archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 9
Jaargang 2
3 maart 2005
Vermaak en Genot > Misdaadboeken delen printen terug
Door het leven slaan Theo Capel

0209 Moderne PI
John March heeft het niet makkelijk, maar je ziet het niet aan hem af. Hij verdient zijn brood in New York als privé-detective. Eerder was hij politieman op het platteland, maar na de moord op zijn vrouw bracht hij dat niet meer op. Nu houdt hij zich in zijn eentje staande in de grote stad, met af en toe een scharrel, maar tegelijkertijd is hij op zoek naar een even grote liefde als hij heeft verloren. March is het bedenksel van Peter Spiegelman. In Black Maps (Arrow Books, € 12,95, van Ditmar Boekenimport) maakt hij zijn debuut dat klinkt als een klok. In het Nederlands heet het Zwart geld (De Fontein, € 16,95).

March combineert denken met slaan, als het nodig is. Kwinkslagen hoor je hem niet maken, mopperen ook niet. Hij heeft een gelijkmatig karakter. Zijn familie vindt hem maar een buitenbeentje. Waarom was hij niet net zoals de anderen bankier geworden?
In Black Maps krijgt March te maken met financiële malversaties waarmee een gelukkig mens wordt gechanteerd. De betrokkene ontkent hevig dat hij iets fouts heeft gedaan indertijd, maar hij weet dat een gerucht even dodelijk voor zijn loopbaan is als een feit. March moet uitzoeken wie oude koeien uit de sloot aan het halen is.

De intrige houdt niet over en wordt min of meer op een presenteerblaadje aangeboden, maar Spiegelman is vooral sterk in het portretteren van mensen en in fraaie situatieschetsen. De gekwelde hoofdpersoon die alle moeite doet om niet zo te lijken, neemt voor zich in. Dat veel van het verhaal zich in een yuppiemilieu afspeelt is eerder boeiend dan dat het tegenstaat. En vooral tegen het eind zit er alsnog voldoende geweld in het geheel om de indruk te vermijden dat March een watje is.
Nu maar hopen dat zijn schepper de kracht heeft om van March een seriefiguur te maken. Dat hij zijn hoofdpersoon aan het eind gelukkig weet te maken, gaat misschien een obstakel vormen.

In Shotgun Alley van Andrew Klavan (De Boekerij, € 16,50) heeft een meisje uit de betere kringen van San Francisco zich aangesloten bij een criminele motorbende. Haar vader schakelt een detectivebureau in om haar terug te krijgen. Een van de medewerkers infiltreert in de bende. Hij is nauwelijks een haar beter, maar bezit gelukkig nog enige gewetensfunctie. Bovendien is er de eigenaar van het bureau - een ex-politieman - om hem in toom te houden.
Het verhaal begint met grof geweld, eindigt er mee en tussendoor lees je veel nihilistische filosofietjes van de leider van de bende. Als tegenhanger van al het geweld is er een tweede verhaallijn over een feministe die vindt dat ze per e-mail seksueel wordt lastiggevallen. Dat biedt de mogelijkheid de chef van het bureau een eigen profiel te geven.

De verteller van alles is een werkstudent van het detectivebureau, waarvan de auteur in een voorwoord suggereert dat hij het zelf is en bovendien dat wat er beschreven wordt, ook min of meer echt is gebeurd. De verteller komt in de ikvorm af en toe aan het woord, maar voor het grootste deel laat hij alwetend iedereen zijn gang gaan. Anders dan Spiegelman houdt Klavan van omstandig uitweiden en bespiegelen. Dat heeft zijn charme en het leidt onder meer tot een vermakelijke scène waarin de werkstudent weer eens op de universiteit terugkomt en in de kantine getrakteerd wordt op filosofisch-literaire betogen. 'Hun domheid leek op sigarenrook. De hele zaak stonk ernaar,' zegt achteraf een meisje aan een belendend tafeltje over het gesprek. Het is de vraag wat ze over de leden van de motorbende zou hebben opgemerkt. En of ze de gelegenheid had gekregen om uit te praten, voordat de aanvoerder in dolle drift zijn scherp geslepen bajonet zou hebben getrokken. Het meisje uit de betere kringen houdt niet van praten, die is eigenlijk alleen in harde seks geïnteresseerd. Zo is Shotgun Alley dat zijn titel ontleent aan de naam van het café waar de bende samenkomt en verder een goede samenvatting van het verhaal op zich vormt, een boek voor lezers met een belangstelling voor zowel lichaam als geest. In de extremere vormen dus.


