archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 7
Jaargang 7
28 januari 2010
Bezigheden > Ergernissen delen printen terug
Goed voor het humeur Katharina Kouwenhoven

0707BZ Humeur
Barre omstandigheden brengen het beste in de mens boven: burenhulp viert hoogtij, vrijwilligers staan in de rij om soep te koken en uit te delen, de politie is je beste kameraad en als je je in een benarde positie bevindt is een helpende hand nooit ver weg. Na de bombardementen op Londen tijdens WOII werd door psychologen een enorme toename aan depressiviteit verwacht. Het tegendeel bleek echter het geval. Het aantal mensen met depressieve klachten was opmerkelijk gering, geringer dan onder normale omstandigheden. Dit werd verklaard door het feit dat de Londenaren gezamenlijk de handen uit de mouwen staken om de chaos het hoofd te bieden. Ze waren druk bezig met: het blussen van branden, het uitgraven van slachtoffers, het aanbrengen van noodverband, het ruimen van puin en het treffen van provisorische voorzieningen. Hulp betonen levert blijkbaar een positieve bijdrage aan het welbevinden.

Onder de huidige barre omstandigheden heb ik van hulpvaardigheid weinig gemerkt. Als de zoveelste auto een drempel niet kon nemen schoot er nooit een winkelbediende toe met een rubber mat om de automobilist uit de brand te helpen. De fietsers die bij bosjes onderuit gingen werden meewarig bekeken en in het beste geval overeind geholpen. Als er een paar auto's tegen elkaar aan gleden ontstond er een scheldpartij. Naar bejaarden achter een rollator werd geen hand uitgestoken. Van gemeentewege werd op een gegeven moment gestopt met het sneeuwvrij maken van de straten. Toen dat nog wel geprobeerd werd stelde men een merkwaardige prioriteit: eerst ruim baan voor de automobielen en vervolgens voor de fietsers. De voetgangers moesten maar zien hoe zij zich redden.

Opvallend was dat bijna geen enkele bewoner van een benedenhuis of vrijstaande woning zijn stoep schoon hield. Ik meende toch zeker te weten dat er een gemeenteverordening was die daartoe verplichtte, op straffe van aansprakelijkheid als iemand op jouw stoep ten val komt.
Later bleek mij dat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten geadviseerd heeft deze verordening af te schaffen, met als argument dat het voor bejaarden ondoenlijk is om deze uit te voeren. Terwijl ze daartoe toch hulp van de thuiszorg in kunnen roepen. Deze afschaffing had tot gevolg dat bejaarden zich slechts buiten konden begeven als ze het risico van het breken van een heup voor lief namen. En wie deed er nu boodschappen voor de aan huis gekluisterde oudjes? Daar was weer eens heel goed over nagedacht.

Nog vreemder was dat de gemeente, na het afschaffen van die handige regel, deze taak niet overnam. Onder normale weersomstandigheden is de stad vergeven van de veegploegen, die overbodige werkjes uitvoeren als het op een hoop blazen van neergevallen bladeren, maar ook nuttige activiteiten verrichten, die de stad een 'schoon' aanzien geven. Nu werd alleen het huisvuil opgehaald. Veegploegen waren nergens te bekennen, terwijl die zich toch heel nuttig hadden kunnen maken met sneeuwruimen. Waar waren ze? Uitgevroren, zoals de bouwvakkers, of gegijzeld in hun kantine in afwachting van beter weer? Of was hier sprake van een competentieprobleem: ‘sneeuwruimen, dat is onze taak niet, wij zijn een blaasploeg en als er niks te blazen valt hebben we betaald verlof.’

De enigen die op hulp konden rekenen waren de daklozen. Die hulp werd echter geboden door de instanties die altijd hulp bieden aan daklozen en daarvoor betaald worden. Zij gingen zo ver dat de daklozen die op straat wilden blijven met geweld de opvang in gesleept werden. Het was de daklozen niet toegestaan dood te vriezen, hetgeen vooral als je de nodige alcohol tot je genomen hebt een aangename dood schijnt te zijn. Ze moesten en zouden aan de snert en onder de paardendeken.
Ook de vogels hadden niet te klagen. Als bejaarden, met gevaar voor eigen leven, ergens wel de deur voor uit gingen was het om vogels te voeren. Nu kun je dat beter niet doen want een strenge winter houdt opruiming onder vogelsoorten waar we er veel te veel van hebben; zoals onder die vervelende meerkoeten bijvoorbeeld. Nu houdt zo'n strenge winter ook opruiming onder de bejaarden zelf. Des te meer reden om de vogels met rust laten.

In de berichtgeving over de gevolgen van de winteroverlast vond ook een merkwaardige selectie plaats. Veel aandacht kregen gestrande auto's. Daar kan ik niet veel compassie mee opbrengen, want waarom stapt iemand bij verblindende stuifsneeuw en opgewaaide sneeuwduinen in het weekend in de auto, terwijl er twee schaatskampioenschappen op de TV waren? Over slachtoffers van valpartijen hoorde je helemaal niets. Toch zag je overal mensen lopen met een arm in een mitella of een brace om de nek. Hoe groot is de schade als gevolg van gemeentelijke nalatigheid eigenlijk?

Slachtoffers van valpartijen op het ijs halen het nieuws altijd wel, hoewel dat toch ook gevallen van eigen-schuld-dikke-bult zijn. En toen was ook nog het zout op! Gelukkig maar, want die pekeltroep is slecht voor het milieu en slecht voor je schoenen.
Barre omstandigheden, ik hou er wel van. Ze brengen het beste in de mens boven en het schept een band. Schouders eronder en voortploeteren. Dat is goed voor het humeur.
 
