archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 18
Jaargang 18
2 september 2021
Vermaak en Genot > Een omweg waard delen printen terug
Eendenkooi op Terschelling Dik Kruithof

1818VG Tersch1Het begon met het boek over Eendenkooien, toen ging ik op zoek naar de eendenkooi in Ternaard en nu sluit ik af met een bezoek aan een eendenkooi. In juli waren wij op Terschelling en daar zijn zeven eendenkooien nog zichtbaar in het landschap waarvan er een, de Hoornerkooi, vrij toegankelijk is. Op een van de eerste dagen dat wij op het eiland waren ben ik daar dus heengefietst.

De prachtige website eendenkooien.nl/terschelling meldt dat de eerste vermelding van deze kooi stamt uit 1655 in het kader van een verzoek tot bouw door Martin Tjallings uit Hoorn. De kooi is aansluitend gebouwd en in bedrijf gegaan. De kooi stond in eerste aanleg bekend als de Jeltje Jans, later als Oostender en tegenwoordig als Hoornerkooi. Het kooitype is Terschellings en had in het verleden 4 vangpijpen. Over de verdere geschiedenis meldt de huidige eigenaar, Staatsbosbeheer, dat tijdens de registratie in het kadaster in 1832 de kooi - in de categorie eendenvangst - met een bedrag van 80 gulden werd ingedeeld. Dit betekent dat het een goed vangende kooi moet zijn geweest. Toch raakt hij eind negentiende eeuw in verval. Tot circa 1925 werd er in de Hoornerkooi gevangen. In 1936 werd de kooi voor het eerst geregistreerd als vangende kooi, maar de staat van onderhoud was niet goed. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden er kleine reparaties uitgevoerd om, clandestien, wat eenden te vangen. Bij de ruilverkaveling komt de kooi in 1951 in handen van Staatsbosbeheer. Er wordt lange tijd geen actie ondernomen en de toestand van de kooi gaat met de jaren achteruit. Tot in 1983 begonnen wordt met een restauratie van de kooi met als doel er een demonstratiekooi van te maken. Bij de restauratie wordt de kolk uitgegraven en de aarde die hierbij vrijkomt wordt gebruikt om de wallen te herstellen. De vangpijpen worden ook uitgegraven, maar alleen de noordoostelijke vangpijp wordt helemaal hersteld. In 1987 wordt het herstel afgesloten met het bouwen van een kooihuisje. Daarna is de kooi altijd in gebruik geweest als excursiekooi.

Toen ik er omheen fietste (de ingang ligt wat verborgen en is makkelijk te missen) was het half bewolkt en de foto’s zijn dus ook niet erg helder. Wel was de kooi totaal verlaten en dat gaf een mooie ervaring. Traditioneel kan de natuur zijn gang gaan om een eendenkooi te beschermen tegen geluid en onrust van de buitenwereld. De kooiplas ligt dan ook als een kleine water-oase in een dichtbegroeid bos met niet alleen hoge bomen maar ook een dichte lage begroeiing van talloze bloeiende struiken en varens. Er loopt een pad om de kooiplas dat met kleine houten bruggetjes over de vangpijpen leidt naar de kijkschermen die een mooi uitzicht geven over de kooiplas. Zo kon de kooiker zien wat er gebeurde op de plas zonder zelf gezien te worden. Op iedere hoek van de plas loopt een vangpijp en een van die pijpen is weer in de oude staat gebracht. Op de kooiplas woont de makkestal, de eigen eenden die als lokeend dienen voor overtrekkende wilde eenden. Als die op de kooiplas landen worden ze door de kooiker met voer naar een vangpijp gelokt. Komen ze aan het einde van de vangpijp dan gaan ze daar “de pijp uit”. Die ene vangpijp In de Hoornerkooi is mooi gerestaureerd door leerlingen van een school uit Sneek in het kader van een groot project ‘De Kongsi van de Eendenkooi’, een verbond van zes groene organisaties om de 30 eendenkooien die er langs de Waddenzee over zijn, zo goed mogelijk te bewaren.
Terschelling is een mooi eiland. Ik was er heel lang niet geweest en het voelde als een nieuwe kennismaking. Een hobbeltocht met een huifkar over de Boschplaat naar het uiterste puntje Oost met uitzicht op Ameland was een ander hoogtepunt. Voor de tocht aan de waddenkant werkte het getij niet mee. En ik ben nog op de fiets naar Kapitein Rob geweest, een bescheiden eerbetoon aan de stoere zeezeiler van ‘Het geheim van de Boschplaat”. En voor wie misleid werd door de naam van de kooi: Hoorn is een van het rijtje dorpen op het eiland: West, Midsland, Formerum, Lies, Hoorn en Oosterend.

