archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 3
Jaargang 12
13 november 2014
Vermaak en Genot > Naar de film delen printen terug
LIFF 2014. Een terugblik Hans Knegtmans

1203VG LFF1Dat was weer een fijne editie van het Leids filmfestival. Drieduizend bezoekers meer dan vorig jaar: de teller stopte nu bij 33.000. Volgens de organisatie is die stijging mede te danken aan het feit dat Cineville kaarthouders voor het eerst gratis toegang hadden tot de festivalfilms, waardoor ook filmliefhebbers van buiten de regio zich lieten strikken.

Over het filmaanbod konden de bezoekers meer dan tevreden zijn. Het programmaonderdeel Panorama – grotendeels gevuld door avant-premières – bevatte een aantal titels van uitzonderlijk hoge kwaliteit, zoals Still Life, Mommy, Levathian en Une nouvelle amie. En het voornemen om de American Indie Competion het speerpunt van het festival te maken leverde een aantal aangename verrassingen op. Je kunt niet verlangen dat door een wonderbaarlijk toeval de selectie van Amerikaanse onafhankelijke speelfilms louter hoogtepunten bevatte, en dat was dan ook niet het geval. ‘Onafhankelijk’ betekent in de praktijk maar al te vaak een vertelling over één of meer jong volwassenen, die met vallen en opstaan de grote mensenwereld het hoofd leren te bieden. Maar daar stonden films tegenover die ook interessant zijn voor filmliefhebbers die in de bioscoop meer willen zien dan de existentiële zoektocht van de hoofdpersoon.

De festivalleiding was zo ingenomen met de muziekfilm Whiplash van Damien Chazelle dat deze het festival feestelijk mocht openen. Het publiek deelde dit enthousiasme volledig, waardoor de film in de Indie Competition met vlag en wimpel op de eerste plaats eindigde. Is deze onderscheiding verdiend? Tja. Wél als het gaat om het spel van topacteur J.K. Simmons. Zijn rol van de tirannieke muziekpedagoog annex dirigent van een high school bigband, Terence Fletcher, past perfect in het verhaal. Ook de jazzfragmenten in de film zijn niet alleen filmisch maar ook muzikaal zo meeslepend dat je geneigd bent zo snel mogelijk de soundtrack aan te schaffen.

Maar (u voelde de bui al hangen) in zijn opvatting van hoe de beginnende drummer Andrew (Miles Teller) zich ontwikkelt tot onversneden topmuzikant, slaat Chazelle de plank jammerlijk mis. De technieken die Fletcher gebruikt in zijn coaching doen denken aan die van sommige sporttrainers of, erger nog, die van de prototypische drill sergeant uit oorlogsfilms als Full Metal Jacket. Geestelijk en/of lichamelijk uitputtende instructies, kleineren, beledigen, uitschelden en zelfs lichamelijk geweld vormen de kern van zijn didactische repertoire. En het moet gezegd, Andrew ontwikkelt zich van doetje tot genadeloze carrièremuzikant, die uiteindelijk met een verbeten killersmentaliteit zijn leermeester naar de kroon steekt.

Dit beeld van een ziekelijk competitieve leermeester en zijn even competitieve leerling is strijdig met de essentie van groepsgewijs musiceren, ongeacht of het jazz of klassieke muziek betreft. Een echte bandleider of dirigent probeert met zijn muziekgroepje een – in meerdere opzichten – harmonieus geheel te bereiken waartoe de afzonderlijke muzikanten qualitate qua niet in staat zijn. De grote jazzdrummer Max Roach wist1203VG LFF2 en kon dat als geen ander, zowel in zijn eigen spel als in het aansturen van zijn bands. Art Blakey, voorman van de beroemde Jazz Messengers, mocht dan op drums een ongekend aantal decibels produceren, hij zorgde met zijn spel voor een bewonderenswaardige continuïteit van de groep, in weerwil van wisselingen in de personele bezetting.

Maar Fletcher en Andrew laten zich meeslepen in hun ordinaire machtsstrijd, totdat ze moeten concluderen dat hun 'wedstrijd' onbeslist is geeindigd. Ze wisselen zelfs een blik van verstandhouding uit, zoals god betere in een oude western de hoofdpersoon en zijn tegenstrever. Het leek even anders te zijn, maar uiteindelijk zijn ze gewoon toffe jongens onder elkaar. Toch? Whiplash gaat op 13 november in première. Zet u schrap.

