archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 11
Jaargang 7
25 maart 2010
Beschouwingen > Amsterdam werelddorp delen printen terug
Een echt stukje stad? Sebastiaan Capel

0711BS Zuidas
Ondanks de crisis, ook in de bouw, is in Amsterdam nog steeds wel een skyline van bouwkranen te zien. Het lijkt er alleen op dat steeds minder van die kranen ook daadwerkelijk bewegen. En dat terwijl er in Amsterdam nog zoveel te doen is: de vraag naar woningen blijft huizenhoog, de stedelijke vernieuwing in West en Zuid Oost (zie vorige editie van deze column) moet op gang blijven en zelfs naar nieuwe kantoren is op een bepaalde manier nog vraag. Dat laatste is vreemd, want voor iedereen is zichtbaar dat er enorme hoeveelheden vierkante meters te huur staan in de stad. Maar voor bepaalde ‘soorten’ kantoren blijkt nog steeds animo. Eén van de plekken waar die animo voor bestaat lijkt de Zuidas te zijn. Hier, aan de zuidkant van Amsterdam, moet het aantrekkelijkste vestigingsklimaat ontstaan voor internationale hoofdkantoren: architectonisch hoge kwaliteit, dichtbij Schiphol, goed bereikbaar met trein en auto en op een steenworp afstand van de grachten van Amsterdam.

Maar als je nu rondloopt op de Zuidas doet het toch eerder aan een ouderwets bedrijventerrein denken dan aan het aantrekkelijkste vestigingsklimaat van Nederland - ondanks de architectonische kwaliteit. Zo is het station Zuid van een kleinschaligheid en een niveau waar Helmond niet jaloers op hoeft te zijn. En buiten de kantooruren is er niets, maar dan ook helemaal niets te beleven aan de Zuidas. En dat terwijl een aantrekkelijk vestigingsklimaat tegenwoordig juist betekent dat er van alles gebeurt, dat er een twentyfour-seven economie bestaat en dat er meer gebeurt dan alleen maar werken. De belangrijkste opgave voor de Zuidas is, naast het blijven bouwen van kantoren en woningen, daarom het creëren van een 'stedelijk gevoel'.

Zoals al in eerdere columns beschreven is een eerste vereiste van stedelijkheid dat er 'van alles' plaatsvindt. Dus niet alleen winkelen, zoals in de Kalverstraat; niet alleen wonen, zoals in Nieuw-West; en niet alleen werken, zoals momenteel hier. De plannen voor die functiemenging zijn er gelukkig al; vooral voor wonen is een flink stuk van de Zuidas bestemd. Maar doordat dit wonen eigenlijk alleen in hoogbouw gebeurt en zal gebeuren, ontstaat er weinig variatie en zien we die bewoners eigenlijk niet.
Het wonen herken je ook eigenlijk niet als zodanig: vlakbij station Zuid staat bijvoorbeeld de woontoren New Amsterdam. Maar als je erlangs loopt, zou het zomaar het volgende kantoor kunnen zijn. Een ruime lobby met kunst, een bewaker en een paar liften: meer zie je niet.
Door die hoogbouw zijn er bij de Zuidas-woningen nu eenmaal geen stoepen om op te zitten bij mooi weer. In het beste geval kan je de schuifpui open doen of het dakterras oplopen. Maar daar merken de mensen op de grond niks van. Daardoor is de Zuidas, zelfs met bewoners, na kantooruren nog steeds uitgestorven.
Ook de menging met winkels en horeca werkt maar mondjesmaat, omdat deze voorzieningen vooral afgestemd zijn op het werkende publiek. Dus is de Albert Heijn to go niet altijd open; en is café de Blauwe Engel buiten werktijden uitgestorven of zelfs gesloten.

De opgave om van de Zuidas een 'echt stukje stad' te maken is dus een behoorlijke. Om te beginnen zouden er in mijn ogen veel meer woningen moeten komen, voor er weer extra kantoren worden opgeleverd. En er moet dus een truc verzonnen worden om dat wonen ook zichtbaar te maken op straatniveau, onderscheidend van de kantoren. Daarnaast ligt er een opgave om het aanbod aan voorzieningen te verhogen en te verbreden. Vaak wordt dan naar kunst of cultuur gekeken. Het huidige culturele klimaat aan de Zuidas wordt echter bepaald door een enorm videoscherm met videokunst. Dat is duidelijk niet genoeg! Het oorspronkelijke idee van een top-museum, bijvoorbeeld voor Design, past beter. Dat trekt namelijk een ander publiek en ook op andere tijden.
Een andere manier is het organiseren van events aan de Zuidas. De aanwezige bedrijven hebben al een keer een 'Zuidas-run' georganiseerd, maar waarom geen klassieke - of popconcerten, opera’s of andere publieksevents? Dat geeft de winkels en horeca ook meteen een stimulans om in de weekends en later op de avond open te gaan. Met al die mensen is er immers omzet te behalen!

Maar het belangrijkste om een gevoel van stedelijkheid te creëren is overzichtelijkheid en kleinschaligheid bevorderen. Nu zijn het allemaal grote kolossen, die vrijwel inwisselbaar zijn, of ze nou voor werken of wonen bedoeld zijn. Pas als de Zuidas gaat leven met bewoners, bezoekers én werknemers, zal er wellicht een nieuw stukje stad ontstaan. En dat de wegen, sporen en metro daarvoor onder de grond moeten, dat lijkt me duidelijk.
 
