archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 10
Jaargang 17
12 maart 2020
Bezigheden > Lopen delen printen terug
South West Coast Path Katharina Kouwenhoven

1710BZ Coast Path1Ik las over een boek, waarin de auteur haar wandeling beschrijft over het South West Coast Path (SWCP) in Engeland *). Meteen werd ik nieuwsgierig, want ik heb zelf een groot deel van dit pad gelopen. Nu was er een aanzienlijk verschil tussen de auteur en mij, wat omstandigheden betreft.
De auteur Raynor Winn, begin vijftig, liep met haar echtgenoot die net te horen had gekregen dat hij een terminale spierziekte had. Zij liepen met volle bepakking en kampeerden op of aan het pad. Recentelijk hadden ze hun huis en geld verloren door een domme belegging. Ze hadden geen werk meer en nooit eerder een lange afstand gewandeld.

Het SWCP is 630 mijlen lang, begint bij Minehead in Somerset en eindigt in Poole in Dorset. Het grootste deel van het pad bevindt zich in Devon en Cornwall. Praktisch niemand loopt dat pad in één keer in zijn geheel. Daarvoor ontbreekt meestal de tijd. Maar het echtpaar Winn had de tijd aan hen zelf. Ze hadden toch niets anders te doen.
Eigenlijk wilden ze in Poole beginnen, want de route vanaf Minehead was het zwaarste deel van het pad. Ik kan daar over mee praten, want ik heb in Noord Devon menig stuk op handen en voeten afgelegd. Ze hadden echter een beschrijving die begon in Minehead en achtten zichzelf niet in staat deze beschrijving ‘achterstevoren’ te lezen (!). Waaruit maar weer blijkt hoe onervaren ze waren.

Lopen met een zware rugzak op een pad dat vaak niet breder is dan een halve meter en aan de zeekant herhaaldelijk langs een afgrond loopt (vanwaar je wèl de zeehonden heel goed kon zien!) is geen sinecure. Er is namelijk altijd wind, soms zelfs stormachtig, die aan je rukt en trekt. Daar moet je wel even aan wennen. Er zijn niet veel sanitaire voorzieningen langs de route en daar moet je ook aan wennen. Een tentje opzetten in een storm is iets dat je moet leren. Het bleek al snel dat ze verkeerde slaapzakjes bij zich hadden en ’s nachts lagen te vernikkelen van de kou. Dat is wel even anders dan als ‘luxe’1710BZ Coast Path2 vakantieganger op dat pad lopen, met bagage voor één dag en met een warme douche en een zacht bed in het vooruitzicht.

Door geldgebrek aten ze elke dag rijst met een blikje sardientjes en dronken thee, want warm water was gratis. Een douche was er niet bij, wassen sowieso niet, tenzij ze een bad namen in zee. Vreemd genoeg zijn er helemaal niet zo veel plekken waar dat kan, omdat je meestal boven op de rotsen loopt, vanwaar je niet makkelijk bij zee kan komen.
De grootste plaaggeesten op het pad zijn de inhammen. Als het rivieren of riviertjes zijn, zijn er nog pontjes om je over te zetten. In een enkel geval overigens niet meer dan een roeiboot waarmee een handige jongen telkens twee passagiers overzet. Als er geen pontje is moet je een gruwelijk eind omlopen, naar de dichtstbijzijnde brug.

Er zijn ook inhammen die je lopend over kunt steken. Maar ja, ook dan nog moet je eerst naar beneden en dan weer naar boven. Soms zijn er trappen aangelegd, met een stuk of zestig ongelijke treden. Na een paar van die inhammen kun je alleen maar verzuchten: ‘Wat doe ik hier eigenlijk?’. Gelukkig kon ik daarna naar de pub en sticky toffee pudding eten.

Het echtpaar Winn had daar geen geld voor en leed honger en kou, maar liep soms ook te puffen van de hitte, want schaduw is er zelden op dat pad. Het is natuurlijk een larmoyant verhaal, maar het is gelukkig tamelijk nuchter opgeschreven. Aanvankelijk vond ik het gekkenwerk wat ze deden, maar later kreeg ik er wel bewondering voor. Wat zou ik doen als ik plotseling geen huis en geen geld meer had? Zo’n lange-afstandswandeling is dan helemaal zo gek nog niet. Alleen dat kamperen, dat zie ik helemaal niet zitten. Dan maar geld lenen voor een eenvoudige overnachting.

Overigens had de hele onderneming een gunstig effect op het ziekteverloop van manlief. En ze zijn blijven wandelen!