De andere Indiefilm die – op 20/11 – landelijk uitkomt, is The Skeleton Twins. Mooie titel, beeldschone film. In de eerste de beste scène zien we hoe – goddank buiten beeld – Milo, overmoedig geworden door een fles whisky, zijn pols doorsnijdt. Ironisch genoeg krijgt zijn tweelingzus Maggie het nieuws uitgerekend te horen wanneer ze zelf op het punt staat een overdosis pilletjes te slikken. Ze stelt haar eigen suïcide nog even uit en bezoekt haar broer, die ze tien jaar niet gezien heeft. (Waarom niet, wordt later in het verhaal duidelijk.) Hun eerste gesprek na al die jaren gaat over het boek Marley and me, dat Milo bijna uit heeft. En het is een fantastisch gesprek! De kijker begrijpt onmiddellijk hoe bedreven de tweeling is in elkaar plagen en om de tuin leiden. Milo laat zich meetronen naar haar echtelijke woning in upstate New York. Maggie is tegenwoordig getrouwd met ene Lance. Die is weliswaar de goedheid zelve, maar hij is tevens onderhevig aan nudge nudge-achtige platitudes tussen aanhalingstekens. Allemachtig! Wat is er misgegaan met Milo’s ooit zo dynamische zuster?

De film blijkt aanzienlijk dieper te graven dan zich aanvankelijk liet aanzien. Maggie is minder monogaam dan Lance vermoedt en de homoseksuele Milo ontmoet in de plaatselijke boekwinkel een oudere man met wie hij vroeger iets moeilijks heeft gehad.

Het soepel switchen tussen uitbundige slapstick en bloedserieus drama is maar weinig filmers gegeven, maar regisseur/scenarist Craig Johnson lijkt er niet de minste moeite mee te hebben. Nu heeft hij wel twee topacteurs ter beschikking in Bill Hader en Kristen Wiig, de voormalige sterren van Saturday Night Live. Zij vertolken hun complexe personages met volledige vanzelfsprekendheid.

Absoluut hoogtepunt van de film is de over de top scène waarin Milo probeert zijn zuster, die weer eens uit haar doen is, op te vrolijken met een lip sync uitvoering van het doorvoelde lied ‘Nothing’s Gonna Stop Us Now’. Hij wil maar één ding, namelijk dat ook zij stilzwijgend ‘meezingt’ met de plaat. En wat dacht u?

Wat een festival! Volgend jaar mogen we weer.

-------------------------------------------------------------------------
Bestel uw boeken en DVD's bij bolcom, via de banner rechts.
Dan steunt u De Leunstoel

© 2014 Hans Knegtmans meer Hans Knegtmans - meer "Naar de film" -
Vermaak en Genot > Naar de film
LIFF 2014. Een terugblik Hans Knegtmans
1203VG LFF1Dat was weer een fijne editie van het Leids filmfestival. Drieduizend bezoekers meer dan vorig jaar: de teller stopte nu bij 33.000. Volgens de organisatie is die stijging mede te danken aan het feit dat Cineville kaarthouders voor het eerst gratis toegang hadden tot de festivalfilms, waardoor ook filmliefhebbers van buiten de regio zich lieten strikken.

Over het filmaanbod konden de bezoekers meer dan tevreden zijn. Het programmaonderdeel Panorama – grotendeels gevuld door avant-premières – bevatte een aantal titels van uitzonderlijk hoge kwaliteit, zoals Still Life, Mommy, Levathian en Une nouvelle amie. En het voornemen om de American Indie Competion het speerpunt van het festival te maken leverde een aantal aangename verrassingen op. Je kunt niet verlangen dat door een wonderbaarlijk toeval de selectie van Amerikaanse onafhankelijke speelfilms louter hoogtepunten bevatte, en dat was dan ook niet het geval. ‘Onafhankelijk’ betekent in de praktijk maar al te vaak een vertelling over één of meer jong volwassenen, die met vallen en opstaan de grote mensenwereld het hoofd leren te bieden. Maar daar stonden films tegenover die ook interessant zijn voor filmliefhebbers die in de bioscoop meer willen zien dan de existentiële zoektocht van de hoofdpersoon.

De festivalleiding was zo ingenomen met de muziekfilm Whiplash van Damien Chazelle dat deze het festival feestelijk mocht openen. Het publiek deelde dit enthousiasme volledig, waardoor de film in de Indie Competition met vlag en wimpel op de eerste plaats eindigde. Is deze onderscheiding verdiend? Tja. Wél als het gaat om het spel van topacteur J.K. Simmons. Zijn rol van de tirannieke muziekpedagoog annex dirigent van een high school bigband, Terence Fletcher, past perfect in het verhaal. Ook de jazzfragmenten in de film zijn niet alleen filmisch maar ook muzikaal zo meeslepend dat je geneigd bent zo snel mogelijk de soundtrack aan te schaffen.

