archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 6
Jaargang 8
13 januari 2011
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Meneer Kong Mr. Pelham

0806VG Kingkong
Een hele busrit kun je naast zo iemand zitten. Met zijn dunne tas op zijn knieën. Maar wat je leest als daaruit een handbeschreven vel papier komt fladderen…

Normaal doe ik zoiets niet. Maar vanmiddag, de zonnestralen priemend op mijn huid, kwam er iets over mij, ik weet niet wat, dat ik dacht: ik waag de stap. Een kwestie van mijn voet optillen en daar zette ik mijn eerste schrede al in de grote, o zo holle kerk. Eerst mijn vingertoppen in het wijwaterbakje – geen stoom of gesis. Nee, dat geeneens. In echo trok ik met mijn voetstappen een rechte lijn naar het altaar. Terzijde daarvan een grote replica van vast een beroemd Mariabeeld. Glimlachend staarde zij mij met bloeddoorlopen ogen aan. Jezus Christus wat een mormel van een baby had deze schone vrouwe in haar handen. Schichtiger dan ik mij had voorgenomen spiedde ik in het rond: zou niemand zien wat ik nu ging doen? Zo te merken was ik alleen, maar in kerken weet je maar nooit. Behoedzaam klom ik dan toch maar bij de heilige maagd Maria op schoot om wrikkend en hakkend met mijn huissleutel de robijnen uit haar ogen te peuteren. Even overwoog ik om een jokergrijns op het smoel van het kleine mormel te beitelen. De dode blik van zijn moeder bracht mij echter in verwarring. Iets anders dan. Viel er verder niets te klauwen in het huis van de almachtige vader? Mijn vader was het toch niet, die zit thuis tv te kijken. Dan maar weer van de maagd afgedaald en naar het biechtgestoelte; misschien kon de pastoor mij van goede raad dienen. Achter het gordijntje zette ik mij neer en aanschouwde het bombastische houtsnijwerk. Waarom zag ik zo om mij heen een leger van houten apen fragiel uitgebeiteld? Zeker vervaardigd in een mooi tropenland. Of was het handwerk aan Hawaïaanse biechthuisjes misschien de eigen hobby van meneer pastoor? Ik klopte op het houten ruitje: kong! kong! waar zit je, kong? Want wat was zo’n man nou anders dan kong, king kong, koning van de apen? Geen antwoord, niemand te bekennen. Ik bleef een poosje wachten en of ik het mij verbeeldde, maar na verloop van minuten hoorde ik dat iemand had plaatsgenomen achter het houten ruitje. Zou het werkelijk de pastoor zijn? Ik kuch, hij kucht terug. Pas op, denk ik, Spaanse griep op komst… Misplaatste grap. Want kan dat? Ontwaarde ik daar het gelaat van de eerwaarde…? Nogmaals kuchen… Ja, dat was hem. Maar dat haar, die tanden. Of een harige klauw mijn keel dichtschroeft. Kreeg… ik… geen… lucht.
 
*************************************
Buddenbrooks aan het Noordeinde in Den Haag
is weer gewoon een boekhandel!


© 2011 Mr. Pelham meer Mr. Pelham - meer "De wereldliteratuur roept"
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Meneer Kong Mr. Pelham
0806VG Kingkong
Een hele busrit kun je naast zo iemand zitten. Met zijn dunne tas op zijn knieën. Maar wat je leest als daaruit een handbeschreven vel papier komt fladderen…

Normaal doe ik zoiets niet. Maar vanmiddag, de zonnestralen priemend op mijn huid, kwam er iets over mij, ik weet niet wat, dat ik dacht: ik waag de stap. Een kwestie van mijn voet optillen en daar zette ik mijn eerste schrede al in de grote, o zo holle kerk. Eerst mijn vingertoppen in het wijwaterbakje – geen stoom of gesis. Nee, dat geeneens. In echo trok ik met mijn voetstappen een rechte lijn naar het altaar. Terzijde daarvan een grote replica van vast een beroemd Mariabeeld. Glimlachend staarde zij mij met bloeddoorlopen ogen aan. Jezus Christus wat een mormel van een baby had deze schone vrouwe in haar handen. Schichtiger dan ik mij had voorgenomen spiedde ik in het rond: zou niemand zien wat ik nu ging doen? Zo te merken was ik alleen, maar in kerken weet je maar nooit. Behoedzaam klom ik dan toch maar bij de heilige maagd Maria op schoot om wrikkend en hakkend met mijn huissleutel de robijnen uit haar ogen te peuteren. Even overwoog ik om een jokergrijns op het smoel van het kleine mormel te beitelen. De dode blik van zijn moeder bracht mij echter in verwarring. Iets anders dan. Viel er verder niets te klauwen in het huis van de almachtige vader? Mijn vader was het toch niet, die zit thuis tv te kijken. Dan maar weer van de maagd afgedaald en naar het biechtgestoelte; misschien kon de pastoor mij van goede raad dienen. Achter het gordijntje zette ik mij neer en aanschouwde het bombastische houtsnijwerk. Waarom zag ik zo om mij heen een leger van houten apen fragiel uitgebeiteld? Zeker vervaardigd in een mooi tropenland. Of was het handwerk aan Hawaïaanse biechthuisjes misschien de eigen hobby van meneer pastoor? Ik klopte op het houten ruitje: kong! kong! waar zit je, kong? Want wat was zo’n man nou anders dan kong, king kong, koning van de apen? Geen antwoord, niemand te bekennen. Ik bleef een poosje wachten en of ik het mij verbeeldde, maar na verloop van minuten hoorde ik dat iemand had plaatsgenomen achter het houten ruitje. Zou het werkelijk de pastoor zijn? Ik kuch, hij kucht terug. Pas op, denk ik, Spaanse griep op komst… Misplaatste grap. Want kan dat? Ontwaarde ik daar het gelaat van de eerwaarde…? Nogmaals kuchen… Ja, dat was hem. Maar dat haar, die tanden. Of een harige klauw mijn keel dichtschroeft. Kreeg… ik… geen… lucht.
 
*************************************
Buddenbrooks aan het Noordeinde in Den Haag
is weer gewoon een boekhandel!
© 2011 Mr. Pelham
powered by CJ2