archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 3
Jaargang 14
10 november 2016
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Zwolse affaires * Paul Bordewijk

1403VG ZwolleZwolle – zonder dollen – is een Hanzestad. En dat rechtvaardigt dat ik voor dit aan de Hanze gewijde nummer van De Leunstoel schrijf over een recent bezoek aan de Overijsselse hoofdstad. Dat mijn lieve C. en ik in Zwolle terecht kwamen was het gevolg van een merkwaardig toeval. Ik werkte aan een artikel over integriteit in het openbaar bestuur, waarin ik ook wilde laten zien dat privé gedragingen van politici hun in functie kunnen worden aangerekend.

In dat kader herinnerde ik mij de Zwolse affaire, waarbij de CDA-burgemeesters Smallenbroek en Faber de aandacht hadden getrokken door in dronken staat een bordeel binnen te willen. Het maakte dat Smallenbroek het vertrouwen van de gemeenteraad van Smallingerland verloor, terwijl Faber in Hoogeveen kon blijven zitten. Verlies van vertrouwen is dus vooral een subjectieve zaak, waarbij niet de regels van het strafrecht gelden.

Om nog wat details te vinden googelde ik op ‘Zwolse affaire’. Die term bleek echter niet alleen voor het gedrag van de twee burgemeesters gereserveerd. Een eeuw eerder was er een andere Zwolse affaire geweest, ook met een Christelijke notabel die zijn vleselijke driften niet kon beheersen. Dat was dominee J.G. van Rhijn, die rond 1860 een veelbesproken affaire had met de 23-jarige weduwe Jeannette van Dedem. Die affaire is op basis van uitgebreid archiefonderzoek nauwkeurig beschreven door Wim Coster in zijn boeiende boek De Barones en de Dominee, dat mijn vrouw onlangs las vanwege haar interesse voor vrouwenlevens in de negentiende eeuw.

Jeannette van Dedem kwam uit een vooraanstaand Overijssels geslacht, met drie Kamerleden en twee leden van de notabelenvergadering vormen zij ook duidelijk een van de Nederlandse politieke dynastieën waar ik het in twee vorige stukjes *) over had. Een oom van Jeanette liet de naar hem vernoemde en inmiddels gedeeltelijk weer gedempte Dedemsvaart aanleggen.

Jeannette trouwt in 1856 met Daniël Pruimers die al in 1859 overlijdt aan tbc, haar achterlatend met één dochtertje, Daniëlle. Zij wordt getroost door de dominee, die daarbij wel erg ver gaat. Wanneer Jeannette gaat kuren in Zandvoort, volgt de dominee haar. Er wordt over geroddeld, zeker nadat Jeannette daarna naar Zuid-Frankrijk vertrokken is, waar zij een kind van de dominee ter wereld zou hebben gebracht waarvan zij afstand had gedaan. De dominee bezoekt haar ook daar.

Er worden verschillende processen gevoerd, waarbij Jeannette de voogdij over haar dochtertje verliest en Van Rhijn uit zijn ambt wordt gezet. Beiden reizen nu naar Engeland en Amerika, waarbij de dominee zijn vrouw en vier kinderen onverzorgd achterlaat. De twee leefden nog lang, resp. tot 1898 en 1911. Of dat ook gelukkig was weten we niet, wel dat ze zich door de erfenissen die Jeannette verworven had veel konden permitteren.

De zaak trok ook buiten Zwolle de aandacht. Aanvankelijk neemt bij voorbeeld Multatuli het op voor de barones. Pikant was dat nog niet zo lang daarvoor Van Rhijn juist naar Zwolle was gehaald omdat veel gelovigen de andere dominees te licht vonden, te zeer bevangen door de geest der eeuw.

Via Google kwam ik er achter dat er een theatervoorstelling was gemaakt op basis van dit boek. Dat leek ons wel wat, zodat mijn vrouw belde met de Stichting Suus, die verantwoordelijk was voor de voorstelling. En toeval twee: daarbij werd zij te woord gestaan door een oude studiegenoot, Janpieter Boudens, die de voorstelling organiseerde en daarin als verteller ook een centrale rol speelde.

Voorafgaand aan de voorstelling leidde Janpieter ons rond langs verschillende gebouwen die een rol speelden in de affaire: de woonhuizen van de barones en de dominee, de kerk waar Van Rhijn preekte, het gerechtsgebouw, het Spinhuis waar Van Rhijn gevangen zat en de zaal waar Multatuli sprak. We zien de vaste plaats van Jeannette in de Grote Kerk, en hoe ze van daaraf de dominee zag. Al deze gebouwen zijn nog in goede staat, maar hebben soms wel een andere bestemming gekregen: in het voormalige woonhuis van de barones is nu de Rijksrecherche gevestigd, het gerechtsgebouw is museum De Fundatie geworden.

’s Avonds een uitverkochte voorstelling in een leegstaand bedrijfsgebouw. De voorstelling was een groot succes: acht maal uitverkocht met naar schatting twee honderd toeschouwers. Na de pauze werd de strijd tussen Van Rhijn en zijn tegenstanders weergegeven als een schaakspel, met Van Rhijn als de witte koning en zijn tegenstander Machielsen – officier van justitie èn lid van de kerkeraad – als de zwarte koning. Het is een indrukwekkend schouwspel waarbij de stukken zich verplaatsen naar een werkelijk gespeelde partij onder het uitspreken van historische citaten. Na 47 zetten is Van Rhijn mat.

Het was een mooie dag, en dat allemaal door de strapatsen van twee CDA-burgemeesters die naar de hoeren wilden.