Maar (u voelde de bui al hangen) in zijn opvatting van hoe de beginnende drummer Andrew (Miles Teller) zich ontwikkelt tot onversneden topmuzikant, slaat Chazelle de plank jammerlijk mis. De technieken die Fletcher gebruikt in zijn coaching doen denken aan die van sommige sporttrainers of, erger nog, die van de prototypische drill sergeant uit oorlogsfilms als Full Metal Jacket. Geestelijk en/of lichamelijk uitputtende instructies, kleineren, beledigen, uitschelden en zelfs lichamelijk geweld vormen de kern van zijn didactische repertoire. En het moet gezegd, Andrew ontwikkelt zich van doetje tot genadeloze carrièremuzikant, die uiteindelijk met een verbeten killersmentaliteit zijn leermeester naar de kroon steekt.

Dit beeld van een ziekelijk competitieve leermeester en zijn even competitieve leerling is strijdig met de essentie van groepsgewijs musiceren, ongeacht of het jazz of klassieke muziek betreft. Een echte bandleider of dirigent probeert met zijn muziekgroepje een – in meerdere opzichten – harmonieus geheel te bereiken waartoe de afzonderlijke muzikanten qualitate qua niet in staat zijn. De grote jazzdrummer Max Roach wist1203VG LFF2 en kon dat als geen ander, zowel in zijn eigen spel als in het aansturen van zijn bands. Art Blakey, voorman van de beroemde Jazz Messengers, mocht dan op drums een ongekend aantal decibels produceren, hij zorgde met zijn spel voor een bewonderenswaardige continuïteit van de groep, in weerwil van wisselingen in de personele bezetting.

Maar Fletcher en Andrew laten zich meeslepen in hun ordinaire machtsstrijd, totdat ze moeten concluderen dat hun 'wedstrijd' onbeslist is geeindigd. Ze wisselen zelfs een blik van verstandhouding uit, zoals god betere in een oude western de hoofdpersoon en zijn tegenstrever. Het leek even anders te zijn, maar uiteindelijk zijn ze gewoon toffe jongens onder elkaar. Toch? Whiplash gaat op 13 november in première. Zet u schrap.

De andere Indiefilm die – op 20/11 – landelijk uitkomt, is The Skeleton Twins. Mooie titel, beeldschone film. In de eerste de beste scène zien we hoe – goddank buiten beeld – Milo, overmoedig geworden door een fles whisky, zijn pols doorsnijdt. Ironisch genoeg krijgt zijn tweelingzus Maggie het nieuws uitgerekend te horen wanneer ze zelf op het punt staat een overdosis pilletjes te slikken. Ze stelt haar eigen suïcide nog even uit en bezoekt haar broer, die ze tien jaar niet gezien heeft. (Waarom niet, wordt later in het verhaal duidelijk.) Hun eerste gesprek na al die jaren gaat over het boek Marley and me, dat Milo bijna uit heeft. En het is een fantastisch gesprek! De kijker begrijpt onmiddellijk hoe bedreven de tweeling is in elkaar plagen en om de tuin leiden. Milo laat zich meetronen naar haar echtelijke woning in upstate New York. Maggie is tegenwoordig getrouwd met ene Lance. Die is weliswaar de goedheid zelve, maar hij is tevens onderhevig aan nudge nudge-achtige platitudes tussen aanhalingstekens. Allemachtig! Wat is er misgegaan met Milo’s ooit zo dynamische zuster?

De film blijkt aanzienlijk dieper te graven dan zich aanvankelijk liet aanzien. Maggie is minder monogaam dan Lance vermoedt en de homoseksuele Milo ontmoet in de plaatselijke boekwinkel een oudere man met wie hij vroeger iets moeilijks heeft gehad.

Het soepel switchen tussen uitbundige slapstick en bloedserieus drama is maar weinig filmers gegeven, maar regisseur/scenarist Craig Johnson lijkt er niet de minste moeite mee te hebben. Nu heeft hij wel twee topacteurs ter beschikking in Bill Hader en Kristen Wiig, de voormalige sterren van Saturday Night Live. Zij vertolken hun complexe personages met volledige vanzelfsprekendheid.

Absoluut hoogtepunt van de film is de over de top scène waarin Milo probeert zijn zuster, die weer eens uit haar doen is, op te vrolijken met een lip sync uitvoering van het doorvoelde lied ‘Nothing’s Gonna Stop Us Now’. Hij wil maar één ding, namelijk dat ook zij stilzwijgend ‘meezingt’ met de plaat. En wat dacht u?

Wat een festival! Volgend jaar mogen we weer.

-------------------------------------------------------------------------
Bestel uw boeken en DVD's bij bolcom, via de banner rechts.
Dan steunt u De Leunstoel
© 2014 Hans Knegtmans
powered by CJ2