***********************************
Meer Leunstoel- illustraties van Lools Art op:


© 2010 Sebastiaan Capel meer Sebastiaan Capel - meer "Amsterdam werelddorp" -
Beschouwingen > Amsterdam werelddorp
Een echt stukje stad? Sebastiaan Capel
0711BS Zuidas
Ondanks de crisis, ook in de bouw, is in Amsterdam nog steeds wel een skyline van bouwkranen te zien. Het lijkt er alleen op dat steeds minder van die kranen ook daadwerkelijk bewegen. En dat terwijl er in Amsterdam nog zoveel te doen is: de vraag naar woningen blijft huizenhoog, de stedelijke vernieuwing in West en Zuid Oost (zie vorige editie van deze column) moet op gang blijven en zelfs naar nieuwe kantoren is op een bepaalde manier nog vraag. Dat laatste is vreemd, want voor iedereen is zichtbaar dat er enorme hoeveelheden vierkante meters te huur staan in de stad. Maar voor bepaalde ‘soorten’ kantoren blijkt nog steeds animo. Eén van de plekken waar die animo voor bestaat lijkt de Zuidas te zijn. Hier, aan de zuidkant van Amsterdam, moet het aantrekkelijkste vestigingsklimaat ontstaan voor internationale hoofdkantoren: architectonisch hoge kwaliteit, dichtbij Schiphol, goed bereikbaar met trein en auto en op een steenworp afstand van de grachten van Amsterdam.

Maar als je nu rondloopt op de Zuidas doet het toch eerder aan een ouderwets bedrijventerrein denken dan aan het aantrekkelijkste vestigingsklimaat van Nederland - ondanks de architectonische kwaliteit. Zo is het station Zuid van een kleinschaligheid en een niveau waar Helmond niet jaloers op hoeft te zijn. En buiten de kantooruren is er niets, maar dan ook helemaal niets te beleven aan de Zuidas. En dat terwijl een aantrekkelijk vestigingsklimaat tegenwoordig juist betekent dat er van alles gebeurt, dat er een twentyfour-seven economie bestaat en dat er meer gebeurt dan alleen maar werken. De belangrijkste opgave voor de Zuidas is, naast het blijven bouwen van kantoren en woningen, daarom het creëren van een 'stedelijk gevoel'.

Zoals al in eerdere columns beschreven is een eerste vereiste van stedelijkheid dat er 'van alles' plaatsvindt. Dus niet alleen winkelen, zoals in de Kalverstraat; niet alleen wonen, zoals in Nieuw-West; en niet alleen werken, zoals momenteel hier. De plannen voor die functiemenging zijn er gelukkig al; vooral voor wonen is een flink stuk van de Zuidas bestemd. Maar doordat dit wonen eigenlijk alleen in hoogbouw gebeurt en zal gebeuren, ontstaat er weinig variatie en zien we die bewoners eigenlijk niet.
Het wonen herken je ook eigenlijk niet als zodanig: vlakbij station Zuid staat bijvoorbeeld de woontoren New Amsterdam. Maar als je erlangs loopt, zou het zomaar het volgende kantoor kunnen zijn. Een ruime lobby met kunst, een bewaker en een paar liften: meer zie je niet.
Door die hoogbouw zijn er bij de Zuidas-woningen nu eenmaal geen stoepen om op te zitten bij mooi weer. In het beste geval kan je de schuifpui open doen of het dakterras oplopen. Maar daar merken de mensen op de grond niks van. Daardoor is de Zuidas, zelfs met bewoners, na kantooruren nog steeds uitgestorven.
Ook de menging met winkels en horeca werkt maar mondjesmaat, omdat deze voorzieningen vooral afgestemd zijn op het werkende publiek. Dus is de Albert Heijn to go niet altijd open; en is café de Blauwe Engel buiten werktijden uitgestorven of zelfs gesloten.

De opgave om van de Zuidas een 'echt stukje stad' te maken is dus een behoorlijke. Om te beginnen zouden er in mijn ogen veel meer woningen moeten komen, voor er weer extra kantoren worden opgeleverd. En er moet dus een truc verzonnen worden om dat wonen ook zichtbaar te maken op straatniveau, onderscheidend van de kantoren. Daarnaast ligt er een opgave om het aanbod aan voorzieningen te verhogen en te verbreden. Vaak wordt dan naar kunst of cultuur gekeken. Het huidige culturele klimaat aan de Zuidas wordt echter bepaald door een enorm videoscherm met videokunst. Dat is duidelijk niet genoeg! Het oorspronkelijke idee van een top-museum, bijvoorbeeld voor Design, past beter. Dat trekt namelijk een ander publiek en ook op andere tijden.
Een andere manier is het organiseren van events aan de Zuidas. De aanwezige bedrijven hebben al een keer een 'Zuidas-run' georganiseerd, maar waarom geen klassieke - of popconcerten, opera’s of andere publieksevents? Dat geeft de winkels en horeca ook meteen een stimulans om in de weekends en later op de avond open te gaan. Met al die mensen is er immers omzet te behalen!

Maar het belangrijkste om een gevoel van stedelijkheid te creëren is overzichtelijkheid en kleinschaligheid bevorderen. Nu zijn het allemaal grote kolossen, die vrijwel inwisselbaar zijn, of ze nou voor werken of wonen bedoeld zijn. Pas als de Zuidas gaat leven met bewoners, bezoekers én werknemers, zal er wellicht een nieuw stukje stad ontstaan. En dat de wegen, sporen en metro daarvoor onder de grond moeten, dat lijkt me duidelijk.
 
***********************************
Meer Leunstoel- illustraties van Lools Art op:
© 2010 Sebastiaan Capel
powered by CJ2