© 2005 Theo Capel meer Theo Capel - meer "Misdaadboeken"
Vermaak en Genot > Misdaadboeken
Door het leven slaan Theo Capel
0209 Moderne PI
John March heeft het niet makkelijk, maar je ziet het niet aan hem af. Hij verdient zijn brood in New York als privé-detective. Eerder was hij politieman op het platteland, maar na de moord op zijn vrouw bracht hij dat niet meer op. Nu houdt hij zich in zijn eentje staande in de grote stad, met af en toe een scharrel, maar tegelijkertijd is hij op zoek naar een even grote liefde als hij heeft verloren. March is het bedenksel van Peter Spiegelman. In Black Maps (Arrow Books, € 12,95, van Ditmar Boekenimport) maakt hij zijn debuut dat klinkt als een klok. In het Nederlands heet het Zwart geld (De Fontein, € 16,95).

March combineert denken met slaan, als het nodig is. Kwinkslagen hoor je hem niet maken, mopperen ook niet. Hij heeft een gelijkmatig karakter. Zijn familie vindt hem maar een buitenbeentje. Waarom was hij niet net zoals de anderen bankier geworden?
In Black Maps krijgt March te maken met financiële malversaties waarmee een gelukkig mens wordt gechanteerd. De betrokkene ontkent hevig dat hij iets fouts heeft gedaan indertijd, maar hij weet dat een gerucht even dodelijk voor zijn loopbaan is als een feit. March moet uitzoeken wie oude koeien uit de sloot aan het halen is.

De intrige houdt niet over en wordt min of meer op een presenteerblaadje aangeboden, maar Spiegelman is vooral sterk in het portretteren van mensen en in fraaie situatieschetsen. De gekwelde hoofdpersoon die alle moeite doet om niet zo te lijken, neemt voor zich in. Dat veel van het verhaal zich in een yuppiemilieu afspeelt is eerder boeiend dan dat het tegenstaat. En vooral tegen het eind zit er alsnog voldoende geweld in het geheel om de indruk te vermijden dat March een watje is.
Nu maar hopen dat zijn schepper de kracht heeft om van March een seriefiguur te maken. Dat hij zijn hoofdpersoon aan het eind gelukkig weet te maken, gaat misschien een obstakel vormen.

In Shotgun Alley van Andrew Klavan (De Boekerij, € 16,50) heeft een meisje uit de betere kringen van San Francisco zich aangesloten bij een criminele motorbende. Haar vader schakelt een detectivebureau in om haar terug te krijgen. Een van de medewerkers infiltreert in de bende. Hij is nauwelijks een haar beter, maar bezit gelukkig nog enige gewetensfunctie. Bovendien is er de eigenaar van het bureau - een ex-politieman - om hem in toom te houden.
Het verhaal begint met grof geweld, eindigt er mee en tussendoor lees je veel nihilistische filosofietjes van de leider van de bende. Als tegenhanger van al het geweld is er een tweede verhaallijn over een feministe die vindt dat ze per e-mail seksueel wordt lastiggevallen. Dat biedt de mogelijkheid de chef van het bureau een eigen profiel te geven.

De verteller van alles is een werkstudent van het detectivebureau, waarvan de auteur in een voorwoord suggereert dat hij het zelf is en bovendien dat wat er beschreven wordt, ook min of meer echt is gebeurd. De verteller komt in de ikvorm af en toe aan het woord, maar voor het grootste deel laat hij alwetend iedereen zijn gang gaan. Anders dan Spiegelman houdt Klavan van omstandig uitweiden en bespiegelen. Dat heeft zijn charme en het leidt onder meer tot een vermakelijke scène waarin de werkstudent weer eens op de universiteit terugkomt en in de kantine getrakteerd wordt op filosofisch-literaire betogen. 'Hun domheid leek op sigarenrook. De hele zaak stonk ernaar,' zegt achteraf een meisje aan een belendend tafeltje over het gesprek. Het is de vraag wat ze over de leden van de motorbende zou hebben opgemerkt. En of ze de gelegenheid had gekregen om uit te praten, voordat de aanvoerder in dolle drift zijn scherp geslepen bajonet zou hebben getrokken. Het meisje uit de betere kringen houdt niet van praten, die is eigenlijk alleen in harde seks geïnteresseerd. Zo is Shotgun Alley dat zijn titel ontleent aan de naam van het café waar de bende samenkomt en verder een goede samenvatting van het verhaal op zich vormt, een boek voor lezers met een belangstelling voor zowel lichaam als geest. In de extremere vormen dus.
© 2005 Theo Capel
powered by CJ2