gaan lezen naar aanleiding van een op de boeken gebaseerde televisieserie. Het zal een jaar of tien geleden zijn geweest. De televisieserie0306 VG Omweg Powell was aardig, maar viel toch een beetje tegen. Dat was nogal pijnlijk want ik had allerlei mensen opgestookt om vooral te kijken en die waren bijgevolg ook teleurgesteld. Ik verdedigde mij door erop te wijzen dat de boeken echt veel beter waren, maar het lukte me niet uit te leggen waarom. Er restte niets anders dan ze opnieuw te lezen, maar wat een mazzel: de Haagse openbare bibliotheek bleek de hele serie te hebben en wel in de oorspronkelijke bandjes van Heinemann; wat een feest.

Al gauw was mij duidelijk waarom een televisieserie over deze boeken eigenlijk onbegonnen werk was geweest. Heel kenmerkend voor de boeken is namelijk dat bepaalde, tekenende gebeurtenissen vele malen terugkomen. De verteller heeft een bepaald incident -iemand heeft een pot met suiker boven een ander zijn hoofd omgekeerd bij voorbeeld- niet zelf meegemaakt, of er niet veel aandacht aan besteed. Hij geeft de lezer de beschrijving die hij van een ander heeft gehoord. Later, en dat kan best pas in een volgend boek zijn, krijgt hij de versie van een ander te horen, en die blijkt dan net even anders te zijn. Door deze wijze van presenteren worden gebeurtenissen en karakters steeds opnieuw tegen het licht gehouden en ontstaat een veelkantig beeld van de werkelijkheid. In de televisieserie bleef daar niets van over.

Die bandjes van Heinemann bevielen mij zo goed dat ik besloot een poging te doen ze zelf in bezit te krijgen. Een project dat vorig jaar, vooral dankzij Internet, is voltooid. Elke dag kijk ik met plezier naar het resultaat. Zes van de 12 zijn eerste drukken en tien van de 12 zijn met stofomslag (zie illustratie, het ontwerp was van James Broom-Lynne). Op het ruggetje van een ervan zit een plakkertje dat duidelijk maakt dat het in een bibliotheek in Zuid-Engeland heeft gestaan. Uit het uitleenformulier dat aan de binnenzijde van de achterkant is geplakt (zo een waarop met een stempel werd aangegeven wanneer het moest worden terugbezorgd) blijkt dat het boek nooit is uitgeleend. Eigenlijk heb ik thuis mijn eigen tentoonstelling over Anthony Powell. Ik hoef helemaal niet naar Londen.

* Michael Barber (2004), Anthony Powell a life. Duckworth Overlook

*******************************************************
Uitgeverij de Prom heeft gepoogd de cyclus in een Nederlandse vertaling uit te geven, maar is er na het 4e deel mee opgehouden, vanwege gebrek aan belangstelling. Bij De Slegte zijn die vier vertaalde delen voor € 6,50 per stuk te krijgen.


© 2006 Frits Hoorweg meer Frits Hoorweg - meer "Een omweg waard" -
Vermaak en Genot > Een omweg waard
Anthony Powell tentoonstelling Frits Hoorweg

De Wallace Collection, een Londens museum, heeft tot 5 februari 2006 een tentoonstelling gewijd aan het werk van de zes jaar geleden overleden schrijver Anthony Powell. Let op: diens naam moet uitgesproken worden zoals je hem schrijft, niet als Pauwel. Het heeft te maken met het feit dat zijn familie oorspronkelijk uit Wales kwam. De schrijver hechtte zeer aan de juiste uitspraak. Daarom was het -even een kleine komische anekdote er tussendoor, geheel in de stijl van de schrijver- nogal navrant dat de dominee het tijdens zijn herdenkingsdienst opzichtig fout deed. Volgens zijn biograaf * had Powell daar misschien wel een beetje om kunnen lachen. Zijn boeken gaan tenslotte ook vaak over misverstanden. Powell’s alter ego, de verteller Nicholas Jenkins, voert de lezer mee op een tocht die er vol van is.

