archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 4
Jaargang 10
6 december 2012
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
De taal der wanhoop, fictie Bas Geeraets

1004VG Wanhoop
Als de eerste stappen over straat gezet worden is alles nog donker, slechts een kleine streep is aan de horizon achter haar te zien, de zon zal weldra haar intrede doen en licht schijnen op een nieuwe dag. De wereld waarin zij nu loopt is vervallen; sinds de crisis, die tien jaar geleden begon, zijn veel mensen op straat gaan leven, de kloof tussen arm en rijk is alleen maar groter geworden. Het zijn zij die over geld waken die de dienst uitmaken, het geld waar zij hard voor werkt.
 
De kinderen moeten vandaag naar school, tegenwoordig gaan ze nog maar drie dagen. Er zijn geen financiële middelen meer voor volwaardig onderwijs. De klassen zijn kaal en het tocht er behoorlijk. Er zijn vier leraressen op school en een enkele leraar. Een bouwkeet met een vrolijke naam. Het maskeert iets, maar niet genoeg.

Veel van de klasgenootjes van haar kinderen zijn inmiddels verdwenen. Van de ene op de andere dag kwamen ze niet meer. In de dagen voor hun verdwijning – onverzorgd, ondervoed – waren ze eigenlijk al afwezig. Een klas van zeven kinderen bleef over.

Boven de vrouw vliegt een meeuw, hij tekent af tegen de zwarte nachtlucht omdat hij hoog genoeg is om de zonnestralen al te grijpen. ‘Bofkont!’

Ze moet haast maken. Haar voeten worden nat door de gaten in haar schoenen. Er is geen geld voor nieuwe. Langzaam haalt de dag haar in en versnelt zij haar pas, kinderen als teddyberen meesleurend. Zij klagen niet, de kinderen. De buikjes zitten vol.
Op het schoolplein knikt ze glimlachend naar wat moeders. Ze praat wat over de boodschappen, klaagt vooral over de prijzen. Iedereen stemt in, gebroederlijk. Er komt beweging in de kleine meute als de zoemer gaat en de kinderen lopen vrolijk lachend de klassen in, vol bravoure, vol plezier. Timo is er niet, maar niemand zegt iets. Ook de juf niet. Misschien was hij alleen ziek.

Nu de zon er was, begon de dag te broeien. Hitte in de fabriekshal.

Uiteindelijk zullen het de arbeidsnachten zijn die haar ook de das om doen. Overdag is er niets aan de hand. Je merkt niets aan haar, helemaal niets. Eerst zul je het zien aan de kinderen.
 
*************************
De tekening is van Linda Hulshof
Meer informatie op: www.lindahulshof.nl


© 2012 Bas Geeraets meer Bas Geeraets - meer "De wereldliteratuur roept"
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
De taal der wanhoop, fictie Bas Geeraets
1004VG Wanhoop
Als de eerste stappen over straat gezet worden is alles nog donker, slechts een kleine streep is aan de horizon achter haar te zien, de zon zal weldra haar intrede doen en licht schijnen op een nieuwe dag. De wereld waarin zij nu loopt is vervallen; sinds de crisis, die tien jaar geleden begon, zijn veel mensen op straat gaan leven, de kloof tussen arm en rijk is alleen maar groter geworden. Het zijn zij die over geld waken die de dienst uitmaken, het geld waar zij hard voor werkt.
 
De kinderen moeten vandaag naar school, tegenwoordig gaan ze nog maar drie dagen. Er zijn geen financiële middelen meer voor volwaardig onderwijs. De klassen zijn kaal en het tocht er behoorlijk. Er zijn vier leraressen op school en een enkele leraar. Een bouwkeet met een vrolijke naam. Het maskeert iets, maar niet genoeg.

Veel van de klasgenootjes van haar kinderen zijn inmiddels verdwenen. Van de ene op de andere dag kwamen ze niet meer. In de dagen voor hun verdwijning – onverzorgd, ondervoed – waren ze eigenlijk al afwezig. Een klas van zeven kinderen bleef over.

Boven de vrouw vliegt een meeuw, hij tekent af tegen de zwarte nachtlucht omdat hij hoog genoeg is om de zonnestralen al te grijpen. ‘Bofkont!’

Ze moet haast maken. Haar voeten worden nat door de gaten in haar schoenen. Er is geen geld voor nieuwe. Langzaam haalt de dag haar in en versnelt zij haar pas, kinderen als teddyberen meesleurend. Zij klagen niet, de kinderen. De buikjes zitten vol.
Op het schoolplein knikt ze glimlachend naar wat moeders. Ze praat wat over de boodschappen, klaagt vooral over de prijzen. Iedereen stemt in, gebroederlijk. Er komt beweging in de kleine meute als de zoemer gaat en de kinderen lopen vrolijk lachend de klassen in, vol bravoure, vol plezier. Timo is er niet, maar niemand zegt iets. Ook de juf niet. Misschien was hij alleen ziek.

Nu de zon er was, begon de dag te broeien. Hitte in de fabriekshal.

Uiteindelijk zullen het de arbeidsnachten zijn die haar ook de das om doen. Overdag is er niets aan de hand. Je merkt niets aan haar, helemaal niets. Eerst zul je het zien aan de kinderen.
 
*************************
De tekening is van Linda Hulshof
Meer informatie op: www.lindahulshof.nl
© 2012 Bas Geeraets
powered by CJ2