*) Raynor Winn. The Salt Path. Penguin Books, 2018

--------
De plaatjes zijn van de schrijfster


© 2020 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "Lopen" -
Bezigheden > Lopen
South West Coast Path Katharina Kouwenhoven
1710BZ Coast Path1Ik las over een boek, waarin de auteur haar wandeling beschrijft over het South West Coast Path (SWCP) in Engeland *). Meteen werd ik nieuwsgierig, want ik heb zelf een groot deel van dit pad gelopen. Nu was er een aanzienlijk verschil tussen de auteur en mij, wat omstandigheden betreft.
De auteur Raynor Winn, begin vijftig, liep met haar echtgenoot die net te horen had gekregen dat hij een terminale spierziekte had. Zij liepen met volle bepakking en kampeerden op of aan het pad. Recentelijk hadden ze hun huis en geld verloren door een domme belegging. Ze hadden geen werk meer en nooit eerder een lange afstand gewandeld.

Het SWCP is 630 mijlen lang, begint bij Minehead in Somerset en eindigt in Poole in Dorset. Het grootste deel van het pad bevindt zich in Devon en Cornwall. Praktisch niemand loopt dat pad in één keer in zijn geheel. Daarvoor ontbreekt meestal de tijd. Maar het echtpaar Winn had de tijd aan hen zelf. Ze hadden toch niets anders te doen.
Eigenlijk wilden ze in Poole beginnen, want de route vanaf Minehead was het zwaarste deel van het pad. Ik kan daar over mee praten, want ik heb in Noord Devon menig stuk op handen en voeten afgelegd. Ze hadden echter een beschrijving die begon in Minehead en achtten zichzelf niet in staat deze beschrijving ‘achterstevoren’ te lezen (!). Waaruit maar weer blijkt hoe onervaren ze waren.

Lopen met een zware rugzak op een pad dat vaak niet breder is dan een halve meter en aan de zeekant herhaaldelijk langs een afgrond loopt (vanwaar je wèl de zeehonden heel goed kon zien!) is geen sinecure. Er is namelijk altijd wind, soms zelfs stormachtig, die aan je rukt en trekt. Daar moet je wel even aan wennen. Er zijn niet veel sanitaire voorzieningen langs de route en daar moet je ook aan wennen. Een tentje opzetten in een storm is iets dat je moet leren. Het bleek al snel dat ze verkeerde slaapzakjes bij zich hadden en ’s nachts lagen te vernikkelen van de kou. Dat is wel even anders dan als ‘luxe’1710BZ Coast Path2 vakantieganger op dat pad lopen, met bagage voor één dag en met een warme douche en een zacht bed in het vooruitzicht.

Door geldgebrek aten ze elke dag rijst met een blikje sardientjes en dronken thee, want warm water was gratis. Een douche was er niet bij, wassen sowieso niet, tenzij ze een bad namen in zee. Vreemd genoeg zijn er helemaal niet zo veel plekken waar dat kan, omdat je meestal boven op de rotsen loopt, vanwaar je niet makkelijk bij zee kan komen.
De grootste plaaggeesten op het pad zijn de inhammen. Als het rivieren of riviertjes zijn, zijn er nog pontjes om je over te zetten. In een enkel geval overigens niet meer dan een roeiboot waarmee een handige jongen telkens twee passagiers overzet. Als er geen pontje is moet je een gruwelijk eind omlopen, naar de dichtstbijzijnde brug.

Er zijn ook inhammen die je lopend over kunt steken. Maar ja, ook dan nog moet je eerst naar beneden en dan weer naar boven. Soms zijn er trappen aangelegd, met een stuk of zestig ongelijke treden. Na een paar van die inhammen kun je alleen maar verzuchten: ‘Wat doe ik hier eigenlijk?’. Gelukkig kon ik daarna naar de pub en sticky toffee pudding eten.

Het echtpaar Winn had daar geen geld voor en leed honger en kou, maar liep soms ook te puffen van de hitte, want schaduw is er zelden op dat pad. Het is natuurlijk een larmoyant verhaal, maar het is gelukkig tamelijk nuchter opgeschreven. Aanvankelijk vond ik het gekkenwerk wat ze deden, maar later kreeg ik er wel bewondering voor. Wat zou ik doen als ik plotseling geen huis en geen geld meer had? Zo’n lange-afstandswandeling is dan helemaal zo gek nog niet. Alleen dat kamperen, dat zie ik helemaal niet zitten. Dan maar geld lenen voor een eenvoudige overnachting.

Overigens had de hele onderneming een gunstig effect op het ziekteverloop van manlief. En ze zijn blijven wandelen!

*) Raynor Winn. The Salt Path. Penguin Books, 2018

--------
De plaatjes zijn van de schrijfster
© 2020 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2