****************************************
Meer over LoolsArt op www.loolsart.blogspot.com


© 2010 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "Ergernissen" -
Bezigheden > Ergernissen
Goed voor het humeur Katharina Kouwenhoven
0707BZ Humeur
Barre omstandigheden brengen het beste in de mens boven: burenhulp viert hoogtij, vrijwilligers staan in de rij om soep te koken en uit te delen, de politie is je beste kameraad en als je je in een benarde positie bevindt is een helpende hand nooit ver weg. Na de bombardementen op Londen tijdens WOII werd door psychologen een enorme toename aan depressiviteit verwacht. Het tegendeel bleek echter het geval. Het aantal mensen met depressieve klachten was opmerkelijk gering, geringer dan onder normale omstandigheden. Dit werd verklaard door het feit dat de Londenaren gezamenlijk de handen uit de mouwen staken om de chaos het hoofd te bieden. Ze waren druk bezig met: het blussen van branden, het uitgraven van slachtoffers, het aanbrengen van noodverband, het ruimen van puin en het treffen van provisorische voorzieningen. Hulp betonen levert blijkbaar een positieve bijdrage aan het welbevinden.

Onder de huidige barre omstandigheden heb ik van hulpvaardigheid weinig gemerkt. Als de zoveelste auto een drempel niet kon nemen schoot er nooit een winkelbediende toe met een rubber mat om de automobilist uit de brand te helpen. De fietsers die bij bosjes onderuit gingen werden meewarig bekeken en in het beste geval overeind geholpen. Als er een paar auto's tegen elkaar aan gleden ontstond er een scheldpartij. Naar bejaarden achter een rollator werd geen hand uitgestoken. Van gemeentewege werd op een gegeven moment gestopt met het sneeuwvrij maken van de straten. Toen dat nog wel geprobeerd werd stelde men een merkwaardige prioriteit: eerst ruim baan voor de automobielen en vervolgens voor de fietsers. De voetgangers moesten maar zien hoe zij zich redden.

Opvallend was dat bijna geen enkele bewoner van een benedenhuis of vrijstaande woning zijn stoep schoon hield. Ik meende toch zeker te weten dat er een gemeenteverordening was die daartoe verplichtte, op straffe van aansprakelijkheid als iemand op jouw stoep ten val komt.
Later bleek mij dat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten geadviseerd heeft deze verordening af te schaffen, met als argument dat het voor bejaarden ondoenlijk is om deze uit te voeren. Terwijl ze daartoe toch hulp van de thuiszorg in kunnen roepen. Deze afschaffing had tot gevolg dat bejaarden zich slechts buiten konden begeven als ze het risico van het breken van een heup voor lief namen. En wie deed er nu boodschappen voor de aan huis gekluisterde oudjes? Daar was weer eens heel goed over nagedacht.

Nog vreemder was dat de gemeente, na het afschaffen van die handige regel, deze taak niet overnam. Onder normale weersomstandigheden is de stad vergeven van de veegploegen, die overbodige werkjes uitvoeren als het op een hoop blazen van neergevallen bladeren, maar ook nuttige activiteiten verrichten, die de stad een 'schoon' aanzien geven. Nu werd alleen het huisvuil opgehaald. Veegploegen waren nergens te bekennen, terwijl die zich toch heel nuttig hadden kunnen maken met sneeuwruimen. Waar waren ze? Uitgevroren, zoals de bouwvakkers, of gegijzeld in hun kantine in afwachting van beter weer? Of was hier sprake van een competentieprobleem: ‘sneeuwruimen, dat is onze taak niet, wij zijn een blaasploeg en als er niks te blazen valt hebben we betaald verlof.’

De enigen die op hulp konden rekenen waren de daklozen. Die hulp werd echter geboden door de instanties die altijd hulp bieden aan daklozen en daarvoor betaald worden. Zij gingen zo ver dat de daklozen die op straat wilden blijven met geweld de opvang in gesleept werden. Het was de daklozen niet toegestaan dood te vriezen, hetgeen vooral als je de nodige alcohol tot je genomen hebt een aangename dood schijnt te zijn. Ze moesten en zouden aan de snert en onder de paardendeken.
Ook de vogels hadden niet te klagen. Als bejaarden, met gevaar voor eigen leven, ergens wel de deur voor uit gingen was het om vogels te voeren. Nu kun je dat beter niet doen want een strenge winter houdt opruiming onder vogelsoorten waar we er veel te veel van hebben; zoals onder die vervelende meerkoeten bijvoorbeeld. Nu houdt zo'n strenge winter ook opruiming onder de bejaarden zelf. Des te meer reden om de vogels met rust laten.

In de berichtgeving over de gevolgen van de winteroverlast vond ook een merkwaardige selectie plaats. Veel aandacht kregen gestrande auto's. Daar kan ik niet veel compassie mee opbrengen, want waarom stapt iemand bij verblindende stuifsneeuw en opgewaaide sneeuwduinen in het weekend in de auto, terwijl er twee schaatskampioenschappen op de TV waren? Over slachtoffers van valpartijen hoorde je helemaal niets. Toch zag je overal mensen lopen met een arm in een mitella of een brace om de nek. Hoe groot is de schade als gevolg van gemeentelijke nalatigheid eigenlijk?

Slachtoffers van valpartijen op het ijs halen het nieuws altijd wel, hoewel dat toch ook gevallen van eigen-schuld-dikke-bult zijn. En toen was ook nog het zout op! Gelukkig maar, want die pekeltroep is slecht voor het milieu en slecht voor je schoenen.
Barre omstandigheden, ik hou er wel van. Ze brengen het beste in de mens boven en het schept een band. Schouders eronder en voortploeteren. Dat is goed voor het humeur.
 
****************************************
Meer over LoolsArt op www.loolsart.blogspot.com
© 2010 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2