Het museum had een goede aanleiding om zo’n tentoonstelling te organiseren. Powell’s levenswerk, de romancyclus A Dance to the Music of Time, is geïnspireerd op en genoemd naar een schilderij van Poussin en dat schilderij is in het bezit van het museum. Het schijnt een erg leuke tentoonstelling te zijn. Powell was zelf een verdienstelijk tekenaar en een selectie uit zijn werk is te bewonderen. In zijn werk speelt de schilderkunst een belangrijke rol en je kunt je voorstellen dat een goede conservator daar iets leuks mee weet te doen. En dan zijn er natuurlijk de omslagen van de verschillende uitgaven van zijn boeken. Dat alles wordt in de Wallace Collection tentoongesteld, samen met de gebruikelijke schrijversattributen als (in zijn tijd) de schrijfmachine. Als ik voort maak kan ik er nog heen, maar ja, ik ben pas nog in Londen geweest en om nu helemaal alleen voor die ene tentoonstelling weer te gaan, dat is toch een beetje te gek.

De 12 romans waaruit de cyclus bestaat heb ik inmiddels twee keer gelezen. Dertig jaar geleden voor het eerst. Toen was ik in het bezit gekomen van de Amerikaanse pocketuitgaven, 4 banden (met ieder 3 boeken) die genoemd waren naar de seizoenen: lente, zomer, herfst en winter; mooi verzorgd maar met een klein nadeel. De pagina’s waren zo breed bedrukt dat de tekst af en toe dreigde te verdwijnen in de rug. Je was bijna gedwongen om de band uit elkaar te trekken. Het is een wonder dat ze nog steeds intact zijn en dat bewijst hoezeer ik het bezit van die boeken op prijs stelde.

Ik besloot de hele cyclus nog een keer te gaan lezen naar aanleiding van een op de boeken gebaseerde televisieserie. Het zal een jaar of tien geleden zijn geweest. De televisieserie0306 VG Omweg Powell was aardig, maar viel toch een beetje tegen. Dat was nogal pijnlijk want ik had allerlei mensen opgestookt om vooral te kijken en die waren bijgevolg ook teleurgesteld. Ik verdedigde mij door erop te wijzen dat de boeken echt veel beter waren, maar het lukte me niet uit te leggen waarom. Er restte niets anders dan ze opnieuw te lezen, maar wat een mazzel: de Haagse openbare bibliotheek bleek de hele serie te hebben en wel in de oorspronkelijke bandjes van Heinemann; wat een feest.

Al gauw was mij duidelijk waarom een televisieserie over deze boeken eigenlijk onbegonnen werk was geweest. Heel kenmerkend voor de boeken is namelijk dat bepaalde, tekenende gebeurtenissen vele malen terugkomen. De verteller heeft een bepaald incident -iemand heeft een pot met suiker boven een ander zijn hoofd omgekeerd bij voorbeeld- niet zelf meegemaakt, of er niet veel aandacht aan besteed. Hij geeft de lezer de beschrijving die hij van een ander heeft gehoord. Later, en dat kan best pas in een volgend boek zijn, krijgt hij de versie van een ander te horen, en die blijkt dan net even anders te zijn. Door deze wijze van presenteren worden gebeurtenissen en karakters steeds opnieuw tegen het licht gehouden en ontstaat een veelkantig beeld van de werkelijkheid. In de televisieserie bleef daar niets van over.

Die bandjes van Heinemann bevielen mij zo goed dat ik besloot een poging te doen ze zelf in bezit te krijgen. Een project dat vorig jaar, vooral dankzij Internet, is voltooid. Elke dag kijk ik met plezier naar het resultaat. Zes van de 12 zijn eerste drukken en tien van de 12 zijn met stofomslag (zie illustratie, het ontwerp was van James Broom-Lynne). Op het ruggetje van een ervan zit een plakkertje dat duidelijk maakt dat het in een bibliotheek in Zuid-Engeland heeft gestaan. Uit het uitleenformulier dat aan de binnenzijde van de achterkant is geplakt (zo een waarop met een stempel werd aangegeven wanneer het moest worden terugbezorgd) blijkt dat het boek nooit is uitgeleend. Eigenlijk heb ik thuis mijn eigen tentoonstelling over Anthony Powell. Ik hoef helemaal niet naar Londen.

* Michael Barber (2004), Anthony Powell a life. Duckworth Overlook

*******************************************************
Uitgeverij de Prom heeft gepoogd de cyclus in een Nederlandse vertaling uit te geven, maar is er na het 4e deel mee opgehouden, vanwege gebrek aan belangstelling. Bij De Slegte zijn die vier vertaalde delen voor € 6,50 per stuk te krijgen.
© 2006 Frits Hoorweg
powered by CJ2