----
De plaatjes zijn van de schrijver



© 2021 Dik Kruithof meer Dik Kruithof - meer "Een omweg waard" -
Vermaak en Genot > Een omweg waard
Eendenkooi op Terschelling Dik Kruithof
1818VG Tersch1Het begon met het boek over Eendenkooien, toen ging ik op zoek naar de eendenkooi in Ternaard en nu sluit ik af met een bezoek aan een eendenkooi. In juli waren wij op Terschelling en daar zijn zeven eendenkooien nog zichtbaar in het landschap waarvan er een, de Hoornerkooi, vrij toegankelijk is. Op een van de eerste dagen dat wij op het eiland waren ben ik daar dus heengefietst.

De prachtige website eendenkooien.nl/terschelling meldt dat de eerste vermelding van deze kooi stamt uit 1655 in het kader van een verzoek tot bouw door Martin Tjallings uit Hoorn. De kooi is aansluitend gebouwd en in bedrijf gegaan. De kooi stond in eerste aanleg bekend als de Jeltje Jans, later als Oostender en tegenwoordig als Hoornerkooi. Het kooitype is Terschellings en had in het verleden 4 vangpijpen. Over de verdere geschiedenis meldt de huidige eigenaar, Staatsbosbeheer, dat tijdens de registratie in het kadaster in 1832 de kooi - in de categorie eendenvangst - met een bedrag van 80 gulden werd ingedeeld. Dit betekent dat het een goed vangende kooi moet zijn geweest. Toch raakt hij eind negentiende eeuw in verval. Tot circa 1925 werd er in de Hoornerkooi gevangen. In 1936 werd de kooi voor het eerst geregistreerd als vangende kooi, maar de staat van onderhoud was niet goed. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden er kleine reparaties uitgevoerd om, clandestien, wat eenden te vangen. Bij de ruilverkaveling komt de kooi in 1951 in handen van Staatsbosbeheer. Er wordt lange tijd geen actie ondernomen en de toestand van de kooi gaat met de jaren achteruit. Tot in 1983 begonnen wordt met een restauratie van de kooi met als doel er een demonstratiekooi van te maken. Bij de restauratie wordt de kolk uitgegraven en de aarde die hierbij vrijkomt wordt gebruikt om de wallen te herstellen. De vangpijpen worden ook uitgegraven, maar alleen de noordoostelijke vangpijp wordt helemaal hersteld. In 1987 wordt het herstel afgesloten met het bouwen van een kooihuisje. Daarna is de kooi altijd in gebruik geweest als excursiekooi.

Toen ik er omheen fietste (de ingang ligt wat verborgen en is makkelijk te missen) was het half bewolkt en de foto’s zijn dus ook niet erg helder. Wel was de kooi totaal verlaten en dat gaf een mooie ervaring. Traditioneel kan de natuur zijn gang gaan om een eendenkooi te beschermen tegen geluid en onrust van de buitenwereld. De kooiplas ligt dan ook als een kleine water-oase in een dichtbegroeid bos met niet alleen hoge bomen maar ook een dichte lage begroeiing van talloze bloeiende struiken en varens. Er loopt een pad om de kooiplas dat met kleine houten bruggetjes over de vangpijpen leidt naar de kijkschermen die een mooi uitzicht geven over de kooiplas. Zo kon de kooiker zien wat er gebeurde op de plas zonder zelf gezien te worden. Op iedere hoek van de plas loopt een vangpijp en een van die pijpen is weer in de oude staat gebracht. Op de kooiplas woont de makkestal, de eigen eenden die als lokeend dienen voor overtrekkende wilde eenden. Als die op de kooiplas landen worden ze door de kooiker met voer naar een vangpijp gelokt. Komen ze aan het einde van de vangpijp dan gaan ze daar “de pijp uit”. Die ene vangpijp In de Hoornerkooi is mooi gerestaureerd door leerlingen van een school uit Sneek in het kader van een groot project ‘De Kongsi van de Eendenkooi’, een verbond van zes groene organisaties om de 30 eendenkooien die er langs de Waddenzee over zijn, zo goed mogelijk te bewaren.
Terschelling is een mooi eiland. Ik was er heel lang niet geweest en het voelde als een nieuwe kennismaking. Een hobbeltocht met een huifkar over de Boschplaat naar het uiterste puntje Oost met uitzicht op Ameland was een ander hoogtepunt. Voor de tocht aan de waddenkant werkte het getij niet mee. En ik ben nog op de fiets naar Kapitein Rob geweest, een bescheiden eerbetoon aan de stoere zeezeiler van ‘Het geheim van de Boschplaat”. En voor wie misleid werd door de naam van de kooi: Hoorn is een van het rijtje dorpen op het eiland: West, Midsland, Formerum, Lies, Hoorn en Oosterend.

----
De plaatjes zijn van de schrijver

© 2021 Dik Kruithof
powered by CJ2