*) Dynastieën 1 en 2

-------
De tekening is van Annemiek Meijer


© 2016 Paul Bordewijk meer Paul Bordewijk - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Zwolse affaires * Paul Bordewijk
1403VG ZwolleZwolle – zonder dollen – is een Hanzestad. En dat rechtvaardigt dat ik voor dit aan de Hanze gewijde nummer van De Leunstoel schrijf over een recent bezoek aan de Overijsselse hoofdstad. Dat mijn lieve C. en ik in Zwolle terecht kwamen was het gevolg van een merkwaardig toeval. Ik werkte aan een artikel over integriteit in het openbaar bestuur, waarin ik ook wilde laten zien dat privé gedragingen van politici hun in functie kunnen worden aangerekend.

In dat kader herinnerde ik mij de Zwolse affaire, waarbij de CDA-burgemeesters Smallenbroek en Faber de aandacht hadden getrokken door in dronken staat een bordeel binnen te willen. Het maakte dat Smallenbroek het vertrouwen van de gemeenteraad van Smallingerland verloor, terwijl Faber in Hoogeveen kon blijven zitten. Verlies van vertrouwen is dus vooral een subjectieve zaak, waarbij niet de regels van het strafrecht gelden.

Om nog wat details te vinden googelde ik op ‘Zwolse affaire’. Die term bleek echter niet alleen voor het gedrag van de twee burgemeesters gereserveerd. Een eeuw eerder was er een andere Zwolse affaire geweest, ook met een Christelijke notabel die zijn vleselijke driften niet kon beheersen. Dat was dominee J.G. van Rhijn, die rond 1860 een veelbesproken affaire had met de 23-jarige weduwe Jeannette van Dedem. Die affaire is op basis van uitgebreid archiefonderzoek nauwkeurig beschreven door Wim Coster in zijn boeiende boek De Barones en de Dominee, dat mijn vrouw onlangs las vanwege haar interesse voor vrouwenlevens in de negentiende eeuw.

Jeannette van Dedem kwam uit een vooraanstaand Overijssels geslacht, met drie Kamerleden en twee leden van de notabelenvergadering vormen zij ook duidelijk een van de Nederlandse politieke dynastieën waar ik het in twee vorige stukjes *) over had. Een oom van Jeanette liet de naar hem vernoemde en inmiddels gedeeltelijk weer gedempte Dedemsvaart aanleggen.

Jeannette trouwt in 1856 met Daniël Pruimers die al in 1859 overlijdt aan tbc, haar achterlatend met één dochtertje, Daniëlle. Zij wordt getroost door de dominee, die daarbij wel erg ver gaat. Wanneer Jeannette gaat kuren in Zandvoort, volgt de dominee haar. Er wordt over geroddeld, zeker nadat Jeannette daarna naar Zuid-Frankrijk vertrokken is, waar zij een kind van de dominee ter wereld zou hebben gebracht waarvan zij afstand had gedaan. De dominee bezoekt haar ook daar.

Er worden verschillende processen gevoerd, waarbij Jeannette de voogdij over haar dochtertje verliest en Van Rhijn uit zijn ambt wordt gezet. Beiden reizen nu naar Engeland en Amerika, waarbij de dominee zijn vrouw en vier kinderen onverzorgd achterlaat. De twee leefden nog lang, resp. tot 1898 en 1911. Of dat ook gelukkig was weten we niet, wel dat ze zich door de erfenissen die Jeannette verworven had veel konden permitteren.

De zaak trok ook buiten Zwolle de aandacht. Aanvankelijk neemt bij voorbeeld Multatuli het op voor de barones. Pikant was dat nog niet zo lang daarvoor Van Rhijn juist naar Zwolle was gehaald omdat veel gelovigen de andere dominees te licht vonden, te zeer bevangen door de geest der eeuw.

Via Google kwam ik er achter dat er een theatervoorstelling was gemaakt op basis van dit boek. Dat leek ons wel wat, zodat mijn vrouw belde met de Stichting Suus, die verantwoordelijk was voor de voorstelling. En toeval twee: daarbij werd zij te woord gestaan door een oude studiegenoot, Janpieter Boudens, die de voorstelling organiseerde en daarin als verteller ook een centrale rol speelde.

Voorafgaand aan de voorstelling leidde Janpieter ons rond langs verschillende gebouwen die een rol speelden in de affaire: de woonhuizen van de barones en de dominee, de kerk waar Van Rhijn preekte, het gerechtsgebouw, het Spinhuis waar Van Rhijn gevangen zat en de zaal waar Multatuli sprak. We zien de vaste plaats van Jeannette in de Grote Kerk, en hoe ze van daaraf de dominee zag. Al deze gebouwen zijn nog in goede staat, maar hebben soms wel een andere bestemming gekregen: in het voormalige woonhuis van de barones is nu de Rijksrecherche gevestigd, het gerechtsgebouw is museum De Fundatie geworden.

’s Avonds een uitverkochte voorstelling in een leegstaand bedrijfsgebouw. De voorstelling was een groot succes: acht maal uitverkocht met naar schatting twee honderd toeschouwers. Na de pauze werd de strijd tussen Van Rhijn en zijn tegenstanders weergegeven als een schaakspel, met Van Rhijn als de witte koning en zijn tegenstander Machielsen – officier van justitie èn lid van de kerkeraad – als de zwarte koning. Het is een indrukwekkend schouwspel waarbij de stukken zich verplaatsen naar een werkelijk gespeelde partij onder het uitspreken van historische citaten. Na 47 zetten is Van Rhijn mat.

Het was een mooie dag, en dat allemaal door de strapatsen van twee CDA-burgemeesters die naar de hoeren wilden.

*) Dynastieën 1 en 2

-------
De tekening is van Annemiek Meijer
© 2016 Paul Bordewijk
powered by CJ2